In het vorige artikel over het springen met camera('s) is nog niet aan bod gekomen hoe je nu mooie plaatjes maakt. Wat de trucs zijn om dat op beeld te krijgen wat je wilt. Daar dit keer wat meer over.
Het begint allemaal natuurlijk met een goede voorbereiding. Waarin twee elementen voorop staan:
Alhoewel videoen en fotograferen twee verschillende dingen zijn bovenstaande vragen in beide gevallen van toepassing. Daarom zullen we ze apart behandelen.
Belangrijkste verschil met fotograferen is de continuïteit van de beelden. Bij fotograferen is het mogelijk om een waardeloze sprong te hebben, waarbij het object maar een paar seconden goed in beeld is. Als je dat ene moment weet te pakken heb je wel een mooie foto. Bij video is dit anders. Springers en niet-springers zullen je niet bewonderen als je maar een paar seconden mooie videobeelden weet te produceren.
Als eerste moet je zeker weten dat je filmt wat je denkt dat je filmt. Je moet je sight dus goed uitrichten. Dit gaat verreweg het makkelijkst als iemand je hierbij helpt. Volg de volgende stappen:
Zorg dat je camera al min of meer in de juiste richting op je helm staat.
Laat de camera hierbij op autofocus staan en zoom hem in.
Neem een punt in de verte en vraag de ander om de camera op dit punt te richten.
Stel je ringsight bij zodat de videocamera en jij hetzelfde zien.
Doe je helm af en herhaal de bovenstaande stappen.
Als je dit gedaan hebt zoom je de camera weer uit, zet hem op manual focus en schroeft de groothoeklens erop. Je zult nu zien dat daar waar je naar kijkt met je helm op nu nagenoeg perfect in het midden van je videobeeld staat.
Bij het uitlijnen van je camera dien je je ervan bewust te zijn dat deze altijd een net iets ander beeld zal zien dan jij, doordat hij hoger staat of meer aan de zijkant. Bij het richten van je site moet je hiermee rekening houden. In de bovenstaande figuur zie je waarom. Als je op een object dat dichtbij is uitlijnt (A), zal je bij objecten ver weg (C) een grote afwijking hebben tussen wat jij ziet en wat de camera filmt. Als je een object verder neemt (B), is dit effect kleiner. Het omgekeerde geldt natuurlijk ook: als je op een object dat ver weg is uitlijnt, zal de afwijking voor objecten dichtbij groter zijn dan wanneer je uitlijnt op een object dichtbij.
De juiste beslissing hangt af van je ervaring en wat je gaat filmen. Bij het filmen van een tandem kan het handig zijn om op een object dichtbij uit te lijnen. Hierdoor heb je weinig afwijking als je dicht bij de passagier ligt te filmen. Deze uitlijning kan echter waardeloos zijn als je een grote formatie filmt en ver van het object af ligt.
De videocamera's van tegenwoordig kunnen een hoge beeldkwaliteit leveren, maar om dit volledig tot zijn recht te laten komen moet je wel een paar instellingen controleren:
Als je dit niet doet zal de camera de hele tijd focussen waardoor je in het ergste geval geen moment scherp beeld hebt. Met name als je vocht onderweg tegenkomt kan je camera prachtig scherpstellen op een druppel op de lens. Zeker bij gebruik van een groothoeklens is het handig om de manual focus op "infinity" te zetten: oneindig. Dit wordt meestal weergegeven met een bergje.
steadyshot ten koste van de beeldscherpte, maar daar heeft de nieuwe generatie digitale videocamera's geen last meer van en komt het de rust van de beelden erg ten goede.
Het gebruik van een groothoeklens heeft diverse voordelen bij het filmen van parachutespringen en zal daardoor bijna altijd gebruikt worden.
Door het gebruik van een groothoeklens wordt het effect van trillingen veel minder, het beeld oogt dus rustiger.
Grotere lichtopbrengst. Doordat er meer licht in een groothoeklens kan vallen zijn de beelden bij weinig licht beter van kwaliteit dan wanneer er geen groothoeklens gebruikt wordt.
De brandpuntsafstand wordt kleiner. Door een groothoeklens kun je dichterbij een scherp beeld maken en zijn verschillen in scherpte tussen voor en achtergrond nauwlijks waarneembaar. Alles wordt er scherp van.
Er staat meer op beeld. Het beeld van de videocamera komt meer overeen met je eigen blikveld, waardoor het mogelijk is om meer te filmen. Doordat de camera vast zit aan je hoofd ben je anders nogal sterk beperkt tot de bewegingsmogelijkheden van je eigen hoofd.
Doordat een groothoeklens meer op beeld heeft kun je dichter op een formatie kruipen en het toch beeldvullend hebben. Hierdoor is het makkelijker om te anticiperen en reageren op een beweging in de formatie.
Als je de lens er niet in droge condities opschroeft is het een extra bron van condensvorming. Tussen de eigen videolens en de opgeschroefde groothoeklens kan dan door snelle temperatuurswisselingen in de lucht aanwezige waterdamp condenseren.
Bij sommige sterke groothoeklenzen treedt vervorming van het beeld op (kromtrekken van de horizon en dergelijke). Asferische groothoeklenzen hebben hier geen last van.
