home || wie zijn wij || de boot || de reis || scheepsberichten|| fotologboek

 

Scheepsberichten

 

We hebben op onze reis nogal wat mail geschreven naar het thuisfront. Hieronder zijn de meeste van deze verhaaltjes te lezen. Het zijn geen reisverslagen of historische beschrijvingen, maar gewoon dingen die we gezien en beleefd  hebben. Het verhaal begint niet bij ons vertrek uit Nederland in 2002, maar ergens in het Caribisch gebied. Van het begin van de reis is er helaas geen interessante mail bewaard. Delen van de mailtjes uit 2004 zijn in tien kleine afleveringen gepubliceerd in het Belgische blad Touring magazine. Het laatste deel in december 2005. Degenen die het aandurven wensen we veel leesplezier.

 

 

 

Cartagena, Colombia, januari 2004

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

Het moest natuurlijk een keer gebeuren. Meer dan veertig jaar gevaren en nog nooit een storm meegemaakt. We hebben deze keer flink op ons donder gehad, onderweg van Curaçao naar Cartagena.

Zes weken Curaçao zijn snel omgegaan. Rutger en Karin zijn afgestapt. (Opgestapt in Margarita). Michiel en Nora zijn twee en een halve week in Curaçao e.o. gebleven.

Curaçao is mooi en zeker comfortabel. Er wordt Nederlands gesproken en er is van alles te koop. Veel yachties (een ander woord voor zeilers net als wij) zijn hier blijven hangen. Sommige van hen zijn weer gaan werken. (Bah!) Je wordt er gauw opgenomen in de groep. Sommigen noemen het een kliek. Ook Kerst en Oudjaar met hen in gepaste dronkenschap doorgebracht.

Vlak voor onze komst heeft er een verschrikkelijk onweer huisgehouden. Van vier boten was alles wat maar met elektriciteit te maken had, kapot. Zal je maar gebeuren. Gemiddelde schade 20.000 € per boot denk ik. Voor de techneuten: het is niet de inslag die de elektra kapot maakt, maar de inductie van de stroomstoot. Hadden jullie me wel eens kunnen vertellen Rgd vonkentrekkers! Een echte inslag komt zelden voor. Dan is niet alleen de elektronica maar ook het schip en bemanning total-loss. Hoe ouder, des te banger ik word voor onweer.

Op 5 jan. van Curaçao vertrokken richting Cartagena met een goede weersverwachting. Dag 1. Onrustige zee. Niet erg comfortabel maar wel snel gevaren. Mooie tonijn gevangen. Dag 2. Prachtig zeilweer. Gaan als een speer. 's Nachts weinig wind. Goed geslapen. Dag 3. Tegen de avond neemt de wind toe tot 40 knopen. We zijn dan in een stuk water dat behoort tot de vijf gevaarlijkste zeeën ter wereld. (gelezen in een pilot) We zitten ook wat te dicht op de kust. De wind gaat tot boven de 40 knopen! Hoe hard dat is? In zeemanstaal is dat tering hard. De golven worden ook tering hoog. We krijgen twee brekers in de kuip. De marifoon gaat stuk. Een bak water in de achterkajuit omdat het luik niet goed dicht zat. De boot loopt een keer uit het roer. Ondergetekende wordt vier meter door de kajuit gelanceerd, maakt een rugwaartse salto over de tafel en komt gelukkig met de schrik vrij. 14 uur duurt het geweld. Dan wordt het weer rustig. Cartagena komt in zicht. We hebben weer wat geleerd. De klussen lijst is een stuk langer geworden. Anja heeft als een ware zeevrouw geen krimp gegeven en heeft alles in mijn ogen ondergaan als een held. De schipper heeft er weer een sterk verhaal bij.

Welke gek gaat er nu naar Colombia denken jullie natuurlijk. We hebben goede verhalen gehoord over Cartagena. Voorlopig blijken die ook te kloppen. Het is een historische stad met veel cultuur. Spaanser dan Spanje. De straten staan redelijk vol met leger en politie. Dat geeft een veilig gevoel. We hebben nog niet erg veel van de omgeving gezien maar hebben toch een indruk. De maatschappij is hier spijkerhard en corrupt. De mensen zijn vriendelijk, straatarm of steenrijk. Wij horen hier bij de rijken want het is hier spotgoedkoop. Het goede gevoel dat we hier hebben in de luxe jachtclub met hek en bewaking, is een schijngevoel en het is zeker vals.

We hoorden gisteren een verhaal waar je koud van wordt. Ik sta niet in voor het waarheidsgehalte. Ik heb het uit de tweede of de derde hand, maar toch.

Een Amerikaanse zeiler is hier onlangs gewelddadig beroofd door drie man. De man werd bij de overval niet gewond. De daders zijn door de politie gegrepen. De zeiler heeft al zijn spullen terug gekregen. De politie heeft de man gevraagd wat moeten we met de daders? Vrijlaten of straffen. Er was slechts één straf mogelijk en die koste 1500 $. Ik heb het hier over de ultieme straf. Van de daders zal nooit meer iets worden vernomen. De Amerikaan heeft betaald! Fijne Amerikaan, fijne politie. Dit is Colombia.

Toch proberen we hier nog een weekje te genieten van het goede leven. We gaan hierna naar Panama. Eerst het Kuna-gebied. Een autonoom deel waar de indianen nog min of meer traditioneel leven. We zijn benieuwd.

De hartelijke groeten van,

Ton en Anja http://home.wanadoo.nl/hierck/TonEnAnja

 

 

Panamacity, Panama, februari 2004

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

Hiawatha bestaat echt. Ik wilde het niet geloven, maar ik heb hem en nog veel van zijn broertjes en zusjes in levende lijve gezien.

We zijn na een week uit Cartagena vertrokken. Omdat we daar tot de rijken behoorden was ons leven zeer luxueus. Toch begonnen we ons wat ongemakkelijk te voelen bij de smachtende blikken van de minderbedeelden die graag wat van onze welvaart wilde overnemen. Iedereen probeert wat te verdienen of te krijgen om te overleven. Alles wordt er te koop aangeboden. Fruit, water, oude rommel, diensten, je kan het zo gek niet bedenken. Heb je een gebrek, dan ga je uit bedelen.

Vanuit Cartagenea zijn we vertrokken naar de San Blas eilanden. Een min of meer autonoom deel van Panama waar de Kuna indianen wonen. Het is een kuststrook van een paar honderd kilometer lang met zo'n 350 eilandjes ervoor. Er zijn er ca. vijftig van bewoond.

De Kuna's hebben er begin 1900 voor gevochten om volgens hun oude tradities te kunnen blijven leven. Dit is hen na een lange geschiedenis ook gelukt. Wie nu de regels schendt wordt uit de gemeenschap gemieterd. Er is voldoende lectuur over de geschiedenis. Van mij een slechts een paar belevingen die ik kwijt moet. Het heeft veel indruk op ons gemaakt.

De Kuna vrouwen zien er echt nog uit als indianen. Ze zijn nog geschilderd en versierd als de roodhuiden uit de indianenboeken en cowboy films. Dit is zeker niet voor de toeristen want behoudens een handje vol jachten komen die hier niet. (Wel meer in het noordelijk deel) De mannen zijn meestal gewoon gekleed in T-shirts en korte broek. (We zagen zelfs een AJAX shirt)

De mensen zijn uiterst vriendelijk en gastvrij. Geld speelt er geen rol van betekenis. Kokosnoten worden geruild voor b.v. rijst en suiker bij Colombiaanse vrachtbootjes. Als je hier wat wilt kopen gaat het meeste geld naar het opperhoofd van het betreffende dorp. Dat geld wordt besteed voor algemene zaken. Daar wordt een keer per maand over vergaderd.

Alleen openbare gelegenheden als hospitaaltjes hebben een gammele generator voor elektrische stroom. De huizen hebben verder geen elektriciteit. Nou ja huizen. De hutten zijn gebouwd van bamboe en riet. De mensen gaan als het donker wordt (zeven uur) de hangmat in en komen er om vijf uur weer uit. Er is soms stromend water. De toiletten zijn meestal boven de zee gebouwd. De mensen wonen in grote families. De man trekt in bij de schoonfamilie!!! De vrouwen blijven dus gewoon thuis wonen. Het vervoer gaat hier uitsluitend in uit boomstammen gehakte kano's. Een heel enkele kano heeft een afgeplatte achterkant met buitenboordmotor. Dat zijn echt uitzonderingen. Plastik boten komen hier niet voor. De kinderen en dat zijn er heel veel, gaan wel naar school. Niet erg te merken want in een dorp spreekt er meestel maar één persoon een beetje Engels.

Voor ons is de procedure als volgt. Wij komen bij een eiland(je). We zoeken de woordvoerder van het opperhoofd. Die brengt ons bij hem en speelt voor tolk. Na vriendelijke woorden over en weer en meestal een betaling van 5 dollar, worden we welkom geheten en mogen we ons vrij bewegen. Niet zonder begeleiding het binnenland in waar de kokosnoten groeien!

Wie kan zich voorstellen dat dit nog bestaat. Het komt ons wat onwerkelijk over. We staan hier in een wereld die totaal anders is dan de onze. Hier is tijd nog tijd en geen geld. Deze indianen hebben bewust voor dit leven gekozen. Ze kunnen ook naar de grote steden van Panama gaan met alle wereldse dingen zoals wij die kennen. Nee hoor, niets anders dan de primaire dingen in het leven. Slapen, zorgen voor je huisvesting, eten en drinken en deel uitmaken van een familie. Zo doen ze het al honderden jaren. Ik moet wel zeggen dat ze ook in een paradijs wonen waar dat kan. Warm, vruchtbaar, wild- en visrijk en ongelofelijk mooi. Van feesten houden ze overigens wel. Wij hadden het geluk om tijdens een jaarlijks drie dagen durend feest ergens aan te komen. Driekwart van het dorp was ladderzat. Wij moesten ook drinken uit een al door heel veel mensen gebruikte nap waarin een soort vruchtenwijn werd geschonken. Best wel lekker. De diepere achtergrond van het ritueel hebben we niet begrepen. Het kwam wel neer op zuipen tot je er bij neervalt.

Het merkwaardige is dat je als buitenstaander heel erg welkom bent. Ook bij zo'n weinig verheffend feest.

Vrije dagen kennen ze niet. Er wordt gewoon zeven dagen per week in een zeer rustig tempo gewerkt. Verder is hier nauwelijks criminaliteit en zijn er dus geen gevangenissen(gelezen). Merkwaardig is dan wel hier vorige week iemand vermoord is. De reden zou een vete met een naburig dorp zijn om een vliegveldje in de buurt. Het vliegveldje is er o.a. om de hier gevangen kreeften naar Panama stad te brengen. Zo zie je maar. Het Paradijs bestaat dus blijkbaar toch niet.

Ik ben misschien wat langer van stof dan gewoonlijk maar ik schrijf dit ook een beetje op voor me zelf, want foto's maken mag hier niet. Stiekem heb ik het natuurlijk toch wel gedaan. Op internet komen daarom binnenkort best wel wat aardige foto's. Ik ben hier nu een kleine week. Over een paar dagen misschien nog wat meer indrukken.

We zijn met een gids een rivier opgevaren. Gestopt bij een begraafplaats. De vermoorde man ligt hier begraven. De naaste familie moet hier drie maanden dagelijks verblijven (van 's morgens tot in de namiddag). Ze geven ons een soort smerige chocolademelk. Het is onbeleefd om nee te zeggen. Ik gooi stiekem de helft weg. Men vraagt om een leesbril. Hebben we niet bij ons. Is geen probleem. Een andere familie biedt ons ook weer die smerige chocolademelk aan. Ik zeg "nee bedankt" in het Spaans. Onbeleefd zegt de gids later. Jammer, maar ben blij nee gezegd te hebben. We gaan weer peddelend verder. De motor mag niet aan omdat het water uit de rivier gedronken wordt. Het is prachtig in het bos. Als we teruggaan krijgen we bij de uitloop van de rivier een grote golf in de bijboot. De motor houdt er acuut mee op. Peddelen voor je leven door de branding. We komen toch weer veilig op de boot. En jullie maar denken dat we alleen maar luieren.

Het Kuna gebied is nu achter ons. Op dit moment varen we langs de kust richting Colon. Het begin van het Panama kanaal. We stoppen nog in Portobello, twintig mijl voor Colon. Schijnt erg mooi te zijn. Hopelijk kunnen we hier weer eens contact zoeken met het thuisfront.

Het Panama kanaal heeft een paar webcams. Als we erdoor gaan kunnen belangstellenden ons door de sluizen zien gaan. Ik zal de datum tijd en adres nog wel even mailen als het zover is.

We zijn in Colon aangekomen. Portobello was mooi en rustig. Maar wat een puinhoop is het hier. Een vuilnisbelt lijkt er netjes bij. Gevaarlijk is het ook, dus we doen alles met de taxi (1$ per rit )Voor het inklaren zijn we op zeven locaties geweest! Het wachten is nu op de Kanaal autoriteiten. Hierover later meer. Nu eerst het kanaal door. Dan nog en klein stukje (ca. 40.000 km) en we zijn weer thuis.

 

Hg

Ton en Anja

 

San Cristobal, Galapagos, maart 2004

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

We zijn net uit Panamacity vertrokken. Het is bloedheet, geen wind. De motor staat de kostbare brandstof op te maken, die we tot de Galapagos nodig zullen hebben. (880 mijl) Het is tot daar, een meestal windstil gebied (doldrums).

Ik moet mijn positieve verhaal over Panama dat ik bij de Kuna's heb geschreven flink bijstellen. Wat een rot stuk is de Kanaalzone.

