DE VERSTOTING DOOR

DE AMAZONES











2014/ 2015





Inhoudsopgave :








Hoofdstuk 1. Het Zwarte Paard in de Koran
Hoofdstuk 2. De Verborgen Religie
Hoofdstuk 3. De Vier Paarden Ontcijferd Door Het Sprookje
Hoofdstuk 4. Het Eco-Systeem van de Gnosis
Hoofdstuk 5. Wortel-woorden in de Etymologie van Christus
Hoofdstuk 6. De Paradijselijke Mens
Hoofdstuk 7. De Christus-Kooi
Hoofdstuk 8. Ingaan In De Rode Bal

 

Hoofdstuk 1. Het Zwarte Paard in de Koran

 

In het Arabisch kan Madh valse submissie zijn, en Hamed is Zij die tot submissie brengt, altijd tot de ware submissie. Madh is een Arabische equivalent van MATI.

 

Mati is in het Sranan Tongo de vrouwelijke scheppingskracht en de vrouwelijke contacten onderling.

 

Mati is in het Egyptisch de wet, ook wel Maat genoemd, de godin van oordeel. Zij draagt een struisvogelveer, en is zelf een struisvogelveer, wat wordt gebruikt op de weegschaal om de harten te wegen van de overledenen in de hal van Mati of Maat. De harten behoren zo licht als de veer te zijn, om door te kunnen gaan tot de onderwereld. De harten konden in hun leven zo licht worden door goede daden. Als de harten te zwaar zijn door slechte daden, dan zouden ze verslonden worden door het monster Ammoet, om zo te gaan tot de eeuwige rusteloosheid. Zo zien we dus dat de Egyptische wet een reflectie is van de Mati van het Sranan Tongo. In de Sranan Tongo gnosis, de Surinaamse gnosis, is Mati de scheppingskracht van de moeder, wat steeds meer door het christendom werd afgedekt. De Egyptische Mati is slechts een heenwijzer daarnaar.

De Afrikaanse Pygmeeen in Sumerie kenden de Egyptische Maat al als Matu, de moeder van God, de moederschoot en de onderwereld.

 

Als we het Heilige der Heilige binnengaan en daar de ark zien, dan moeten we beseffen dat de ark komt uit het oude Egypte. Hier had Mozes zijn wijsheid vandaan, alhoewel hij het allemaal om begon te draaien voor de lichtgoden. We kijken naar de twee cherubs, de cherubim, op de ark, maar dit waren twee godinnen, twee vrouwen, op de Egyptische ark, namelijk ISIS en NEPHTYS, als een beeld van de dubbele vrouwelijke vruchtbaarheid. Dit is ook wat MATI in het Sranan Tongo betekent : de vruchtbaarheid tussen twee vrouwen.

 

Dit is waartoe het witte paard was uitgezonden. MATI rijdt op het witte paard. Maar doorvertaald in het Arabisch is dit niet Madh, maar HAMED, Zij die tot onderwerping brengt. HAMED rijdt dus op het witte paard in de Arabische apocalypse.

 

In de Arabische mythologie werd de witte steen tot een zwarte steen, door de zonde. Zo zal ook het witte paard tot een zwart paard worden.

 

Koran 2 – Het Rund

 

15 Allah spot met hen en laat hen rusteloos in hun blindheid dwalen.

 

Al-ama betekent mentale en fysieke blindheid. Al-ama, ALMA, betekent eeuwig in het Aramees. Dit gaat over het gaan tot de eeuwige duisternis, het zwarte paard. In Amazone mythe is het bekend dat zij soms de ogen van mannen uitstaken, om te voorkomen dat die mannen de macht over hen zouden nemen. Ook Simson's ogen werden door de Filistijnen uitgestoken, doordat Delilah hem in de val had gelokt, ook als een beeld van de valstrikken van de Amazones. ALMA rijdt op het zwarte paard in de Arabische apocalypse. Wij moeten blindgemaakt worden om de duisternis in te gaan. Onze valse ogen moeten uitgestoken worden. Ook Jezus sprak over het uitrukken van de ogen.

 

De Hadith is de apocrypha van de Islam. In de Hadith Mohammed (Hamed) vloog op een wit paard naar de hemel. Mohammed (Hamed, Zij die onderwerpt) is de ruiter op het witte paard. Het witte paard is in het Arabisch de Buraq, al-buraq, wat donder en bliksem betekent. Op dit witte paard maakte Mohammed een nachtreis van Mekka naar Jeruzalem en naar de hemel.

 

Koran 13 – De Donder

 

  1. Zij is het, Die u de bliksem toont vrees en hoop veroorzakende en Zij doet zware wolken ontstaan.

  2. En de donder verkondigt Haar glorie met de lof die Haar toekomt, en de engelen doen het uit ontzag voor Haar en Zij zendt de bliksem en treft er mede, wie Zij wil; nog steeds redetwisten zij over Allah. terwijl Zij streng is in het straffen.

 

Dit is een metafoor van de komst van Mohammed (Hamed) op het witte paard, en de openbaring van de Koran.

 

Openbaring 10

 

1 Ik zag een andere machtige engel uit de hemel neerdalen. Een wolk omhulde hem en de regenboog was om zijn hoofd. Zijn gezicht was als de zon en zijn benen waren als zuilen van vuur. 2 Hij hield een kleine boekrol geopend in zijn hand. Hij zette zijn rechtervoet op de zee en zijn linkervoet op het land. 3 Hij riep met een luide stem, zoals een leeuw brult, en daarna lieten de zeven donderslagen hun stem horen. 4 Ik wilde opschrijven wat ze gezegd hadden, maar een stem uit de hemel zei tegen mij: ‘Wat de zeven donderslagen gezegd hebben, moet je geheimhouden. Schrijf het niet op.’

5 Toen hief de engel die ik op de zee en het land zag staan, zijn rechterhand op naar de hemel. 6 Hij zwoer: ‘Zo waar de schepper van de hemel en alles wat daarin is, en van de aarde met alles wat daarop is, en de zee met alles wat daarin is, tot in eeuwigheid leeft: het is de hoogste tijd! 7 Op het moment dat de zevende engel zijn bazuin zal laten klinken, zal Gods geheim werkelijkheid worden, zoals hij zijn dienaren, de profeten, heeft beloofd.’

8 Toen hoorde ik opnieuw die stem uit de hemel. Hij zei tegen me: ‘Haal de geopende boekrol die de engel die op de zee en het land staat in zijn hand heeft.’ 9 Ik ging naar de engel toe en vroeg om het boekje. Hij reikte het mij aan en zei: ‘Eet het op. Het zal branden in je maag, maar in je mond zo zoet zijn als honing.’ 10 Ik pakte het boekje aan en at het op. Het smaakte zoet als honing, maar nadat ik het opgegeten had, brandde het in mijn maag. 11 Toen kreeg ik te horen: ‘Je moet opnieuw over talrijke landen en volken en koningen profeteren.’

 

Dit gaat over de Koran. De zeven donderslagen zijn de Koran en de komst van Mohammed (Hamed, Zij die onderwerpt) op het witte paard. Toen Adam de kaba bouwde, de heiligste, centrale plaats van de islam, een kubus, viel de witte steen naar beneden vanuit de hemel, die Adam toen gebruikte voor de kaba. Later werd deze steen zwart door de zondeval. Jibril (Gabriel) gaf later de steen aan Abraham die hem gebruikte om de kaba te herbouwen met Ismael. De zwarte steen kwam dus door de zonde, maar heeft ook de macht de zonde te overwinnen. In het boek Openbaring zal hen die overwinnen de witte steen gegeven worden. De witte steen staat voor de steen van Adam, de steen van het paradijs.

 

Metaforisch gezien moet Mohammed (Hamed) aangenomen worden als Zij die tot onderwerping brengt, als het in ontvangst nemen van het witte paard, de Buraq en de witte steen. Dit is het boek 'De Donder'. De pinksterbeweging stopte met de doop in de geest, en de gebondenheid in de geest wordt nauwelijks geleerd. Waar is de verworpen heilige gebondenheid toen naartoe gegaan ? Naar de islam. Jibril, Gabriel, komt van het Hebreeuwse Gabar, wat de heilige gebondenheid door overweldiging en onderwerping betekent. De KEBA is de Aramese ark, wat in het Arabisch de KABA is als een ark-gebied, het heiligste gebied. In de Egyptologie is dit verbonden aan Geb, de god van de aarde. Hij is de groene vruchtbaarheidsgod, als een equivalent van het groene paard van overwinning, het vierde paard, wat dan overgaat en nauwverbonden is aan het witte paard van de dubbele moederschoot die geboorte voortbrengt. Wij moeten dus terugkeren tot het mysterie van de ark en van Jibril, Gabriel, de metaforen van de heilige gebondenheid, een stap verder dan de 'doop in de Heilige Geest', een stap verder dan pinksteren. Daarvoor staat de Islam symbool. Wij moeten komen tot onderwerping. Geb, de Egyptische god van de aarde, ving ook de slechte zielen van de doden om deze te binden en gevangen te zetten, zodat ze niet het hiernamaals binnen konden gaan. Ook dit is een taak van Gabriel, die in de woordbetekenis een oorlogsvoerder is, een jager en een slager.

 

De Nieuwe Romeinen 5

 

  1. Zij (Maria) zit op een wit paard in de hemel, om spoedig geopenbaard te worden.

 

In het Eeuwig Evangelie, in de Steen van Sarsia, is Maria degene die op het witte paard zit. Zo zien wij dan de eenheid tussen Maria, Gabriel (Jibril) en Mohammed (Hamed). De Moeder was verworpen door het christendom, en daarom kwam Zij cryptisch door de Islam.

 

De Nieuwe Exodus

 

  1. En op een gans ging zij tot de onderwereld, na de kruisiging, en een raaf bracht haar door de duisternissen van de hel.

  2. En zij was de rover van alle rovers, om krijgsgevangenen vrij te zetten, en om licht te werpen op haar geboorte en incarnatie.

 

7. Ja, enige tijd is zij onder de man gesteld, maar nu heeft zij gezegevierd. Zij heeft het eeuwig evangelie vervuld en is het hart van het eeuwig evangelie.

 

 

 

De Nieuwe Romeinen 5

 

  1. Wij zijn dichterbij de ark van haar verbond gekomen.

  2. Haar wetten zijn om eeuwig leven te geven.

  3. Zij is de brug tussen ons en god.

 

In het Aramees zijn de paarden ook de bruggen.

 

Vandaar ook dat er een nauwe verbinding ligt tussen de Islam en de Katholieke kerk. Die mengeling komen we ook weer tegen in het Eeuwig Evangelie.

 

De Ark is dus de heilige eenheid van Maria-Gabriel-Mohammed.

 

We kunnen dus stellen dat Mohammed de weg is tot de Ark, die zich gepersonificeerd heeft in Gabriel.

 

Wij moeten Mohammed in onze harten ontvangen als wij onder de schelp werken, en zo komen tot de ware betekenis die het achterhoudt. Mohammed is de grote HAMED, de ruiter op het witte paard, Zij die onderwerpt. Wij moeten in de diepte van de islam gaan, anders zullen we er nooit uitkomen. Zo hebben we dit ook met het christendom gedaan. We moeten juist dieper, om tot de verborgen, achtergehouden betekenissen te komen. Hier zijn noodzakelijke poorten verborgen die angstvallig bewaakt worden.

 

HAMED brengt ons tot onderwerping, waardoor we tot GABAR komen, de heilige gebondenheid. Daarom is de verbinding tussen Mohammed en Gabriel zo belangrijk. Wij moeten dieper kijken, en er doorheen prikken, om te zijn wat het achterhoudt. Wij moeten hier esoterisch mee omgaan, en geen overmoedige islamofobie ontwikkelen. Het mes snijdt natuurlijk aan twee kanten, maar de islamofobie is een geest die de gnosis wil achterhouden. Wij moeten durven de dieptes in te gaan, de dieptes die zo lang door het christendom verboden zijn, en verborgen werden gehouden. Waarom werd het verboden gehouden ? Het christendom had natuurlijk heel wat te verbergen. Cryptisch gezien is de islam alles wat het christendom verworpen heeft.

 

Wij moeten het mysterie van de ark oplossen. Wij moeten komen tot de grotere dieptes.

 

De steen moest zwart worden, blauw in het Sanskrit, omdat de zonden, dat wat verboden was, zou leiden tot een verborgen wereld. Daarom moeten wij deze termen gebruiken. Er schuilt zoiets groots in Mohammed, iets wat nog niet begrepen was.