Bij sommige groothoeklenzen treedt onscherpte in de hoeken op. De (zeer) dure lenzen hebben hier weinig tot geen last van.
Bij sommige sterke groothoeklenzen is de beeldhoek zo groot dat de binnenkant van de lens gefilmd wordt.
Welke groothoeklens je het beste kunt gebruiken hangt af van je ervaring en je object. De meeste
videogroothoeklenzen die voor parachutespringen gebruikt worden variëren van 0.6 tot 0.42. Deze schaalverdeling is non-linear, waarbij 0.6 een kleinere beeldhoek heeft dan een 0.42.
Exit
We slaan een flink stuk over met betrekking tot veiligheid. Lees hiervoor het eerste artikel over cameraspringen.
Zorg er voor dat je videocamera aan staat. Een Cameye is hierbij een handig hulpmiddel en geheugensteuntje. Je plugt een Cameye in je Lanc-aansluiting van je camera en bevestigt de LED's op je sight. Als je de camera aan zet zul je dit aan het ledje zien. Als je op record drukt zie je dit ook doordat de kleur verandert. Als bonus laat een Cameye het ook nog weten als je nog maar 5 minuten tape hebt.
Een Cameye II |
Denk er bij het naar buiten klimmen aan dat je "hoofd" groter is dan je gewend bent. Het is zonde om je camera's er al af te stoten voor je amper begonnen bent. Waar je gaat staan kan erg verschillen per sprong. Bij freefly kan dit totaal anders zijn dan bij tandem, een boogiesprong of bij het filmen van een 4-way team. Ik zal proberen alle facetten aan bod te laten komen, alhoewel het uitputtend behandelen van alle facetten bijna onmogelijk is. |
FS-4
Een 4-way team wil niets anders dan van begin tot eind goed debriefbare beelden, niet meer en ook niet minder. Dit is direct een forse eis en daarom is 4-way video een uitstekende manier om videospringen te oefenen. Over het algemeen sta je te floaten op een camerastep op de staart van een vliegtuig. Ga zo ver mogelijk naar achter staan (al zullen veel parapiloten het hier niet helemaal mee eens zijn). Hierdoor heb je de hele formatie ook bij het naar buiten klimmen goed in beeld (willen ze vaak graag even zien), heb je meer overzicht waardoor je de exitcount beter kunt zien en heb je een betere kans om bij de exit je eigen vrije relatieve wind te bemachtigen. Het is niet onbelangrijk om op de hoogte te zijn van de exitcount, want je kunt op 2 manieren met een 4-way mee: tegelijk of er achteraan duiken.
Tegelijk: als je tegelijk gaat is het belangrijk dat je vol input met je benen geeft. Je wilt immers omhoog en naar voren, want je moet zo snel mogelijk boven de formatie terecht komen. Gebruik ook je wings om snel op te floaten. Het is dus een samenspel van wings en benen waardoor je een soort cirkelboog met gelijk afstand naar boven beschrijft. Houd tijdens de exit ongeveer het hoofd van de tail als het midden van je beeld. Je zult merken dat als je dit doet je de gehele 4-way mooi vullend in beeld krijgt. Als je te vroeg eraf gaat zul je merken dat je te diep ligt en teveel langs de formatie kijkt: hij ligt te plat vanuit jouw perpectief, waardoor niet alle grips even goed zichtbaar zijn.
|
|
Tegelijk met het team eraf en hou het hoofd van de tail in het midden van je sight (lijn met pijl) |
|
Na exit naar boven floaten in een samenspel tussen benen en wings. Ga niet helemaal boven de formatie liggen, maar op de rand ervan. |
Er achteraan: blijf rustig staan als de 4-way uit de deur komt en ga op zijn vroegst in het midden mee door er achteraan te duiken. Hoe langer je wacht des te kleiner de kans dat je er op valt, maar des te verder zijn ze en hierdoor kan ook de horizontale separatie redelijk groot worden.
De ene manier is niet echt makkelijker of moeilijker dan de andere, maar ze hebben allebei hun eigen trucjes en vragen oefening om het goed te doen.
Eenmaal uit de deur is het de bedoeling om zo dicht en recht mogelijk tegen de 4-way aan te kruipen. Recht erboven kun je niet vliegen, want dan zit je in de burble. Te schuin is ook niet goed, want dan zijn alle grips niet altijd goed zichtbaar. Hoe dichter je erop zit hoe sneller je kunt reageren op variaties in valsnelheid zoals die vooral tijdens het draaien van blocks ontstaan. Dichterbij betekent ook harder werken. Verder weg geeft je de mogelijkheid om met je hoofd de formatie te volgen, dichtbij niet. Hou als optisch centrum iets onder het midden aan. Door de hoek waaronder je vliegt heb je de formatie dan precies goed in beeld. Qua lichtinval maakt het niet zoveel uit waar je ligt, doordat je redelijk recht omlaag kijkt. Bij lage zon is het echter wel raadzaam om dwars te liggen of met je rug in de zon. Dit voorkomt prisma's door je lenz.