De beschrijving van Colon en Panama city kan ik eenvoudig houden. Stel je voor een vuilnisbelt ter grootte van Haarlem (Colon) en drie maal Amsterdam (Panamacity) voor. Laat op die vuilnisbelt ongeveer drie miljoen voor hun leven vechtende mensen los. Door de belt zijn een paar wegen geschept. Deze wegen staan altijd verstopt met auto's. In het midden is door een bulldozer een stuk schoon geschoven, waarin een soort oase is gemaakt met de duurste winkels, banken en noem maar op. Veel politie om de armen buiten de oase te houden want de city wordt door criminaliteit geteisterd. Je kunt je natuurlijk afvragen waar de echte criminelen wonen. Binnen of buiten de oase. De mensen van die symbolische vuilnisbelt hebben natuurlijk geen enkele keus. Ze hebben niets, ze krijgen niets. Hoe hou je jezelf en de familie in leven. Waar blijft al dat geld dat het kanaal opbrengt (30.000 $ voor een gewoon koopvaardij scheepje) en al dat zwarte geld dat hier net als in Zwitserland wordt geparkeerd. Het barst hier ook van de rijke Amerikanen. Wij noemen het de vrije wereld. Een kapitalistische democratie. Dat werkt hier dus niet.

De transit door het kanaal was een mooi voorbeeld van het verrotte systeem. Voor in- en uitklaren zijn we wel op tien locaties geweest. Ik heb ontelbare formulieren ingevuld. Steeds met dezelfde gegevens. Vingerafdrukken zijn genomen. Pasfoto's zijn er gemaakt. En betalen, betalen, betalen. Nooit hebben ze wisselgeld terug. Ik ben steeds kalm gebleven. Wie mij kent weet wat een moeite me dat gekost moet hebben.

Toen door het kanaal met de verplichte vier lijnen van 40 meter, vier bemanningsleden (linehandlers) en een loods. Ik had een Nederlandse eerste stuurman van de grote vaart en drie Zuid-Afrikaanse jongens aan boord. Een prima bemanning. Is natuurlijk een vreselijk geregel om dat allemaal zonder kosten voor elkaar te krijgen. Je bent tenslotte Nederlander.

Om wat ervaring op te doen zijn we eerst met bovengenoemde Nederlander (nu solozeiler) meegevaren. Een andere opstapper was een Nieuw-Zeelandse piloot. Met zoveel ervaring kan er niet veel gebeuren denk je. Mis! Bij de eerste sluis lagen we samengebonden met een grote catamaran met lange lijnen achter een groot containerschip. Bij het uitvaren gaf dit schip een dot gas. Het water kwam tot boven onze boeg. De lijnen van 22 mm braken als garen en wij met een rotgang naar de sluisdeuren. De catamaran, beng!! tegen de kant. Allerhande sirenes begonnen te loeien. Het grote schip zette zijn schroef gelukkig stil. De schade van de catamaran leek in eerste instantie mee te vallen. Later hoorden we dat het erger was dan het leek. Hij moest in Panamacity dan ook de kant op.

Onderweg kwamen we nog een jacht tegen dat er al een paar dagen lag. Ze waren de dag van de transit te laat vertrokken en hadden het niet in een dag gehaald. De loods was om vijf uur van boord gegaan en de volgende dag niet meer komen opdagen. De rook van frustratie kwam uit hun oren toen we hen zwaaiend voorbij vaarden. Zonder verdere incidenten zijn we aan de andere kant gekomen.

Vrijdag de dertiende waren wij aan de beurt. Ik zal het kort houden. Geen problemen tot de laatste sluis. Ik moest met een aan mij vastgemaakt klein (Frans) onooglijk bootje langszij een sleper aanleggen aan het einde van de sluis. Het Franse bootje was bemand door een zeer ongeïnteresseerde schipper en vier ingehuurde taxichauffeurs, die water alleen kenden van wassen en tanden poetsen. Ik heb daar niet veel steun aan gehad.

Door het verschil in zout en zoet water stond er een stroom van ik denk wel drie knopen achterop. De loods gaf mij aanwijzingen. Halverwege zag ik dat het met Medusa en het Franse bootje heel erg mis zou lopen als ik naar hem zou blijven luisteren. Ik zei dus in het Nederlands, krijg de pest maar. Ik doe wat ik zelf wil. Met de grootste moeite is het me gelukt zonder brokken langszij die sleper te komen. Wat denk je? Complimenten van de loods. (You know your boat!) Hij hield wel van eigenwijze schippers. Daar zakt je broek toch van af! Van het Franse bootje geen woord van dank.

Nu ja, we zijn er door. Het is wel een erg negatief verhaal geworden. Toch hebben we het hier ook wel naar onze zin gehad. Goed kunnen shoppen. Lekker buiten de deur gegeten. Veel gehappy houred. Ook zijn de meeste Panamezen individueel ontzettend aardig.

 

Het is een week later en we liggen opnieuw in Panamacity. We zijn een paar dagen naar de Las Perlas eilanden geweest. Geen wind, een gasfles leeg en te veel diesel verstookt om te vertrekken. Eerst maar bunkeren dus.

Het klimaat is overigens totaal veranderd. Het water is steenkoud en troebeler geworden. De temperatuur varieert tussen de 17 en 20 gr. Brr. Dit komt door de Humbolt stroom die helemaal uit Antarctica komt. De luchttemperatuur is overdag hoog. 35 gr en 's nachts een stuk lager dan in de Carieb. Lekker!

Na drie dagen in Panamacity en acht dagen op zee, zijn we de evenaar overgestoken en aangekomen in San Cristobal. Veel wind, weinig wind en vooral geen wind gehad. Vier motordagen! Geen geweldige tocht dus, maar we zijn er. Het water is nog koud maar weer prachtig blauw. Ik moet wat onder water aan de boot doen maar durf eigenlijk niet. De zeeleeuwen zwemmen hier tussen je benen door. Als de bijboot in het water is liggen ze er gelijk in. Ze zijn totaal niet bang voor mensen. Ik wel voor hen! Het ziet er allemaal veelbelovend uit. We gaan zo inklaren en dit versturen. Tot de volgende keer.

Hg

Ton en Anja

 

Hiva Oa, Marquesas, april 2004

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

De mensen die de evolutie theorie verwerpen moeten dit maar niet lezen. We zijn op de Galapagos geweest en ik moet daar als domme technicus toch iets zinnigs over proberen te zeggen.

Darwin heeft thuis in zijn luie stoel met een borrel en een sigaartje en niet op de eilanden zelf, vele jaren na het bestuderen van zijn waarnemingen, het volgende bedacht.

De Galapagos zijn jonge eilanden. Er hebben nooit grote roofzuchtige dieren (als de mens) gewoond. Vanaf Zuid-Amerika zijn wel eens stukken land, met dieren er op, afgescheurd en hier aangespoeld. Die dieren hebben zich hier zonder natuurlijke vijanden zich kunnen vermenigvuldigen en aanpassen aan de uitzonderlijke omstandigheden. (Tropische eilanden in relatief koud water). Er komen hier plant- en diersoorten voor die elders in de wereld niet te vinden zijn. De ordinaire Zuid-Amerikaanse vink b.v., heeft zich hier in vijftien variëteiten ontwikkeld. Iedere soort met zijn voedsel specialiteit. (Voor ieder voedsel een ander bekkie.) Die Galapagos vinken zijn de basis van Darwins theorie. We moeten daarom aannemen dat we in analogie met de vinken, familie zijn van de apen. Spijtig voor jullie, maar ook voor de apen.

Het is hier een heel aparte ervaring. De beesten hier zijn totaal niet bang voor mensen. Het is net een kinderboerderij met exotische beesten. De zeeleeuw steelt voor ons de show. De eerste dag dat we hier waren brachten deze beesten de bijboot met buitenboord motor van de buurman tot zinken. Vervelend voor de man, maar wel komisch voor de omliggenden. Het bijbootje maar weer ophijsen. Dit keer niet tegen diefstal maar voor vandalistische zeeleeuwen. Ik zal het niet verder over de dieren en planten hebben. Daar lenen zich foto's beter voor. Die komen wel op m'n internet site.

Het is hier in veel opzichten heel plezierig om te zijn. Vriendelijke bevolking, Geen criminaliteit. Iedere bewoner heeft hier zijn eigen politieagent lijkt het. Niet al te heet. De dieren en planten zijn hier natuurlijk uniek.

Nu moeten jullie je geen overdreven voorstelling van het landschap hebben, want dat is vrij sober. Het is hier niet erg vruchtbaar en een groot deel van het jaar droog. Het zeewater is koud. Het is dus geen tropisch paradijs waarvan je droomt als je aan de Pacific denkt.

Het toerisme is hier erg exclusief. Alleen de beter gesitueerden kunnen zich hier een reisje naar toe permitteren. Bootjesmensen zoals wij worden hier dan ook maar tot een maximum van 20 dagen getolereerd. Langer blijven is geen probleem als je pech hebt. Veel mensen hebben hier dan ook heel veel pech.

Bootjes mensen hebben nog een gelukje. Ze betalen geen 100$ park belasting p.p. Ze moeten het wel, maar het wordt niet opgehaald. Iedereen die met het vliegtuig komt moet dat meteen betalen. De bootjes zijn ze vergeten. Niets zeggen dus! Er zijn overigens wel sukkels die het wel gaan betalen. Schande!

Ondanks de exclusiviteit is het hier toch buitensporig goedkoop. Een lunch: soep, rijst met groenten en vlees, een vruchtensapje en een toetje voor 2$. Daar ga je natuurlijk niet voor koken.

We zijn op twee eilanden geweest. San Cristobal en Isabella. Volgens zeggen de mooiste van de ca.15 bewoonde en onbewoonde eilanden. Het is niet toegestaan om overal zonder gids naar toe te gaan.

Voor ons ligt nu het grootste stuk varen tot nu toe voor de boeg. 3000 mijl naar de Marquesas. Vier weken denken we. Een heel groot stuk! We zien er wel een beetje tegenop. Het is natuurlijk een rot eind. Van Amsterdam naar Cyprus en weer terug. Non stop, met een sukkel drafje van ongeveer 9 km per uur. We kijken er wel anders tegen aan dan twee jaar geleden. We waren toen vooral onzeker voor onze zeevastheid bij slecht weer. Voor dit stuk zijn we vooral bang voor weinig wind. Maar ja , we zien het wel. Vier weken eten, slapen, lezen, vissen, zeilen wisselen, weerberichten volgen dingen repareren die ongetwijfeld stukgaan. Geen sociale contacten, geen nieuws van het thuisfront, niets van alles dat normaal het leven beheerst, iedere dag opnieuw vier weken lang, op een boot die altijd beweegt. Het heeft ook zijn charme. Er zullen er wel weer een hoop jaloers zijn en nog meer die denken nou, mij niet gezien. Ze hebben allebei gelijk.

En dan.. weer nieuwe eilanden en culturen. Als we heel aankomen horen jullie het vast nog wel.

 

Het anker is na 24 dagen gevallen in Fatu Hiva Wat is het hier ongelofelijk mooi!

De tocht is ons niet meegevallen. Wat een verschrikkelijk eind is 3000 mijl!. Als ik de geest krijg zal ik er iets over schrijven.

 

Hg,

Ton en Anja

 

Tahiti, Genootschapeilanden, juni 2004  

Beste familie, vrienden, bekenden en misschien wel onbekenden,

 

Jullie vakanties staan op het punt te beginnen (of zijn al begonnen). Ik realiseer me opeens dat ik nooit meer vakantie heb.Of is het altijd vakantie voor ons? Een moeilijke vraag.

We liggen in Tahiti. De droom van iedere zeiler denk ik.

Er is veel gebeurd sinds mijn laatste brief. Ook treurige dingen. Op 19 mei is mijn moeder overleden. We werden door de ANWB alarmcentrale via de wereldomroep opgeroepen. We waren net in een moeilijk bereikbaar gebied,nl in de Tuamotu archipel. Communicatie met Nederland was er erg moeilijk. Geen afscheid kunnen nemen. De harde consequentie van waar wij mee bezig zijn. Een machteloos gevoel.

Mijn laatste brief ging tot de Marquesas geloof ik. Ik heb trouwens mijn eerste boze brief binnen. Het ging over mijn Panama mail en was van een collega zeiler. Een boze brief geeft je wel het gevoel er toch nog een beetje bij te horen. Bedankt trouwens voor de meestal zeer aardige mailtjes. Het is altijd weer spannend als we naar een internetcafe gaan. Is er wat? Het aantal wordt wel wat minder, maar we mogen niet klagen.

De Marquesas waren onwaarschijnlijk mooi. De weelderigste vegetatie die je je maar kunt voorstellen in groene valleien met beekjes tussen hoge bergen. Net een sprookje.

Omdat er niet veel te koop is, is geld totaal onbelangrijk. Je betaalt met een T-shirt een stuk touw, of helemaal niets. Ons werden regelmatig trossen bananen, pompelmoezen (een soort zoete grapefruits) en sinaasappelen gratis aangeboden. Het is voor de bevolking makkelijk om aan eten te komen. Je slaapt een half uurtje naast!! een kokospalm. Je hebt dan zo een paar kokosnoten verdiend, een uurtje pitten naast een mango- en een papajaboom, een half uurtje vissen en je hebt die dag weer je eten bij elkaar.

Er waren vrouwen die zomaar vroegen of ze op sivite mochten komen. (Ze bedoelden visite) De schone Polynesische vrouwen zijn helaas dun gezaaid. Wat een tegenvaller! De meeste vrouwen en ook mannen zijn moddervet. Om omslaan te voorkomen heb ik ze daarom maar niet aan boord uitgenodigd.

De ankerplaatsen en ook de stranden waren soms wat minder geslaagd, door een flinke deining en nono's (een soort muggen).

