Buiksloot
Vliegveld voor de JaVA's

Tijdens de mobilisatie had het zweefvliegveld ten noorden van het IJ, bij het tuindorp Oostzaan, de naam Buiksloot gekregen. Het hulpvliegveld werd op last van de commandant Vesting Holland op 9 mei versperd met betonnen putringen. Een compagnies-sectie werd met de bewaking belast.

10 mei 1940
Generaal Winkelman stelde Buiksloot al vroeg in de ochtend ter beschikking van de RAF. 's Middags werd een landingsstrook vrijgemaakt. Daar landde echter niet de RAF, maar twee D-21's van de  1e JaVA en arriveerden later vanaf Schiphol vijf D-21's van de  2e JaVA  , de laatste D-21 van de  1e JaVA Ypenburg en een gereviseerde G-1 /303 van de  3e JaVA van Waalhaven. De D-21's werden samengevoegd tot een nieuwe afdeling. De G-1 werd ingedeeld bij de  4e JaVA op Bergen.
Het plan om de afdeling D-21's te verplaatsen naar vliegveld Boschplan bij Schiphol ging niet door. De commandant aldaar weigerde een landingsbaan vrij te maken. Toen dit een dag later toch was gebeurd, besloot de commandant Luchtverdediging alles bij het oude te laten.
De commandopost van de afdelingscommandant Janssens werd gevestigd in een school met telefoon. Van hieruit had de commandant ook een goed uitzicht op het vliegveld.

In de avond versterkten vier secties van de 5e Compagnie Politietroepen de verdediging van het hulpvliegveld.

11 mei 1940
's Ochtends landden drie D-21's afkomstig van De Kooy. Ze werden gevolgd door de commandant 1e JaVA, kapitein Schmidt Crans, die rond 11.00 uur per auto met het grondpersoneel aankwam. Hij nam de gecombineerde leiding over van Janssens.
Door luchtgevechten was het aantal D-21's rond 13.30 uur gekrompen tot negen.
Geruchten over gelande parachutisten in en bij Amsterdam doen tot een patrouillevlucht besluiten. Er wordt niets gezien.

De politietroepen werden 's avonds afgelost door een compagnie van het 31e Regiment Infanterie.

Ter versterking van de Buiksloot-JaVA worden zeven  D-XVII's  van De Vlijt overgevlogen. Twee worden door eigen geschut tot noodlanden gedwongen. Een van deze D-XVII's weet de volgende ochtend Buiksloot te bereiken.

Vliegveld Buiksloot op 12 mei 1940

Vliegveld Buiksloot 12/5/1940 met rond het terrein secties van 31 R.I

12 mei 1940
Vanaf 5.00 tot 17.00 uur werden vanaf Buiksloot escorte-opdrachten uitgevoerd richting Grebbestelling en vliegvelden bij Rotterdam / Den Haag..
Tussen 7.00 en 8.00 uur landden twee gerepareerde D-21's van de 1e JaVA van De Kooy.
Drie van de vijf D-XVII's werden overgevlogen naar Ruigenhoek om van daaraf C-V's van III Vk te beschermen. Van de onervaren vliegers sloeg er een over de kop, gleed er een van het veld af en kwam de laatste in het prikkeldraad terecht. Alleen het laatste vliegtuig was op korte termijn te repareren.

13 mei 1940
Vroeg in de ochtend escorte van vijf  D-21's voor C-X's die artillerie bij de Grebbeberg zouden gaan bestoken. Rond 05.00 uur waren de D-21's terug op Buiksloot na nog door een Nederlandse autocolonnen te zijn beschoten. Commandant Schmidt Krans rapporteert onder andere : "vliegtuigmaterieel slijt sterk, daardoor minder betrouwbaar, daling moreel tot gevolg." Hij besloot met "Geef ons nieuwe vliegtuigen."

Een van drie op Soesterberg terechtgekomen D-XVII's weet Buiksloot te bereiken. Verder alleen nog escorte van D-21's bij bestoking C-X's van Grebbelinie die op vallen stond. Luchtvarend en technisch personeel waren doodop. Vanaf 10 mei zijn ze dag en nacht in de weer geweest.
Schmidt Crans meldde 's avonds dat op 14 mei vijf D-21's gevechtsgereed waren en dat aan drie andere toestellen werd gewerkt.

14 mei 1940
Om 02.00 uur wordt door de bewaking in paniek op een rode lichtkogel geschoten. De vliegtuigen blijven onbeschadigd. Om het terugtrekkende Veldleger van de Grebbelinie te dekken moeten vanaf 04.00 uur vluchten richting Wijk bij Duurstede worden uitgevoerd.
De vliegtuigen moeten op Schiphol landen. Buiksloot moet worden vernield.
Manschappen van 31 R.I. ploegen het landingsterrein om en plaatsen verspreid over het veld ijzeren palen en houten baddings in de grond. Daarna marcheren ze samen met de sectie van de 18e Depot Bewakingstroepen af.

Waarom ontruiming?
Eigenaardig, de D-21's van het aan de Duitsers onbekende Buiksloot werden overgeplaatst naar het gevaarlijker Schiphol.
De opdracht houdt verband met het gevaar van een Duitse landing op de Noord-Hollandse kust vanuit Friesland. Met uitzondering van de Vesting Den Helder moest de provincie ten noorden van het Noordfront Vesting Holland worden ontruimd.
Buiksloot lag net achter deze lijn, maar toch nog te dicht achter het front, volgens Best, commandant Luchtverdediging.