 

De voeten en de uitsteeksels ervan, de tenen, zijn in de Bijbel erg belangrijk, vooral in de grondteksten. De uitsteeksels van de voeten, de tenen, zijn zenuw-uiteindes, die als bruggen zijn en contact-punten met de onderwereld, om zo in nieuwe dimensies over te gaan. Het zijn zenuw-knooppunten tussen ons lichaam en de onderwereld. Vandaar dat de tegenstander daar zware wachters heeft aangesteld op deze strategische punten, deze strategische overgangen.

 

In de grondtekst schiep de Grote Amazone de hemel en alle planeten, dus ook de aarde, met Haar tenen, juist omdat dit de vertegenwoordigers van de onderwereld in de mens zijn, waar de geheimen van transformatie en schepping zich bevinden. Dit is dus het idee van de wijnpers die getreden wordt met de voeten, als een beeld van de jacht en de slacht, het heilige bloedvergiet. Alles is dus in deze symbolische wijnpers geschapen, dus de voeten en de tenen zijn allerbelangrijkst. De voeten zijn een beeld van de vernietigers, van het oordeel, de apocalypse, en zo dus van de schepping.

 

Psalm 8

 

4 Aanschouw ik uw hemel, het werk van uw tenen, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt.

 

In de tenen zit dus de hogere gnosis verborgen, de opslagplaatsen van de onderwereld. Ook de wetten worden in de grondteksten om de tenen gedragen als teenringen, zodat de mens gehoorzaam is aan de hogere realiteit en het hogere bewustzijn. Ook zijn in de grondteksten de tenen de ware hogepriesterlijke stenen waardoor dienst gedaan wordt.

 

Spreuken 7

 

2 Bewaar mijn geboden en leef, en mijn onderwijzing als uw oogappel.

3 Bind ze aan uw tenen, schrijf ze op de tafel van uw hart.

 

Jesaja 52

 

7 Hoe liefelijk zijn op de bergen de voeten van de vreugdebode, die vrede aankondigt, die goede boodschap (jacht) brengt.

 

Efeze 6

 

15 de voeten geschoeid met de bereidvaardigheid van het evangelie (jacht).

 

In de hogere gnosis leeft men vanuit de diepere gnosis van de hogepriesterlijke stenen, de tenen.

 

Psalm 144

 

1 Van David. Geprezen zij de HEERIN (Grote Amazone), mijn rots, die mijn handen (yad, geslachtsdeel) oefent ten strijde, mijn tenen tot de krijg.

 

Deze hogepriesterlijke stenen zijn ook 'gaven', talenten in het Aramees. De tien tenen zijn dus de tien stammen van Israel.

 

De tenen zijn dus oorlogswapens, strategieen, bloedvergieters, die de wijnpers treden, oftewel zijn opgeleid tot de jacht en de slacht. De tien stenen bij elkaar openen de bloedgas-pijp, de nieuwe adem.

 

Linkervoet

Van links naar rechts :

 

  1. SES – gehoor-orgaan – NAPHTALIY

  2. WEDER – smaak – honger – JUDA – URIM

  3. TARDA – gevoel – onderscheiding – ASER – SHEBUW

  4. MASIT – afkapping van de armen – rust – leegte – ISSASCHAR

  5. MESCO – scalpering – gnosis – contact met de moeder – wedergeboorte – opvoeding – RUBEN

 

Rechtervoet

Van links naar rechts :

 

  1. PEYO – reuk – LEVI

  2. PE – kreupel/ verlamd – afkapping benen – MANASSE

  3. VATI – uitsteking van de ogen/ visioen – GAD

  4. VATE – beweging – BENJAMIN – THUMMIM

  5. MUS [MOES] – verstoting door de Amazones – ZEBULON

 

 

Wij moeten de hogere visioenen over de voeten ontvangen, omdat de onheilige voeten vernietigd gaan worden. In de hogere gnosis wordt er vanuit de voeten geleefd. De voeten moeten vol worden met het bloed van de vijand.

In een hoger level representeert de linker voet de verstoting door de Amazones, het hele Iyowb verhaal dus, en het Islamitische, en de rechter voet representeert de uitsteking van de ogen, oftewel het Simsonitische lijden.

 

Adam en Eva namen van de verboden vrucht, want hen was beloofd als god te zijn door de slang, de oude duivel. Dit representeert de overgang van het zijn van jagers tot het zijn van boeren.

 

Het zwarte paard staat voor iets heel duisters.

 

Koran 108. De Overvloed van het Goede – Al-Kawtar


 

1. Voorwaar, Wij hebben u een overvloed van het goede gegeven.

2. Bid daarom tot uw Heer en offer.

  1. Waarlijk is uw vijand afgesneden.


 

In de Hadith, de apocrieven van de Islam is Al-Kawthar de rivier van Mohammed in het paradijs, witter dan melk en zoeter dan honing, waaruit alle andere rivieren voortkomen. Aan die rivier zijn kippen met lange nekken, zeer mooi, maar zij die hen eten zullen nog mooier zijn.Op de dag van de opstanding zal God's volk daar komen. Hier zijn de sleutels van alle schatten der aarde, en de sleutels der aarde. Aan de rivieren leven ze in lege paarlen. In het Grieks zijn paarlen spreuken van grote waarde. In het Hebreeuws zijn paarlen kristallen en ijs. IJs is in de worteltekst : kaal maken, wat een beeld is van de schalpering. In de diepte zijn dit dus tenten gemaakt van scalpen. Hier leven dus de scalpenjagers en kippenjagers.

Vanuit deze paradijselijke rivier komen dus de andere rivieren, wat over de Eufraat gaat, de bron van alle rivieren. In het Aramees is dit de rivier van ijs (scalpering, Hebreeuws) en de rivier van stilte, het zevende zegel. De scalpen worden dus van de vijand afgenomen door deze rivier die uit zijn bedding treedt en alles overneemt. Van de harige scalpen zijn de Eufraat-tenten gemaakt, wat dus gesymboliseerd wordt door het zwarte paard, de zon die wordt tot een haren zak. Daarom is Koran 108, Al-Kawtar, oftewel de Eufraat, de rivier van de scalpering.


 

Daarom is er een grote link tussen het zwarte paard en het zevende zegel. Het zwarte paard zal de zon van stilte opwekken. De rivier van stilte zal stromen.


 

 

 

 

 

 

 


 

Hoofdstuk 2. De Verborgen Religie

 

Wij zijn in strijd tegen verschillende schimmels :

 

  1. christendom

  2. islam

  3. mannelijke superioriteit

 

Deze schimmels hebben meerdere armen en zijn snel en glibberig. De mannelijke superioriteit is een verborgen religie achter het christendom en de islam, waarin de man wordt aanbeden en op een voetstuk geplaatst om zo de vrouw stelselmatig te degraderen en te onderdrukken. Ook doen vrouwen hier soms zelfs aan mee. Dit soort vrouwen valt hun eigen geslacht aan zoals een auto-immuunziekte waarbij het immuunsysteem de eigen cellen aanvalt. Het is dus ziekelijk. Het is een schimmel. Deze schimmel tast de hersenen aan en maakt mensen oppervlakkig, omdat de bron van vruchtbaarheid afgesneden wordt, zodat de mensen vastgroeien. Mensen gaan 'plat' denken. Deze schimmel moet bestreden worden.

 

Wat schuilt er eigenlijk achter het hele gedoe van dit mannelijke superioriteits-syndroom ? Wat schuilt er nu precies achter deze hardnekkige, koppige schimmel ? Want duidelijk is het dat deze schimmel niets van de gnosis wil weten en in grote spijbelzucht leeft en zich zo heeft ontwikkeld. De mannelijke superioriteits-schimmel haat de vruchtbaarheid, haat het opgroeien in de gnosis, en wil zichzelf domhouden om alle moeite te besparen, en is dus een hele luie schimmel. Daarom vliegt deze schimmel dan ook hysterisch rond. Wat schuilt er nu precies achter deze schimmel ? Wat is het grote geheim van deze schimmel ? De reis-schimmel. Dit is een reis-hysterie en een snelheids-zucht, om daardoor te ontkomen aan de veel diepere leegtes. De reis-schimmel is altijd op de loop, en heeft nooit rust.

 

De reis-schimmel verstopt zich in de auto-industrie en de vlieg-industrie waarin deze schimmel zich helemaal kan uitleven om het milieu te vervuilen. De reis-schimmel vecht tegen moeder natuur. Ook houdt deze schimmel zich verborgen in de chemische industrie en allerlei takken van de medische industrie om de mensheid te verzieken. De reis-schimmel is een groot gif. De reis-schimmel houdt van allerlei smerigheid en slechtheid. Dit ziet de reis-schimmel als een ideaal. De reis-schimmel is een overmatige lust tot reizen en bewegelijkheid, dit alles om te ontkomen aan de tucht van de gnosis. De reis-schimmel is een ware snelheids-duivel, en is gekomen tot het aanbidden van snelle voertuigen en peperdure reizen. De reis-schimmel houdt zich dan ook voornamelijk op in de reis-industrie.

 

De reis-schimmel heeft een ziekelijke reis-zucht, om aan de gnosis te ontkomen en om zijn lusten zo beter te kunnen botvieren op het spijbelen. De reis-schimmel is ongeinteresseerd, laat dingen snel los en werkt niet mee aan een betere wereld. De reis-schimmel geeft nergens om, en is er als een haas bij om snel goede contacten te verbreken. Goede contacten ziet de reis-schimmel als een tuinhekje wat hij snel open en dicht kan doen, en houdt zich daarom ook verborgen in de echtscheidings-industrie waar advocaten hun brood mee verdienen. De reis-schimmel broedt en liegt graag. Dit doet de reis-schimmel heel stiekem en verzorgd, door roddel. De reis-schimmel houdt van roddel-bladen en andere smerige tijdschriften die stap voor stap de waarheid verdraaien en daarmee veel geld verdienen om zo de gnosis te verdraaien en achter te houden. Zo worden kinderen vandaag vermoord. Zo worden kinderen vandaag de nek omgedraaid.

 

De aarde is een schimmel. De beleving van de aarde is een schimmel. Dit zijn de lagere aardse gewesten, niet het paradijs.

 

Adam is een anagram van adem. Eva is in het Arabisch een kamp, een tent of een familie van nomaden, en in de Hebreeuwse wortels is deze gebouwd door de dochter van Efraim. Efraim is 'de vrucht van de bloem' in het Hebreeuws, oftewel de honing. Eva is de moeder der levenden, de AMA, een woord wat ook gebruikt wordt voor scheiding en onderverdeling, en wat gebruikt wordt voor Debowrah. Debowrah is zowel in het Hebreeuws als het Aramees (Debbora) : bij, en heeft zijn wortels in dabar, dingen in een rij zetten, ordenen, connectie maken, en het vernietigen van pestilentie. Dit is een beeld voor honing (DEBASH, geel). Bijen staan namelijk voor ontgiftiging en zijn dus van levensbelang in de strijd tegen schimmels. Met een schimmel kun je niet discussieren, maar je hebt wapens nodig die je kan terugvinden in het leven van de bij, wat ook weer nauw verbonden is aan bloemen en het hele plantenrijk, omdat de bij daaruit zijn bronnen put en dit bewerkt.

 

Daarom staan Adam (adem) en Eva (honing) voor de honing-adem, het honing gas. Dit is het eeuwige zaad waardoor het paradijs ademt en waardoor het virussen en schimmels buiten de deur houdt. Zaad is in het Hebreeuws ook 'het zaad van bloemen', oftewel honing. Dit hebben we nodig om veilig door de nacht te komen, om zo niet door de schimmels ten onder te gaan. Dit is dus de diepere betekenis van Adam en Eva, het diepere mysterie van het paradijs.

 

Ook in de Koran is er een boek gewijd aan de bij, Koran 16 – De Bij, en in het Eeuwig Evangelie zijn er de honingboeken en het verhaal van de bijenprinses.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3. De Vier Paarden Ontcijferd Door Het Sprookje

 

De Levieten moesten strijden tegen de BAQAR, het vijandelijke vee, waar bijvoorbeeld de BEHEMOTH er één van was. BAQAR is in het Aramees dwaalleer en ketterij, wat zich personificeerde als demonisch vee. De Levieten moesten strijden tegen gehoornde zwijnen en gevaarlijke buffels, en allerlei ander gevaarlijk en vijandelijk vee. Hoe is de BAQAR ontstaan ? Omdat de kerk geen acht heeft gegeven op deze Aramese worte

ls van het hele Levieten-verhaal groeide deze religie uit tot de zondebok-religie, waaruit uiteindelijk de Jezus-afgoderij voortkwam als vlag op de modderschuit. Dit is een nogal makkelijke, onrechtvaardige en valse manier om het zonde-probleem weg te schuiven. Wij moeten de zonde ontmaskeren en overwinnen, en dat heeft te maken met de ontmaskering en de overwinning over de Baqar of Baqra.