Vijfhonderd mijl verder de Tuamotu's. Een atollengebied van ca. 1000 km lang. Vroeger een mijnenveld voor zeilers. Met de moderne navigatie middelen voor ons een eitje. De atollen zijn plat, minder weelderig begroeid, zeer dun bevolkt. Wel heel apart en mooi op een andere manier. We hebben twee atollen aangedaan. De mensen lijken op die van de Marquesas. Ze zijn alleen wat welvarender. Veel leven er van de parelteelt. In de oesters wordt een korreltje zand geplant dat uitgroeit tot een zwarte parel.

Van de Tuamotu's naar Tahiti. Druk, welvarend, mooi en ontzettend duur.

Misschien een vakantietip om het goedkoop te houden in dure oorden. Yoghurt wordt in het algemeen in van die heel kleine bakjes verkocht. Wij kopen er één. Maak van melkpoeder 1 ltr melk met iets meer poeder dan normaal. Verhit dit tot 40 gr. Doe er een eetlepel uit het kleine pakje bij. De rest lekker opeten! Goed roeren. Alles in een isoleerkan. En zie daar, na 4 á 8 uur een liter fantastische yoghurt. Dit proces kan heel lang worden herhaald. Bedankt meneer Mona voor dat ene kleine maar dure bakje.

Nu Tahiti, niet lachen, maar we hebben hartstikke druk. De kuip is verbouwd. We hebben nu meer wind en een beter uitzicht. De genua moest gerepareerd. Eerst de naaimachine maken! Bedrading in de mast vervangen. De motor een onderhoudsbeurt. Het onderwaterschip schoonmaken. Lieren invetten en nog talloze andere klussen. De meeste tijd gaat nog zitten in het bij elkaar scharrelen van alle benodigdheden. Het is wel een manier om de stad goed te leren kennen.

De zee in de Pacific is behoorlijk gevaarlijk. Zeeslangen, haaien, giftig koraal en -vissen en nog vele andere grote engerds onder water. Het is een wonder dat we nog durven te zwemmen. Het water is over het algemeen glashelder. Ongelooflijk mooi. Anja heeft al een haai gezien (zegt ze) en kwam brullend het water uit.

Over het zeilen zelf zal ik maar niet veel zeggen, want dan krijg ik weer een boze brief. Vaak gebeurt er (te)veel tegelijk. Een paar uur na vertrek. Ik zit net op het toilet te doen wat zich al een paar dagen aankondigt. Een flinke gooi- en smijtzee. Je voelt je al niet 100%. Een harde knal buiten. Het boom beslag schiet los. (kapot bleek later) De genua begint vreselijk te slaan. De boot rolt als een gek. Een kast vliegt open en de inhoud door de kajuit. Anja schreeuwt dat er een enorme vis aan de lijn zit. (later bleek dit een tonijn van 30 kg te zijn). Het wordt dan wel moeilijk om prioriteiten te stellen. Na twee uur is alles weer geklaard en kan de reparatie van de boom beginnen.

Zo gaat het natuurlijk niet altijd. Soms gaat het lekker, maantje er bij, 6 knopen, kopje koffie en een boek, prima. Toch zijn het vertrek en vooral de aankomst de hoogtepunten van een tocht. Eindeloze oversteken hoeven van ons eigenlijk niet, maar zijn wel onvermijdelijk. Ik zit er ook niet mee om bij windstilte de motor te starten en na drie dagen pas weer uit te zetten als het weer wat waait. Voor sommige zeilers een doodzonde. Sorry sommige zeilers, de onderwaterspinnaker heb ik niet voor niets. Ik ben lekker onsportief!

Een beetje van de hak op de tak was dit. Net als de eilanden die nog komen. Eerst nog Tahiti bekijken, dan Moorea, Bora-Bora en andere wat onbekendere eilanden. Vandaar daar naar de Cooks en Tonga.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Anja vindt eigenlijk dat ik altijd vakantie heb en dat vind ik van haar zeker ook..

 

Ps.2 Kijk ook eens op mijn internetsite. Het logboek is bijgewerkt tot en met de Marquesas. Foto's zeggen meer dan woorden. http://home.wanadoo.nl/hierck/TonEnAnja

 

 

Apia, Samoa, juli 2004

Beste familie, vrienden, bekenden en onbekenden,

 

Wie de Grote Oceaan ook de "Stille" heeft genoemd is heel erg in de war geweest, maar daarover straks meer.

Tussen Frans-Polynesie en Samoa in, ligt Suwarrow. Een kleine onbewoonde atol die bestaat uit een tiental eilandjes. Het dichtstbijzijnde land van betekenis ligt op ca. 1000 km afstand. We wisten nog niet zeker of we het zouden aanlopen of dat we rechtstreeks naar Samoa zouden varen. Toen we er in de buurt waren, waaide zogezegd, de stront van de dijk. (8 bf). Sorry, mijn Nederlands gaat wat achteruit. Het waaide dus gewoon hard. Een beslissing nemen is dan erg moeilijk. De verleidelijke ankerplek met een misschien gevaarlijke aanloop naar binnen, tegenover doorvaren. Doorvaren is in principe veiliger, maar dan heb je wel een rotnacht op zee voor de boeg. De ene pilot zegt Suwarrow niet aanlopen bij slecht weer, de andere zegt makkelijk aan te lopen, maar slechte ankergrond. We zijn toch maar bezweken voor de verlokking van een rustige nacht binnen de atol. Twee uur hebben we gewacht op een kleine weersverbetering. Twee keer geprobeerd naar binnen te varen en toch weer teruggekeerd omdat het zicht niet goed genoeg was. Eindelijk tussen de buien door toch naar binnen. De aanloop viel achteraf erg mee en de ankergrond bleek goed. 's Nachts loeide de wind bijna 9 bf. Toch bewusteloos geweest, want we waren behoorlijk moe. Nu, drie dagen later en prachtig weer, blijkt Suwarrow een van de hoogte punten van onze reis tot nu toe.

Het is hier in de eerste plaats prachtig. Van die droom eilandjes met witte stranden en palmen. De eilanden worden beheerd door een care-taker. Een soort halve ambtenaar van de Cooks eilanden. Hier is dat papa John. 72 jaar, maar kwiek als 57. Hij is hier met zijn neef Peka en nog een kleinzoon Toto. Deze mensen is er alles aan gelegen om het ons naar de zin te maken. We liggen hier met vier boten. Het is een groot feest. We gaan op jacht naar Coconut krabben. Er wordt vis gevangen met lijnen en speren. Kokosnoten in allerlei stadia leveren drank, kokos en b.v pannenkoeken. Salades worden gemaakt van broodvruchten. Het is niet te geloven wat zo'n klein eiland en de zee allemaal kan leveren. We leren hier als een vorst te leven op een eiland waar je als onwetende dood zou gaan van honger en dorst. De vangsten worden soms gezamenlijk bereid op een houtvuur. Een flesje wijn of een biertje erbij. Het is werkelijk schransen. Dat alles wordt door hen belangeloos georganiseerd. Fantastische mensen. Een gastvrijheid die wij niet absoluut niet kennen. Is dit dan eindelijk Polynesië?

We hebben het Franse deel nu achter ons gelaten. Ik denk dat we zo'n 25 van de honderden eilanden hebben aangedaan. Het was allemaal prachtig wat natuurschoon betreft. De mensen waren vriendelijk en de veiligheid is hier, anders dan aan de andere kant van het Panamakanaal, geen enkel probleem. Toch moet ik bekennen dat Frans-Polynesie na de topper Galapagos, ons toch wat is tegengevallen. Dat heeft natuurlijk alles te maken met je verwachting patroon. Nu wil het geval dat Fr. P het meest gesubsidieerde gebied is ter wereld. Ik heb me laten vertellen dat er meer dan 20.000$ per hoofd van de bevolking aan Frans (en Europees!!) geld naar toe gaat. Dat geeft een ongekende welvaart. Het land produceert en exporteert niets. Het toerisme stelt niets voor. Toch is er een ongekende welvaart. Prima infrastructuur en scholen. Alle eilanden lijken door de subsidies precies op elkaar. Natuurlijk is hierdoor het authentieke helemaal verdwenen. Jammer voor ons, gelukkig voor hen. Nou ja, gelukkig? Als de subsidie stopt??

Nu iets nautisch voor de zeilers die hier nog naartoe gaan. De landrotten kunnen dit dus wel overslaan.

De Stille Oceaan is zo stil dus niet. Niet te vergelijken met de stabiele trade winden van de Atlantic.

Vanuit Australie vertrekt zo rond 40ste breedtegraad een trein van hoge en lagedrukgebieden richting oosten(Zuid-Amerika). Dat geeft winden die tegen de klok indraaien en lopen van N door het zuiden naar het oosten. Nw, W en Zw duren gelukkig maar heel kort. Over het algemeen zijn deze winden matig. Nu zijn er ook nog naast de bekende intertropical convergentie zones bij de evenaar, (doldrums) ook nog de South pacific convergentie zones. Een soort extra doldrums. Meestal twee stuks, die ongeveer evenwijdig aan de evenaar lopen, maar van intensiteit en plaats veranderen. Als deze zones conflicteren met de trein van hoge en lage drukgebieden, dan kan het behoorlijk spoken, of wordt het windstil. (Ik hoop niet dat een meteoroloog dit leest).

Toen wij in Raiatea lagen kregen we op de ankerplek een verschrikkelijke poeier wind over ons heen. Een huur catamaran is losgeslagen en gezonken. 100 mijl bij ons vandaan in Tahiti was het nog veel erger. Twintig boten zijn van hun ankers geslagen. Veel schade en schrik. Een aantal bekenden van ons waren hiervan ook slachtoffer. Gelukkig niets van persoonlijke ongelukken gehoord.

Ook het golfpatroon is soms niet in overeenstemming met de wind. Dat kan heel vervelend zijn.

Ik schrijf dit niet om schrik aan te jagen, maar de naam Stille Oceaan is dus misleidend. Het kan overigens ook anders. Een jacht dat van Nieuw-Zeeland via de roaring fourties naar Tahiti was gevaren (een tocht voor de bikkels) had de hele weg een plezierige windkracht 4/5 gehad. (Als ik dit terug lees begrijp ik dat het niet te snappen is. Ik laat het toch maar staan.)

De landrotten kunnen weer aanhaken. Nog even over Suwarrow. Vandaag komen we de mensen van onze Canadese buurboot op het rif tegen. Mevrouw slaat Anja resoluut een schelp uit de handen waar ze al zo'n half uur mee in haar hand liep. Een cone- shell. Een steek van dat beest kan zonder ziekenhuis in de buurt, de dood tot gevolg hebben. 's Middags bij een les in het speer vissen komen we oog in oog met een echt levensgrote grijze haai. Moet je je gevangen visje boven water houden zeiden ze. Anja gelijk het water uit. Ik om haar te beschermen natuurlijk meteen er achter aan. We hebben nu een boekje te leen over de gevaren van het rif. Een beetje laat, dat wel. Je ziet, ons leven valt soms niet mee. Het wordt nu echt tijd voor de siësta.

Na de siësta wat vis gevangen en schoon gemaakt. Tien levensgrote haaien (black-tip) van wel twee en een halve meter verschijnen en blijven wel een uur om de boot cirkelen. Een vissenkop aan een touwtje wordt er zo afgerukt. Gadverdamme!

Als we dit allemaal overleven en we goed aankomen in Samoa gaat dit daar op de post.

Mailers hartelijk bedankt, niet mailers probeer het ook eens. Wordt heel erg gewaardeerd! Allemaal de hartelijke groeten en laat iets van je horen.

Ton en Anja

 

Ps. We zijn nu een dag in Samoa en het bevalt ons al heel erg. Er is van alles te koop en heel veel te zien. Het opvallendste van vandaag: de mensen zijn heel erg groot, de mannen lopen allemaal in een rok. De prijzen zijn laag. (behalve telefoneren, naar Nederland!) Een taxi binnen de stad kost 0,70€. Dat wordt voor de verandering weer eens een tijdje een luxe leven.

 

Ps2. Het is gebleken dat mijn mailbox een tijdje verstopt is geweest. Hij is geschoond en doet het weer.

 

 

Savusavu, Fiji, september 2004

Beste familie, vrienden, bekenden en onbekenden,

 

We varen weer. Van Samoa naar Fiji. Een wat vervelende tocht die zich weer kenmerkt door verkeerde (en geen) wind en een rommelige zee.

Om de tijd te doden tijdens mijn wacht heb ik de pc gepakt. Er hebben tijdens deze tocht een paar zeer belangrijke gebeurtenissen plaatsgevonden die champagne rechtvaardigen. U raadt het al, of was u slecht in aardrijkskunde? Jazeker we zijn op de helft, nee, nu zelfs over de helft. De halve wereld rondgevaren! Wie had dat kunnen denken. Vijftien minuten geleden zijn we de 180 graden grens gepasseerd. Van wester- naar oosterlengte. Dat betekent dat we vandaag een dag overslaan. Donderdag 25 aug. hebben wij dus niet meegemaakt. Een dag weg uit ons leven.

Samoa was fantastisch. Ik zal zo langzamerhand maar ophouden om over die Bounty-achtige omgevingen te praten. Alle eilanden in de Pacific zijn prachtig. Ze hebben allemaal ongeveer dezelfde weelderige vegetatie, stranden, riffen enz. Toch bevalt de ene plek beter dan de andere. Er zijn dus andere factoren die bepalen of iets bevalt of niet.

