Toen Karel de Grote na de dood van zijn broer Carloman in 771 het Frankische Rijk verenigde, ontstond in West-Europa een ware supernatie. Bij de dood van Karel ging het koningschap over op zijn zoon Lodewijk de Vrome. Deze had op zijn beurt drie zonen: Lotharius, Lodewijk de Duitser en Karel de Kale. In die tijd was de erfopvolging nog geen absoluut recht ten voordele van de eerstgeborene. Lotharius maakte niettemin aanspraak op de troon en na het overlijden van zijn vader in 840 probeerde hij met geweld de alleenheerschappij te veroveren.
Dit stuitte op het verenigde verzet van zijn twee broers. Bij de Slag van Fontenay (841) werd Lotharius verslagen. In 843 kwamen ze overeen het rijk te verdelen. Volgens het Verdrag van Verdun kreeg Karel de Kale het westen (later Frankrijk), Lodewijk de Duitser het oosten en Lotharius het middenrijk waartoe ook Lotharingen behoorde. Dat middenrijk werd na verloop van tijd opgeslokt door het Duitse Rijk (ondermeer Italië en een stuk van Lotharingen) en Frankrijk (Bourgondië en westelijk Lotharingen).
Over de Karolingers (Karel de Grote, Lodewijk de Vrome) en het Verdrag van Verdun: http://users.pandora.be/vroege-middeleeuwen/karoling.htm