Bij separatie is het het best om direct te openen in het midden. De andere springers gaan hier over het algemeen van uit en hoeven dan niet op jou te letten. Voor jezelf heeft het als voordeel:
Dat je hoger hangt, waardoor je meer tijd hebt om problemen op te lossen.
Je minder last hebt van anderen en dus rustig je wings etc. kunt losclippen.
Je ook nog de separatie kunt filmen, wat met name bij beginnende teams nog wel eens nuttige beelden voor het goed uitvoeren van een tracking kan opleveren.
|
|
FS-4 kort na exit. |
Prisma's als gevolg van een te scherpe hoek met de zon. |
Grote FS formaties
Bij grote formaties heb je wat meer ruimte voor creativiteit tijdens de exit, doordat het meestal even duurt voor het eerste figuur ligt. De opbouw van de figuur moet wel zo veel mogelijk in beeld gebracht worden, maar er is aanzienlijk meer ruimte voor creativiteit dan tijdens FS-4.
Door iets eerder te vertrekken is het mogelijk om een "sliert" springers uit het vliegtuig te zien komen. Dit oogt vaak goed. Als je zon tegen hebt bij exit, bedenk dan wel dat je niet te snel met je rug in de zon kunt gaan liggen. Dan lig je mogelijk de divers in de weg die het langst onderweg zijn, bovendien zie je die dan niet aan komen.
Als een grote formatie eenmaal ligt en het beperkt blijft tot 1 figuur heb je een carte blanc om trucs uit te halen. Hier kun je hoge ogen mee gooien bij het publiek. Een groot voordeel is dat een grote formatie log en traag is. Hierdoor kun je snel naar een plek vliegen om extra mooie beelden te maken. Behalve dat dit mooie beelden oplevert valt er ook een hoop te doen met de overgangen in belichting.
Tips:
Vlieg op level om de formatie heen. Hierdoor zie je de formatie plat, merken de springers dat je er ook bent en razen de voeten langs het beeld.
Als de formatie eindigt met een grote cirkel kun je over de rand heen vliegen en in de cirkel gaan liggen. Draai langzaam een rondje en iedereen zal naar je lachen. Denk er wel om dat je van boven over de formatie heen gaat. Als je onderdoor komt kunnen anderen last hebben van je burble.
Film de formatie van onder. Hierdoor krijg je een aparte invalshoek, die vaak mooie kleuren oplevert.
Maak een switch van zijlicht of ruglicht naar tegenlicht.
Maak gebruik van reflecties van de zon in het water, dit gaat vaak samen met tegenlichtopnamen, maar hoeft niet per se.
Aan het eind van een grote formatie is het het veiligst om meteen in het midden te openen bij separatie. Als je voldoende ervaring hebt kan het daarentegen om met een springer in tracking te gaan, van onder de separatie te filmen, of mee te vallen in het midden of elders in de formatie om zo de springers juist van je af te zien gaan, of juist langs je heen te zien schieten. Besef wel dat dit soms forse risico's met zich mee kan brengen. Een mid-air collission in vrije val is niet denkbeeldig en je moet je er comfortabel bij voelen om tussen de andere springers in te hangen. Bij een grote formatie hangen die over het algemeen niet al te ver weg.
Als je met 2 cameramensen bent en je hebt het "vrije slot" (dwz dat je overal mag vliegen) spreek dan met de andere cameraman af wie het eerst opent in het midden. Je kunt dan bijvoorbeeld zijn opening filmen. Spreek in ieder geval goed met elkaar af, zodat je weet wat de ander gaat doen.
Tandem
Om tandems te filmen moet je in ieder geval veilig kunnen vliegen. Je mag de tandem
nooit in gevaar brengen door je eigen onhandigheid. Spreek een sprong altijd door met de tandemmaster, zeker als je net begint. Daar komt verder bij dat je een redelijke kwaliteit en betrouwbaarheid moet hebben, oftewel je moet vaak met goede beelden beneden komen. De meeste tandempassagiers maken hun eerste en vaak enige sprong maar 1 keer. Beneden komen zonder beeld is dus niet zo leuk.
Bij het filmen van tandems hoort er ook een stukje op de grond bij. Daar wil ik nu niet op in gaan, maar wees creatief en zorg dat het een positief visitekaartje is van de sport. Qua veiligheid komt er een hoop kijken bij het springen met tandems, niet in de laatste plaats doordat er steeds foto's en video in het vliegtuig moeten worden gemaakt. Laat dit niet ten koste van je eigen veiligheid gaan.