 

Het is inmiddels een paar weken later. Komt ook een beetje door de adressenpech. Toen ik het vorige opschreef moest ik plotseling stoppen. Ik keek weer eens om me heen voor inspiratie en het bleek toen poeierhard te waaien. Gauw de pc naar binnen, Anja wakker maken, zeil minderen, windvaan bijstellen, zet je maar schrap. Het is nog best spannend geworden. De wind draaide naar ZW, net toen we een pass doormoesten. Sinds lange tijd weer eens aan de wind gezeild, beukend tegen de golven in. Af en toe luidt de scheepsbel na een harde klap in het water. (Paaltje pikken) Maar goed we liggen nu al ruim een week in Fiji waar we het enorm naar ons zin hebben. Sluit goed aan bij wat ik over aan het vertellen was.

 

De andere factoren, noem het maar de pretfactoren, zijn o.a.:

De veiligheidssituatie. Kun je 's avonds lekker over straat lopen; word je beroofd, of beroofd en vermoord.

Het sociale gebeuren: is er voldoende contact met de bevolking en andere zeilers.

Hoe rustig is de ankerplek

Kun je voor een paar centen "lekker" buiten de deur eten (is het duur of goedkoop.)

Zijn er veel insecten?

Wordt er Engels of iets onverstaanbaars gesproken.

Stille stranden lijken heel er mooi. Dat zijn ze ook. Een paar honderd meter vanaf de kant. Stille standen zijn vaak vergeven door de zandvliegen en muggen. Je kan er dus niet lekker gaan zitten barbequen. De stranden die meer gebruikt worden zijn daardoor veel prettiger om te lopen. (In de zon zitten is er trouwens helemaal niet bij.)

Samoa scoorde op bijna alle punten heel hoog. Fiji, waar we nu zijn trouwens ook. Dan vind je het er fantastisch. Neem de mensen. 150 jaar geleden nog kannibalen. Nu de aardigste en vreedzaamste mensen die je je kunt voorstellen. Het zijn vooral de vrouwen die het sociaal vaardigst zijn.

Ik heb me gelukkig toch ook ergens behoorlijk aan kunnen ergeren. De mensen zijn heel gelovig. Daar is natuurlijk niets mis mee.Dat moet ieder voor zich weten. Het gaat om de wijze hoe het geloof hier verkondigd wordt. Na twee jaar konden we eindelijk weer eens tv zien. Kwam goed uit met de olympische spelen. Drie zenders, waaronder CNN. De lokale zenders echter, hadden 90% religieuze programma's. De dominees buitelden over elkaar heen. Meest Mormonen en Methodisten, maar ook andere richtinge, gelardeerd met Amerikaanse tv dominees, waaronder (oude?) Billy Graham films. Ik kon mijn ogen niet geloven. De preken hebben een afstotelijk fanatisme, de helderheid en de diepgang van een bord erwtensoep. De formule is simpel. Zondig niet, wees gehoorzaam aan kerk en gezag, doe meer dan je best en geef vooral veel geld. Hoe meer je geeft hoe beter het je gaat. Alles komt dan in orde en het zal ook droog blijven bij de barbecue. Zo niet, dan hel en verdoemenis.

De mensen zijn hier van nature zeer vrijgevig en spiritueel aangelegd. Ze geven veel van het weinige dat ze bezitten. Het gevolg is dat de enige stevige en goed onderhouden gebouwen, de kerken zijn. En dat in ongelofelijke aantallen. Op een stuk van 20 km lintbebouwing hebben we 90!!! kerken geteld. Als dat geld besteed zou worden aan huizen, wegen, scholen en ziekenhuizen zou het nog gaan, maar nee hoor, er worden gewoon nog grotere en mooiere kerken bijgebouwd. Ik heb door die tv uitzendingen toch ook wel weer een wat andere kijk op de Amerikanen gekregen. Toch een beetje in de gaten houden die jongens.

Zo lekker even gemopperd. Willen jullie wat zien van Samoa, dan even op mijn site kijken. Is door mijn zoon weer keurig bijgewerkt. Opvallende dingen: de mannen lopen in rokken. De meeste huizen, hier fale genoemd, hebben geen muren. Alleen pilaren met een dak. Daar in gebeurt alles. Geen gebrek aan privacy blijkbaar, want er zijn hier kinderen genoeg.

Er wordt gevraagd naar onze verdere plannen. Hier zijn ze, maar dan zeer globaal en aan verandering onderhevig.

Eerst nog wat door Fiji varen, dan op weg naar New Caledonie even stoppen in Vanuatu. Van New C. naar Brisbane in Australië. (begin november)

Onze kinderen komen in januari en maart op bezoek. Zelf komen we misschien, maar waarschijnlijk alleen Anja, in november naar Nederland. Het is nog onzeker.

Begin april gaan we weer op pad. Via het Grootbarrière rif en Torresstraat naar Darwin. Dan Indonesië, Singapore, Maleisië en Thailand.

We denken er over om langere tijd in Maleisië en Thailand te blijven. Hele goede pretfactoren hebben we gehoord. De boot daar in het natte hete seizoen stallen en dan 's zomers naar Nederland (en omstreken) te komen, 's winters weer naar Thailand. Onze huisvesting in Ned. zou dan een flinke grote tweedehands camper kunnen worden. Een paar jaar later kunnen we onze reis dan weer vervolgen.

Zo dit lijkt weer even genoeg. De meeste van jullie moeten natuurlijk keihard werken en hebben niet veel tijd om te lezen. Over Fiji volgende keer meer. Tot horens,

De hg

Ton en Anja

http://home.wanadoo.nl/hierck/TonEnAnja

 

 

Noumea, Nieuw Caledonië, oktober 2004  

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Fiji ligt nu 400 mijl achter ons. We zijn op weg naar Vanuatu. Niet dat het ons plan was, want we zijn gestart richting New Caledonie. Hoe kan dat nou? Ik zal dat wat omzichtig proberen uit te leggen.

Er zijn zeilers die nog naar de Pacific moeten en naar aanleiding van onze mail, zich afvragen of ze dat nog wel willen. Dat is even schrikken! Ten eerste, niets van de mail aantrekken. Ik overdrijf graag en schrijf niet alleen de leuke dingen op. Dat geeft misschien een wat negatiever beeld dan dat van de meeste reisverhalen. Bovendien was het dit jaar slecht weer hebben we gehoord. (Ook hebben we gehoord dat ze dat ieder jaar opnieuw zeggen.)

Ik had het beeld van: we hijsen in Panama de spinnaker, in Australië kan hij er weer af. Als je daarom gaat dan valt het dus tegen.

Deze tocht is ook weer een stereotype beeld van het weer wat wij meemaken. We vertrekken uit Fiji met een goede weersvoorspelling voor de komende drie dagen. 20 knopen uit het ZO. Wij steken onze neus net buiten Fiji en hebben gelijk 30 kn op de meter. We waren niet verrast, want het schijnt daar een acceleratiezone te zijn. Dus glimlachend zeggen we tegen elkaar, een uurtje dan is het voorbij. Ja, ja, na 24 uur was het inderdaad voorbij! Anderhalve dag prima wind en nu windstil. De motor aan en maar naar Vanuatu dat is 200 mijl dichterbij dan Caledonie. Nu nog honderd mijl te gaan.

Ook dit is weer overdreven, dus niets van mij aantrekken! We hebben tot nu toe ook nog niets echt schokkends meegemaakt. Ik heb een plaatje meegestuurd van Grenada nadat de oorkaan Ivan het geraakt had. Dat is pas heavy. Een hurricane veilige plaats waar we vorig jaar waren. Over geluk hebben gesproken! (Ik stuur die plaatjes wel apart, want samen met de gewone mail gaat het vaak mis.) Vergeleken bij die beelden is het hier een oord voor watjes. Daarom is het uitstekend voor ons. Gewoon gaan dus naar die Pacific.

 

Voor de landrotten: 30 knopen is windkracht zeven. In de auto of caravan amper te merken. Aan boord is dat anders. De wind jankt door het want. Vloer, wand en plafond wisselen soms van functie. Als je even over de buiskap wilt kijken gooit er net iemand een volle puts zout water in je gezicht. Naar de wc gaan is een hachelijke onderneming en eindigt altijd met liederlijk gevloek en een dweil. Eten maken is een kwelling. Dat gebeurt dus meestal ook niet. Het enige warme eten dat is te krijgen zit, in het teiltje dat je wordt aangereikt om overboord te gooien. Soms is het ook te vinden op de vloerbedekking of de kussens. Slapen, wassen, biertje, Ha, ha, ha.

Boven windkracht zeven verkoopt iemand overigens met het grootste gemak zijn ziel en die van zijn familie en kennissen erbij, om het weer windkracht zeven te laten worden. In dat licht gezien valt het dus eigelijk wel mee. Voor jullie maar te hopen dat het niet boven de zeven komt!

 

Fiji was overigens fantastisch! Het heeft vele gezichten. Er zijn veel meer etnische verschillen te vinden dan in Samoa. Dat geeft wel wat spanningen hebben we gehoord. De Indiërs, b.v. die de economie beheersen, mogen, behalve voor een winkeltje, geen grond kopen. Het is wel 40% van de bevolking! Er wordt dus behoorlijk gediscrimineerd door de Melanesiers. Die houden veel van dansen, eten, vechten, feestvieren en andere lichaamsbeweging. De Indiërs zijn hier de werkers. Het verschil in mentaliteit is ook wel logisch. Honderd vijftig jaar geleden waren de Melanesiers nog echte kannibalen. Er is hier een kannibaal geweest die in zijn leven meer dan 1800 personen heeft opgepeuzeld. Een blijkbaar vermeldenswaardig record! Ze verkopen hier als souvenir ook allerlei gereedschapjes die het oppeuzelen, vereenvoudigen. Reuze handig! Soms werden de slachtoffers niet onmiddellijk dood gemaakt. Lichaamsdelen werden dan wel verwijderd en opgesoupeerd, de rest werd lekker levend en vers voor later bewaard. Of het slachtoffer zelf ook mee mocht eten wordt niet vermeld. Eet u smakelijk! Wonderlijk is dat deze ex-kannibalen in de omgang de zachtaardigste mensen zijn, die je je maar kunt voorstellen.

Er zijn wereldse stukken Fiji en delen die nog in het stenen tijdperk leven. Dit wordt bewust in stand gehouden. Dat heeft vast ook iets te maken met buiten de deur houden van etnisch anderen.

We zijn in Yadua geweest. Een klein geïsoleerd eiland. In het enige dorp moesten we toestemming aan de chief moesten vragen om het eiland mogen te bezoeken. Zo is dat hier geregeld. Toestemming aan de chief vraag je via zijn woordvoerder. Je moet dan kava, dit is een soort drug, aanbieden. De chief was vissen, maar geen probleem. Iemand nam zijn taak waar. Het ritueel van kava aanbieden is strak geregisseerd. Wij hadden daar al les in gehad van een yachtie die al 33 jaar in Fiji is blijven hangen. Een pracht figuur. Om te zien net Sinterklaas met pet i.p.v. mijter. Kortom, kava aanbieden zonder pet op je hoofd, geen zonnebril op. Als je gaat zitten mogen ze de onderkant van je voeten niet zien en nog meer van die regels. Er wordt door de chief een heel verhaal gemompeld. Als het goed is wordt de kava geaccepteerd en in ontvangst genomen. Alles is dan ok. Je mag het dorp in en ook foto's maken. Je bent dan echt de gast van het hele dorp. We hebben die kava ook gedronken. En soort baggerwater waar je lippen een beetje gevoelloos van worden. Als je veel drinkt schijn je wat slaperig te worden. Dat is alles. Kava is hier heel erg populair en vreselijk belangrijk bij rituelen. Ook wordt het gewoon veel gedronken (zeg maar gezopen) in stalletjes op de markt.

Toen we door de plv. chief geaccepteerd waren moesten we met de hem mee naar zijn huis om te lunchen en uit te rusten voor de terugtocht. Geweldige ervaring. Alles gebeurt in huis op de grond. Geen stoel of tafel te vinden. Best lekker gegeten. Het dorp is erg arm. Geen elektriciteit en alles wat daarmee samenhangt. Als middel van bestaan vangen ze wat zeekomkommers die in de zon gedroogd worden en toch voor redelijk veel geld aan de Jappen en Chinezen verkocht. (2,50 €/st) De Jappen leveren ook de duikflessen. Verder heerst er een serene rust in het dorp. De kippen, varkens en honden lopen je overal voor de voeten. Zoals bij het kannibalenstuk al vermeld zijn de mensen fantastisch. Ze willen allemaal een praatje met je maken. Weten waar je vandaan komt en zo. We zijn er nu aan gewend, maar in het begin dachten we steeds dat die aardigheid een dubbele bodem had. Dat is dus niet zo. De mensen in de Pacific zijn werkelijk totaal anders dan aan de andere kant van het Panama kanaal. Dat wordt echt wennen als we hier weer weg zijn.

We zijn natuurlijk ook in het andere uiterste geweest. Van die walgelijk luxe resorts met jacht faciliteiten. Een hoog happy hour- en barbecue gehalte. Walgelijk, maar daar houden we ook wel van. Prima tijd gehad. Nu een bliksem bezoek aan Vanuatu, als onze plannen niet weer veranderen. U hoort het in de volgende alinea.

 

Ja, hoor, een week Vanuatu is weer voorbij. Een wereld die moeilijk is voor te stellen. Tanna, een eiland, wat kleiner dan Utrecht. Geen elektriciteit, geen verharde wegen. Een paar pick-up trucks voor personen vervoer. Dat is het enige dat aan de moderne wereld doet denken. Er zijn hier nog een paar dorpen waar de mannen in peniskokers lopen. We zijn daar helaas niet geweest, want het was wat lastig te bereiken. Anja de pest in natuurlijk.

