Terug      Dag 1        Dag 3       Dag 4        Dag 5

Dag 2: Van Vendôme naar Fontevraud

Dinsdag 25-07-2006  

Routeplan

Vendôme - Lavardin

Lavardin - Montoire-sur-le-Loir

Montoire-sur-le-Loir - Saint-Jacques-des-Gérets

Saint-Jacques-des-Gérets - Le Lude

Le Lude - Fontevraud

D5 - D24 - D917 - D67

D108

D108 - D917

D10 - D154 - D305 - D61 - D64 - D10 - D11 - D30 - D305

D307 - D767 - D58 - D85 - D952 - D947

 

Na een een ontbijt met vers fruitsap, croissants, knapperig brood met confituur en een stevige kop koffie is het tijd om Vendôme te verkennen bij daglicht.

En het stadje heeft heel wat charmes. Langs het park waar de Loir - zijrivier van de Loire - meandert, gaan we naar de église de la Trinité, een juweeltje dat weinig bekend is. De voorgevel doet erg 'Vlaams' aan met zijn laatgotisch maaswerk (16e eeuw) dat wel kant lijkt. Los van de westergevel staat de stoere Romaanse toren, een overblijfsel van de eerste kerk uit de 12e eeuw.

De kerk maakt deel uit van de voormalige abbaye de la Trinité, die in 1040 gesticht werd door graaf Geoffroy van Anjou. Ze werd opgericht om de Heilige Traan te vereren. Die traan werd vergoten door Christus op het graf van Lazarus en meegebracht door Geoffroy uit Constantinopel. Die Byzantijnen waren gewiekste relikwieën-sjacheraars en de kopers wisten wel waarom ze een fortuintje betaalden voor een restant van Christus of van een of andere heilige! 

Het transept en de klokkentoren is alles wat overschiet van de oorspronkelijke Romaanse kerk, de rest is gotisch. Het hoge schip is indrukwekkend, maar het mooiste zijn wel de miséricordes van het koorgestoelte, met voorstellingen uit het dagdagelijkse leven: ambachten, landbouwwerkzaamheden, vechtpartijen, enz...

Wat nog overblijft van de abdijgebouwen zelf, is opgetrokken in 18e-eeuws classicisme.

We wandelen naar de ruïnes van het kasteel voor een panorama. Het is een echte calvarietocht door de verstikkende hitte. We verlangen naar de verkwikkende tocht op de motor, maar de enige wind is de verzengende lucht van het asfalt. We rijden vandaag tegen alle principes in, zonder de motorkledij in short en T-shirt, alleen de helm en de handschoenen moeten ons beschermen. Hopelijk zijn de Franse automobilisten attentifs!

http://www.francebalade.com/vendome/vendabb.htm

We volgen de Loir tot Lavardin, een dorp vergeten in de tijd, waar het enige café gesloten is en alleen de bakker frisdrank verkoopt. We moeten ons troosten met een halflauw blikje icetea. Maar de rust op de bank in de schaduw doet deugd. Als we daarna de kerkdeur opensteken, staan we met verstomming geslagen: alle muren zijn volledig versierd met fresco's, uit de 12e tot de 16e eeuw, de meeste in redelijk goede staat: afbeeldingen van de plaatselijk vereerde heiligen (Christoffel, Abrosius, Agatha, Margaretha,..), laatste-oordeeltaferelen, een Christus Pantocrator, enz .... En daarbovenop is een plaatselijke kenner zijn verhaal aan het doen aan twee toeristen. We sluiten ons aan en samen ontdekken we de verhalen achter de muurschilderingen. De twee blijken later journalisten van Ook!, het tijdschrift voor eigentijdse oma's en opa's, te zijn, op prospectie voor een reportage over de streek van de Loir. De gids, Pierre Heudier, draait op volle toeren, wijst ons op allerlei bizarre details en schets de levens van de afgebeelde heiligen. Hij haalt zelfs een replica van een middeleeuwse vedel uit de kast en speelt een deuntje ter illustratie van een hemels engelenkoor.

 

En daarna begeleidt hij ons naar de kasteelruïne, waar nog maar weinig van overschiet. Geen wonder, ze dateert uit de 11e eeuw en heeft heel wat strijdgewoel meegemaakt in de Honderdjarige Oorlog: ze lag immers op een strategische plaats tussen de domeinen van de Capetingers en de graven van Anjou, de latere Plantagenet-koningen van Engeland.

 

 

 

Anjou was een rijk graafschap.

In 1127 huwt Geoffroy le Bel Plantagenet, graaf van Anjou, met Mathilde, de enige erfgename van Hendrik I Beauclerc, koning van Engeland (1100-1135) en hertog van Normandië. Hendrik I was de achterkleinzoon van Willem de Veroveraar. 

Mathilde, bijgenaamd de keizerin omdat ze weduwe was van de Duitse keizer Hendrik V, lag in dispuut met haar neef Stephen van Blois die ook aanspraak maakte op de Engelse troon. Hij beriep zich eveneens op zijn afstamming van Willem de Veroveraar en op het feit dat hij de enige mannelijke afstammeling was. Er breekt een opvolgingsstrijd uit die 20 jaar duurt en waarbij Stephen de steun krijgt van de Anglo-Normandische adel, die  niet zo opgezet is met een vrouwelijke troonopvolger. Geoffroy kan echter Normandië veroveren op Stephen en in 1148 trekt Mathilde zich daar terug.

 

De troonstrijd neemt pas een einde na de dood van Mathilde: haar zoon verslaat Stephen en wordt koning van Engeland als Hendrik II (1154-1189). Bij de dood van Mathilde en Geoffroy werd hij reeds hertog van Normandië en graaf van Anjou. De Franse koning krijgt daardoor een machtige buur en vazal, maar ook een te duchten tegenstander.