In de deur tijdens exit zit je over het algemeen dicht op je op je object. Kijk dus naar het midden van het object of zelfs onder je object. Doordat je camera hoger staat (er vanuit gaande dat hij boven op je hoofd staat) filmt hij dan het juiste.
|
|
|
Maak oogcontact met de tandemmaster voor de timing |
Blijf uit de burble van de tandem |
Tandemmaster gaat de drogue pakken
|
|
Zorg dat je oogcontact hebt met de tandemmaster of laat hem een duidelijke count geven waaruit jij kunt voorspellen wanneer hij vertrekt. Kort na exit (meestal binnen 5 seconden) zal de tandemmaster namelijk de drogue zetten. Deze drogue komt evenwijdig aan de relatieve wind te staan, als je dus in de burble van de tandem ligt is de kans groot dat je hem in je gezicht krijgt. De tandemmaster kan meestal niet zo goed zien waar jij bent als je float. Zorg dus dat je weg bent. Bedenk hierbij ook daat een tandem vrij stijl weg valt. Dus als je er dicht op zit bij de exit, maar op level of eronder, dan is het mogelijk dat als een tandemmaster niet direct zijn drogue zet dat de tandem door jouw relatieve wind gaat en jij dus in het gevarengebied van de drogue terecht komt. Over het algemeen zal door dit stijler wegvallen van de tandem de horizontale separatie ook snel toenemen, waardoor de kans op bovenstaand probleem kleiner is dan het lijkt. Ook gedurende de rest van de sprong is er en soort trechter boven de tandem |
Tandemmaster zet de drogue |
waar je niet in moet komen (zie onderstaande figuur). Door de turbulentie van de tandem ligt de drogue te dansen in de burble en "stuitert" de hele tijd heen en weer, dit creëert naast de normale burble een nog groter gebied waar niet goed in te vliegen valt. De trechter is ook boven de drogue nog aanwezig. In principe moet je er namelijk vanuit gaan dat een tandemmaster zijn chute ieder moment kan openen. Maak de tandemmaster er ook vantevoren al op attent dat hij met gezicht richting zon moet draaien en blijven, zodra hij de drogue gezet heeft. Anders film je misschien tegen de zon in en krijg je een mooi silhouette, maar is het gezicht van de
|
|
passagier nauwelijks te zien. Laat de tandemmaster dus ook niet met je meedraaien als jij om de tandem heen vliegt of een iets andere hoek kiest. Enkele opnames tegen de zon in kunnen namelijk best mooi zijn, zolang het er maar een paar zijn.Tijdens het filmen van een tandem mag een goed shot van het gezicht van de passagier niet ontbreken: de mensen willen thuis laten zien dat ZIJ die tandem gedaan hebben. Over het algemeen ligt een passagier iets naar achter onder de tandemmaster en vaak ook met zijn hoofd schuin omlaag (omdat de drogue bij een aantal tandemsystemen waaronder Vector achter het zwaartepunt van het tandemkoppel zit). Als je dus op het level van de tandemmaster filmt zie je niet het gezicht van de passagier. Kruip er dus onder en kijk omhoog. Als je dit goed doet zie je op de achtergrond de drogue. Dit gaat makkelijker als je zittend filmt.
Overdrijf het bovenstaande ook weer niet. Ga geen hele sprong het gezicht van de passagier in beeld houden, doe dit ongeveer een seconde of 5 tot 10, afhankelijk van de totale duur van de vrije val en de interactie met de passagier. Hierdoor hou je ook tijd over om wat plaatjes te maken met een andere achtergrond dan alleen de lucht in beeld. Dit is meteen een goede manier om je dropzone te promoten en dan weten de mensen later ook nog waar het was. Een rondje vliegen op level om de tandem heen is een goede manier, of even omhoog naar de drogue en weer terug. |
Blijf uit de trechter van de tandem! |
|
|
|
|
De tandempassagier ligt wat naar achter tov de tandemmaster. |
Kruip onder de tandem voor goede beelden van het gezicht van de passagier. |
Als je stijl genoeg filmt zie je ook de drogue. |
Kort voor de opening van de tandem zal de tandemmaster over het algemeen afzwaaien of een vergelijkbaar teken geven. Dit is voor jou een signaal om wat afstand tot de tandem te nemen. Bij de opening van sommige tandemsystemen (o.a. Vector wel, Strong heeft dit niet) zal de tandem namelijk eerst nog iets versnellen door het zogenaamde trap-door effect. Dit wordt veroorzaakt doordat bij het trekken van de droguerelease en het loskomen van de drogue deze collapsed, waardoor de tandem niet meer wordt afgeremd. De gecollapste drogue fungeert vervolgens als pilot-chute. Doordat de tandem in ene sneller gaat is er een mogelijkheid dat je van bovenaf in de burble van de tandem valt.
Voor het filmen van de opening zijn er grofweg twee mogelijkheden:
1. meegaan de tandem of
2. opfloaten en de tandem laten passeren.
Ad 1. Door mee te gaan met de tandem hou je meer contact met de passagier en kun je van dichtbij de actie van het openen van de chute laten zien. Mooi effect hierbij is om op je rug te draaien en de tandem na te zwaaien zodra deze begint te vertragen. Nadelen van deze manier zijn dat je (1) te dichtbij kan zitten in geval van een high speed storing aan de tandem, (2) je door de benen van de passagier hard geraakt kan worden als je te dichtbij ligt wanneer deze naar voren zwiepen, (3) niet de complete openingsvoortgang van de tandem in beeld hebt.
