Het bouwwerk verplaatst zich
-door middel van de natuurwetten-
met de kustlijn van de dode zee.
Een mechanisme
'de begrenzer' houdt het 7° op een plek vast voor het gebouw zich verplaatst.
Het drijvende gedeelte zakt met het zakkende water.
Hierdoor ontstaat naast de periodieke verplaatsing een hoekverdraaiing.
Door de ligging van het zwaartepunt en de lengte van het gebouw wordt de 3 meter wat het water zakt in één periode in het gebouw verdubbeld.
De verdraaiing wordt
-zelfs in de periode van 21 dagen-
binnen het gebouw ervaarbaar en voelbaar.