Een prachtig eiland. Het meest vruchtbare dat we tot nu toe hebben gezien. Tomaten groot als meloenen. Meloenen zo groot als... Het leven is hier dan ook erg eenvoudig. Het bos, de tuin, varkens, kippen en wat vissen. Meer dan voldoende tijd om kava te drinken, te feesten en te ouwehoeren met ons b.v.. Ze hebben hier trouwens wel een aardige religie. In het kort komt het hier op neer. Jon Frum is een soort Amerikaanse profeet geweest. Hij heeft gezegd dat als je al die missionarissen van het eiland af flikkert en je leeft volgens je eigen waarden en tradities zal "eens" welvaart je deel zijn. Dat heeft gretig aftrek gevonden. Jon Frum is mateloos populair. Ze wachten nu alleen op die welvaart. In hun ogen is dat elektriciteit, tv's, stereo's enz. Dat is natuurlijk wel een minpuntje.

Ik heb trouwens ontdekt dat de dorpjes hier, me heel erg doen denken aan camping Bakkum. Dat is natuurlijk wat achter kamperen zit! We zijn nog niet geëvolueerd naar de moderne maatschappij. Zoiets duurt duizenden jaren. Dit is eigelijk de omgeving waar we thuis horen. Leven in een hutje. Het gras onder je voeten voelen. Koken op een houtvuurtje. Het is maar dat u het weet.

Foto’s laten natuurlijk veel beter zien hoe het er uitziet. Ik heb wel aardige plaatjes gemaakt. Ze komen binnenkort op internet.

Nu zijn we bezig aan het laatste stuk naar New Caledonie. Nog 160 mijl. Het einde van de wat primitievere Pacific. Jammer, dat wel.

 

New Caledonie. Het laatste stuk de wind weer hard op de kop. We lijken daar patent op te hebben. N.C. een cultuurschok. Het lijkt of we net in Zuid Frankrijk zijn aangekomen. De moderne en "beschaafde" wereld zoals wij dat noemen. Zoals overal, de witten in de vierwheel drives, de zwarten achter de bezems. Alles is hier weer te koop. Voor veel geld, dat wel. Asfalt op de wegen. Daarover de volgende keer meer.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Sorry dat het verhaal wat lang geworden is. Ik het beter in tweeën kunnen knippen.

 

 

Brisbane, Australie, november 2004

Beste familie vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

We zijn alweer drie dagen in Australië. Een mijlpaal. Het is alsof we van een trektocht met een tentje door de bergen, terecht gekomen zijn in Centerparks. Wat een verschil en wat gebeurt er momenteel veel tegelijk met ons.

Twee en een half jaar cruisen. We hebben ontzettend veel gezien en meegemaakt. Als je als 55 plussers kan zeggen dat het één van de mooiste periodes van je leven is geweest, dan denk ik dat we zeer bevoorrecht zijn. Ik zeg dit maar even als positief begin. Er zijn (gelukkig maar weinig) mensen die mijn verhalen soms wat negatief vinden. Die heb ik nu even tevreden gesteld.

Eerst even terug naar waar we gebleven waren. New Caledonie. Stelt u zich de Cote d'Azur voor, maar dan met slechts een paar toeristen. Fantastische luxe winkels met werkelijk walgelijk lekkere dingen. Wij liepen er doorheen, als kinderen zonder zakgeld in een snoepwinkel. Was werkelijk allemaal onbetaalbaar. Een taartje van half formaat Multi-vlaai voor 30€. Al met al was het dus best wel een beetje afzien. Het land is wel interessant, maar haalt niet bij de voorgaande eilanden als Vanuatu en Fiji. De bodem is onnatuurlijk rood. De vegetatie arm. De Fransen hebben het land behoorlijk beschadigd met de winning van tin. We hebben trouwens maar een betrekkelijk klein stuk gezien Driehonderd kilometer rondgereden in een huurauto. NC is 400 km lang, bergachtig en dus veel te groot om in een paar dagen te bekijken. Niet zo heel veel van te vertellen dus. Dan maar een paar dramatische gebeurtenissen die we daar gehoord hebben. Die worden toch het meest gewaardeerd heb ik gemerkt.

We lagen met drie andere Nederlandse schepen voor anker in Noumea. Je hebt dan al gauw contact en bij de borrel hoor je veel verhalen. Het bleek toch maar weer dat varen niet geheel zonder risico's is. Eén van de drie, een echtpaar, iets ouder dan wij, hadden al eens hun schip verspeeld in de Pacific. Een zo traumatische evaring, dat ze er niet over wilden praten. Toch hebben ze met het verzekeringsgeld weer een ander schip gekocht en zijn weer opnieuw begonnen. Stel nummer twee, veel jonger dan wij, met een kind van drie (onderweg geboren) heeft dit jaar op een rif bij Fiji gezeten. Met twee sleepboten er na herhaalde pogingen er uiteindelijk toch nog van af gekomen. Boot bijna total-loss. Het schip is opgeknapt en ze varen weer. De laatste, ik zal hem maar even Jan noemen, een voormalig beeldend kunstenaar van 70 jaar oud. Alleen AOW met een paar spaarcentjes. Gescheiden, maar heeft vijf jaar geleden in de Filipijnen een alleraardigst en piepklein vrouwtje(leeftijd 30-!) opgedoken. Drie jaar geleden is hij er in Australië mee getrouwd. In Vanuatu kreeg Jan het in zijn rug. Conclusie hernia. Ze konden er in Vanuatu niets aan doen. Moest waarschijnlijk geopereerd worden. Jan is met zijn Truus naar Caledonie(NC) gevaren. Hij vastgebonden op zijn bed met superpijnstillers, Truus aanwijzingen gevend. In NC naar het ziekenhuis. Na een week hoorde hij dat de verzekering hem niet zou betalen. Hij was te lang in het buitenland. Ziekenhuis kosten ca. 4000€. Jan zonder verdere behandeling weer naar zijn boot terug. Het gaat nu wel wat beter met hem. Alleen de problemen zijn niet over. Ze mogen niet in Caledonie blijven. Zijn Truus mag voorlopig niet naar Nederland , Nieuw-Zeeland en Australië. Filipino's zijn daar niet erg welkom.

Toen wij vertrokken was Jan van plan dan maar naar de Filipijnen te varen. Als dat maar niet de Filistijnen worden, want het hurricane seizoen is eigenlijk al begonnen.

Wat ik zeggen wil is dat drie van de vier Nederlanders in NC toch wel heftige dingen hebben meegemaakt. Statistisch is dat wel heel erg veel. Wij mogen dus niet mopperen.

De tocht van NC naar Australië was nu zo langzamerhand traditioneel "afwisselend", zal ik het maar noemen. Onderweg hebben we er wel andere namen voor gehad. (gloeiende gloeiende !) Harde wind, windstilte, en een verschrikkelijk onweer. Dag één, toplicht stuk. Dag twee elektrische stuurautomaat kapot. Dag drie radar te barste. (sorry ik weet geen andere synoniemen meer) Dag vier enz. Vooral een kapotte stuurautomaat is natuurlijk bij windstil weer rampzalig. Twee dagen met de hand sturen. Gelukkig bleef de windvaanstuurinrichting perfekt zijn werk doen.

Genoeg geklaagd. We zijn nu in Australië. De eerste indruk is heel erg positief. Waar we nu zijn, in Scarborough, is het zeer welvarend. Toen we de weg vroegen werden we er gelijk met de auto heen gebracht. De Australiërs zijn zoals ik me het heb voorgesteld. Lekker onbehouwen, erg behulpzaam met een hoog Mac-Donald gehalte.

We zijn ook al in Brisbane geweest. Een echte wereldstad. Moet echt weer even wennen.

We liepen langs een reisbureau en zagen een aanbieding voor een reis naar Amsterdam. Het wordt tijd dat we jullie weer eens zien, dus hebben we maar gelijk geboekt. Komende zondag de 14e !!!!! komen we aan in Nederland. We vliegen met een tussenstop van 7 uur in Tokio. Vier december vertrekken we weer. Een bliksem bezoek dus. We hebben de komende paar dagen nog heel veel te regelen. Boot goed achterlaten en zo. Fatsoenlijke kleren hebben we niet meer.

We zullen die tijd bij onze kinderen verblijven. Zoveel mogelijk mensen zullen we opzoeken en in ieder geval opbellen.

Wat een chaos maak ik er weer van. Komt een beetje door de tijdsdruk die ik opeens begin te voelen. Onze verdere plannen zijn ook alweer gewijzigd. We denken dat we Australië wel erg leuk vinden. Het is enorm groot. Bijna 40.000 km kustlijn. In april zouden we vanwege het seizoen weer verder moeten. We denken nu, dat we hier te weinig tijd zullen hebben. Kinderen komen op bezoek. We willen nog veel zien. Een oude auto en tent kopen om het land door te crossen. We plakken er hier gewoon een jaar aan vast hebben we net beslist.

Mijn toekomstige mail? Als je wat schrijft moet je wel wat te vertellen te hebben. Australië is voor velen al bekend terrein. Ik weet dus niet of er wat interessants te vertellen valt. Waarschijnlijk gaat de mail op een laag pitje tot we weer gaan cruisen. Ik zal nog proberen deze week mijn internet site bij te werken. Er zijn wel leuke plaatjes bij.

Ik ga nu op zoek naar lange onderbroeken, mutsen en truien. De hartelijke groeten en tot de volgende week.

Ton en Anja

 

Ps. Anja protesteert zeer hevig tegen de kreet 55 plus die ik in het begin heb gebruikt. Ze is pas heel recent 55 geworden.

 

 

Brisbane, Australie, december 2004

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Als het koud is verlang je naar de warmte. Als het regent wil je de zon. In de zon en warmte droom je weer van een witte kerst. Is het dan nooit goed? Ik denk daar aan, omdat we net uit Nederland komen. Drie weken kou. Het was natuurlijk fantastisch om na ruim een jaar weer bekenden te zien. Helaas hebben we weer niet iedereen ontmoet of gesproken. Daarvoor traditioneel excuus. We halen dat later wel weer eens een keer in. Na de Nederlandse kou (ze zeiden dat het meeviel!), stromende regen in Brisbane. Zoveel regen en onweer hebben we nog nooit gezien. Een jachthaven in de buurt haalde het nationale nieuws vanwege de vele schade. Hier is gelukkig niets gebeurd. Na de regen ongenadige hitte.

Bijna 40 gr. Niet dat we willen ruilen, maar waarschijnlijk zijn de mensen die gewoon thuis blijven het verstandigste en het beste af.

Er is de afgelopen weken veel gebeurd. Terug van het Nederlandse intermezzo, hebben we een oude auto en een tent gekocht. Een vette Mitsubishi Magna, 2,6ltr, automaat uit 1990. Inclusief registratie en verzekering tot augustus voor 1500€. Hij rijdt voorlopig als een speer. Dat rijden valt hier overigens niet mee. De richtingaanwijzer zit aan de verkeerde kant! Het spiegeltje ook. Nee, de hele auto zit aan de verkeerde kant van het stuur. Iedereen rijdt hier ook aan de verkeerde kant van de weg. Er zijn mensen, die zeggen dat het ze niets uitmaakt en er geen enkel probleem mee hebben. Nou, dat geldt niet voor ons.

De eerste rotonden, kruispunten en afslagen gingen met samengeknepen billen. Op het moment blijven ze gelukkig wat meer ontspannen. Alles went.

We hebben een weekje proefgekampeerd. In een tent dus, dat begrijpt u wel. Een zespersoons ultralicht koepeltentje. Staat heel snel. Het is allemaal meegevallen. Wel wat bulten van muggen en andere beesten. Australië is in de buurt van Brisbane wel weergaloos mooi. Een soort mix tussen de Eifel en Karinthie. Alles is wel wat anders. De bomen en de dieren hier,

komen in Europa over het algemeen niet voor. De beesten zijn duidelijk veel minder bang voor mensen. De mensen zijn daarentegen weer veel banger voor de beesten dan bij ons. Er komen hier dan ook hele enge exemplaren voor. Ik heb het dan niet over de haaien en krokodillen, maar over giftige slangen, leguanen, kikkers, spinnen en ander klein ongedierte. Wilde kalkoenen halen je tent overhoop. Possums bijten in je vingers. Wel even wennen voor zeelui.

Zo’n tent staat wel lekker stil. Je wordt er helemaal niet zeeziek in.

Australiërs zijn aardige mensen. Het is hier wel een enorme consumptie-maatschappij. Wat verdient wordt, gaat gelijk op aan drank, eten en goederen. Dat is goed te merken in de restaurants en winkels. Creditcards zijn erg populair. Vier stuks pp is geen uitzondering. Gezellig druk dat wel. Het voorzieningen niveau is hier erg hoog. Overal openbare toiletten, plaatsen om te picknicken, compleet met barbecues en water. Het openbaar vervoer en wegennet zijn van veel betere kwaliteit dan in Europa. De treinen rijden op tijd. Een wegennet waardoor er geen files ontstaan.

Het prijsniveau valt ons wat tegen. Eigenlijk gewoon Europese prijzen. We hadden gedacht (of gehoopt) dat het hier een stuk goedkoper zou zijn.

Met hard werken kun je het hier ver brengen. We zijn op visite geweest bij familie van een kennis van me. (Bedankt Aad) Hij metselaar, zij verpleegster. Ze zijn hier 25 jaar geleden gekomen en nu gesetteld. Ze hebben een huis van 28 bij 12 meter. Zwembad in de tuin, 4000m2 grond, compleet met beek. Dat kan hier dus. Wildvreemde mensen voor ons. Eet maar mee, blijf maar slapen. Echt Australisch denk ik. Vreselijk gezellig. Een tegenbezoek op de boot volgt.

