Groningen: In de winter een koude uithoek.
Groningen heeft
vanwege de noordoostelijke ligging een van de koudste klimaten van Nederland,
maar de zee-invloed speelt zeker een flinke rol. In Drente bijvoorbeeld komen
vaak nog lagere minimumtemperaturen voor. In de zomer doet de warmte vaak niet
veel onder voor die in de meer zuidelijke regio’s, zeker als de wind vanuit
het zuidoosten of zuiden waait. Het landschap is vlak en in het noorden kaal,
maar in het oosten zijn wat bossen en in het Westerkwartier een afwisseling
van bomen en weilanden, het zogeheten coulissenlandschap. Het is geen dichtbevolkt
gebied, zodat men op het platteland veel rust ervaart. Dit laatste effect wordt
versterkt door de vele wat nostalgische dieselspoorlijntjes die door het landschap
slingeren langs stationnetjes die soms niet veel meer zijn dan een paar rijen
tegels in het weiland.
Temperatuur,
zon en wind.
Met name in de winter is het interessant om de weersontwikkelingen in het noordoosten
van het land in de gaten te houden. Het KNMI-station Nieuw Beerta, vlak tegen
de Duitse grens is een aardige locatie om in de gaten te houden als er een vorstinval
vanuit het oosten of noordoosten op komst is. Omdat dooi-invallen veelal vanuit
het zuidwesten of westen plaatsvinden wordt de vorst vaak het laatst uit de
provincie Groningen verdreven. Toch doet Groningen in de zomer meestal goed
mee met de hoge temperaturen die in ons land tijdens een periode van warm weer
worden gemeten. De verklaring is niet zo moeilijk: De warmte gaat vaak samen
met een zuidelijke of zuidoostelijke wind, waarmee warme lucht vanuit Duitsland
wordt aangevoerd. Bovendien wordt ook de warmte meestal vanuit het zuidwesten
of westen verdreven, zodat Groningen meestal het langst in de warme lucht blijft.
Het gebied, waaronder Westerwolde kent dan ook warmere zomers en koudere winters
dan de rest van de provincie. Het verschil op een zeker moment kan best meerdere
graden bedragen. Krimpt de wind in de winter naar het noorden geeft dat in de
kustgebieden tijdens vorst vaak een plotselinge, tijdelijke opwarming.
In Groningen is het niet buitengewoon zonnig, behalve op Schiermonnikoog. Maar
terwijl Noord-Holland en Friesland bij een westenwind in de zon baden, moet
Groningen het in het voorjaar en in de zomer bij wind uit westelijke richtingen
vaak met meer wolken doen. Ook heeft het gebied bij noordwesten- of noordenwind
vaak last van wolkenvelden vanaf zee. Het waait veel in Groningen, met name
in het kale noorden, maar niet zo erg als in het westen of noordwesten van het
land. Dat heeft zeker te maken met het feit dat de meeste stormen vanuit het
westen of zuidwesten komen. De ergste kantjes van een storm zijn er in Groningen
dan veelal wel af. In het wat meer boomrijke Westerkwartier en het oosten is
de windsterkte vaak wat minder.
Onweer
en neerslag.
Qua onweer is Groningen een middenmoter, maar er zijn enkele bijzonderheden.
Het in het najaar optredende onweer langs de westkust bereikt Groningen maar
zelden, behalve als de wind noordwestelijk is. In de zomer krijgt de provincie
nogal eens een forse veeg mee van warmte-onweders die vanuit het zuidwesten
over het land trekken. Boordevol energie, opgedaan boven Midden-Nederland, Overijssel
en Drente kunnen de zomerse onweersbuien boven Groningen flink uitpakken.
Bijzonder
weer.
In Groningen komen met name in de winter soms bijzondere weersverschijnselen
voor, zoals felle winterinvallen en zware sneeuwstormen. Op de laatste dagen
van december 1978, maar vooral op 14 februari 1979 raakte de provincie geheel
ingesneeuwd, waarbij het openbare leven werd dagenlang stilgelegd. Sneeuwduinen
tot 6 meter hoog kwamen in die winter voor. Rond 2 maart 1979 viel er meer dan
een etmaal lang regen bij temperaturen onder nul, waardoor er een centimeters
dikke ijslaag ontstond. Hierdoor werd zware schade aan bomen en struiken toegebracht
en werden de wegen onbegaanbaar. Extreme regenval komt ook voor. In september
2001 viel in Zuidhorn 237 mm en in Eelde 220 mm regen. De hoogste dagsom in
Zuidhorn was op 13 augustus 2004: 91.3 mm! Op 29 juni 1987 viel 83 mm en op
31 mei 1993 73 mm.
Tekst met toestemming van de auteur deels uit: Het
Weer Magazine.
Alle klimaatcijfers, ook in de tabellen hebben als bron het KNMI, De Bilt.
Terug
naar home.