 

Oz is in het Hebreeuws de overwinning en de hardheid (van azaz). Oz is ook één van de langstlopende sprookjesseries in de geschiedenis van de literatuur, sinds 1900, waarvan al ruim over de veertig boeken zijn verschenen. Oz is een sprookjesland of feeenland omgeven door een dodelijke woestijn waardoor iedereen normaal gesproken in zand verandert die het probeert over te steken, om zo deel te worden van de dodelijke woestijn. Dit is een beeld van het christendom en de islam en alle verdere oosterse religies. Alleen door de magie van Oz kan een mens hier doorheen komen, oftewel door de gn-OZ-is.

 

De hoofdstad van het land van Oz is 'de Stad van Smaragd'. Smaragd is een groene steen. Ook in het Aramees wordt deze steen zo genoemd (SMRGD, ZMARRAGD), maar ook wordt het BRQ, BARQA genoemd, BARAQA, BARAQ. We zien hier dus dat de dwaalleer, de ketterij, het vijandelijke vee, de BAQAR, dit heeft omgedraaid : De RAQA, RAQ, werd omgedraaid tot QAR. Om het demonische vee te overwinnen moeten we dus terugkeren tot de BARAQ van Oz, tot de hardheid van Smaragd, de groene steen, oftewel de Stad van Smaragd.

 

De RAQ, RAQA, is een schildpad in het Aramees, het beeld van bezonnenheid, diepte en goddelijke traagheid, het stapsgewijs tot een doel komen, die dus strijdt tegen de overmoedige reis-schimmel, de snelheids-hysterie. Schildpadden-theologie hadden de snelheids-duivels geen zin in. Ze wilden snelle gnosis roven, ze wilden de QR, KRA, stelen, om het zo te verbinden aan Bacchus, BAQ, de Romeinse god van de wijn, plezier en dronkenschap. BAQAR, BAQ-QRA, is de 'gnosis van Bacchus', de verdraaide gnosis. BARAQ daarentegen heeft het woordje BAR, BR, wat in het Aramees vergunning betekent en toestemming, zodat het goddelijk legaal is. Ook dit werd dus verwoest. De wet werd verwoest. Daarom moeten wij terugkeren tot de Stad van BARAQ, de stad van Smaragd.

 

Dit is een beeld van het groene paard van overwinning, het vierde paard, waardoor je alle andere paarden kunt winnen, die ook stenen zijn. Aan de overwinnaars werd bijvoorbeeld ook de witte steen, het witte paard, gegeven. De drie andere stenen vinden we ook terug in de Oz verhalen, namelijk in het boek 'Rinkitink in Oz', waar de koning van het eiland Pingaree drie parels heeft gekregen van de koningin der zeemeerminnen, omdat hij haar bevrijd had uit de klauwen van haar vijanden :

 

1e parel – blauw – onweerstaanbare kracht

Dit kan vergeleken worden met het zwarte paard van honger en het heilige vasten, de enige manier om legale kracht te ontvangen.

 

2e parel – roze – bescherming tegen elk mogelijk gevaar

Dit kan vergeleken worden met het rode paard, wat verwijst naar het bloed van de vijand wat tegen gevaar beschermt.

 

3e parel – wit – deze parel kan spreken en de woorden die deze parel spreekt zijn altijd wijs en helpend.

Dit kan vergeleken worden met het witte paard van test en leiding (profetie).

 

Deze parels leiden uiteindelijk naar de Stad van Smaragd, wat een beeld is van het groene, gele paard, het vierde, vale paard.

Hoofdstuk 4. Het Eco-Systeem van de Gnosis

 

De zee is een bron van genezing. Het zeezout doodt ziekte-kiemen en bewaart zo het biologische organisme. In die zin zijn zeemeerminnen de bewakers van een krachtig medicijn. Zout communiceert met de lagen van de zee. Veel verborgen voedsel ligt hier opgeborgen in de vorm van zee-groentes. Zeewier heeft zijn nut al op allerlei manieren bewezen. Veel diepe zeegebieden blijven tot op de dag van vandaag onontdekt, en dat geldt ook voor de andere sferen. In onze strijd tegen demonen is zout onmisbaar. Dit schimmeldodend middel heeft al vele levens gered. De zee is verbonden aan grote angst, maar tegelijkertijd is het een geneesmiddel. De vreze van de gnosis is juist bacterie-dodend in onze strijd tegen demonen. Dit is waar de zee voor staat. Wij kunnen niet zonder, en iedereen die hoger in de gnosis komt zal naar de zee worden gedreven. Dit is ook waar de honing naartoe leidt. De honing communiceert met de zee, en onderhandelt met haar. Zij brengen voort een levensbelangrijk medicijn, waardoor er doorgang is in de gnosis. Zonder dit medicijn zou alles vastroesten en vastgroeien, en zou de materiele wereld teveel macht hebben. De honing en de zee weken alles los, zodat men tot fijnere dimensies kan komen.

 

In het Eeuwig Evangelie wordt de gnosis vergeleken met het eten van een vrucht. In “Goedenavond, mevrouw Neptunes, staat :

 

“Wanneer je de vrucht eet, is de eerste bijt zoet, de tweede is zuur, de derde is bitter, de vierde kan je doden, terwijl de vijfde je tot leven kan brengen. De zesde, de laatste, is zout, maar het zal je leiden tot de pit, de kern, waar je eeuwig leeft.” --- Het Drop.”

 

Dit is dus een uitspraak van een man genaamd “Drop”, of “Het Drop”, in het Engels : Licorice. De eerste bijt zal dus smaken als honing, zoet, en dan volgen er een paar stappen van het lijden om je tot leven te brengen en diepte. De laatste bijt is zout, maar daar blijft het niet bij. Het zout leidt dus tot de kern. Met de zee alleen zullen we het niet redden. We moeten dieper de wildernis in. Het zout is hierin een hulp en een leidsraad.

 

Hoe werkt de tegenstander precies, de negatieve energie ? Alles kan in principe behulpzaam zijn, als het in beperkte, kleine mate wordt toegediend. Zo zal een ziekte die tot een hele zwakke nucleus wordt gemaakt juist als een anti-stof dienen. Telkens weer wordt het gehalveerd tot het punt dat het tegen zichzelf keert en zichzelf verslindt. Dit is waarom de tegenstander wordt toegelaten. Wij moeten leren doceren, leren dingen in de juiste verhoudingen te brengen. Als iets ons overweldigd, als de dijken op een punt doorbreken, dan wil dat zeggen dat een andere stof in ons weggedrukt was, en dat moet naar voren worden gebracht. Natuurlijk moet die stof dan ook weer met mate toegediend worden. De tegenstander komt daar waar wij uit balans zijn, maar juist daardoor leren wij de balans te vinden en te behouden.

 

Negatieve energie is dus eigenlijk gewoon potentieel goede energie die gewoon zijn balans moet leren vinden en de juiste verhouding met andere stoffen moet vinden, en die alleen met mate toegediend mag worden. Alles past in de cirkel. Het is daar voor een reden. Dit is het eco-systeem van de gnosis, de juiste wisselwerkingen en verhoudingen tussen de organismes. Honing communiceert dus met zout, en vandaaruit kom je dieper.

 

In de bijbel is er het zoutverbond waardoor God het koningschap over Israel overdroeg aan David. Ook was er het priesterlijke zoutverbond over hefoffers. Zout is in de Hebreeuwse worteltekst het voorbereiden en het onderscheiden, waar ook het woord 'seizoenen' voor wordt gebruikt in die betekenis, maar juist in die betekenis wordt er ook een link gelegd met de tijdschijf in het Hebreeuws. Zout maakt de onderverdeling. Daarom is zout de communicator, die verbindingen legt en bruggen maakt. Zout staat voor het mixen om iets beter te maken, en om de grenzen en verhoudingen te leggen, als de meter. Zo is zout ook de ontgiftiger en een medicijn, als in een groot wiel. Zout staat in het Grieks voor de opslagplaats van de eeuwige gnosis, als een heenwijzer. In zout wordt het bewaard en gaat het niet verloren. Dit pad mogen wij volgen.

 

Negatieve energie is dus voor ons een seintje om het pad van zout te volgen, om alles in te delen door zout, alles te doceren, balanceren en in de juiste verhouding brengen. Ook moeten we soms onze cirkel uitbreiden, meer ingredienten invoegen. Hoe werkt negatieve energie verder precies ? De negatieve energie probeert eerst een valse identiteit te maken, een soort meervoudig personaliteiten syndroom, heel subtiel, als een cirkel van sub-zelven, bij-zelven, die dan proberen ingang in je te krijgen, om je zo te verbinden aan valse systemen. Zo probeert de negatieve energie dan die cirkels van meervoudige personaliteiten in je te laten groeien om houvast te krijgen. Die bij-zelven hoeven niet altijd slecht te zijn. Het kunnen ook zogenaamde tussen-zielen, tussen-zelven, zijn die door loop van omstandigheden in ons lichaam terecht zijn gekomen, maar die in oorsprong helemaal niet ons echte zelf zijn. Wij zijn namelijk deel van een multi-versum, een multi-universum, wat interdimensionaal is, waardoor we met dingen behept zijn waar we niets vanaf weten. Hier moeten wij zicht op krijgen. Sommigen van die geprojecteerde zelven, die dus gewoon andere zielen zijn, of fragmenten van andere zielen, die weten niet eens dat wij bestaan, maar wel maken zij onbewust gebruik van ons. Sommigen leven in het verleden en anderen leven in de toekomst. Wij moeten van die identiteiten en persoonlijkheden verlost worden, zonder dat wij die zomaar beschadigen. Dit gaat dus vaak niet eens om demonen, maar om vastgegroeide zieledelen van buitenaardse, of sub-aardse, bij-aardse natuur. Er zijn vele lagen die deze aarde en dit leven vormen, die allemaal met elkaar te maken hebben, en op die manieren zijn we in heel veel dingen vastgegroeid.

 

Wij moeten al deze delen tot hun plaats leiden en loslaten. Belangrijk is het dat we beseffen dat we allemaal in meerdere of mindere mate hebben te maken met een meervoudige personaliteiten syndroom, een MPS. Voel je je ergens in meegetrokken waarvan je weet dat het niet goed is, maar waar je je emotioneel aan verbonden voelt ? Dan kan het heel goed zijn dat zo'n zieledeel buiten je ware zelf aan je trekt, je daarvoor opeist. Je kan in de ogen van zo'n zieledeel een ding zijn in het multiversum, of een persoon, waarvan het zieledeel soms denkt dat hij dat zelf is, of het gaat allemaal heel onbewust. Hierin kunnen ook weer allerlei graden zijn. In principe worden wij dus door zulke zieledelen telkens ontvoerd om ons deel te laten hebben aan een bepaalde cirkel, en om zo slavenwerk te verrichten. Honing en zout is er dan om dit voorzichtig los te weken, te doseren en te ontgiftigen, om zo alles in balans te brengen, zodat er plaats komt voor andere dingen. In dit proces moeten we afstand doen van een heleboel dingen, maar andere dingen blijven in onze cirkel en cyclus, tot een bepaalde mate en in de juiste verhouding. Alles moet ingedamt worden en goede grenzen krijgen. Daarvoor is het zout. Wij moeten dus leren communiceren met zout en honing. Zij zullen ons de weg leiden in de gnosis.

 

Hierom bewaken bijen en zeemeerminnen een groot geheim. De bijen bewaken de honing, wat ook een ordenende kracht is en een ontgiftiger, en de zeemeerminnen bewaken het zout. Honing is het zaad en de vrucht van de bloem, en zout is het zaad en de vrucht van de zee. Zij willen ons bewapenen en toerusten op ons pad in de gnosis. Het zout maakt de grote onderverdelingen, en de honing de kleinere, meer verfijnde onderverdelingen.

