Sayah : Woestijntochten rond Djanet


Het alfabet van de sterren

Van kinds af aan ben ik al gefascineerd door de sterrenhemel. Geduldig en urenlang leerde mijn vader me het alfabet van de sterren. Want in het begin is naar de sterren kijken zoals leren lezen. Voorzichtig leer je letter na letter, stokje naar boven, stokje naar beneden. En dan opeens vorm je een eerste eenvoudig woordje, krijgt dat woord een betekenis en bovendien wordt er soms een functie aan verbonden.

Het Steelpannetje is het eerste (gedeeltelijk) woord dat we leren in het abc van de sterren, nachtelijke oriëntatie de eerste functie door middel van de Poolster.
De schijnbare chaos aan het firmament ordent zich zo langzamerhand tot een min of meer overzichtelijk geheel. Het donkere en angstaanjagende van de nacht krijgt met de figuren op het uitspansel een wat menselijker aanzien.

Algerije, Tassili, februari/maart 2006, 18 uur. Orion is het eerst op de afspraak. Met zijn knots en zijn zwaard behoedt hij ons tijdens deze winternachten op het Tassili plateau. Zijn trouwe grote jachthond Sirius begeleidt hem. In zijn eeuwige jacht aan de sterrenhemel moet Orion uit de buurt blijven van de Schorpioen. Dit lukt hem heel aardig : tegen de tijd dat Orion boven de horizon uitkomt, verdwijnt de Schorpioen er onder. De Stier staat ten westen van Orion en boven deze twee, hoog aan de hemel vinden we de ster Capella. Deze ster markeert ongeveer het midden van het sterrenbeeld Voerman (die eigenlijk een wagenmenner is).

Dichtbij de Voerman merk ik de Pleïaden op of in het West-Vlaams het „Zevennuttelke“ (zo genoemd door mijn vader omdat er zichtbaar 7 sterren dichtbij elkaar in een groepje staan). In de cursus West-Vlaams voor beginners leer je dat nuttelke synoniem is voor groepje. In het geniep pink ik een traantje weg voor mijn ondertussen overleden vader.

Even verder de tweelingen Castor en Pollux, die eigenlijk geen tweelingbroers waren. Ze hadden weliswaar beiden dezelfde moeder, maar niet dezelfde vader. In de Griekse mythologie was Castor een gewoon mens, maar Pollux was onsterfelijk. Toen Castor in een gevecht werd gedood, vroeg Pollux of hij met zijn broer mee mocht naar het dodenrijk. Dat mocht van Zeus, maar enkel voor de helft van de tijd. Aan de sterrenhemel staan de twee stiefbroers nog steeds zij aan zij.

Zo nu en dan flitst een vallende ster voorbij. Naar het schijnt, want mij werd geen enkele wens gegund.

Maar op het zwarte bord van het Sahara-firmament staan zoveel nieuwe letters en woorden, tijdelijk nog zonder betekenis voor sommigen onder ons. Door de afwezigheid van lichtvervuiling, is niet alleen de Melkweg goed zichtbaar maar ontdekken we ook nieuwe sterrenbeelden. De sterrenschijf (gesponsord door een niet nader te noemen Antwerpse krant) kunnen we inderdaad geen nacht missen (allusie op de vroegere slogan van de krant). Sterrenboeken en -kalenders worden erbij gehaald. Bij sommige namen krijg je een „ah ja-erlebnis“, soms heb je zin om je eigen constellatie te creëren en er een verhaaltje bij te verzinnen. Elke avond leren we een sterrenbeeld bij. Er zijn 88 officiële sterrenbeelden, we zijn nog een tijdje zoet.

En dan plots besef je dat je eigenlijk naar het verleden zit te kijken, lang voor hier mensen rotsen aan het beschilderen waren, toen de woestijn nog groen en vol wild leven was. En de koeien zich tegoed deden aan het malse gras. Raar dat er geen rotstekeningen van sterrenbeelden te vinden zijn. Hoe zou dat komen ? Of zien we ze niet (meer) of begrijpen we niet alles ? Je gedachten dwalen hier vanzelf af. En dat laten we graag gebeuren want daar is nu alle tijd en ruimte voor.

Om ons geïmproviseerd bed in dit duizendsterrenhotel te vinden, hebben we de maan eigenlijk niet nodig. Ze stoort ons soms, omdat ze te fel schijnt. Geen wolkje houdt haar licht, als was het maar voor even, tegen. Je gedachten loslaten en de slaap vatten duurt dus nog wel even. Maar uiteindelijk neemt de Leeuw ons mee op z’n rug voor een nachtelijke avontuur in deze onmetelijkheid.

’s Ochtends worden we door Venus gewekt, ochtendster van mid januari tot begin oktober. Rond deze tijd van het jaar komt Venus rond 5u45 op, nog even voor zonsopgang en dus goed te zien. Haar helderheid kondigt een nieuwe dag aan vol schoonheid en liefde voor de Algerijnse Sahara onder leiding van onze gidsen/touaregs. Of zij zich op nachtelijke trekkings laten leiden door de sterren, weet ik niet, maar in ieder geval werkt hun interne GPS zowel overdag als ’s nachts zonder falen. Andere hulpmiddelen zoals kaart en kompas hebben zij niet van doen. Wij echter zijn de handleiding van onze interne richtingaanwijzers allang verloren en moeten ons behelpen met een stuk elektronica (waarvoor we ook nog de ruimte verontreinigen door van alles en nog wat naar boven te schieten). Gelukkig zijn GPS’en in dit stukje paradijs verboden en zijn er nog mensen die de taal van de natuur levendig houden.

Véronique


Disclaimer | Contact Us | ©2006 vrienden van Sayah