We zijn benaderd door een Belgische journaliste. Zij gaat een reportage van ons maken. Tien maandelijkse afleveringen aan de hand van onze mail en foto’s,in de periode tussen februari en december 2005. Ze volgen ons dan op de voet vanaf Cartagena naar Australië. Met terugwerkende kracht, maar dat weten alleen jullie! Het is dus zeker dat het allemaal goed afloopt. De eerste aflevering schijnt al klaar te zijn. We krijgen die binnenkort te zien. We zijn benieuwd. Het blad heet Tourist magazine. Het wordt uitgegeven door de Belgische tegenhanger van de ANWB. De oplage is 600.000. Wie kent dat blad? Ik ken maar twee halve Belgen die deze mail krijgen. Niek en Gertrude? Iemand anders misschien?

Met de kerst komen Nora en Michiel naar ons toe. Zij hebben vijf weken Australië gepland. De eerste twee weken gaan we gezamenlijk met de auto richting Sydney. Daarna scheiden onze wegen. Zij hoppen verder per vliegtuig. Wij met de auto.

Bijgaand een kerstkaartje. Als jullie het een walgelijk plaatje vinden dan is het geslaagd. Het doet alleen geen recht aan ons keiharde bestaan. Uitgeprint op ansicht formaat kan hij op de schoorsteen. Een mooi contrast met de traditionele kerstkaarten. De kerst hier zonder sneeuw is natuurlijk maar behelpen.

De hartelijke groeten uit een zonnig en warm Brisbane.

Ton en Anja

http://home.wanadoo.nl/hierck/TonEnAnja

 

Ps. Bellen naar ons mobieltje kost maar 20 € cent/min. Kijk maar op televergelijk.nl. Eerst bellen 0900-9851, dan 0061(Austr) en ons mob. nr. 410885327 (de eerste nul hoeft niet.) Voor ons is bellen ook wel goedkoop maar een heel gedoe in een telefooncel.Meestal gaat het mis. Bel gewoon eens op. Wordt erg gewaardeerd. Niet tussen 12 en 21 uur graag, want dan slapen we.

 

 

Adelaide, Australië, januari 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Zo nu en dan moet er motoronderhoud gepleegd worden. Dat betekent eerst de kajuittrap weghalen en diverse luiken open maken. Een rotklus, maar, zo gezegd zo gedaan. 's Morgens vroeg. Het is dan nog niet zo heet. Toen gebeurden er een aantal dingen die behoorlijk de aandacht afleiden van het onderwerp motoronderhoud. Als je bijna drie jaar aan boord woont kun je als een blinde vanuit de kuip de kajuit in. Dat gaat alleen niet goed zonder trap weet ik nu. Het is natuurlijk een vermakelijk gezicht, dat is waar. Toen ik anderhalve meter lager op de kajuitvloer, na enkele minuten manhaftig kermen het aantal gebroken stukken van mijn linkerbeen wilde tellen, bleek dat tot mijn verbazing nog uit een stuk te bestaan. Nu,drie weken later, duizend kilometer verder in Sydney, kan ik me min of meer weer normaal voortbewegen. Het komt dus allemaal weer goed.

Onze jongste zoon met partner zijn net per vliegtuig vertrokken naar Melbourne. Wij hebben twee weken samen opgetrokken en een prachtige tocht gemaakt. Ik zal jullie daar niet mee vermoeien. Wij hebben genoten. Zij ook wel denken we. Scheiden doet alleen weer opnieuw lijden, maar dat is onze eigen schuld.

Met mijn gebouwen achtergrond ben ik natuurlijk onmiddellijk met fototoestel richting Opera-house getogen. Met enig cynisme moet ik toegeven dat het mooi is. Heel erg mooi. Het is geen gebouw, maar het is kunst. Als sculptuur zou het nergens misstaan. Ik heb gehoord dat er mensen zijn die gaan huilen als ze het zien, zo mooi vinden ze het. Dat is echter een misverstand dat ik graag wil ophelderen De mensen die gaan huilen als ze het gebouw zien, zijn de glazenwassers,de onderhoudsmensen en de man die de exploitatiekosten moet betalen. Als gebouw is het natuurlijk een ramp. Ter informatie: de bouw van dit kunstwerk is gigantisch uit de hand gelopen. Eerste raming: 7 milj. Aus $(1959) De architect heeft na 7 jaar afgehaakt. Uiteindelijke bouwkosten: 102 milj.$ (1973).

Ik vind wel dat een stad zich zo'n kunstwerk kan veroorloven. Jammer alleen dat het model staat voor veel van de moderne architectuur. De skyline van Sydney is zo'n voorbeeld. Het is van afstand prachtig. Net een schilderij. Dat moet je ook op enige afstand bekijken. Hoe dichter je er bij komt hoe lelijker het wordt. Hoe kan dat toch? Iedereen die een auto koopt kijkt niet alleen op afstand of het een leuk koetsje is. Je wilt ook iets weten van wegligging, prestaties en inruilwaarde. Als het om een gebouw gaat wordt alleen het uiterlijk beoordeeld. Veel marmer of bladgoud aan de gevel doet het altijd goed. Net Chinese restaurants. Heren architecten, wanneer is dat egotrippen nu eindelijk eens afgelopen!

Er zijn nog meer mooie dingen te zien. Het oudste gebouw in Sydney is van 1820. Ook heel nieuw eigenlijk, maar toen konden metselaars en steenhouwers nog laten zien wat ze waard waren. Vakmanschap was toen meesterschap.

Er is hier veel sfeer. Dat komt niet door de gebouwen maar door de mensen. Het bruist, het gaat uit, het leeft. Dat maakt het de moeite waard.

Onderweg naar Sydney hebben we helaas geen aboriginals, kangoeroes en koala's gezien. In de dierentuin in Sydney gelukkig wel. Niet de aboriginals natuurlijk. Die zijn veel verder weg gestopt. Een merkwaardig fenomeen is de koala. Iedereen wil hem vasthouden en aaien. Die beesten vinden het niet erg. Ze blijven gewoon zitten. Er zijn zelfs speciale koala hospitaaltjes. Nu heb ik het even opgezocht hoe dat kan. De koala heeft nagenoeg geen hersens! Dat komt door zijn eenzijdige, drugsachtige menu. Daarom blijven ze zo suf zitten. Het is dus niet: zo stom als een varken, want die zijn zeer intelligent, maar: zo stom als een koala. Heeft u weer wat geleerd.

Wat nu? Verder langs de kust naar het zuiden en westen. Als de auto het blijft doen overwegen we ermee de woestijn in te gaan, richting Alice Springs. De oceaan is tenslotte een woestijn van water en dat is ook gelukt.

We zijn inmiddels weer twee weken verder en net aangekomen in Adelaide.

Tentje op, tentje neer. Bijna iedere dag opnieuw. Hard werken dus. Je realiseert je dan pas goed hoe bevoorrecht yachties in sommige opzichten zijn. Niks geen tentje opzetten. Plomp je anker overboord en je hebt gratis de mooist denkbare plek. Niks geen disco muziek, niks geen dreinende kinderen. Maar goed, dit heeft ook zijn charme.

Na Sydney hebben we Canberra en Melbourne aangedaan. Tussendoor zijn we in veel nationale parken geweest. Prachtig allemaal. Kangoeroes die uit je hand eten. Emoes die in je hand pikken en possums die je hand opeten. Ik heb al eens gezegd, het Australische wildlife is niet wild. De beesten zijn allemaal handtam. Er is een uitzondering, die in geen een folder wordt genoemd. De nationale plaag, de vlieg! Wat een rot beesten zijn dat. Ze hebben er hier geen tekort aan. Overal zijn ze te vinden. Ik heb een paar biologische nieuwtjes ontdekt. Vliegen hebben een ingebouwde haatdetector. Hoe meer je ze haat des te meer ze naar je toe komen. Ook vloeken en slaan trekt ze aan.

Canberra was een interessante stad, Melbourne wat minder. Canberra is splinternieuw als hoofdstad gebouwd in 1913. Een totaal nieuw concept. Ziet er heel anders uit dan een doorsnee hoofdstad. De infrastructuur is gemaakt in grote cirkels. Gegarandeerd raakt iedere vreemdeling volledig gedesoriënteerd. Toch heeft het wel wat. Ik had er een wonderbaarlijke ontmoeting op het dak van het regeringsgebouw. Een werkelijk prachtig gebouw, waar de vergelijkbare eerste- en tweedekamer is gehuisvest en tevens het State departement. Een ongelooflijk afwerkingsniveau. Moet waanzinnig veel hebben gekost. Ik snap niet hoe een land,waar relatief weinig belasting wordt betaald,zich zulke voorzieningen kan veroorloven. Waarschijnlijk gaat er bij ons veel in de sociale voorzieningen pot. Hoe dat hier werkt de volgende keer, anders wordt het verhaal te lang.

Nu even de ontmoeting. Van Anja moet ik het weglaten. Want 90% interesseert het niet zegt ze. Ze heeft bijna altijd gelijk, maar ik laat het dit keer toch staan voor die paar insiders. Het is echt gebeurd en niet verzonnen! Ik raak aan de praat met een Nederlander. Hij bleek een (jong) architect! Ik kreeg een gratis college bouwkunde van hem. Het gebouw was gebouwd voor de komende tweehonderd jaar. Daarom was het allemaal zo duur geworden. Ik zeg: "Beste vriend. Er schijnt een materiaal te bestaan dat eeuwen meegaat. Het kost slechts een fractie van de glas en aluminium paleisjes die jullie voor iedereen bouwen. Privé willen architecten er heel graag in wonen, hoe ouder het materiaal, hoe liever het ze is en bij voorkeur gesitueerd langs de grachtengordel van Amsterdam. Het materiaal heet baksteen!!" Hij keek me aan alsof ik hem een buitengewoon onzedelijk voorstel had gedaan. Even later zei hij schaapachtig: “Ja, ja, baksteen schijnt lang mee te gaan”.

Vervolgens droop hij, een paar keer verbijsterd omkijkend, af. Mijn dag kon natuurlijk niet meer stuk. Na drie jaar kroop het bloed voor de tweede keer deze maand even waar het niet gaan kan. Een laatste stuiptrekking.

Er zijn mensen die schrijven dat ze lang niets van ons gehoord te hebben. En dat mijn internetsite niet is bijgewerkt. Dat komt door de primitieve omstandigheden. Ik zit nu ergens stroom te stelen op een camping. Ik zal zo ook proberen wat aan internet te doen.

Die opmerking over weinig horen kan ik trouwens ook maken. Sinds we aan wal

zijn, droogt de mail aardig op! We blijven natuurlijk wel graag op de hoogte nvan jullie reilen en zeilen.

Als laatste nog de tsunami. Dat leeft hier enorm. Verschrikkelijk!

Natuurlijk hebben wij daar niets van gemerkt. De meeste zeilers die in Thailand waren zijn er overigens redelijk goed afgekomen. De golf is onder hen door gegaan. Wel schade in ondiep water opgelopen, maar geen persoonlijke ongelukken voor zover wij weten. Boten die een eindje uit de kust waren hebben er zelfs helemaal niets van gemerkt en waren verbijsterd toen ze aan wal kwamen.

Hg

Ton en Anja

 

Ps. De eerste aflevering van ons in het Belgische Tourist-magazine komt 9 februari uit! Wie binnenkort in België komt moet wel even kijken.

 

 

Brisbane,Australië, maart 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Het is wat rustig aan het reisfront heb ik wel gehoord. Dat klopt wel een beetje en dat heeft ook wel z’n reden. Mijn zuster is ernstig ziek en dat heeft een grote invloed gehad op de inspiratie om wat te schrijven. Toch maar weer eens proberen.

We hebben jullie verlaten bij Adelaide. We zouden naar Alice Springs gaan, midden in de woestijn. Dat plan hebben we laten schieten. De auto begon wat kuren te vertonen en het was 41 gr, windstil en onbewolkt. Met een auto zonder airco was dat voor ondergetekende iets te veel voor het goede. Anja had eerst de pest in, later heeft ze schoorvoetend toegegeven dat het een verstandige beslissing was om niet te gaan. De outback (zo heet dat hier) die we wel gedaan hebben is een rechte lijn tussen Adelaide en Brisbane. Het gebied is niet zo moeilijk te beschrijven. Op de de mieren en vliegen na, leeg, heet, droog en desolaat. We zijn via Broken Hill naar de kust gereden. Zo’n tweeduizend kilometer. Dat gaat als volgt: 500km keurige kaarsrechte tweebaansweg, twee tegenliggers per uur (waaronder vrachtwagencombinaties van 50 m lengte,zgn.roadtrains), geen zijwegen, af en toe een paar schapen, verder niets, helemaal niets dan leeg woestijnachtig gebied. Dan opeens, een (mijn)stad van 20.000 inwoners. Een gewone stad, met alles er op en er aan. Bomen, plantsoenen, een golfbaan, Albert Heijn, de Vomar, bioskopen , zwembaden, alles. Niet normaal gewoon. Je rijdt eruit en weer 500 km leegte als er voor. Met geld kun je dus alles creëren. Stel je voor dat er op eens geen olie voor de transportmiddelen en energieopwekking meer is. Zo’n stad zou binnen een week een rampgebied zijn. Binnen veertien dagen is 90% van de mensen dood. Die situatie staat wel model voor onze westerse wereld denk ik.