 

Ook het Boek van Mormon gaat over deze dingen :

 

 

I Nephi 17 : 5

 

En wij kwamen in het land dat wij Overvloed noemden, wegens zijn vele vruchten en ook wilde honing; en al die dingen waren door de Heer bereid opdat wij niet zouden omkomen. En wij zagen de zee, die wij Irreantum noemden, hetgeen vertaald vele wateren betekent.

 

In het boek van Mormon gaat het in plaats van

de uittocht uit Egypte over de uittocht uit Jeruzalem. Jeruzalem was een plaats van onheil geworden en vormde een bedreiging tot het gezin van Lehi, één van de hoofdpersonen van het Boek van Mormon. Hij moest met zijn gezin de wildernis invluchten. De uittocht ging niet alleen over land, maar ook over zee. Er werd dus ook een schip gebouwd.

 

 14 Ja, en de Heer zeide ook: Wanneer gij in het beloofde land zijt aangekomen, zult gij weten dat Ik, de Heer, God ben; en dat Ik, de Heer, u voor de ondergang heb bewaard; ja, dat Ik u uit het land Jeruzalem heb gebracht.

 

De Bijbelse namen worden in een heel ander perspectief gebruikt. Het zijn archetypes. De zonen van Lehi trouwen met de dochters van Ismael, als een beeld dat voor de uittocht uit Jeruzalem, uit het midden-oosten, eerst tot de Arabische wortels gegaan moet worden, waar Ismael voor staat. De sleutels moesten dus gehaald worden uit de Islam om zo voorbereid te worden op de grote tocht door wildernis en zee tot het land Amerika, oftewel het westelijke paradijs. Dit is in het boek van Mormon symbolisch het beloofde land.

 

De verschijning van Christus in Amerika is dan in diepte de openbaring van de Chasma, het wortelwoord van Christus, een woord wat gebruikt wordt voor de moederschoot (chasm), in het Westelijke paradijs, als de oorsprong van alle schepping. Hiertoe moet een mens de wildernis ingaan, en zo de zee overgaan om tot het diepere, westelijke paradijs te komen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5. Wortel-woorden in de Etymologie van Christus

 

De Gnosis is cryptisch. De Gnosis is van een hogere taal, van een hogere logica, van een hoger verstand. Het lagere verstand kan dit niet begrijpen, want het lagere verstand is oppervlakkig en heeft geen diepte. De gnosis gaat dus volgens een hoger pad waar het letterlijke wordt ontweken, wat tegen het letterlijke ingaat, om zo de lijnen en kaders van letterlijke autoriteit te verbreken.

Vanwege de zware programmeringen van de anti-gnosis die als golven over de aarde gaan om mensen te verstenen maakt de Gnosis soms hele vreemde sprongen, en geeft allerlei paniek-aanvallen aan hen van de gnosis om zo veilig te blijven tegen deze programmeringen. Die paniek-aanvallen gaan vaak heel surreeel, bijna als dwangneuroses, en kunnen gepaard gaan met een diep gevoel van verlorenheid, verdoemdheid, hysterie, paranoia en overgevoeligheid. Ook brengt dit veel twijfel, vooral aan jezelf, omdat je rechtstreeks tegen het aangeleerde verstand moet ingaan en alle valse identiteiten, die dan een heel zwaar alarm op je afsturen, tot een punt dat je in totale verbrokenheid bent gekomen en even niet kan en niet mag vechten. Dit is dus een baarmoeder ervaring, want je valse identiteit sterft zo, zodat je als een kind wordt, een baby, als een feutus. Als er dan geboorte is gaat dit gepaard met huilbuien en grote verwarring, want alles is anders. Vaak moeten wij ook de nar spelen, en zijn dingen ogenschijnlijk dom en gek, en irrationeel, om zo geen deel te hebben aan al die golven van massale valse programmeringen die op de aarde rondjagen. Ook David moest zich eens als een gek gedragen om zo aan de vijand te ontkomen. De kaart van goddelijke nar is dus soms iets wat in de gnosis naar voren moet komen.

 

Het aardse verstand begrijpt de wegen van de gnosis niet, en zal daar altijd tegen blijven vechten. Daarom moet het aardse verstand sterven. De goddelijke domheid, en goddelijke fouten, de goddelijke overdrijving, is van een veel hoger verstand van een veel hogere orde, die we moeten leren ontdekken.

 

Waarom wordt er ineens zo'n aanval gedaan en moet de gnosis op deze manier ingrijpen ? De diepere wortels van Jezus worden namelijk bekend. Christos komt van een aantal wortel woorden, waaronder 'cheir', tucht, en cheimon, regen, wat in het Aramees MITRA, MTR, is, oftewel de buffeljager. Deze wortel-woorden worden door het woordje Christos bedekt en verborgen gehouden.

 

Kolosenzen 1 : 5 – “want de hoop is voor u weggelegd in de hemelen. Daarvan hebt gij tevoren gehoord in de predi-

king der waarheid,”

 

Hoop, elpis, is ook vreze, de verwachting van het kwaad, naast de verwachting van het goede. Hoop en vrees, de verwachting van het goede en het kwade, is voor ons weggelegd in OURANOS, die de god van de lucht is in het oude Griekse rijk. Dit komt voort vanuit het Griekse woord ouron, urine, en heeft ook zijn wortels in de regen in het Sanskrit, etymologisch gezien.

 

Ouranos, regen, urine, is dus het diepere deel van Jezus wat verborgen wordt gehouden.

 

De paradijselijke urine, de mayim in het Hebreeuws, is een stof die diepe visioenen geeft, en waardoor de hele schepping is voortgekomen. Het Jezus woord moest die waarheden en wortels dus bedekken, achterhouden. Maar in de diepte van de grondtekst en worteltekst is het dus nog steeds aanwezig. De paradijselijke urine is een stof die spiergroei tegengaat, en die zorgt dat men door andere stoffen leeft. Ook spierkracht wordt erdoor geblokkeerd. De paradijselijke urine, de mayim, staat dus voor een groot medicijn-wiel in het paradijs, waaruit men kon leven, en wat de bron was van alle schepping.

 

Kolosenzen 1 : 5-6 – “want de hoop is voor u weggelegd in OURANOS, URINE. Daarvan hebt gij tevoren gehoord in de predi-

king der waarheid, het evangelie, dat tot u gekomen is. Immers, in de gehele wereld draagt het vrucht en wast het op, zoals ook bij u, sedert de dag, dat gij het gehoord hebt en de genade Gods in waarheid hebt leren kennen;”

 

Dit is dus een soort paradijselijke regen, een paradijselijke MITRA, de buffeljager die jacht maakt op het mannelijke superioriteits-syndroom, wat een virus-epidemie is. Deze paradijselijke regen, MTR, is dus in het Grieks 'cheimon', wat één van de wortelwoorden van het woord Christus is. Christus is dus in diepte OURANOS, die in diepte de paradijselijke urine is.

 

Het evangelie heeft in het Grieks drie betekenissen :

 

 

Voornamelijk gaat dit ook over de buffeljacht, die de strijd is tegen de mannelijke suprematie schimmel.

 

In het Aramees is de Ouranos de SMY, de smayya, wat het ook weer verbindt aan de mayim. SMY is een anagram van MSY, de zuigeling, waardoor de Ouranos ook weer een onderdeel is van de moederschoot, de bron van paradijselijke geboorte, waar de paradijselijke poelen en rivieren van urine zijn.

 

Immers, in de gehele wereld draagt het vrucht en wast het op”

 

Wereld is in het Grieks “kosmon”, wat “sieraden” betekent, zoals de sterren de sieraden zijn van de hemelen, van ouranos, van urine. In deze paradijselijke sieraden, jachtbuit, zit dus de urine. Deze beelden in het Grieks de cyclussen uit, als een andere betekenis van het woord “kosmon”. “Vrucht” is in de worteltekst van het Grieks het loon, de buit, van de jacht en de visserij. Dit gebeurt dus in de cyclus.

 

zoals ook bij u, sedert de dag, dat gij het gehoord hebt en de genade Gods in waarheid hebt leren kennen;”

 

Zo moeten we komen tot de dag, de hemera, de tijdschijf in het Grieks, waarin we alles ingedeeld zien, als in een klok, als in een kalender, de cyclus. Deze zogenaamde genade is maar heel selectief vertaald, want 'charis' is in werkelijkheid 'loon' en 'bounty', wat een jachtsloon is.

 

Alles leidt dus tot ouranos, urine, het wortelwoord van Christus, als een paradijselijk hallucogeen, en hierin is dit alles te vinden. In het OT is dit dus de mayim die alles heeft geschapen, als door visioenen. Het is een paradijselijke drug.

 

In urine vinden wij het loon :

Matt. 5

12 Verblijdt u en verheugt u, want uw loon is groot in OURANOS; want alzo hebben zij de profeten

voor u vervolgd.

 

Ook is het een hemels communicatie systeem :

 

Filippenzen 3

20 Want onze communicatie is in

ouranos.

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6. De Paradijselijke Mens

 

Adam en Eva kenden de geheimen van urine, en baadden zich vaak in urine-poelen van grote beesten. Mayim betekent letterlijk urine, en in Genesis werd de onderwereld, het paradijs, hierdoor geschapen. Ook werd mayim van elkaar gescheiden zodat er rivieren, meren en zeeen van urine ontstonden. Deze urine kwam voort uit beesten.

 

Beesten werden gehouden voor hun urine, hun zaad en hun bloed. Dit had geneeskrachtige eigenschappen, magische eigenschappen, en esthetische eigenschappen, zoals het veranderen van kleur, van bijvoorbeeld een vacht. Alhoewel alle esthetiek beruste op esoterische patronen voor jacht en oorlogsvoering, als een strategie. De teksten van de Tenach kwamen voort uit de Orionse paradijs teksten. Ook Egyptische mythologie was hier van afgeleid, waar ook veel naar verwezen wordt in Egyptologie, en ook in de Egyptische astrologie. Dit draait voornamelijk om Orion, maar Egypte is een zegel hierop, gemaakt door de illuminati, om de wortels van het paradijs af te dekken. Veel Egyptische architectuur en geometrie was om Orion te channelen. De illuminati had een eigen Orion gecreeerd.

 

De oorspronkelijke mensen waren veehouders, en hadden veel kennis over hoe ze boze geesten moesten gebruiken. De illuminati heeft deze kennis achtergehouden en verdraaid, zodat de illuminati ons kan aftappen. Juist daarom is het zo belangrijk terug te keren tot de Orionse paradijs teksten. Dit zal een grote uittocht zijn uit de nederzettingen van de illuminati.

 

In de bloed-codes van de oorspronkelijke, paradijselijke mens waren veel urine-verbindingen. Dit was belangrijk voor hun immuniteit en om boze geesten op een afstand te houden. Deze urine-verbindingen dienden de geesten van spierkracht en adem buiten te houden. In feite viel de mens uit het paradijs door juist de belangrijke stoffen die in het lichaam moesten blijven eruit te plassen.

 

Urine watervallen van Orionse beesten zijn nog wel schoner dan aards water. Jongetjes moesten veel in zulke poelen gebaad worden, vanwege de verzachtende werking, zodat ze geen spieren en spierkracht zouden ontwikkelen, anders zouden ze een bedreiging vormen voor de vrouwelijke bevolking. Ook zouden ze zo niet vet worden, want vetheid zou een belemmering zijn in jacht en oorlog. Zulke baden waren dus voor preventie.

 

Dit komt ook weer terug in het originele Aramese boek Filippenzen als we Christus herleiden tot het diepere wortelwoord in de etymologie : urine.

 

Filippenzen 1

 

2. Tucht, gehoorzaamheid, slavernij, dood en oorlogs-oproep tot u van God de Moeder, de Schepper en Bron (LH, LEAH, ALAHA) en door de URINE.

 

De paradijselijke scheppingsstof was urine, de mayim, als een hallucogeen, een visioenen-gevende stof, als drugs. Dit waren visioenen van tucht, waardoor spiergroei niet kon plaatsvinden. Deze visioenen maakten ook oorlogszuchtig. Dit gebeurde vanuit de goddelijke verlamming, vanuit de dood.

 

3. Ik dank LH, LEAH (God) voor elke waarschuwing van jullie.

 

De urine is dus een groot waarschuwings-systeem, een alarm-systeem voor de jacht en de oorlog, ook om hen gebonden te houden in de heilige slavernij, die beschreven werd als de ware veiligheid. Door de paradijselijke urine werden zij ook gezalfd, wat ook één van de betekenissen van Christus is als de gezalfde. Dit gebeurde in de mayim, de scheppingsstof.