Ad 2. Door op te floaten zodra de tandemmaster afzwaait (1) geef je de toeschouwers het idee dat de tandem de diepte in valt richting de grond, (2) kun je een behoorlijk vertikale separatie creëen waardoor de tandem wat meer de tijd heeft om te vertragen en jou met grote snelheid vanuit de diepte voorbij schiet. Blijf wel het hele object filmen, focus dus op het midden van de lijn, dan heb je de hele tandem er op staan. Qua veiligheid heeft deze manier meer voordelen: (1) in geval van een high speed storing op de tandem heb jij in ieder geval oogcontact met de grond, waardoor je instinctief niet te lang de malfunctie blijft volgen als dit uit de hand loopt (2) je kunt een grotere horizontale separatie nemen om de hele openingsvoortgang goed in beeld te krijgen.
Een nadeel van deze manier is dat je onbewust naar voren vliegt en toch boven de trechter komt op het moment dat de tandem erg diep ligt / de tandemmaster lang wacht met openen.
|
|
|
Landing tegen de zon in kan ook mooi zijn, maar gezicht passagier is niet te zien. |
Landing veraf geeft wel een mooi beeld van het geheel, maar eerste reactie van de passagier kan gemist worden. |
Landing dichtbij doet het goed voor de reacties, maar gaat ten koste van het overzicht. |
Zet, zodra je geland bent met je chute, je helm af en controleer of je lenzen niet beslagen zijn. Probeer bij de landing van de tandem zo gunstig mogelijk te staan ten opzichte van de zon: zoveel mogelijk zon in de rug. Al kunnen landingen met zon tegen ook mooi zijn, maar zorg dat je zo snel mogelijk na de landing de zon weer in de rug hebt. Bij de landing kun je ook weer kiezen: veraf of dichtbij. Als je veraf ziet heb je vaak wel de mooiste beelden van de landing als geheel, je ziet dan ook mooi de koepel. Nadeel is alleen dat je naar de tandempassagier toe moet lopen en daardoor de eerst enthousiaste reactie kan missen. Bij de landing dichtbij heb je direct de eerste reactie van de passagier op beeld en kun je het totaal plaatje wat eerder maken, maar het kan je ook eerder gebeuren dat de tandem je voorbij vliegt en je van veraf een rug staat te filmen, dan heb je 2x niks.
Wees je er bij tandemfilmen van bewust dat je het visitekaartje van de sport bent. Doe of zeg geen domme dingen die niet-springers bevestigt in bepaalde vooroordelen over onze sport. Maak het een positief product. Ten slotte wil ik over het tandemfilmen het volgende zeggen: vraag je altijd af wat de passagier zou willen zien. Meestal is dit simpelweg stabiele beelden en hun gezicht in beeld. Op je rug om een tandem heen carven is vliegtechnisch wel knap en leuk om te zien voor springers, voor de passagier oogt het chaotisch en wordt minder fraai gewaardeerd. En wie betaalt er nou jou sprong?
AFF
Op het eerste oog lijkt AFF niets anders dan het filmen van een kleine groep formatiespringers. Niets is minder waar, om AFF te kunnen en mogen filmen moet je eerst een goede cameraman in FS en Tandem zijn.
Het grootste verschil is dat iemand bij deze sprong onder (hoog)spanning iets aan het leren is. Houd dat altijd in je achterhoofd.
Iemand die bezig is met zijn allereerste sprongen heeft heel veel aan zijn hoofd en jij mag niet een van die dingen zijn. Vlieg dus zodanig dat de AFF'er geen last van je heeft. Tegelijkertijd is het wel de eerst of een van de eerste sprong(en) van iemand, dus je moet goede beelden hebben en mooie foto's. Daarnaast kan het ook een didactisch instrument voor de instructeurs zijn, waarmee ze de leerling feedback kunnen geven.
Het begint bij de exit, hier mag je nooit in de weg zitten. Anders dan bij FS-4 kan de count hier weleens wat minder soepel verlopen. Hou er dus rekening mee dat je versneld weg moet kunnen, of juist iets langer moet wachten. Hoe dan ook, je mag nooit op de AFF groep vallen (leerling + instructeur(s)). Exitten van binnenuit is daarom zonder meer het veiligst om botsingen te voorkomen. Hierdoor is de exit alleen niet goed te zien en ontstaat er al snel een groot gat met de formatie, waardoor de eerste seconden van de sprong gemist worden. Ook is het oppassen met je materiaal. Je moet uit de deur duiken en daarbij er om denken dat het bouwwerk op je hoofd er niet afgestoten wordt. Buiten is dus lastiger, maar eigenlijk de enige optie.
Door een freefly exit op je rug te maken zou je kunnen frontfloaten en vanaf de eerst seconde het gezicht van de leerling in beeld kunnen hebben, maar dit leidt de leerling erg af en hierdoor zou de presentatie van de leerling aan de relatieve wind wel eens heel slecht kunnen worden.
Blijft praktisch gezien dus alleen backfloaten over, ondanks de nadelen zoals hierboven beschreven. Na de exit kun je mooie shots maken met het vliegtuig op de achtergrond en float daarna op en vlieg om de AFF-groep heen, nooit er overheen! Een leerling zou bij zijn eerste dummy meteen zijn chute kunnen trekken. Nu zit je weer aan de goede kant om het gezicht te kunnen filmen. Zorg dat je deze dummies in beeld hebt, ze zijn interessant bij het debriefen.
