Schrijven voor het web tips
Mensen achter het beeldscherm lezen niet maar scannen, zorg voor snelle informatieoverdracht.
Voor het web moet dat eigenlijk omgedraaid worden. Begin met de conclusie, de clou, het antwoord op vragen en wijd daarna pas uit.
Verdere tips:
- stel jezelf de vraag welke informatie interessant en relevant is voor de doelgroep.
- houd teksten kort; keep it short & simpel (KISS);
- wees volledig, maar laat overbodige informatie weg;
- scheid hoofd- van bijzaken, ook in de structuur;
- maak niet te veel niveaus in de tekst structuur;
- gebruik veel tussenkoppen en alinea’s;
- geef samenvattingen bovenin bij lange teksten;
- vermijd wollig taalgebruik en lange zinnen;
- maak gebruik van opsommingstekens [zoals deze lijst];
- gebruik vet gedrukte woorden om de aandacht naar een belangrijk stuk tekst te trekken;
- vermijd de lijdende vorm in teksten. Niet: ‘tot 2010 worden 200 woningen gebouwd’ maar ‘tot 2010 bouwen wij 200 woningen’;
- gebruik zo min mogelijk ontkenningen, ontkennende woorden vallen vaak weg;
- gebruik geen brochureteksten om een website op te vullen;
- geef getallen als cijfer weer;
- gebruik afkortingen;
- grote hoeveelheden tekst kunt u het beste ook als printversie aanbieden;
- zeg nooit ‘klik hier voor...’, de bezoeker moet aan de vormgeving kunnen zien dat hij ergens kan klikken en dat er dan iets gebeurt. Dus gewoon ‘pdf van het sociaal plan’ of ‘inschrijfformulier’ of ‘het artikel in het Algemeen Dagblad’. Door de onderstreping van de link of de anderszins afwijkende vormgeving, en het feit dat de muisaanwijzer in een handje verandert, ziet de bezoeker zelf al dat er op geklikt kan worden.