 

4. Altijd in gebed zijnde om voor jullie KSP, te fluisteren, in oorlogsvreugde.

 

KSP betekent ook tovenaar, en is in deze hoedanigheid een ander woord voor de slang, die ook wel de RIM, RYM, RM werd genoemd (sluwst). In het Hebreeuws betekent dit in de worteltekst : naaktheid. Dit was dus een volk die het diepst in de natuur leefde, en het naaktst was. Zij waren het paradijselijke teken, het teken van na de zondvloed, het teken van Areta, het teken van de donder, van het oorlogsgejoel en het overwinningsgejoel. Het ware zelf is naakt, maar werd door het geprojecteerde, valse zelf aangekleed.

 

5. Om jullie deelname in het jachtsmaal, in de tijdschijf (hemera, Grieks).

6. Tot aan de tijdschijf (hemera) van urine.

7. Jullie zijn allen slaven en gescheiden echtgenoten van de Tucht en het Evangelie van de Jacht.

Het beroemde Filippenzen 2:10 vers dat alle knieen zullen buigen voor de naam van Jezus betekent in het Aramees :

 

Alle bogen zullen gespannen

worden door de naam van Jezus. Zoals we zagen is de echte, verborgen naam van Jezus dus urine. Urine roept op tot de oorlog.

 

 

 

 

 

 


 

 

 

Hoofdstuk 7. De Christus-Kooi

 

De studie van het Aramese en Griekse NT wijst aan wat de vertalingen verborgen houden in de Jezus Christus samenzwering, wat als een virus de aarde opgesloten en in bedwang houdt.

 

Filipenzen 1

 

11 vervuld van de vrucht van gerechtigheid, welke door Jezus Christus is, tot eer en prijs van God

 

 

In het Grieks is vervuld 'pleroo' wat ook objecten maken betekent om de leef-ruimte mee in te richten, zoals het maken van tenten en leefgerei, zoals wapens. Deze objecten worden gemaakt van 'de vrucht van gerechtigheid.' Vrucht is in het Grieks 'karpos' wat in de worteltekst de vrucht van de jacht is, de jachtbuit (harpazo). In de diepere worteltekst komt dit van het woord 'visserij', het vangen van een vis, en de bereiding hiervan voor gebruik (airo). Alles wordt dus gemaakt van de jachtbuit. Jezus Christus houdt deze ambachten allemaal verborgen, alle ambachten van de amazones, maar het feit dat hij een timmerman was wijst daar op terug. Tekton is het woord voor timmerman, maar het betekent elke soort van ambacht in het Grieks, en ook dichter en maker van liederen. In de worteltekst is het strafrecht en wraak, en de vaststeller van de prijzen. Het is een afbetalings-systeem. Dit is ook wat gerechtigheid betekent, dat iedereen krijgt wat hem toekomt. De objecten vormen dus een soort van veiligheids-systeem van afbetaling. Daartoe zijn die objecten ook gemaakt. In het Aramees is de eer en prijs 'buiten de marge van een boek'. God ligt buiten het boek, omdat het veel dieper gaat. God is in de objecten.

 

Zo is Jezus dus een kooi van al die ambachts-amazones en de ambachten en het gemaakte gerei zelf.

 

19 Want ik weet, dat dit mij tot behoud zal strekken door uw gebed en de bijstand des Geestes van Jezus Christus.

 

Bijstand is in het Grieks weer in de worteltekst 'to furnish', het maken van objecten om het leefgebied mee in te richten, wat in de worteltekst hier gebeurt door het maken van liederen en dans, weer in verband met de jacht, het jachtfeest en de slacht, want vanuit de verslagen vijand wordt het leefgebied opgebouwd en gedecoreerd, als codes voor een veilig economisch systeem, om indringers buiten te houden. Het gaat hier dus ook heel duidelijk om territoriums af te bakenen. Dat is ook wat behoudenis inhoudt in het Grieks.

 

Filippenzen 3

 

14 Ik ben op jacht naar het doel, om de prijs der roeping Gods, die van boven is, in Christus Jezus.

 

Doel is skopos in het Grieks wat bekleding betekent, kleding, wat door de jacht gebeurt, dat we ons bekleden met de afgestroopte huid en botten van de vijand. Zo komen we tot het jachtsloon, de prijs, en een hogere roeping, om tot de amazone ambachten en ambachts-amazones (Jezus Christus, de timmerman) te komen. “Die van boven is” is het woord 'ano' in het Grieks, wat de noorderlijke hemel is. Het Noorden staat voor de verborgen schatten in de oude grondteksten. Ook betekent ano landinwaarts, vanaf de kust dus dieper de wildernis in. Ano komt van 'anti', wat tegengesteld betekent. Wij moeten dus tegen al het aangeleerde ingaan, alles van een andere kant bekijken.

 

Skopos is dus de ambacht van het maken van de vijand als bekleding en sieraad. Dit is de taak van de skopos-amazones.

 

Kolossenzen 2

 

11 In Hem zijt gij ook met een besnijdenis, die geen werk van mensenhanden is, besneden door het

afleggen van het lichaam des vlezes, in de besnijdenis van Christus.

 

Besnijdenis is peritome in het Grieks wat in de worteltekst gaat over het piercen van de borst (peri-kopto, kopto) met scherpe objecten (tomos). Ook dit is een amazone ambacht. Zij maken scherpe botjes tot piercings en binden daar kippenveren of hanenveren aan als een symbool van gnosis en gevoeligheid. Dit is dus de kopto-ambacht, uitgevoerd door de kopto-amazones. Ook in het OT was de kopto een groot, belangrijk en heilig verbond. Alle mannen moesten aan de kopto onderworpen worden. Dat was onderdeel van de wet. Dit gebeurde zo jong mogelijk, zodat mannen niet zouden heersen over vrouwen, en zo de moeder niet zouden uitdoven. Bij voorkeur gebeurde dat, ook symbolisch gezien, op de achtste dag, want in het Hebreeuws betekent acht stevigheid, als een getal van de moeder. Zo worden kinderen van het mannelijke geslacht opgedragen en onderworpen aan de moeder, zodat de moederschoot hen zou transformeren. Acht is het Hebreeuwse getal van de bedekking, zodat zij bedekt werden door de grote moeder.

 

Acht betekent in het Hebreeuws ook fokken, als het getal van de fokkerij. Dit is de taak van de okto-amazones. Okto is Grieks voor acht. De komst van de achtste dag is dus belangrijk in de gnosis, voor het herstel van de grote moeder en haar schoot, voor de overwinning over het mannelijke superioriteits virus. Ook in de Septuagint, het Griekse OT, komt de kopto telkens naar voren, als de besnijdenis van de mannelijke borst. Wij moeten ons ernstig naar deze besnijdenis uitstrekken. In het Aramees is dit verbond een dimensie, en ook een opstanding. Zo ernstig is het dus, dat een man die deze besnijdenis niet heeft ontvangen niet aan de opstanding zal deelhebben. Zij die vrouwen onderdrukken met trotse borsten vernietigen zichzelf. Ook is de besnijdenis van de mannelijke borst in het Aramees een dogma. Als er één dogma gebracht moet worden, dan is dit het wel. Alle mannen die deze besnijdenis niet hebben gehad leven in grote vuilheid en zijn in gevaar voor eeuwige schade. De besnijdenis van de mannelijke borst is dus een groot en belangrijk medicijn, als de poort om weer kind te worden. In het Aramees is dit ook stabiliteit. De kopto-amazones hebben een stevig en vast fundament in dit dogma van de gnosis.

 

Verbond – QYM

 

 

In gnostische en esoterische geschriften van voortgaande openbaring is de QYM, de KIM, ook genoemd 'De Varkensdoder'. Ook is KIM een land waartoe wij moeten gaan, waar wij varkensjagers moeten worden, en de varkensdoder, KIM, moeten aanhangen, wat dus dit dogma van de gnosis is, de besnijdenis van de mannelijke borst, de kopto in het Grieks. Ook is Kim een sterrenstelsel, als verschillende soorten nachtzichten.

 

Het dogma is in het Aramees ook een sociaal netwerk van documentatie en administratie. Dit is dus wat de borst-piercingen doen. Zij brengen de instellingen van de gnosis tot een mens. Zij graveren dit in de mens. In het Aramees ging de besnijdenis van de borst gepaard met het slachten van vijandelijk vee, prooi, als een symbool van dwaalleer en ketterij. Alles wat afleidt van het kopto-dogma, de KIM, is ketterij, en moest geofferd worden. GZR, GAZAR betekent in het Aramees zowel de slacht van vee als de besnijdenis. Zij gaan parallel aan elkaar. In Genesis 17:14 moeten alle mannen wiens borsten niet besneden zijn onder oordeel gebracht worden :

 

KARATH (Hebreeuws)

 

Ook in het Aramees gaan zulke mannen daadwerkelijk verloren.

 

In vers 13 gaat het om een eeuwig verbond.

 

De Westerse vertalingen zijn veelal corrupt, want in de grondtekst wordt het duidelijk dat het volk Israel een volk van Amazones is, in de onderwereld, dus niet in de materiele wereld, en dat de man is onderworpen aan de wetten van de Amazone, van het hogere vrouwelijke, en daartoe is de man een 'iysh', een slaaf en een vechtslaaf. Dit komt ook weer terug in Genesis 34, waar het duidelijk wordt dat geen van de amazone vrouwen van het volk Israel een man als iysh mocht nemen die niet besneden was in zijn borst. De vrouw zou verdoemd zijn als zij zo'n iysh zou nemen, want dan zou zij de nephilim bekrachtigen. Het nephilim-zaad zou sterven door het kopto-dogma, door de KIM. Een vrouw die zich wel met onbesneden slaven zou inlaten zou schande brengen in het Amazone volk.

 

Als een onbesneden man tot een Amazone zou komen, en haar zou vervuilen, dan moest die man sterven. Hier waren de stam Simeon en Levi toe opgesteld. Zij moesten het oordeel over zo'n man brengen. Simeon is een anagram van Shemoneh, wat 'acht' betekent in het Hebreeuws, als de achtste dag, okto in het Grieks. Levi stond voor de heilige verbindingen tussen het volk, en als die ontwijd werden, dan moest Levi het oordeel brengen. Ook worden door hen alle bezittingen van de onbesneden mannen geplunderd.

 

De stam Simeon is de stam van de achtste dag, de Shemoneh, de okto-amazones. Zij scheiden de vrouwen van de nephilim, van hen die onbesneden zijn in hun borst, en zij brengen hen onder het oordeel, KARATH.

 

Simeon beschermde zijn zus Dina. Zij waren beiden kinderen van Leah. In het Aramees is Dina de exegetische interpretatie van de schrift. Simeon beschermde haar dat ze niet verbonden zou worden aan een man onbesneden van borst. DN staat ook voor eDeN, wat ook het symbool is van het huwelijk. In diepte is 'de bruiloft van het Lam', waarin het lam trouwt met zijn bruid, de overwinning over het valse lam, Jom, het tweede beest, Jezus, door de amazone, die zich zo bekleed met het lamsvel, in de grondtekst. Dan zien we het lams-beest in de poel van vuur en zwavel. Zwavel betekent in het Aramees de materiele wereld. In het Aramees is dit het moeras van holocaust en materie, oftewel het aardse leven, waar ons vlees zich in bevindt. Dan wordt er gezegd dat de overwinnaars zullen ontvangen van de bron van het levende water, wat in het Aramees betekent : de vacht van de

nieuwe geboorte (van het lam). Ook de tent wordt hen geschonken, van die vacht gemaakt.

 

De bruid komt in zicht, de stad van God, in het Aramees de dochter van God. In het Aramees staat het huwelijk gelijk aan het martelarenschap, als een kroon, een fundament, als een betovering. Het fundament is de inheemse plaats, de onderwereld, oftewel de wereld van de fijnere materie. De dochter van God

is gezonden om ons daar mee naartoe te nemen, en zij is die plaats zelf. Er zal namelijk niets buiten het kruis omgaan. Het geboomte des levens staat daar, in het Aramees de gevestigde, gezwollen tuchtplaatsen van de baarmoeder. Vanuit de hel, de tucht, het kruis, zal de hemel herrijzen. De hel is de plaats waar gemengd wordt, in het Aramees betekent mengen vuil maken, vlekken maken, het planten van bomen, oftewel tuchtplaatsen. De lap van het lam wat de dochter draagt is om die reden vuil. Zij komt om te mengen en om de tucht te herstellen. In het Aramees worden dingen vaak omgedraaid. Er staat : Zalig zij die hun gewaden wassen, opdat zij recht mogen hebben op het geboomte des levens en door de poorten ingaan in de stad (dochter van God). In het Aramees is wassen dan mengen, vuilmaken, om zo de baarmoeder in te gaan voor een nieuwe geboorte. Wassen betekent verspreiden, een inval doen, en bedekt worden. Wassen heeft te maken met de oorlogsvoering en de jacht. Wassen betekent zwart maken, donker maken, alhoewel het ook witmaken kan betekenen.

