Drente: Koud in de winter, warm in de zomer.
Drente bestaat grotendeels uit weiland of hoogveenlandschap. In het oosten bevindt zich een lage heuvelrug, vooral bestaande uit keileem en zand, de Hondsrug. Dankzij de noordelijke ligging en het feit dat het geen kustprovincie is, kan het er in de winter erg koud worden, maar in de zomer doet Drente vaak goed mee het de warmte, als de wind vanuit het zuiden waait. In de winter wordt de koude vaak als (bijna) laatste verdreven, het zelfde geldt in de zomer voor de warmte.
Temperatuur,
zon en wind.
Gemiddeld over het hele jaar kent de provincie Drente de laagste minimumtemperaturen
van Nederland. In bijna elke maand zijn de minima het laagst, in ruim de helft
van het aantal maanden gedeeld met Twente. Een en ander heeft zeker te maken
met de noordelijke ligging, niet aan de kust, in combinatie met de grondsoort.
Wat de gemiddelde maximumtemperaturen betreft scoort Drente geen gek figuur.
Langs de westkust, maar ook in Friesland en Groningen de maxima op jaarbasis
gezien hoger.
Wat de zonneschijn
betreft zit Drente wat aan de onderkant van het gemiddelde met een jaartotaal
tussen de 1450 en 1500 uur. In veel maanden is het aan de west- en noordkust
van Nederland zonniger.
Het zuidoostelijk deel van de provincie met de bossen van de Hondsrug behoort
tot de windluwe gebieden in ons land, maar naar het noorden toe neemt de gemiddelde
windsnelheid snel toe. Op jaarbasis gezien behoort het zuidoosten van de provincie
zelfs tot de meest windluwe gebieden in ons land, het uiterste noorden loopt
keurig in de pas met andere plaatsen op 30 tot 50 km van de Noordzeekust.
Onweer
en neerslag.
Onweren doet het niet buitensporig veel in Drente, alhoewel er op gezette tijden
berichten verschijnen over zware onweersbuien, met name in het gebied van de
Hondsrug. Jaarlijks onweert het in vrijwel geheel Drente op gemiddeld 24 dagen.
In het zuidwesten is het een dagje meer. Het neerslagpatroon is in Drente zeer
grillig. In het uiterste zuidoosten van de provincie valt jaarlijks maar 725
mm (o.m. Schoonebeek), maar in het westen en noorden zijn gebieden waar jaarlijks
meer dan 850 mm valt. Zo is de jaarlijks gemiddelde som in Roden 879 en in Veenhuizen
853 mm.
Bijzonder
weer.
In Drente komen zeer geregeld bijzondere weersverschijnselen voor van allerlei
aard. Wel zijn de bijzonderheden die zich in de winter voordoen, groter in aantal.
Sneeuwliefhebbers zitten in Drente goed. Net als in Groningen, Twente en in
de Achterhoek sneeuwt het in de provincie gemiddeld op 30 tot 31 dagen.
In de zomer wordt de warmte niet zelden als laatste uit Drente (en Groningen)
verdreven. Als dit op trage wijze gebeurt wil Drente er nog wel eens een extra
warme dag uit slepen, terwijl de rest van het land al in de koele lucht zit.
In de winter komt de kou niet zelden via Drente ons land binnen, terwijl de
vorst in een groot aantal gevallen (met uitzondering van bij een zgn. “dooi
om de noord”) in Drente als laatste wordt opgeruimd. Bij weersituaties,
waarbij de vorst-dooigrens boven ons land stagneert zit men in Drente vaak aan
de koude kant. Berucht is de ijzelramp gedurende de eerste dagen van maart 1987,
waarbij grote delen van de provincie bedekt werden door een centimeters dikke
laag ijs.
In de winter van 1979, en niet alleen tijdens die winter werd Drente getroffen
door zware sneeuwstormen. In veel winters worden in Drente als eerste in ons
land ijsbanen opengesteld.
De afgelopen winter nog werden grote delen van Drente bedekt met een decimeters
dikke laag sneeuw. Op sommige plaatsen lag bijna een halve meter.
Kort samengevat: Drente is een provincie, waar het flink kan zomeren, maar in
de winter is er het meest te beleven!
Tekst met toestemming van de auteur deels uit: Het
Weer Magazine.
Alle klimaatcijfers, ook in de tabellen hebben als bron het KNMI, De Bilt.
Terug
naar home.