Webschrijven
Kunt u een brochure of persbericht gewoon op internet overnemen? Dat kan. Maar het is de vraag of u dan veel lezers trekt. Schrijven voor het web is anders dan voor papier.
Scannende bezoeker
Webschrijven is een vak. Websites worden vaak zo snel mogelijk gelezen. De lezers zijn bijna altijd onrustig, proberen zo snel mogelijk te vinden waar ze naar op zoek zijn, slaan zo veel mogelijk tekst over en klikken vaak heel snel door naar een volgende site.
Structuur is alles
Misschien wel het belangrijkste advies voor de webschrijver: zorg voor structuur. Niet alleen binnen de pagina is structuur belangrijk, maar ook de samenhang met webpagina's.
Te kort is ook niet goed
Als u uw lezer de site wilt binnenlokken, dan moet u het kort en overzichtelijk houden. Als de lezers dieper zijn afgedaald in uw website, zullen ze meer feitelijke informatie willen: daar komen ze immers voor. Dan is het juist belangrijk om volledig te zijn.
Verticaal scrollen mag best
Horizontaal scrollen is echter uit den boze. Het verbod op verticaal scrollen is begrijpelijk, maar veel te streng. Een lange tekst kan heel goed gestructureerd zijn.
Kom direct ter zake
Lezers zien heel weinig: vooral het midden van het scherm. Daar moet de belangrijkste informatie staan. Als die pas verderop komt, bijvoorbeeld na scrollen, zal een deel van de lezers die nooit zien.
Maak gebruik van de juiste interactietoon
Internet is het medium bij uitstek voor interactie: de lezer van uw informatie kan reageren op uw tekst. Betrek de lezer zoveel mogelijk bij uw tekst; spreek hem waar mogelijk direct aan.
Vermijd verwijswoorden
Elk artikel moet zelfstandig te begrijpen zijn. Vermijd verwijswoorden zoals 'bovenstaand'. Er is namelijk geen zekerheid of de lezer het vorige artikel heeft gelezen. Neem dus geen 'verwijzing in woorden' op, maar een hyperlink. Maak die link zo specifiek mogelijk.
Informatiedragende hyperlinks
Hyperlinks dienen een afwijkende kleur van omliggende tekst te hebben. Gebruik bij een langere tekst interne hyperlinks om het overzicht te vergroten. Maak bij verwijzing naar derden dieplinks.
Voorkom lange zinnen en moeilijke woorden
Op papier geldt dat moeilijke woorden en lange zinnen een tekst moeilijker leesbaar maken, op het internet geldt dat des te sterker. Het leidt tot versneld vluchtgedrag. Streef naar eenvoudig taalgebruik en voorkom jargon of leg dit uit. Vermijd bijzinnen.
Voorkom dichtslibben
Teksten worden moeilijker leesbaar naarmate de regel langer is, de letter groter en de interlinie kleiner. De zo geprezen verdana-letter laat het scherm flink dichtslibben omdat hij groot is en de regels bijna tegen elkaar plakt. Dat maakt het lastig de regels met de ogen te volgen. Met een kleine letter en een grote interlinie gaat dat veel gemakkelijker.
Maak geen taalfouten
Maak tot slot geen taal- of spelfouten. Schrijf data volledig uit en gebruik zo min mogelijk afkortingen. Plaatjes dienen een aanvulling op de tekst te zijn: een beeld zegt meer dan 1.000 woorden.