In overleg met de jumpmasters is het ook mogelijk dat ze de AFF'er kort na exit met zijn gezicht in de zon leggen, dit komt de beelden en de foto's erg ten goede en de leerling merkt er vaak weinig van.
Blijf in het begin van de sprong wat hoger: een meter of 3 schuin boven de AFF-groep. Hierdoor kun je een mooie overzichtsfoto maken met de grond als decor. De AFF'er kan je op deze manier niet zien, heeft dus geen afleiding en kan ongestoord zijn oefeningen doen. Als deze klaar zijn kun je op level komen of juist iets eronder voor een close-up van het gezicht. Dit zijn vaak expressieve foto's maar doe het maar even, op het moment dat je op level en onder de leerling vliegt ben je meestal het enige waar de leerling nog aandacht voor heeft. Altitude awareness wordt vaak compleet vergeten. Vlieg na de close-up dus nog iets dieper voor een overzicht van onderaf, maak nog een paar beelden op level en verdwijn daarna uit het gezichtsveld van de leerling.
Je kunt een rondje om de AFF-groep vliegen op 2m erboven en daarna voor de leerling erboven wachten tot opening, dit is het creatieve gedeelte voor je, zolang je je aan de beperkingen houdt. Dan kun je mooi de hele openingsvolorde zien. Nuttig voor de instructeurs om te debriefen en leuk om te zien. Licht de instructeurs vantevoren in dat jij in het midden de opening van de leerling blijft filmen en daarna zelf opent in het midden. Zij zullen dan in tracking gaan en jij zorgt voor een vertikale separatie met de leerling (lees hierover het stuk over openingshoogten!)
Tot nu toe heeft het bovenstaande verhaal zich vooral toegespitst op AFF-level 1, waarbij de AFF instructeurs de leerling bijna permanent vasthouden. Dit level film je immers het meest, samen met level 7 wanneer de leerling al redelijk wat controle over zijn vlucht heeft. Bij de hogere levels, wanneer er 1 jumpmaster is en de leerling aan het "ontdekken" is met het zelf verkrijgen van stabiliteit en het aanleren van draaien. Hierbij moet je rekening houden met spinnende leerlingen omhoog en omlaag. Bij een snelle spin omlaag moet je oppassen dat je niet boven de leerling komt in een dive erachteraan. Hij kan op ieder moment uit paniek in ene zijn chute openen.
Als de leerling omhoog spint, volg hem op level, of iets hoger. Je kunt hierbij ook een oriëntatiepunt zijn. Belangrijk bij al deze hogere levels is dat je nooit tussen de jumpmaster en de leerling mag vliegen. Hij is de instructeur, niet jij! Creëer geen verwarring.
AFF sprongen waarbij de leerling de controle (tijdelijk) kwijt raakt zijn zeer intensief en soms moet je snel reageren en grote stukken vliegen om toch goede beelden te krijgen. Kies hierbij voor een totaalplaatje, ga niet voor close-ups, maar zorg voor goed debrief materiaal. Blijf wel zo dicht mogelijk in de buurt en hinder de jumpmaster niet.
Bij de hogere AFF-levels is een leerling steeds meer verantwoordelijk voor zijn altitudeawareness en moet hij zelf kunnen openen. De jumpmaster kan niet meer precies op tijd openen. Soms opent een leerling iets lager, een enkele keer heel veel lager. Wees je hierbij bewust van het toenemende risico voor jezelf als je blijft volgen. Als een leerling op 3000ft opent en je filmt de opening, dan hang je zeker niet boven de 2000ft (wederom: lees hierover het stuk over openingshoogten!). Ga er op tijd vandoor en laat het verder over aan de jumpmaster(s). Als de instructeur nergens te zien is (wat in principe niet de bedoeling is, maar zou kunnen gebeuren), kom dan in het gezichtsveld van de leerling en open. Misschien breng je hem door het goede voorbeeld op een idee. Ga niet proberen de leerling te pakken en voor hem te openen. Je brengt jezelf onnodig in gevaar! De leerling heeft een AAD!
In bovengenoemde gevallen laat de tape eerst aan de AFF instructeur zien en zorg dat andere leerlingen of de leerling zelf hem (nog) niet te zien krijgt. Hierdoor krijgen andere leerlingen misschien angst en dit gaat ten koste van de didactische waarde van de video. Met feedback van een instructeur kan iets dergelijks voor de leerlingen en voor anderen (niet in de laatste plaats de instructeurs zelf) erg leerzaam zijn.
Bij het filmen van afbouwsprongen ben je eigenlijk een soort jumpmaster. Vertel de leerling vooraf wat je gaat doen en wat je van hem verwacht. Vertel ook dat jij waarschijnlijk afleiding voor hem bent, maar dat hij met name aandacht besteedt aan altitudeawareness en openen op de afgesproken hoogte.
Hou de leerling in het vliegtuig in de gaten, leid hem niet teveel af en zorg dat hij een handlecheck doet voor hij uitstapt. Door de spanning van de video vergeten ze dit nog weleens. Laat hem een bekende exit doen en ook gedurende de sprong geen nieuwe experimenten laten doen. Alle veiligheden van AFF filmen blijven verder gelden.