We doen trouwens een leuke ontdekking. Als je aan medezeilers iets vertelt over je reis krijg je de handen niet op elkaar. Wat een prutsers denken we over en weer. Aan gemeenplaatsen geen gebrek. Hebben jullie dat overgeslagen? Dat was nou juist het hoogtepunt voor ons. Op het land gaat dat anders. Met een beetje oefening kun je aardig scoren. Bij vakantiegangers die een paar weekjes met de camper op stap zijn, valt de mond vaak open. Dat gaat heel simpel. Je luistert eerst naar hun verhaal en toont je (oprechte) bewondering voor zoveel ondernemingslust. Daarna vertel je nonchalant en zo globaal mogelijk je eigen verhaal. Vooral het feit dat we al drie jaar onderweg zijn vinden ze nogal indrukwekkend. Leuk hoor, dat opscheppen. We worden er steeds beter in.

Na de outback komen we heel geleidelijk weer in de geciviliseerde wereld waar het ook wel eens regent en alles weer groen is.

Weer terug in Brisbane hebben we definitief besloten dat we niet nog een jaar in Australië blijven. We vertrekken begin april richting Darwin. Daarna Indonesië, Singapore, Maleisië en Thailand. Om ons visum tot eind juli geldig te houden moeten we nog een keer het land uit. We boeken snel twee weken Nieuw-Zeeland.(Met het vliegtuig natuurlijk!)

Dit wordt een wat lang verhaal want het stuk hierboven heb ik nog niet verstuurden we zijn inmiddels al weer terug uit N.Z.

Het is een mooie tocht geweest. Na 9000 km Australië nog eens 2500 km N.Z. Dat wordt straks dus weer wennen aan de rechterkant van de weg.

N.Z. is heel erg mooi. Noorse fjorden, Zwitserse alpen, IJslandse geisers,Franse wijngebieden en nog veel meer mooie dingen op een relatief klein oppervlak. Nou, ja klein, half west Europa denk ik. Het barst er van de Nederlandse vakantiegangers. Onze opscheptechniek is hier dan ook sterk vooruitgegaan. Toch doen we veel leuke contacten op.

Nieuw-Zeelanders lijken een beetje op Australiërs. Iets minder joviaal en wat meer boer. Een goed gesprek gaat voornamelijk over eten drinken en lekkere …..

Ik kom dan natuurlijk goed tot zijn recht. Nee, een beetje diepgang en cultuur kun je er niet vinden.

We hebben een auto gehuurd in Christchurch op het Zuid-eiland en kunnen die weer inleveren in Auckland op het Noord-eiland. We gaan dit keer onderdak op kampeerterreinen met huisjes er bij (Holiday camps.) Voor ons luxe bungalowtjes tussen de 20 en 35 €. Ik maak nogal wat blunders met die hutjes. Omdat ze nogal op elkaar lijken loop ik regelmatig de verkeerde binnen. Bewoond en wel. Zoiets geeft nogal eens wat opwinding en hilariteit. Nee, niet wat jullie denken. Dat is erg tegengevallen, maar Anja maakt zich wel ongerust over mijn gedrag.

De temperatuur is wel veel lager dan in Australië. Dat vonden we in het begin wel erg lekker na al die hitte.

We hebben een spoor van vernieling achter ons gelaten. Nadat we Mount Cook waren gepasseerd, is daar een zeer bekende vrouwelijke berggids met een paar alpinisten omgekomen. Een dag nadat we door Greymouth (een dorp) gingen, heeft daar een verschrikkelijke tornado huisgehouden. Halve dorp weggevaagd. Een groot verkeersongeluk vond achter ons plaats. Een aarbeving(kje) in Wellington.

We zagen dat ‘s avonds allemaal keurig op het nieuws in onze comfortabele onderkomens. Zelf allemaal gelukkig niets van gemerkt. Het verkeer is wel erg gevaarlijk. Allemaal tweebaans wegen waar alles honderd rijdt. Niet harder en niet zachter. Als er wat gebeurt, dan is het ook raak.

We zijn weer terug. Terwijl bij jullie de sneeuw net gesmolten is, zijn wij de boot weer aan het vaarklaar maken. Vandaag het voorzeil gerepareerd. Morgen is de stuurautomaat weer aan de beurt. Nog een paar weken, de hurricanes zijn dan hopelijk voorbij en gaan we op stap. Nederland komt dan weer wat dichterbij.

H.g,

Ton en Anja

 

Ps. Een paar van jullie hebben gevraagd naar de stukjes die over ons geschreven zijn en gepubliceerd worden in Tourist magazine. Voor de belangstellenden de bestandjes van febr. en maart.

 

 

Bundaberg, Australië, april 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Met een beetje pijn in ons hart hebben we na vijf maanden Redcliffe, 30 km ten noorden van Brisbane verlaten. We hebben het hier prima naar ons zin gehad. Een betaalbare superdeluxe marina. Een prachtige omgeving in een prima atmosfeer. We waren van alle gemakken voorzien. Ook het nieuws liet ons niet onberoerd. We hebben ten slotte een nieuwe Duitse herder! Nee, wij hebben natuurlijk geen plaats voor een huisdier. Ik bedoel wij allemaal! Het belangrijke nieuws begon hier met het bezoek van prins Charles aan Australië en Nieuw-Zeeland. De Britse koningin is hier het staatshoofd. Leeft niet erg en wordt ook niet erg gewaardeerd, maar goed, Charles is hier dus wel belangrijk. Hij kraamt, volgens mij, geen al te grote onzin uit en zegt soms zelfs zinnige dingen is mij opgevallen. Maar nee, hij wordt hier, net als in Engeland, na zijn affaire met Diana, als een debiel afgeschilderd.

Dan het doodgaan van de paus. Mooi gefilmd hoor! Veel herhalingen en slowmotions. Ik heb altijd gedacht dacht dat deze paus heeft geprobeerd ons weer terug te krijgen in de middeleeuwen. Maar nee hoor, over de doden niets dan goeds hier. Volgens sommige commentatoren heeft hij zelfs Polen bevrijd en het ijzeren gordijn neergehaald. Ik heb het weer eens niet begrepen.

Toen de trouwerij van Charles en Camilla. Diana is met haar knappe koppie, doortrapte lachjes en kokette maniertjes heilig verklaard. Camilla, die niet moeders mooiste is, wordt dus meteen maar als heks afgeschilderd. Die twee kunnen het wel schudden.

Toen de nieuwe paus. Een Duitse herder dus. Binnenkort is de aarde weer plat en de hel er onder. Het leven wordt weer een stuk simpeler.

Dit heeft allemaal niets met onze reis te maken, maar natuurlijk wel met de nieuwsgaring die wij hier ver van huis ervaren. Is het bij jullie anders? Ik hoop het wel.

De luxe achter ons gelaten en de ontberingen weer in het verschiet was Fraser-eiland de eerste bestemming. Het grootste zandeiland ter wereld. 120 km lang en bestaat uit meer zand dan er in de hele Sahara te vinden is. Erg toeristisch. Wij hebben er uren gelopen en niemand gezien, dan kom je op een punt dat in de toeristische route is opgenomen en dan barst het opeens van de vierwieldrives. Even later weer niemand. Wij zouden eerst een vierwielbustrip boeken. Omdat het ons te duur was zijn we maar gaan lopen. Later hoorden we op het nieuws, dat er die dag zo’n bus is verongelukt. Drie doden en gewonden. Of het onze bus was weten we niet. Er rijden er niet zo veel. We hebben de prijs waarschijnlijk wel goed ingeschat.

We hebben een kano gekocht. Zo’n “sit on top” ding zoals ze dat hier noemen. Twee persoons. Fantastisch, zo’n ding. Een kano was trouwens mijn eerste watersport ervaring. We gebruiken hem als dinghy als we geen zin hebben om ons rubberbootje op te blazen. Hij past prima op het dek en ligt zo in het water.

Een aanrader voor de beginnende (en gevorderde) watersporter. Er kan niets aan stuk. Kost geen brandstof. Gaat geluidloos en licht. Op wat langere afstanden blijkt dat je niet eens zo gauw moe wordt. Ook Anja heeft de slag te pakken, we peddelen zelf gelijk zonder een onvertogen woord.

Frasereiland staat bekend om zijn vele haaien. Dat heb ik gemerkt. Aan een heel klein hengeltje met een piepklein stukje vis heb ik er een gevangen. Toen ik echt niet meer wist hoe ik van hem af moest komen brak de haak gelukkig af. Hij vrij, ik blij.

Na verschillende stops op Fraser-eiland zijn we nu alweer een week in Bundaberg de klussenlijst aan het inkorten. Wat nu weer? Je was toch klaar in Brisbane?

Ja dat wel, een paar dingetjes maar. Kleppen gesteld, olie en filters vernieuwd. De spannings- regelaar gerepareerd. Een nieuw windvaantje op de mast gezet. Anker en ketting zijn opnieuw gegalvaniseerd en zien er weer als nieuw uit(300 kilo naar de kant en weer terug!). De kano heeft een hoes tegen de zon gekregen.

De visuitrusting is op peil gebracht. Voorraden aangevuld. Ja, een rustig leven hoor!

Het is de bedoeling dat we morgen richting noorden gaan. Het Barrièrerif in. Waar we stoppen weten we nog niet. Als het lekker gaat, varen we een paar nachtjes door denken we. Eerst nog even de tanks vullen. Wist u dat de gemiddelde Nederlander 135 ltr water per dag gebruikt? Wij doen het met 10 ltr p.p. De vuile was wordt dan wel meestal aan de kant uitbesteed. De afgelopen week waren de zonnepanelen en de windmolen voldoende voor de stroomvoorziening.

We hebben het licht aan, gebruiken de pc, kijken een klein beetje tv en af en toe een dvdt-je.

Tot de volgende keer.

Ton en Anja

 

Darwin, Australië, juni 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Een vreemd land hoor dat Australië. Wist u dat het gemiddelde van zevens en achten hier een tien kan zijn. Hoe dat zit zal ik zo uitleggen.

Wij zijn momenteel onderweg naar Darwin. We moeten nog zo'n 800 km noord naar de Torresstraat en dan nog ongeveer 1400 km west naar Darwin Het eerste stuk gaat door het Groot Barrièrerif. Een gebied vol eilanden, riffen en ondiepten. Het schiet niet erg op. Per dag doen we niet veel meer dan 80 km. Ik schrijf dit verhaal met de wetenschap dat ik het voorlopig niet kan versturen. Het noordelijk schiereiland waar we nu zitten is zo goed als onbewoond. Je kunt je dat gewoon niet voorstellen. Een prachtig schiereiland van 800 bij 300km, waarin geen verharde weg te vinden is. Gigantische stranden van spierwit zand. De stranden zijn overigens, net als in de bevolkte gebieden, ook volstrekt

leeg. Niemand gaat het water in vanwege krokodillen, haaien maar vooral de kleine kwallen (veroorzaken in drie minuten een hartstilstand!). De kwallen verdwijnen overigens in dit jaargetijde. We hebben vandaag dus toch maar even gesnorkeld en de boot geïnspecteerd.

Dat is nu wat ik bedoel met dat gemiddelde en die tien. Australië heeft veel minpunten. Ik heb er al het nodige over geschreven. Als wij het land in zijn totaliteit beoordelen krijgt het toch een tien. Hoe kan dat nou? Ik weet het niet precies. Het komt waarschijnlijk door de enorme ruimte die er voor iedereen is. De mensen, ze zijn vriendelijk, ontspannen en hebben alle tijd. Ze missen onze territorium drift. Hekken en schuttingen zijn er alleen voor het vee. Een huis met 1000m2 grond is hier heel modaal. Ondanks de behoorlijk bureaucratisch geregelde maatschappij, kan en mag bijna alles. Je bent hier veilig, alles is te koop. Stel je een land voor met de omvang van Europa en een bevolking zo groot als in Nederland. Klimaten van tropisch tot zeer gematigd.

Het is een super land voor de caravan of camper. Je kan zo'n camper bijna overal neerzetten. In het wild, op een primitieve maar fantastische bushcamping, of op een vijfsterren complex met alles er op en eraan. In de grote mondaine steden, of in totaal verlaten gebieden. Vuurtje stoken, alles kan. Voorzieningen onderweg, fantastisch! Voor de kampeerliefhebbers een absolute aanrader. Overwinteren in Australië met een camper of caravan! Als wij niet meer varen gaan we dat in ieder geval een of meerdere keren doen. Maar dan op wielen. We zijn voorlopig nog niet zo ver en nog lang Australië niet uit. We komen

nu meer in Aboriginal gebied. Die Abo's zijn ons tot nog toe niet meegevallen. Ze zien er over het algemeen onverzorgd uit en zijn totaal niet geïntegreerd in de maatschappij. Natuurlijk zijn ze schandalig behandeld. Onderdrukt en gedeporteerd. Er zijn zelfs systematisch kinderen afgenomen. (De verloren generatie) Toch vind ik de Australiërs over het algemeen niet erg discrimineren. Vergeleken met Nederlanders zeker niet. Het is hier ook een multiculturele samenleving met veel Chinezen, Japanners, Polynesiërs enz. Dat gaat allemaal prima. Met de Aboriginals lukt dat niet. (van beide kanten!)

Er wordt veel aan gedaan en geld in geïnvesteerd, maar geen resultaat. Abo’s leven het liefst in reservaten met hun eigen wetten, tradities en gewoonten. Wij noemen dat het stenen tijdperk en primitief. Als onze olie op is zullen ze ons zeker overleven.

Ik schrijf bovenstaande op Lizard eiland. Een klein eiland ver weg van de bewoonde wereld. Er is hier het meest noordelijke en afgelegen resort. Alleen per vliegtuig te bereiken. De budget kamers zijn 800€ /dag voor z'n tweeen.(incl. de maaltijden!) een koopje dus. Je kan ook voor 2000€ terecht.

We gaan er morgen eens even kijken. Het water is hier eerlijk gezegd voor de eerste keer echt helder. We hebben onder water schelpen gezien van zo’n kleine meter doorsnee. Als je daar je voet in steekt ben je hem waarschijnlijk kwijt.

