De vrienden van... Bram Rebergen

Bram Rebergen is 38 jaar, getrouwd en vader van twee kinderen. Naast zijn werk voor het Flevofestival (programma directeur) wordt hij veel gevraagd om her en der in het land te spreken bij jeugddiensten, jongerenweekends en conferenties.

Heb je veel vrienden?

„Vrienden zijn kostbaar en van kostbaarheden moet je niet teveel hebben. Dan onderschat je de waarde ervan. Ik heb een paar goede vrienden en goede vriendinnen.”

Wat voor soort vrienden heb je?

„De meeste zijn generatiegenoten en ze verschillen allemaal van elkaar. Op de een of andere manier raken ze delen van mijn leven en aandachtsgebieden. Van stille introverte peinzers tot uitbundige artistieke flierefluiters.”

Met wie ben je het langst bevriend?

„Ik denk met Ralph van Manen. Ik ben bevriend met hem vanaf de middelbare school. Wij hebben elkaar nooit meer uit het oog verloren en hebben samen veel van het leven gezien en ervaren. Daar komt niets meer tussen.”

Waar praat je graag met je vrienden over?

„Het liefst over ‘de diepere dingen des levens’. Wat beweegt je, waar ga je voor, waar loop je tegenaan en hoe blijf je je ontwikkelen. En ook over voetbal, auto’s en werk. Eerlijk is eerlijk.”

Waar zou je méér over willen praten?

„Over wat diepweg in mijn hart en in mijn hoofd plaatsvindt. Ik ben erachter gekomen dat ik toch maar heel weinig mensen echt vertrouw. Schaamte speelt nog best een rol in mijn leven.”

Ben je vrienden kwijtgeraakt?

„Echte vrienden ben ik niet kwijtgeraakt.”

Met welke bekende Nederlander zou je bevriend willen zijn?

„Als ik daar antwoord op zou geven, doe ik vreselijk tekort aan mijn huidige vriendenkring. Die houd ik al slecht bij eigenlijk. Dus geen vriend erbij. Maar als ik zou moeten kiezen, dan toch maar Youp van ’t Hek.”

Kun je één bijzondere ervaring met een vriend beschrijven?

„De broer van één van mijn vrienden is verongelukt. In de tijd na het sterven van zijn broer hebben we echt ervaren wat vriendschap is. David zegt van Jonathan dat hij meer van hem houdt dan van een vrouw. Zo was het toen ook met mijn vriend.”

Je mag een dagje uit met je vrienden. Wat ga je doen?

„Het liefst war sportiefs doen of bekijken en daarna uitgebreid naar een cafeetje of het terras op.”

Wat zou je beter willen doen in de omgang met je vrienden?

„Meer investeren en simpelweg meer tijd besteden aan m’n vrienden.”

Op welke manier geef je het geloof een plek in je vriendschap?

„Dat geef ik geen plekje. Het maakt er vast onderdeel vanuit, want ik neem het in me mee. Dat kan niet zonder. Ook met niet-gelovige vrienden.”

Waarom heb jij vrienden nodig?

„Om mijn persoonlijkheid te kunnen delen, om liefde te kunnen geven, om gecorrigeerd te worden, om vragen te kunnen stellen en antwoorden te kunnen geven, om te kunnen spelen, om van genieten en om van te ontvangen.”

Wat voor een soort vriend ben je zelf?

„Ik denk dat ik een open vriend ben, die klaar staat als het moet. Wel grillig in de omgang door mijn drukke leven.”

Een echte vriend is…

„…iemand die NIET afhaakt als ik WEL tegenval.”