 

Dit gaat over Dina, eDeN. Zij is de verborgen, dertiende stam. Zij werd genegeerd door de patriarchie. Dina betekent in het Aramees ook marteling en oordeel, wat gelijk staat aan het huwelijk. Het huwelijk is een jachtsmiddel, een vangmiddel, van de grote Amazone. Maar het doel van de grote Amazone is om de man te onderwerpen aan de Amazone wet, en ook iedere vrouw moet hieraan onderworpen worden, zodat de valse vrouwelijke natuur sterft. De 'dochters der mensen' die de nephilim, de mannen onbesneden van borst, aanhingen, zullen ten onder gaan in de zondvloed. Het getal acht was het getal van het overleven van die zondvloed (I Petrus 3:20). Dit is de okto, de achtste dag, de dag van de besnijdenis van de mannelijke borst. De zondvloed is dus het oordeel gebracht door de stam Simeon over de onbesneden man en zij die hem aanhangen. Alleen door de achtste dag werden mannen tot iysh.

 

eDeN was dus een valstrik opgesteld door de gnosis, die zou moeten leiden tot het land NoD, ND, de omgedraaide DN. Dit was het land van Qayin, Kain.

 

Qayin's spier-kracht werd afgenomen, zodat hij tot de nomaden zou behoren, zij die rondtrekken met een CUKKAH, tijdelijke tenten. Hij had geen spierkracht, dus hij kon zich nergens aarden. Hij zou een klager, een lamenter, worden, wat zijn naam ook in de wortel tekst betekent. Hij kwam tot het Oosten van Eden in Engelse mythe, tot NOD, maar in de grondtekst betekent het : 'dat wat voor Eden was, ouder dan Eden, de eeuwigheid voor Eden,' QIDMAH. NOD betekent het land van de nomaden, van de tijdelijke tenten, ook het land van de weeklacht. Dit was dus in feite dieper in het paradijs, dieper in de oorspronkelijke wildernis, dieper in de onderwereld. Qayin was gekomen onder de heilige vloek. Het teken van Qayin kun je vergelijken met het teken wat Cham zag. Het was een paradijselijk teken, het geslachtsdeel, de heilige verlamdheid. Dit is ook wat Qayin in de wortel tekst betekent. Het betekent erectie om zo bezeten te maken, te bezitten. Dit is hetzelfde als door Eva kennis ontvangen, gnosis (QANAH).

 

Na tot Eden te zijn gekomen moeten we doorreizen tot NOD, naar het westen, richting de paradijselijke afgrond. Het teken van Qayin moeten wij ontvangen om de spierkracht, te verbreken, opdat het zaad van Qayin ons kan vervullen.

 

Het mysterie van de slang is dus dat zij de originele bouwstenen van het menselijk lichaam waren, als mannelijke geslachtsdelen, die dus gewoon in het Hebreeuws de verbindingspunten waren in het menselijk lichaam (YAD). JUDAH is in de diepte het centrum, de belijdenis van zonden. Hier brengt de gnosis het oorspronkelijke besneden mannelijke geslachtsdeel terug als een verbindings-schakel in het lichaam, als een teken van oordeel. Baal (Aramees : BEL, BALA) betekent : Bruidegom, mannelijke echtgenoot, Heer, Meester. Deze wordt uitgeroeid. De bruidegom zal niet meer heersen over JUDAH. Het mannelijke paradijselijke geslachtsdeel met de goddelijke verlamdheid zou terugkeren tot JUDAH, tot de plaats van smekingen. JUDAH wordt tot een mannelijk geslachtsdeel. De bruidegoms-afgoderij zou uitgeroeid worden.

 

Openbaring staat gelijk aan naakt in ballingschap gaan. Ook de naaktheid was een teken van de slang, want het was het sluwste, naaktste dier, wat symbolisch was voor een volk die de oorspronkelijke bouwstenen van het menselijk lichaam hadden.

 

De vloek van de slangen was dus over de mens gekomen, omdat zij het oorspronkelijke lichaam niet meer hadden.

 

Het volk wilde niet besneden zijn. Het volk wilde pronken, en pronken met onbesnedenen, en de gnosis gaf hen eraan over. Hier heb je je Jezus Christus, je Moloch en je windgod. Zij wilden geen openbaring ontvangen, en bleven zo blind. Het Nieuwe Testament kwam tot een oordeel. Ze werden overgegeven aan hun misleiding. Vertaling tot vertaling kwam om de diepere, oorspronkelijke gnosis af te dekken, verborgen te houden. Dit waren slangen die tot de aarde kwamen, om zo met hun giflagen dit af te dekken, zodat de mens zichzelf niet meer zou terugvinden. De mens wilde spijbelen en oppervlakkig leeg worden, tegengekeerd aan de gnosis.

 

Yaakowb had zijn Pniel, Penuel ervaring na het komen tot Laban, maar in de esoterie kwam hij eerst tot Penuel, om kreupel gemaakt te worden door de grote moeder, om zo het land van Laban binnen te kunnen gaan, om zich te onderwerpen aan de matriarchen. Zo kon hij geen bedreiging vormen. Penu-el betekent de confrontatie met de vader god, El. Dit is in het Aramees dan Penu-Mara of in het diepere Hebreeuws Penu-Havah, als de confrontatie met de grote moeder. Zijn spieren zouden slinken, en hij zou kreupel worden, de heilige verlamming binnengaan. Dit gebeurde ook met Qayin. Er wordt dan het woord 'tsala' gebruikt voor kreupel en verlamd, wat ook het wortel woord is van tsela, waarvanuit de mens werd geschapen.

 

Judah, YAD, is de verbindings-schakels van het oorspronkelijke menselijke lichaam. Juist omdat dit lichaam verwaarloost is, groeide Judah uit tot Jezus, en kwam de mens onder het slangen-zegel. De slang werd gedemoniseerd zonder dat het tot de oorspronkelijke betekenis werd herleid. De gnosis werd verboden, en zo werd de spier verheerlijkt, en ging de sexuele betekenis verloren, en werd een oppervlakkige industrie van spijbelfeestjes, waarin je je zintuigen verder kon verliezen, totdat je een leeghoofd zou zijn geworden, altijd dronken.

 

De slang moet dus weer herleid worden tot de originele verbindings-schakels in het menselijk lichaam, zodat het slangenzegel wordt verbroken. De verbindings-schakels zijn juist toets-middelen, Urim. Het zaad wat hierdoor wordt opgewekt is het zaad van slavernij, Thummim. In die zin is het slangengif dus een groot symbool. Het verlamt, en brengt dan een kracht van slavendienst. Niet meer door de spier, maar door de YAD. Zo is alles onderworpen aan de wet van de grote Amazone.

 

Judah wees dus terug op het volk van de slang, van de originele verbindings-schakels van het menselijk lichaam in het paradijs, de onderwereld. Dit was het volk van RM, RIM. Sluwst is RIM, RYM, RM in het Aramees. In het Hebreeuws betekent dit in de worteltekst : naaktheid. Ook dit is een land dieper in het paradijs. Ook is RM het teken van de goddelijke donder. In het Hebreeuws is donder een beeld van oorlogsgejoel en overwinningsgejoel (qowl). Hiertoe behoort ook het jachtsgejoel. In het Aramees is donder ook een beeld van straffen, klagen, tot klagen brengen, een massa (stam), boosmaken.

 

In die zin is de slang dus van levensbelang. Wij moeten de slang ontvangen als onze oorspronkelijke lichaamsdelen. Alleen zo zal de slang getransformeerd worden, en zal de vloek van de slangen verbroken worden.

 

Het EE zegt hierover :

 

De Vijfde Heraut van de Canon : 3

 

'Zo zijn de sluiers van het paradijs verleidelijk, vol van verlokkingen, van valstrikken waaraan alleen de rechtvaardige zal ontkomen. Zo zal het raadsel van Eva en de slang de aardbodem vervullen, en dan zal Hij wederkomen. En het raadsel is dit : Door het lijden en sterven van zowel de eerste als de tweede Adam werden zij gelijk aan de slang, die Mozes ophief ten genezing, die voortkwam uit de staf, en Adam zal Safam heten als de verheerlijkte Christus, en diens zalfolie zal zijn de slangenbeet tot heil, en Eva zal ten onder gaan en haar zaad zal overwinnen. En velen zullen komen met hun afgodsbeelden van Christus, maar Christus zal hen niet kennen en niet aannemen als zonen, want zij dienden Hem naar de letter en niet naar de geest.'

 

:4 – En het geheimenis omtrend Adam en Eva werd bekend. En ik zag vele steden jubelen omdat ze vrij waren gekomen onder dit geheimenis. En zij werden van hun lasten verlost.

 

Genesis 3

 

4 De slang echter zeide tot de vrouw: Gij zult geenszins sterven, 5 Maar God weet, dat ten dage, dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden, en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad.

 

'kennende goed en kwaad', yode (yada) towb wa-ra in het Hebreeuws. YADA, kennis, onderscheiding, wijst op JUDAH, de verbindings-schakels van het paradijselijke lichaam. Goed is in het Aramees TABA, wat in het Hebreeuws 'loon' betekent als jachtsloon en jachtsbuit (bounty). Kwaad, ra, betekent 'slecht vee' in het Hebreeuws, oftewel het vijandelijke vee wat ze moesten overwinnen. JUDAH is in het Grieks JUDAS, die de Jezus geest vernietigde. Goed, TABA in het Aramees, betekent ook : de condities van het verbond.

 

Eten is KL in het Aramees, maar KL betekent ook 'kruipen'. De slang nodigde hen dus uit om tot de aphar te komen, de paradijselijke modder, waar ze mee ingesmeerd moesten worden, om hen toe te rusten tot de jacht, als camouflage.

 

6 En de vrouw zag, dat de boom goed was om van te eten, en dat hij een lust was voor de ogen, ja, dat de boom begeerlijk was om daardoor verstandig te worden, en zij nam van zijn vrucht en at, en zij gaf ook haar man, die bij haar was, en hij at. 7 Toen werden hun beider ogen geopend, en zij bemerkten, dat zij naakt waren; zij hechtten vijgebladeren aaneen en maakten zich schorten.

 

De vrouw luisterde dus als eerste naar de slang, en leidde daarom de man. Zij kwamen door de slang dus tot een gebied van grotere naaktheid, tot grotere openbaring, want dat is wat naaktheid betekent. Zo kwamen ze tot het land van RIM, RM.

 

Het teken van Qayin, 777, de zevenvoudige tucht, komt ook weer terug in het boek Openbaring, en zij beelden de borstpiercingen uit, als de borstbesnijdingen, om zo dieper in het paradijs te komen.

 

Het teken van zevenvoudige tucht, waarmee Qayin tot het land NOD kwam, het land van de trekkende jagers-tenten, in de westelijke diepte van het paradijs, het oudere, oorspronkelijke deel, QIDMAH, zien we weer terug in de zevenvoudige oordelen van Openbaring. Zeven is het getal van de heilige rust, de heilige verlamdheid, waaruit de schepping voortkwam. In Openbaring zien we drie maal een zevenvoudig oordeel komen als de 777, het merkteken van Qayin. NOD is in de wortel tekst van het Hebreeuws NUWD. Dit is ook de Aramese naam voor NOD. De rivier van de weeklacht is ook een vallei in de grondtekst. Qayin heeft toegang tot deze afgrond. Dit is een heilig klagen, als het heilige smeken.

 

Openbaring was een manifestatie van het teken van Qayin, de 777, om toegang te hebben tot 'dat wat voor Eden was', tot NUWD, tot de rivier en vallei van de weeklacht. Hier kwam Qayin om te jagen.

 

De rivier van weeklacht is nauwverbonden aan de paradijselijke afgrond als het land van Nuwt, het land van Qayin. De moeder gnosis laat hier geen trots toe. In de leegte zal alles heel traag en moeizaam ontstaan door klagen en smeken, zodat er niet gemakkelijk over gedacht wordt, het niet misbruikt kan worden, en het niet trots maakt. Daarom is de rivier van weeklacht eeuwig.