 

 

http://www.francebalade.com/vendome/lavardin.htm

Na het burchtbezoek neemt Pierre ons mee naar zijn cave, een  grot uitgehakt in de rotsen onder het kasteel, waar hij zijn vakantieverblijf heeft. Het is er overheerlijk fris. De ontmoeting wordt afgesloten met een fles cider age inconnu maar toch heel lekker. Na de obligate belofte om ooit eens terug te komen, rijden we naar Montoire-sur-le-Loir voor een hap. Pierre raadde ons Le Cheval Rouge aan. Je gelooft het of niet, maar voor 10 euro heb je er een menu: een slaatje, dan een steak en tot slot taart. Je krijgt er een stijlvol geklede ober bovenop.

In Saint-Jacques-des-Guérets, een gehucht van Troo vinden we weer een juweeltje: in de kerk zijn er muurschilderingen gemaakt tussen 1130 en 1170 die nog bijzonder fris aandoen. De Byzantijnse invloed is overduidelijk. En in een Sint-Jacobskerk mag de heilige met zijn schelp zeker niet ontbreken. Het 16e-eeuwse beeld stelt hem voor als pelgrim.

 

 

Het blijft heet maar gelukkig staat er op het kerkhof een pomp met fris heerlijk putwater.

 

 

Op weg naar Le Lude komen we langs la Possonnière, een buitenhuis gebouwd door Louis de Ronsard, vader van Pierre, de prins der dichters. Pierre de Ronsard wordt er geboren in 1524. Nadat hij doof wordt aan één oor, geeft hij zijn opleiding als krijgsman aan het hof van Frans I op en legt zich toe op de dichtkunst. Zijn sonnetten behoren tot het werelderfgoed van de poëzie (Mignonne allons voire si la rose, qui ce matin avait déclose sa robe de pourpre au soleil, a point perdu cette vesprée, les plis de sa robe pourprée, et son teint au vôtre pareil).

 

http://www.renaissance-amboise.com/dossier_renaissance/ses_personnages/les_ecrivains/ronsard.htm

http://poesie.webnet.fr/auteurs/ronsard.html

 

 

Le Lude heeft een kasteel dat volledig gemeubileerd is en nog bewoond wordt. De huidige kasteelheer is gehuwd met een telg uit de Belgische familie d' Ursel. Ze zijn blijkbaar goed bevriend met ons vorstenpaar: foto's van koning en koningin en van superprins Laurent sieren een van de salons. Het huidige kasteel dateert uit de 15e eeuw, maar is gebouwd op de plaats van een 11e-eeuwse vesting. Een van de massieve hoektorens is nog de oude donjon. Tijdens de Honderdjarige Oorlog ging de burcht over en weer tussen de Fransen en de Engelsen.

Een pezige gids leidt ons rond in een harmonieus geheel van middeleeuwen, renaissance en classicisme. De bibliotheek, de feestzaal, de kapel, de salons en vooral de keuken met zijn spitsbogengewelf en zijn ingenieus fornuis geven een goed beeld van de overvloedige levenskwaliteit van de vroegere bewoners. Nu merk je overal tekenen van langzaam verval. Het onderhoud van dit stulpje, waarvoor de eigenaar weinig of een subsidies krijgt, zal wel een harde dobber zijn.

 

En dan is het tijd om een hotel te reserveren. Het is al laat en we willen nog naar Fontevraud. Alleen in de Hôtellerie de l'Abbaye Royale  is nog plaats en we reserveren. We steken de Loire over op weg naar onze bestemming.  De rivier vloeit zeer breedvoerig en majestueus door het landschap. Door de droogte zijn er veel eilanden, maar hij blijft indrukwekkend.

 

 

 

 

 

Ons hotel is gevestigd in de Prieuré Saint-Lazare, een voormalige leprozerie.  De priorij maakte deel uit van de abdij van Fontevraud, zodat we deze nacht binnen de muren van het klooster zullen overnachten.  Het optrekje mag gezien worden: prachtig gerestaureerd, met het restaurant in de oude kloosterommegang. En dan te denken dat dit eeuwen geleden een somber ziekenhuis was voor melaatsen! Via een reusachtige poort rijden we met onze brommerkes nederig de binnenkoer op.

De ontvangst is très aimable, met een vleugje empathie voor die motards die ocharme in stof en hitte hun weg moeten banen. Maar de kamer valt tegen: voor 87 euro verwacht je wel iets groter. De menukaart belooft veel, maar het diner was toch niet impeccable zoals het in een dergelijk etablissement betaamt. De mignon de porc lag wel degelijk op zijn bedje van witloof en sinaasappel, maar was te hard gebakken. En het brood was waarschijnlijk nog een middeleeuws restje. De jonge kelner was nog niet ingelopen (of al oververmoeid van de hitte), maar het dessert, perzik met kaneel, en de witte Loirewijn maakten veel goed.

Met onze toegangspas voor het hotel konden we 's avonds vrij rondlopen op het domein van de abdij, maar er was spijtig genoeg geen verlichting. Ook het stadje Fontevraud is vanaf 23 uur in de volledige duisternis gedompeld. Was het nu nog wat kouder geweest dan was dit het perfecte decor voor de Naam van de Roos ...

 

De nacht is zeer verkwikkend: zoals het een abdij betaamt, heerst er absolute stilte binnen de muren, abstractie gemaakt van enig gesnurk in onze kamer. Of was het in het belendende pand?

 

 

Terug         Dag 1         Dag 3       Dag 4        Dag 5