Het klimaat van de provincie Overijssel.

Van sommige provincies zijn klimaatgrafiekjes beschikbaar. Meer informatie op de site van het KNMI.
In onze fotorubrieken vindt u ook foto's van de provincie.


GRONINGEN
FRIESLAND
DRENTE
OVERIJSSEL
GELDERLAND
FLEVOLAND
UTRECHT
NOORD-HOLLAND
ZUID-HOLLAND
ZEELAND
NOORD-BRABANT
LIMBURG

Overijssel: Grote verschillen tussen west en oost.

Overijssel kent vlakten en plassen in het noordwesten, de Sallandse Heuvelrug en de /Noetselerberg/Archemerberg/Lemelerberg, en Twenthe dat in het centrale deel eveneens een sterk heuvelachtig landschap kent. Veelal wordt – buiten de stuwwallen – het landschap gekenmerkt door boerenland, afgewisseld door stukken bos en/of heide. Met name het klimaat in Twenthe kent al redelijk wat continentale trekjes. In de zomer kan het er erg warm worden en in de winter behoort dit gebied vaak tot de koudste in ons land.

Temperatuur, zon en wind.
In het westen en noordwesten is er nog enige invloed van het IJsselmeer. Dit vertaalt zich in een wat gematigder temperatuurverloop dan meer oostelijk. Het is er dan ook duidelijk winderiger dan in het overige deel van de provincie. Twenthe behoort tot de windluwere gebieden in Nederland. Het kan hard waaien in Twenthe, maar dat zijn dan uitschieters die ver boven de relatief lage gemiddelde winsnelheid uit komen.
Naarmate men naar het oosten gaat is de gemiddelde dagelijkse temperatuurgang groter. Regionaal kunnen flinke temperatuurverschillen voorkomen in het gebied rond de Sallandse Heuvelrug en ook in Twenthe. Vooral in beschutte gebieden kan het in de zomer erg warm en in de winter juist heel koud worden. Qua zonneschijn behoort Overijssel niet tot de top, omdat er in het binnenland in de lente en in de zomer veel stapelwolken ontstaan. In de omgeving van Kampen zien we de zon gemiddeld ruim 1550 uur, maar in Twenthe moet men het met ruim 100 uur minder doen.

Onweer en neerslag.
De heuvels van het Salland en Twenthe zijn duidelijk van invloed bij het al dan niet voorkomen van buien. Stijgwinden bij bepaalde weersomstandigheden zorgen daar voor meer/actievere neerslag.
Mariënberg ligt bijna aan de rand van de bossen die doorlopen tot aan Ommen en de Lemelerberg, maar ook open gebieden. Daarom kunnen er op korte afstand grote verschillen voorkomen. In de zomer en nazomer. Mariënberg ligt eigenlijk in de luwte van de bossen. In delen van Twenthe onweert het in de zomer vaker dan meer westelijk. Niet zelden komt het tot hevig onweer. Zware regenval kan wateroverlast veroorzaken als het water via de beken naar lager gelegen gebied stoomt.
De Overijsselse Vecht is een regenrivier en ontspringt in Duitsland. Mariënberg ligt hier vlakbij. Als het daar flink heeft geregend is dat duidelijke te merken aan stijging van het rivierwater. De rivier treedt, als het flink heeft geregend geregeld buiten haar oevers. Overijssel is een van de drogere gebieden in ons land, met uitzondering van het oosten van Salland en de kop van Overijssel, waar circa 800 mm neerslag per jaar valt. Elders is dit circa 750 mm. Je zou voorzichtig kunnen concluderen dat de Veluwe hierbij enige invloed heeft. Dat gebied is het neerslagrijkste deel van ons land.

In het aangrenzende deel van Duitsland onweert het nog vaker dan in Twenthe. Niet zelden kan men vanuit Twenthe de zware buiencomplexen in het oosten zien hangen. Frans constateert dat de buien in de zomer en nazomer Mariënberg vaak links laten liggen. Ongetwijfeld ook een invloed van de heuvels in het westen. Het gebied is tamelijk open, en dat heeft ook tot gevolg dat er in de zomer lagere maxima en in de winter hogere minimumtemperaturen worden gemeten dan in Twenthe.

Bijzonder weer.
Heel af en toe zijn er in het uiterste noordwesten van de provincie waterhozen waargenomen, afkomstig vanaf het IJsselmeer en het Ketelmeer. Enkele jaren trok er zelfs een windhoos, afkomstig vanaf het Ketelmeer over Kampen, die nogal wat overigens lichte schade veroorzaakte.
De soms zware onweersbuien in Salland en Twenthe brengen geregeld zeer zware windstoten die schade toebrengen aan bomen. Met name Twenthe behoort tot de sneeuwrijkste gebieden in ons land, maar ook de Sallandse Heuvelrug doet goed mee. Niet zelden kan men op de heuvels van het Salland en de centrale Twentse stuwwal tussen het Springendal bij Vasse en Oldenzaal een laag van wel tien centimeter aanschouwen, terwijl het in de laaggelegen gebieden maar een dun sneeuwdekje is. En zo wordt er in het gebied tussen Holten (Holterberg) en Hellendoorn in de winter geregeld gelanglaufd op een goede laag sneeuw.


Tekst met toestemming van de auteur deels uit: Het Weer Magazine.
Alle klimaatcijfers, ook in de tabellen hebben als bron het KNMI, De Bilt.

Terug naar home.