Spreek op de grond de sprong door met de leerling, daar leert hij wat van.
Tot slot geldt bij AFF hetzelfde als bij tandem: het is iets unieks. Het filmen van AFF level 1 zie ik persoonlijk als het vastleggen van een geboorte. Zorg dat je kwaliteit levert en breng het unieke en enthousiaste in beeld. Als cameraman kunnen deze sprongen erg veel voldoening geven.
Freefly
Freefly filmen is erg lastig vergeleken met FS, omdat het zich afspeelt in 3 dimensies. Het bewaren van het overzicht is daardoor lastig en door de snellere manoeuvreerbaarheid ontstaan en verdwijnen mooie beelden razendsnel. Met de exit kun je in principe overal staan, maar zorg wel dat je ergens aan de buitenkant staat. Dan kun je snel afstand nemen tot de formatie en is de kans op schade aan je materiaal ook minimaal. Zeker in geval van een funnel. Zeker tijdens de exit zijn er met freefly mooie shots te maken van de formatie met het vliegtuig op de achtergrond. Vlieg dus zodanig dat je de formatie tussen jezelf en het vliegtuig houdt. Denk erom dat je niet het hoofd van de springers als centrum van je beeld neemt. Dan is de kans groot dat hun voeten uit beeld steken. Mik op hun navel of kruis, dan zit je meestal precies goed, zowel in sitfly als in headdown.Als je voor een echte video- of fotosprong gaat en je jezelf dus tot doel of centrum van de formatie maakt komen de freeflyers 1. vaak te dichtbij om goed in het beeld te passen. 2. Vliegen ze vaak met hun hoofd op het level van jouw
|
|
hoofd. Hierdoor wordt je gedwongen om een beetje omhoog te kijken om een volledige lichaam in beeld te krijgen, maar daardoor is de achtergrond bijna altijd alleen maar lucht (er van uitgaande dat je zitvliegend filmt). Als je wilt dat dat anders is kun je a. dit vantevoren briefen op de grond zodat ze er rekening mee houden, b. een transitie naar headdown uitvoeren waardoor het omgekeerde zal gebeuren > hoofdzakelijk de grond als achtergrond.
Verder gelden met freefly dezelfde mogelijkheden als met een grote FS formatie. |
Freeflyexits kunnen spectaculaire beelden met het vliegtuig op de achtergrond opleveren. |
|
|
|
Frontfloaten, geen optie bij AFF.
Backfloaten, de beste optie.
Exit met de kist op de achtergrond.
Zorg dat je de dummies in beeld hebt.
Overzichtshot van onder.
Close-up, niet te lang! Altitude awareness wordt vaak vergeten.
Vlieg er omheen voor de mooie shots.
Breng het afzwaaien en openen in beeld.
Linestretch ook goed filmen.
Spreek een vertikale separatie af met de jumpmasters.
|
|
|
|
Voor een goed gecentreerd object moet je mikken op de navel of het kruis (zwarte kruis op de linker foto). Als je op het hoofd richt (rode kruis) zit je te laag en verdwijnen de voeten uit beeld (rechter foto). |
Ik acht mijzelf niet kundig genoeg om uitgebreid informatie te geven over andere disciplines. Vraag dit aan een ervaren cameraman die thuis is in de betreffende discipline.
Videowerk is vooral ook een kwestie van veel doen, creatief zijn en vooral een eigen stijl ontwikkelen. Kijk wat anderen doen, maak er varianten van , maar kopieer een ander zijn werkstijl niet volledig. Daar doe je uiteindelijk vooral jezelf tekort mee. |
|
|
|
Foto
Het voordeel van fotograferen is dat je niet alles goed hoeft te hebben. Het gaat om een paar goede momenten in de sprong die je vast legt. Vraag je altijd af wat je in deze sprong wilt fotograferen. In iets meer dan 30 seconden een rolletje van 36 opnamen er doorheen jagen is echt mogelijk, maar om dan 36 mooie foto's te maken is iets minder mogelijk. Voor wat betreft het maken van mooie beelden geldt nagenoeg hetzelfde als voor video, daarom zal ik me hoofdzakelijk richten op de technische trucs van het fotograferen. Voor je begint met fotograferen is het wel handig als je eerst wat geoefend hebt met video en het nodige weet over fotografie. Digitale camera's zullen in dit stuk niet aan bod komen.
De juiste filmsoort
Skydiving is een snelle sport, waarbij objecten snel kunnen bewegen. Je film moet dus redelijk lichtgevoelig zijn, anders wordt de sluitertijd te lang zijn voor een goede belichting en dan zijn de foto's weer bewogen. Bij veel licht zou je een 100 ASA film kunnen gebruiken, maar standaard is 200 ASA en bij donker weer is 400ASA aan te raden. Merken maken niet zo heel veel uit voor een gemiddelde kleinbeeld spiegelreflexcamera.
Je kunt ook kiezen voor het gebruik van dia's. Deze hebben over het algemeen "warmere" kleuren en leveren dus een mooiere kwaliteit. Diafilms zijn duurder in aanschaf, maar het ontwikkelen is goedkoper. Foto-afdrukken van dia's zijn alleen weer duurder.
