De Heilige Koran, het Heilige Boek van de
Islam, is door God aan Profeet Mohammed (Vrede zij met hem) geopenbaard
gedurende een tijdsbestek van 23 jaar.
Telkens wanneer een gedeelte van de Koran aan de Profeet werd geopenbaard,
leerde hij de geopenbaarde verzen van buiten en vroeg zijn schrijvers daarna ze
op te schrijven.
De Koran werd reeds tijdens het leven van de Profeet opgeschreven.
Hij werd voortdurend gereciteerd en door duizenden in zijn geheel van buiten
geleerd.
Kort na de dood van de Profeet, werden vele kopieën van de Koran gemaakt en
naar verschillende landen gezonden.
De Koran is thans nog steeds zoals hij was in de tijd van de Profeet met een
absoluut onveranderde tekst en bezit daarom een volledige betrouwbaarheid.
Sommige godsdienstgeleerden zijn van mening dat de Heilige Koran niet mag worden
vertaald, in welke taal dan ook, maar deze houding is totaal verkeerd, want dit
heilige geschrift is bedoeld voor de gehele mensheid en voor alle tijden.
Door de complexheid van het vertalen van de verzen vanuit het Arabisch naar een
andere taal kan er geen letterlijke vertaling worden gemaakt en zal men dus
nooit een 'vertaling' van de Koran vinden maar een 'verklaring'.
De Heilige Koran beschouwt zich als een vermaning voor alle volkeren.
De Profeet Mohammed (vrede zij met hem) wordt in de Heilige Koran een
waarschuwer voor alle volkeren genoemd en geen waarschuwing kan aan een volk
worden gegeven, behalve in de eigen taal.
Daarom is het noodzakelijk de Heilige
Koran in verschillende talen te verklaren.
De heilige Koran is als laatste boek van Allah aan de mensheid geschonken als
leidraad voor alle mensen op aarde om hen te leiden op de juiste weg (islam).