H is de diameter van de as. Deze as zit vast in een lager en mag hierin niet te veel speling hebben. Daarom hebben we hier gekozen voor een lopende passing, f7, met een tolerantie tussen de -16 en de -34 µm.

O is de breedte van de spiegleuf in het kegeltandwiel. Deze moet goed vast zitten, maar het tandwiel moet nog wel te (de)monteren zijn. Hiervoor wordt dus een schuifpassing H7 gebruikt. Het tolerantiegebied van dit gat ligt tussen de 0 en 12 µm

P is de diepte van de spiegleuf in het kegeltandwiel. De spie mag hier best wat speling hebben, als de spie in de breedte maar goed vast zit. Dit is dus een losse passing B8, en de diepte van het gat mag tussen de 140 en 158 µm afwijken.

A is de diepte van de spiegleuf in de as. Deze diepte mag redelijk veel speling hebben, omdat de spie toch vast komt te zitten als het in het kegeltandwiel zit. De nominale diepte van de spiegleuf is 5 mm. Hij mag speling hebben, daarom is een losse passing, B8, hierop van toepassing. Met deze passing mag de diepte van de spiegleuf tussen de 140 en 158 µm groter zijn. De diepte ligt dus tussen de 5,140 en 5,158 mm.

G is de diameter van de as op de plek waar de groef voor de asborgring zit. Deze diameter is kleiner dan de diameter van de as en is dus eigenlijk de diepte van de groef, in de as, waar de asborgring omheen komt. Er mag geen speelruimte tussen deze diameter en de asborgring zitten, maar de asborgring moet wel gemakkelijk verschuifbaar zijn. Hierom is de glijdende passing h6 het meest geschikt. De diameter heeft een nominale maat van 16,8 mm. De maatafwijkingen liggen tussen de 0 en de -11 µm. De diameter van de as op deze plek kan dus variëren van 16,789 mm tot 16,8 mm.

K staat voor de binnendiameter van het glijlager. Deze heeft een nominale maat van 18mm. De binnendiameter staat in contact met de roterende as. Het moet een losse passing zijn tussen as en glijlager zodat de as in het glijlager kan roteren. een H7g6 passing zal hiervoor een goede keuze zijn. H7 staat voor de binnendiameter van het lager 18.000mm-18.018mm g6 staat voor de diameter van de as 17.980mm-17.993mm. Dit is een zuiver lopende passing.

W + J staat voor een maat die de binnendiameter aanduid van het glijlagerhuis en de buitendiamter van de glijlager. Deze diameter heeft als nominale maat 25mm. Echter, de sluiting tussen glijlager en Lagerhuis moet vast zijn. Zodat de lager goed blijft zitten en niet kan draaien. Er mag dus geen speling zitten tussen lager en behuizing. Tussen lager en lagerhuis moet dus een vaste passing bestaan, maar het lager moet wel nog redelijk eenvoudig in het huis geperst kunnen worden. De passing mag dus niet té vast zijn. Wanneer het Lagerhuis-lager een H7m6 passing heeft dan zal het een drukpassing zijn. Dit voldoet voldoende om het lager op zijn plek te houden. H7 is hierin de maat van het huis. 25,000mm-25,021mm. m6 is hierin de buitenmaat van het lager 25,008mm-25,021mm. Er worden geen zware tangentiële of concentrische krachten op de verbinding uitgevoerd dus deze drukpassing is voldoende.

I is een gat in zowel onderdeel 18, de as, en onderdeel 14, de zwengel. Door dit gat komt een cilindrische pen, onderdeel 13. Deze pen moet vast in het gat zitten, hij mag er niet uitvallen, en moet zorgen dat de as en de zwengel stevig aan elkaar vastzitten. Dit werk moet nauwkeurig gebeuren. Als de passing iets te los is en de pen kan eruit vallen is de heftafel niet meer te gebruiken.  Om dit te bereiken wordt een lichte perspassing gebruikt, zodat de onderdelen een vaste verbinding vormen. Deze onderdelen kunnen echter zonder ernstige beschadiging losgenomen worden, wat de duurzaamheid van de heftafel bevorderd.  De onderdelen hoeven niet over een grote afstand in elkaar te worden geschoven, dus vreten zal niet plaatsvinden. Hier is te maken met een eenheids-as-stelsel. De as gaat immers door verschillende gaten. De aanduiding wordt daarom h6 N7. De nominale maat van het gat en de pen is 5 mm. De toegestane maatafwijking van de as ligt daarom tussen 0 en -8 mm, en de toegestane maatafwijking van het gat ligt tussen -4 en -16 mm.

L is een gat dat door de draadbus, onderdeel 2, en een kegeltandwiel, onderdeel 3 gaat. Deze twee onderdelen worden aan elkaar vast gemaakt door middel van twee van deze gaten. In de gaten komen cilinderpennen te zitten. Dit werk hoeft niet per se nauwkeurig te gebeuren. Ook al wijkt de maat enigszins af dan kunnen de twee onderdelen nog niet uit zichzelf los, omdat ze op elkaar blijven liggen. Dit valt dus onder gewoon werk. De twee onderdelen moeten stevig aan elkaar vast komen te zitten, de cilinderpen zal daarom in het gaat moeten worden geperst, door midden van een lichte perspassing. Hierdoor kunnen de onderdelen eventueel nog uit elkaar worden gehaald met het juiste gereedschap . De onderdelen hoeven niet over een grote afstand in elkaar te worden geschoven, dus vreten zal niet plaatsvinden. Hier is te maken met een eenheids-as-stelsel. De aanduiding wordt h7 N8. De nominale maat van het gat en de pen is 5 mm. De toegestane maatafwijking van de as ligt nu tussen 0 en -12 mm. De toegestane maatafwijking van het gat ligt tussen -2 en -20.