 

Welke borstpiercingen zijn er dan nodig voor de besnijdenis van de borst ?

 

  1. Habakuk

 

Habakuk 1

 

1 De godsspraak, die de profeet Habakuk geschouwd heeft.

 

Het Hebreeuwse woord voor godsspraak betekent ook een last, en dit is tegelijkertijd een orakel.

 

2 Hoelang, Here, roep ik om hulp, en Gij hoort niet; schreeuw ik tot U; geweld! en Gij verlost niet?

 

Habakuk 3

 

14 Gij doorsteekt met zijn eigen pijlen het hoofd zijner krijgslieden, die aanstormen om mij te verstrooien met een gejuich, alsof zij de ellendige in een schuilhoek verslonden.

 

Hier gaat het ook over hoofd-piercings.

 

Habakuk 1

 

3 Waarom doet Gij mij ongerechtigheid zien, en aanschouwt Gij ellende? Ja, onderdrukking en geweld zijn voor mijn ogen, en er is twist, en tweedracht verheft zich.

 

De Habakuk-borstpiercing leidt tot de arena. In het Aramees wordt Habakuk geplaagd door geweldadige visioenen. De Habakuk-borstpiercingen brengt zulke gewelds-visioenen. Ook krijgt Habakuk jachts-visioenen, en visioenen over de jachtbuit. In het Aramees krijgt Habakuk ook visioenen over Dina, over exegetische interpretatie van de schrift.

 

  1. Zefanja

 

Zefanja 2

 

2 Voordat het besluit tot uitvoering komt als kaf gaat een dag voorbij voordat over u komt de brandende toorn des Heren, voordat over u komt de dag van de toorn des Heren.

 

Toorn is APH, wat de paradijselijke halsketen is, die gemaakt is om de zuurstof te doden, en op te wekken in het bloedgas. De jager moet leven door bloed, door het bloed van de vijand, en het bloed van de arena.

 

  1. Nahum

 

Nahum 3

 

19 Geen herstel is er voor uw breuk, ongeneeslijk is uw wonde. Allen die de mare over u horen, klappen over u in de handen, want over wie is uw boosheid niet voortdurend heengegaan?

 

De Nahum-piercing verbreekt ongeneeslijk, zodat de besnedene van borst voor altijd gevoelig zal zijn.

 

 

  1. Haggai

 

Haggai 2

 

11 Zo zegt de Here der heerscharen: Vraag toch de priesters om onderricht in de wet.

 

De Haggai-borstpiercing brengt de wet.

 

 

 

Ook de spijkers waarmee Jezus aan de paal werd geslagen, of aan het kruis, zijn hiervan een beeld. Wanneer er staat : in de naam van Jezus boze geesten uitdrijven, dan gaat het in het Hebreeuws over 'door de piercings'.

 

Ook de paarden van het boek Openbaring hebben te maken met het lijden van Jezus, de iysh. Dit is verbonden aan het leven van de vechthaan, de kemphaan, die kraaide toen Petrus de iysh had verloochent. In het Grieks is de kemphaan de alektor, wat afwenden betekent.

 

Het witte paard staat voor de eerste heilige gebondenheid, wat leidt tot het zwarte paard, de wildernis, het diepe lijden, en vandaaruit ontstaat het rode paard, het bloed van de vijand, de tweede heilige gebondenheid. Dit is een rode bal, terwijl de eerste heilige gebondenheid een witte, zilveren bal was. De maan zal worden tot bloed. De rode bal is als een zee van bloed, een energetische bal, die bescherming biedt tegen de boze machten die vandaag de dag over de aarde worden uitgestort. Deze machten zijn uit de hemelen geworpen, maar in hun val proberen ze nog zoveel mogelijk mee te sleuren. In de rode bal is veiligheid. Wij mogen het bloed van de vijand aanroepen om ons lichaam te reinigen. Wij moeten goed luisteren naar ons lichaam, maar meer nog naar de gnosis, alhoewel de gnosis het lichaam gebruikt. Wij moeten intens het bloed van de vijand aanroepen om tegen de uitgestorte virussen, bacterieen en schimmels veilig te blijven. In het zwarte paard is die strijd gaande, en worstelen wij met deze geesten, maar in het rode paard is overwinning. Wij mogen ons uitstrekken naar de rode bal, en komen tot de zeeen van het bloed van de vijand. Alleen hierin kunnen wij gereinigd worden. Alleen hierin kunnen wij veilig zijn. Wij mogen het bloed van de vijand aanroepen om onze mond te reinigen, om onze handen te reinigen, en verder ons hele lichaam. Wij moeten komen tot de bal van het bloed van de vijand, om zo dieper de gnosis in te gaan. Wij moeten komen tot de zeeen van het bloed van de vijand, en tot de rivieren van het bloed van de vijand.

 

Wij mogen ingaan in de rode bal, en het oude achter ons laten.

 

Laten we kijken wat het boek “Strijdwagens” hierover zegt in het geschrift genaamd 'De Orak', waarin de Moeder en de Amazone zich manifesteert, en waar de Gnosis wordt geopenbaart :

 

Strijdwagens 1

 

  1. Wij hebben toegang tot het heiligdom van de Moeder door het bloed van de vijand.

  2. De muren en voorhangsels die Haar heiligdom verborgen hielden zijn door het bloed van de vijand opengescheurd.

 

En in het boek “Waakhonden” :

 

Waakhonden 1

 

4. Haar kamp is omringd met rode netelstruiken. De rode brandnetels tuchtigen Haar kinderen en bedreigen hen, opdat zij niet zullen wijken van Haar kamp.

5.Haar rode netelstruiken zijn streng en wreed. Ook moedigen zij de oorlog en de jacht aan. Door de rode netelstruiken worden Haar kinderen wederomgeboren.

6. De wilde rode bloemen voeden Haar kinderen op.

7. Zij moedigen hen aan om duisterder te worden.

 

Het zwarte paard werkt dus nog steeds in het rode paard, om de kinderen tot grotere, diepere duisternis te leiden.

 

Waakhonden 3

 

1. Heilig is Haar naam. Ver verheven boven alles is de Allerhoogste Moeder. Niemand kan tot Haar naderen dan door het bloed van de vijand.

4. Door Haar Woord schiep zij de gewesten en de onderwereld, door het bloed van de vijand. Door het bot van de vijand richtte Zij Haar kampen op.

 

Het bot was dus het witte paard, als het veroverde, geplunderde bot van de vijand. Zo kwam de jager tot het bloed van de vijand, het rode paard. Dit is in een grote duisternis, het zwarte paard.

 

  1. Komt daarom tot de zon van bloed, want Haar vuur is bloed. Hierin spreekt Zij.

  2. Het geheim van de winden van bloed is in Haar, en van de stormen van bloed. Hierin heeft Zij Haar wraak.

  3. Zo zijn er zeven winden van bloed voor Haar aangezicht en Haar troon, en zij hebben dag noch nacht rust. Telkens worden zij weer uitgezonden over de aarde en in de onderwereld en in de gewesten van de lucht, om daar oorlog te voeren, en om te jagen op eeuwige velden.

 

  1. En zo bidden Haar heiligen : U geneest ons door het bloed van de vijand.

  2. U herschept en vernieuwt ons door het bloed van de vijand.

 

 

Waakhonden 4.

 

  1. De Grote Moeder zendt Haar winden van bloed uit, en Haar stormen van bloed. Zij leven in de zon van bloed. Ook zendt zij Haar winden en stormen van duisternis uit. Ziet, zij leven in de zon van duisternis.

  2. En Zij heeft Haar zonnen geplaatst in de lucht van bloed, en deze lucht is duister. Zo zijn het bloed en de duisternis één. Haar vuren zijn duister en rood. Hierin ontstaat het nachtzicht.

  3. En Haar wachters van de dood gaan langs de tenten en hutten. En wanneer een tent niet aan de ingang is besmeurd met het bloed van de vijand, dan zal de wachter binnengaan, en de dood brengen aan zij die daar wonen. En het geklaag en geween zal groot zijn.

  4. Ja, verwoesten zal de wachter die tenten en hutten die de Wraak van de Moeder niet in zich dragen.

  5. Bedekt u daarom met het bloed van de vijand, opdat de Moeder u niet in Haar toorn zal vernietigen.

  6. Een grote slachting richt de Moeder aan onder hen die Haar Wraak haten.

  7. De wachters van bloed staan op haar muren, en aan haar ingangen, om hen die niet bekleed zijn met het bloed van de vijand in gevangenschap te nemen. En zij zullen verbannen worden tot plaatsen van grote tucht. En ziet, velen zullen ten onder gaan in grote toorn, omdat zij hun wapens veracht hebben.

  8. Daarom is er grote behoudenis in de zon van bloed in het laatste der dagen, wanneer de Grote Moeder deze bronnen opent. Strijd daarom om in te gaan, want velen zijn geroepen, maar weinig zullen behouden worden.

  9. Dient de Grote Moeder in vrees. Wie meent te staan, ziet toe dat hij niet valle.

  10. Grote vrees wordt gedragen door Haar winden. In de woestijnen gaan zij uit, om te zoeken dat wat verloren is.

  11. Laat het u daarom niet bevreemden wanneer grote vrees tot u komt. Zonder vrees kunt u niet tot de Moeder komen.

  12. Worstelt daarom met de Moeder, want vele valse moeders zijn in de wereld uitgegaan.

  13. Zij die het worstelen niet leren zijn alreeds verloren.

 

Waakhonden 5.

 

 

  1. Komt tot Haar zon van bloed, en leef. Ademt dan in Haar winden van bloed. Zo zal Zij uw longen herscheppen.

  2. Er zal dan een dag zijn van bloed, van diepe duisternis, waarin de wateren tot bloed worden, en de lucht tot bloed. En Haar zon van bloed zal verschijnen, om te regeren over de levenden en de doden. Groot zal die dag zijn, waarop Zij Haar macht zal openbaren.

  3. En er zal groot geween en geklaag zijn onder hen die Haar verworpen hebben.

  4. Een groot geklaag is tot haar opgestegen, maar Zij luistert niet. Zij heeft Haar oren gesloten tot hen die van haar zijn afgevallen.

  5. De zonde van het volk is groot. In hun hoogmoed hebben zij zich boven de Grote Moeder geplaatst, hun tronen gezet boven de sterren. Elke vuist is tegen de andere vuist gericht, en broeders slachten elkaar af, en zusters dagen elkaar voor het gerecht. En allen dienen hun mannelijke god die van geen moeder wil weten. Moederloos zijn zij, en daarom rennen hun kinderen van hen weg.

  6. Zalig zijn de kinderen die van zulke ouders zijn weggelopen. Er zal een dag zijn tegen de hoogmoedigen. Zalig zijn zij die niet in de kringen der zondaren zitten, en zalig zijn zij die hun familie hebben verlaten voor de Grote Moeder. Doet wie niet deugt uit uw midden weg.

  7. De doden zullen de doden begraven. Heb geen deel aan de feesten van de moederlozen. Zij vereren elkaar, want zij vereren de Grote Moeder niet. Zij aanbidden ijdele beelden, want de Moeder heeft hen verlaten. Als wezen dolen zij rond, en als zij een moederloze vinden erger dan henzelf, dan maken zij die tot een vader.

 

 

6.

 

  1. De wind van bloed raast door de duisternis, om Haar kinderen te verzamelen.

  2. Met ketenen bindt zij hen, opdat zij niet van Haar zullen afwijken.

  3. Dit zijn de ketenen van bloed. Het bloed van de vijand geneest hen, en geeft hen een woning.

  4. Het bloed van de vijand maakt hen schepen op zee, en nederzettingen in de wildernis.

  5. De valse geesten krijgen valse sleutels waardoor ze nog dieper vast komen te zitten en verdwalen.

  6. Zij krijgen het goud der dommen, als een grote gevangenschap. In ballingschap gaan zij.

  7. Zij hebben genade verkozen boven eerlijk loon, en zij onderdrukken velen.

  8. Zij maakten genade tot hun vader, waardoor zij nog meer afweken.

  9. Nu zullen zij het loon van hun afvalligheid diep in hun binnenste ontvangen.

  10. De wind van bloed ketent hen ook, tot een eeuwig verderf.

  11. Door de woestijn worden zij getrokken tot de wateren van vuur.

  12. En zij zullen drinken, en het zal hun dorst vergroten. Hun uitputting zal hen maken tot eeuwige standbeelden.

  13. Aan de wateren van vuur zullen zij staan, voor eeuwig, als een grote waarschuwing.

  14. Het lot van de gevallenen is ernstig. Zij zullen gaan van leugen tot leugen. Zij vallen dieper en dieper, totdat zij versteent zijn, als een waarschuwing voor de generaties na hen.