De juiste instellingen
Ten opzichte van andere fotografen hebben we een groot nadeel. We moeten veel verschillende foto's maken, bij verschillende lichtintensiteiten van soms snel bewegende objecten zonder direct te zien wat we doen en dat alles binnen een minuut. Daarom geldt ook hier dat het handig is om je goed voor te bereiden.
Focus
Om snel te kunnen afdrukken moet je je camera op manual focus zetten. Anders gaat hij zoeken en dat duurt of te lang, of hij stelt scherp op de verkeerde afstand. Stel hem in afhankelijk van de geschatte afstand tot je object. Dit betekent dat je hem voor een tandem dichterbij instelt dan bij FS-4. 3 meter blijkt een afstand waarbij een goed compromis wordt gesloten: van 1 meter tot oneindig is alles nagenoeg scherp. Zorg (indien dit relevant is zoals bij zoomlenzen) dat je focusring niet kan draaien. Dit kan met tape, maar ook door een tandemelastiek over je hele objectief heen te schuiven en op de rand tussen focusring en de rest van het objectief te plaatsen.
Zoom
De zoom kun je niets mee doen tijdens de sprong, o.a. omdat je de focus vast hebt gezet. Ik laat hem altijd op de grootste beeldhoek staan (28mm) hierdoor is het beeld van het fototoestel net iets groter dan van de videocamera en iets wat je dan op video hebt staat dus in ieder geval op de foto.
Sluitertijd
Met sluitertijd valt wel wat te spelen, maar niet te veel. Als je voor een snelle sluitertijd kiest (bijvoorbeeld 1/1000ste of sneller) heb je maar een gering scherptedieptebereik omdat sluitertijd en diafragma min of meer aan elkaar gekoppeld zitten. Alleen de afstand waar je op gefocussed hebt is scherp. Bovendien bevries je het moment heel erg. Dit soort sluitertijden zijn alleen met heel veel licht te gebruiken. Met helder, zonnig weer gebruik ik 1/500ste. Met tragere sluitertijden (1/350ste) komt er meer "beweging" in de foto. Gezichten etc zijn dan scherp, maar de wapperende pakken zijn een beetje bewogen. Vanaf (1/250ste) komt er teveel beweging in de foto of kan er geen passend diafragma worden gevonden bij veel licht (denk aan zonnig weer boven een wit, reflecterend wolkendek in de zomer). Exit foto's zijn bewogen. Bij donker weer (onder een wolkendek bijvoorbeeld of in de avond) gebruik ik 1/350ste. Na de landing, of soms al onder de chute kan het handig zijn om de sluitertijd langer te nemen, afhankelijk van het licht.
Diafragma
Zoals hierboven gemeld is het diafragma min of meer gekoppeld aan de sluitertijd. Ik laat de camera altijd zelf het diafragma bij de sluitertijd zoeken. Ik stel de sluitertijd dus in, omdat ik hiermee controle krijg over bewegingsonscherpte.
Ik wil minimaal diafragma "8" hebben. Bij een lager nummer (dus een groter diafragma) zijn voor en achtergrond te vaak onscherp. Bij helder weer is het mogelijk om "22" of meer te hebben (dan is bijna alles dus scherp) en neigt een foto naar overbelichting. Dan kun je dus de sluitertijd iets sneller maken. Bij de gekozen sluitertijd wil je dus een diafragma tussen de "8" en "16" hebben.
Compromissen of durven kiezen?
Besef dat je soms niet alles scherp kunt krijgen door invloeden waar je niets aan kunt doen. Bij een gesloten wolkendek halverwege de vrije val kun je erboven heel veel licht hebben en eronder weinig. Maak hierbij een keuze voor de instellingen waarbij jij vindt dat je de meeste en beste foto's kan maken. In het geval van een tandem leg ik dit in het vliegtuig al uit aan de passagier dat ik dan bijvoorbeeld kies voor de exit en de halve vrije val en dat die mooie foto's opleveren en tweede helft van de vrije val en de opening wat minder mooie. Op de grond kun je weer wat aan de instellingen doen voor de tandem landt. Zo geef je duidelijkheid, kweek je begrip en voorkom je teleurstellingen.
Durf ook te kiezen voor kwaliteit. Het volschieten van een rolletje van 36 is makkelijker dan je denkt, maar zorg dat je geen 36 dezelfde foto's hebt van magere kwaliteit. Neem vanuit 1 camerapositie hooguit 3 foto's, tenzij je goede redenen hebt om er meer te maken. Kies voor bijvoorbeeld 20 goede foto's en laat de rest van het rolletje ongebruikt. Wees je bewust dat je het visitekaartje van de sport bent.
Tot slot
Camerawerk is niet makkelijk. Behalve dat je goed moet kunnen springen (je bent een vliegend statief) moet je op de juiste momenten afdrukken voor foto's en je aandacht dus kunnen verdelen. In het begin kan het mogelijk zijn dat je van een rolletje van 36 misschien maar 4 goede foto's hebt, maar door oefening zullen dat er meer worden.
Indien (camera)springers hier extra adviezen, opmerkingen of vragen over hebben dan hoor ik dat graag. Mail dan naar
thinairskydiving@hotmail.com