  15. De Grote Moeder maakte hen tot een gruwel en een dreiging. Komt daarom tot de plaats waar uw enig licht bloed en duisternis is. Alle lichten zullen doven hier, totdat u tot het rode vuur bent gekomen.

  16. Ook alle adem zal sterven, totdat u alleen leeft door bloed en duisternis. Het zwarte vuur zal u tot bescherming zijn.

  17. Zo zal dan de kennis vermeerderen van hen die Haar tot deze dingen hebben gevolgd. Zij lieten alles achter voor Haar. Wie niet haat zijn eigen leven, kan Haar niet volgen.

  18. Zo is er dan grote wedergeboorte in Haar schoot voor hen die tot deze heilige dingen zijn gekomen, dingen die verborgen zijn gebleven sinds de grondlegging der aarde.

  19. De onderwereld zal wijd openscheuren onder het gewicht van deze dingen, en vele dingen zullen geopenbaard worden.

  20. Zo is dan Haar tempel opengescheurd, en vele wachters verslagen. Het voorhangsel scheurde door het bloed van de vijand, en nu vernieuwt zij Haar tempel.

  21. Vele afvalligen hebben de winden van de valse geesten opgezocht, en doen grote wonderen en tekenen door hen, en vele scheppingen, maar ziet, zij zijn vals. Kom dan tot de ware onderscheiding, weggelegd voor hen die tronen in Haar hart.

 

7.

 

  1. De zon van bloed zal alles testen. Zij is een grote wachter over heilige dingen.

  2. De kennis bewaakt Zij. Zij zendt dromen tot Haar boogschutters.

  3. In dromen spreekt Zij tot hen die het bloed van de vijand vergoten hebben, tot hen die hun wapens niet rein hebben gehouden van bloed.

  4. Zij spreekt tot hen door het bloed van de vijand. Zij is de Grote Zon van Bloed.

  5. Zij is bekleed met het rode vuur. Het bloed van de vijand is in Haar haar. Tongen van groot vuur komen uit Haar mond, om grote openbaringen te verkondigen.

  6. Op een rood paard rijdt Zij. Hiertoe is zij gekomen : Om de heiligen terug te brengen tot de Grote Moeder. Zij toetst alle dingen. Zij breekt de paarden van de vijand. Met Haar speer doorsteekt Zij hen.

  7. In diepe woestenij zal Zij geopenbaard worden. Haar tent is gemaakt van het bot en de huid van de vijand. Een grote steen staat voor Haar grot. Tot steen zal Haar vijand zijn, waarop Zij haar wapens zal slijpen.

  8. Haar sleutels geeft Zij aan hen die op Haar vertrouwen, en die met Haar geworsteld hebben. Haar waakhonden zijn aan hen toevertrouwd.

  9. Met Haar vallen zij steden binnen, met haar aan hun zijde. En zij behalen grote overwinningen. Met haar nemen zij vele schepen in, en hebben zij sterren in de lucht.

  10. Het bloed van de vijand heeft hen vervuild, en hieraan herkent Zij hen.

  11. In Haar Toorn zijn zij veilig, en zullen zij voor eeuwig wonen.

  12. Als de rode bliksem zijn zij. En hierom zien zij visioenen.

  13. Zij hebben toegang tot Haar troon en openbaringen. Zij worden in Haar schoot gevormd.

  14. Voor eeuwig zullen zij aan Haar zijde zijn. Voor eeuwig zal Zij hen leiden in alles wat ze doen.

 

 

Arena's 1

 

  1. De Heilige Moeder heeft Haar gehoorzame kinderen geplaatst in Haar boven de vijand, boven elke troon of macht. Zij heeft Haar kinderen doen laten zegevieren in Haar.

  2. Door het bloed van de vijand zijn zij verlost, en hebben zij een woning in Haar, naar het loon wat zij hebben verdient.

  3. Door de wedergeboorte in de duisternis en het bloed van de vijand zijn Haar kinderen tot Haar gekomen, en zij blijven in Haar, opdat zij niet zondigen.

 

 

  1. De strijd tussen licht en duisternis zal de zon van bloed voortbrengen, en de zon van bloed zal een gids zijn in de steeds duisterder wordende wildernissen. De zon van bloed zal leiden door woestijnen en woestenijen tot de zon van duisternis. Hierin zult gij wederom geboren worden.

  2. Alleen door het bloed van de vijand zult gij dieper in de duisternis komen.

  3. In de duisternis wordt u dan weer als kinderen, want het licht veroudert.

 

 

Arena's 2

 

  1. En de zon van bloed overtuigt van zonde, oordeel en gerechtigheid, en toetst de harten.

  2. De zon van bloed is uitgezonden door de Grote Moeder en zal Haar verheerlijken. Zij is uitgezonden om de rechtvaardigen te leiden tot de volle waarheid.

  3. Wie in Haar niet blijft, is buitengeworpen. Indien u de zon van bloed kent, kent u ook Haar, want ziet : Zij zijn één.

  4. Alleen door het bloed van de vijand kunt u in Haar blijven. De zon van bloed is in de Grote Moeder, en de Grote Moeder is in de zon van bloed. Zij troont in de zon van bloed. Alleen door het bloed van de vijand kunt u Haar kennen.

  5. Wanneer u kennis en rechtvaardigheid najaagt zult u Haar geboden bewaren en Haar gehoorzamen. De zon van bloed zal voor eeuwig met hen zijn die hierin volharden. Tuchtigt uzelf daarom, en laat niemand u afleiden van de trofee. Zij die in Haar zijn tuchtigen hun lichamen en houden het in bedwang, opdat zij de prijs niet zullen missen.

  6. Zij is niet gekomen om de vrede te brengen, maar de afscheiding en de oorlog. Zondert u daarom af, en heb geen deel aan onheilige dingen. Verwijdert uzelf uit de kringen van de moederlozen. Hun schepen zijn zinkende, en spoedig zullen zij verantwoording moeten afleggen aan de Allerhoogste Moeder.

  7. Zij komt niet met verwennerij, zoals de moederlozen doen, maar Zij komt met het mes, en met het bloed van de vijand. Buigt daarom voor de Zon van Bloed, want zonder Haar komt u niet tot de Grote Moeder. De moederlozen vergieten veel bloed, maar het bloed van de vijand vergieten ze niet. Zonder het bloed van de vijand is het onmogelijk de Grote Moeder te behagen.

  8. In duisternis doorboort zij hun steden, wanneer het nacht is, en wanneer zij slapen. In hun slaap verrast Zij hen.

  9. Tot een oordeel is de Grote Moeder tot de aarde gekomen.

 

 

 

Arena's 3


 

  1. Alleen in het bloed van de vijand en in duisternis is er wedergeboorte. Zo is dan de man geboren uit dertig vrouwen zonder dat daar een man aan te pas kwam.

  2. Maar de dochters der mensen hebben een man nodig om geboorte te schenken. Ziet, zij zijn onder een vloek.

  3. De Grote Moeder heeft vruchtbaarheid in Haarzelf door vernietiging en het bloed van de vijand. Ook is er dan vruchtbaarheid tussen twee of meer vrouwen in het heilige verbond.

 


 

 

Arena's 4.


 

  1. Onder het grote verbond zullen de zonen des moeders voortgebracht worden, en zij zullen wederkeren tot de Grote Moeder en Haar berg.

  2. Zij zullen het grote verbond eren en heiligen, en vrouwen niet langer onderdrukken.

  3. En de zon des bloeds zal hen leiden in alle dingen. Hun zwaarden zullen zij opheffen, en hun ploegscharen omsmeden tot speren en messen.

  4. Hun bogen zullen zij wederom opnemen, en zij zullen vechten voor het Aangezicht van de Grote Moeder.

  5. Zo zullen zij Haar almacht vereren in vreze en beven, en niet meer regeren over vrouwen.


 

Arena's 6.


 

  1. In de dieptes van Haar arena's brult Zij. Het bloed van de vijand is dichtbij Haar. Zij veracht hen die het bloed van de vijand niet hebben.

  2. Draagt daarom het bloed van de vijand, opdat gij niet gerekend wordt tot Haar vijanden.


 

 

Zondvloed 5

 

  1. De Grote Moeder is bekleed met duisternis en bloed. Zo trekt Zij Haar kinderen. Zij zal de gouden goden van de aarde tot puinhopen maken.

  2. Zij troont in bloed. Haar zon geeft geen licht, maar is gekomen om alle lichten te doven.

 

 

  1. Komt tot Haar, allen die vermoeid en belast zijn. Zij zal u grote vrede geven. Haar last is licht, en Haar juk is zoet. Niemand kent Haar, behalve de zon van bloed. Het bloed van de vijand zal Haar openbaren. Niet voor eeuwig toornt Zij.

  2. Kom dan binnen tot Haar eeuwige toorn, opdat u rust vindt voor uw harten, en opdat Haar toorn wordt tot vrede.

  3. Niet voor eeuwig is Zij in wraak. In Haar eeuwige hardheid zult u Haar zachtmoedigheid zien.

 

Zondvloed 6.

 

  1. Er is diepe vrede in het bloed van de vijand. Het zal Haar bitterheid wegwassen, en Zij zal Haarzelf aan u openbaren.

    12. Niemand kent Haar dan de grote zon van bloed. Zonder het bloed van de vijand is het onmogelijk Haar te kennen en tot Haar vrede te komen. Wekt dan de vrede niet op voordat het Haar behaagt. Haar oorlog is zoeter dan vrede.

    13. Haar onrust is vruchtbaarder dan Haar rust. Grote paniek is Haar heraut.

    14. Aan grote zeeen leeft Zij. Het bloed van de vijand is Haar schild.

    15. Zij zwerft als een nomade. Zij richt Haar tenten op op het bloed van de vijand. Zij beschildert hun botten.

 

 

Boogschutters 1.

 

4. Zij trekt hen tot de rivieren van de dood. In duistere rivieren rijst Zij op met het bloed van de vijand.

5. Haar Naam is eeuwig. Zij doorboort het hart van de sluwe krokodil, en onderwerpt de os. Zij troont in bloed.

 

  1. Zij leert hen het wenen en klagen, opdat zij niet trots worden. Zij leert hen de bitterheid, opdat het zoete hen niet zal afleiden. Zij zijn beschermd in Haar. Zo is er alleen behoudenis in het bloed van de vijand.

 

  1. Aan de zeeen van bloed heeft Zij Haar tenten. Op bloed loert Zij. Zij is de bloeddorstige.

 

 

 

Hoofdstuk 8. Ingaan In De Rode Bal

 

Het rode paard komt voort vanuit Jezus aan het kruis, vanuit een groot zegel. Dit zegel wordt verbroken. Dit gaat niet om een zondebok meer wanneer dit zegel is verbroken, maar om het bloed van de vijand, door de iysh vergoten. Dit is in christelijke termen ons vlees, onze oude natuur. Het bloed van de vijand wordt dan deels tot bloedgas en deels tot rode energie, waaruit wij leven.

 

Dit boek begon met het zwarte paard, maar nu zijn we eindelijk aangekomen bij de bespreking van het rode paard. Dit rode paard behoort tot het Pasen, waarin de vijand wordt verslagen. Ook is dit rode paard de opstanding, en moeten wij het rode pad volgen. Wij moeten aangesloten raken op deze rode energie. Het is een nieuwe bio-energie die ons los moet maken van spier-energie. Wij gaan dus leven vanuit veel hogere energie.

 

In de rode energie ontstaat een geheel nieuwe wereld van Zorg en Tucht, die dieper gaat dan stadse liefde en genade. Wij mogen ons uitstrekken naar uitstortingen van de rode bal, van de rode zon.

 

De rode energie zal een nieuw medicijn zijn voor de mensheid. Wij mogen tot een zekere graad genezing ontvangen door de rode energie, door erop aangesloten te worden. Deze energie zal het verstand ordenen, tot een hoger bewustzijn brengen, ook het hart. Het zal nieuwe kanalen leggen in de hersenen, en in het hele lichaam, waaruit een nieuwe gewoonte van energetische beweging zal komen, en het lichaam zal op een andere manier geladen en gespannen zijn. Het zal komen door rode flitsen en vonken, die alles zullen ordenen. Ook zal het oog gaan kijken door de rode energie.