Het weer is overigens niet erg best. We hebben al meer dan twee weken windkracht zeven. De koeien op de dijk worden door het venturi effect gemolken zeggen jullie. (De stront waait van de dijk heb ik al een keer gebruikt, geloof ik) De Engelse uitdrukking ken ik niet. We zijn uiteindelijk toch maar gaan varen. Met de wind achterop, zwaar gereefd en met de beschutting van de riffen valt het dan ook nog wel mee. Onze oude dikke dame heeft toptijden gemaakt.

Het weer in de Pacific is een van de best bewaarde geheimen. De altijd blauwe luchten met een zwoel matig windje uit het oosten, het heldere water en de witte stranden uit de folders zijn absoluut niet waar. Voor de mensen die nog in de Carieb zitten: voor het weer, het water en de stranden hoef je niet naar de Pacific. Dat is bij jullie beter! Je gaat naar de Pacific voor de mensen, de atmosfeer en de soms weergaloze natuur. Zo, dat is er uit dat hebben nog maar weinig mensen die onze tocht gemaakt hebben gezegd. Zo maak ik natuurlijk geen vrienden.Dat laatste gaat trouwens weer een stuk beter. De yachties komen weer een beetje bij elkaar. Vandaag voor het eerst weer een borrel op het strand gedronken met een man of 15 en naar de ondergaande zon gekeken. Het zijn altijd de Amerikanen die dit soort dingen regelen. Dat geldt ook b.v. voor de radionetten. Toch hebben wij de beste contacten met Engelsen. Dat klikt wederzijds het beste. Die regelen niets, maar je kunt er wel mee lachen. Ze hebben het zelfde soort humorals wij. Als het er echt op aan komt heb je er ook het meest aan.

We zijn ondertussen een paar weken verder en heelhuids in Darwin aangekomen. Pff, wat is het hier heet! Had ik maar niets over het weer geschreven. Ik was net begonnen weer wat voor jullie op papier te zetten, toen ik me opeens herinnerde dat ik al iets op de pc had staan. Ik laat het er daarom even bij,want dan heb ik de volgende keer toch nog iets te vertellen.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Ik krijg van verschillende kanten op m'n kop dat onze internet site niet is bijgewerkt. Sorry, de komende week komt er niets van want we gaan op stap met een auto. Ik beloof daarna er wat aan te doen.

 

 

Kupang, Indonesië, juli 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Met een beetje weemoed zien we op 23 juli, Australië achter de horizon verdwijnen. We doen mee aan de Darwin-Kupang rally. Zeven en zestig boten, 20 Amerikanen, 20 Australiërs en Nieuw-Zeelanders, 18 Engelsen, een paar Duitsers en drie Hollanders. De twee andere Nederlanders zijn solisten.

De afgelopen weken veel gebarbecued en veel mensen gesproken. Het is wat oppervlakkig vermaak. Echt iemand leren kennen is moeilijk. Daar is de groep veel te groot voor.

Bij de start een drukte van belang. Nu sta ik bekend als iemand die vrij snel z'n motor aanzet. Dat stelt helemaal niets voor weet ik nu. De grote meute vertrok met vol gas richting Kupang, ons in verbazing in de uitlaatgassen achterlatend. Ik denk dat we onderhand wel achteraan liggen, want we hebben toch geprobeerd te blijven zeilen. Ok, nu is de motor ook aan. Twee uur 's nachts en bladstil. Wat moet je anders. Nee, zo'n rally is niets voor ons. Je leert wel goed nationaliteiten kennen. Bijna alle vooroordelen blijken toch een beetje waar te zijn. Maar goed, we hebben nu eenmaal ingeschreven. Na Kupang haken we wel weer af.

Gisteren nog even op de valreep een super uitvinding gedaan die ik jullie (en vooral de zeilers) niet wil onthouden. Je loopt in Indonesië het risico dat zeewater in de diesel gooien. Ze verdienen dan wat meer aan je. Een regelrechte ramp voor je motor. De Amerikanen hebben daar wonder filters voor. Ik geloof daar absoluut niet in. Wel voor een paar druppels water, niet voor een paar liter. Ik heb ooit eens gelezen dat een tampon geen olie maar wel water opneemt. Ik heb het net getest in een fles. Je gelooft het niet! In diesel gebeurt er niets met dat ding. Een beetje water onderin en het zwelt op als een..., nou ja, een tampon zal ik maar zeggen. Wat een wonderding is dat. Gefeliciteerd dames en bedankt. Als we diesel aangeboden krijgen, mag ik de tampontest doen.

Even terug naar Australië. Een paar weken geleden hebben we nog een week een campertje gehuurd en zijn naar het Kakadu park geweest. Fantastisch hoor. Echte wilde zoutwater krokodillen gezien. Levensgevaarlijke dieren, die mensen als een lekker hapje zien. Komt op de website. Australiërs zijn ook echt bang voor die dieren.

Mijn wat ongenuanceerde mening over de Aboriginals moet ik bijstellen. Het blijft wel een tragisch verhaal. Die mensen leven hier al 20.000 jaar. De laatste schattingen zijn zelfs 50.000! Op de rotsen staan dan ook twintigduizend jaar oude tekeningen. Die Abo's hebben al die tijd op de zelfde manier geleefd. Als nomaden. Hun kalender bestaat uit 6 perioden die

Gekenmerkt worden door b.v. bloemen die dan bloeien. Ze weten dan waarop ze moeten jagen of wat voor planten ze kunnen vinden. Die kennis wordt steeds overdragen. Huizen kennen ze als nomaden niet. Bezit hebben ze niet. Alles is collectief. Als je honger hebt en je ziet iemand eten, dan eet je gewoon mee. Hun lichaamsbouw is ook heel apart. Het meest opvallend zijn grote brede voeten en spillebenen. Oogcontact moet worden vermeden. Deze mensen moeten dus na twintig duizend jaar,plotseling in huizen wonen, naar school gaan, belasting betalen en met computers werken. Dat gaat dus niet. Hun(geschonken) huizen slopen ze. Ramen en deuren zijn immers goed brandhout. Morgen gaan we toch weer verder. Ik denk dat de hier gekozen oplossing, de Abo's hun eigen land (reservaten) te geven niet zo slecht is. Alleen onze welvaartsartikelen verpesten de zaak. Alcoholisme b.v. De kennisoverdracht verloopt ook niet meer automatisch. Het ziet er dus niet zo best uit in de toekomst. Jammer en moeilijk oplosbaar.

Misschien vertel ik wel onzin hoor. Het is niet wetenschappelijk onderbouwd, maar gewoon wat ik zo lees, hoor, zie.

Indonesië over een dag of vier dus. Ik verheug me al op de rijsttafels en het goedkope bier. Goedkoop mag ook wel weer eens, want Australië heeft ons wel een berg geld gekost. Steeds in marina's gelegen, auto koop en -huur, reisje naar Nederland en Nieuw-Zeeland en het toch wel Europese kostenniveau hakken flink in het budget.

We zijn benieuwd hoe ze in Indonesië tegenover de Hollanders staan. We hijsen in ieder geval fier onze vlag. Dat is anders dan de meeste Amerikanen, Nieuw-Zeelanders en Australiërs, die varen vlagloos, uit veiligheidsoverwegingen. Vooral de Amerikanen gaan graag in groepen op pad.

De Nederlanders hebben wel een behoorlijke naam in de geschiedenis opgebouwd, merken we. Er wordt met veel respect gekeken naar onze misdaden uit het verleden. Dat hebben we goed gedaan. De namen in het noorden van Australië zijn bijna allemaal afgeleid van Nederlandse steden. Arnhemland, de Limmenbocht, echt heel veel.

Nog even onze planning voor de nieuwsgierigen. We blijven zo'n drie maanden in Indonesië. Via de gordel van smaragd zoals dat chic heet,(Timor tot Bali) naar Kalimantan(Borneo) en Singapore. Onze zoon Rutger komt ons met Karin opzoeken in Flores. Over drie maanden komen we vanuit Singapore een paar weken naar Nederland.

Zo, mijn wacht zit er bijna weer op. Het is nog steeds bladstil. Dat gaat veel diesel en tampons kosten. Nog even wat zien te scoren in de keuken en dan Anja wakker maken. Het is trouwens halfdrie en nog 25 gr. Jaloers? Terecht!

We zij nu drie dagen in Kupang. Een windstille tocht. De laatste 36 uur toch nog redelijk kunnen zeilen. De helft van de boten was toen al binnen. De boot die hier het eerste aankwam moest 700 ltr. diesel tanken. Wij, achterin de middenmoot, hebben 120 liter verbruikt. Deze rally heeft echt niet veel met zeilen te maken.

Het is wel erg gezellig hier. Het ene feest na het andere. Aangeboden door de autoriteiten. Dat zijn echte bobo's. Veel toespraken, muziek, dansvoorstellingen en fantastisch eten! Er is hier geen toerisme. We zijn dus een behoorlijke bezienswaardigheid. De mensen zijn arm en heel erg vriendelijk. Het is hier schandalig goedkoop.

Een Indonesische indruk in telegramstijl. Nu eerst nog een internetcafé zien te vinden.

Hg,

Ton en Anja

 

Bali, Indonesië, augustus 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Soms is er vreugde, soms verdriet. Ondanks eerdere wat negatieve berichten over de Darwin-Kupang rally moet ik achteraf zeggen dat het toch wel heel erg leuk geweest is. Voor de zeilers die hier nog heengaan een echte aanrader. Goed, het heeft met zeilen niet veel te maken, maar het wel een fantastische manier gebleken om Indonesië te zien. Soms beschamend goed moet ik zelfs zeggen.

Wat zijn wij toch.., nee laat ik het beleefder zeggen. Wat ben ik toch een hufter, vergeleken bij de mensen hier in Indonesië, ten oosten van Bali. Ik ben rijk, krenterig, bevooroordeeld, en argwanend. De mensen hier hebben de tegenovergestelde eigenschappen. Net als jullie natuurlijk!

We zijn naast Timor, ook op andere eilanden geweest met Alor en Flores als rally-bestemmingen. Die rally kostte ons 100€ meer dan het normale papier werk. Een schijntje achteraf. De Indonesische regering en lokale autoriteiten sponsoren ons "rijke" westerlingen op een genante manier. Om het toerisme te promoten? We worden in plaatsen als Kupang, Kalabahi en Riung als VIP's binnengehaald. Toespraken van hoogwaardigheidbekleders en zelf een echte minister, grote diners, lunches, dans optredens, muziek, excursies, cadeaus, niet te filmen allemaal. We worden hier moddervet. De bevolking, arm, vriendelijk lachend en vol bewondering voor ons. Geen enkele afgunst lijkt het. Hoe is dat mogelijk?

De (zeer oude!) dingy van een rally-collega lag 's avonds niet meer aan de speciaal voor ons gemaakte steiger. Alles en iedereen in rep en roer. Dinghy weg. Eigen schuld denken wij, niet goed vastgebonden. Nu krijgt het slachtoffer als compensatie, door de autoriteiten een nieuwe buitenboordmotor aangeboden. Schande eigenlijk. Van dat geld kunnen een paar gezinnen een jaar leven. Een normaal inkomen is ongeveer 0,80€/dag (als je werk hebt!) Met een geweven sjaaltje, dat je hier voor 8€ kunt kopen is men twee weken bezig! Wij hebben ondertussen al 8 van deze sjaaltjes in de boot liggen. Ze werden ons bij ons festiviteiten aangeboden alsof het servetjes waren. Waarschijnlijk wordt dit alles betaald met Nederlands ontwikkelingsgeld. Dank u wel allemaal!

Je merkt wel dat corruptie hier een normaal verschijnsel is. Al die aardige mensen proberen je wel een beetje op te lichten. Zo kan hier in een 20 liter jerrycan makkelijk 22 liter. Als je vraagt wat de bus kost geven ze vier keer de prijs op. We hoorden van een 20-jarige goed engels sprekende jongen het volgende verhaal. Hij wilde politieagent worden. Dan ben je hier heel wat trouwens. Hij moest 6 examens doen. Haalde alles met vlag en wimpel. Als zevende test moest hij 2000€ betalen. Goodwill aan zijn toekomstige chef. Een agent verdient hier 120€ in de maand. Voor hem was het onmogelijk. Geen baan dus. Niets mag hier, maar als je betaalt kan alles geregeld worden. Hoe hoger je hier op de maatschappelijke ladder staat, des te corrupter je bent. De andere kant van Indonesië. Persoonlijk vind ik het niet zo heel erg om een paar dubbeltjes meer te betalen. Alleen moeten ze er niet bij denken dat ik het niet in de gaten heb. Dat laat ik dan wel even goed merken. Met die jerrycans b.v. Er wordt dan vriendelijk geglimlacht. Thank you for the correction mister. Als het niet te erg is, dan laat je het maar zo, want die oorlog is moeilijk te winnen. Ondanks deze mentaliteit zijn alle verhalen over criminaliteit, piraterij ten oosten van Bali onzin. We voelen ons overal veilig. Wel is het vervelend dat je zo herkenbaar bent. Je wordt de hele dag aangegaapt.

Onze zoon Rutger met partner Karin zijn na een week Bali, in West Flores aan boord gekomen. We hebben met ze langs de Komodo eilanden gevaren. De enige plaats in de wereld waar nog reuze-varanen voorkomen. Het zijn gigantische hagedissen die kans zien varkens, herten en zelfs buffels te doden en op te eten. Dat gaat compleet met bot, huid en haar naar binnen. Levensgevaarlijke beesten dus. Je mag het eiland dan ook niet op zonder gids. Voor dat wij een gids hadden, zijn we toch even rondgelopen. Hier zijn geen varanen dachten we. Opeens zag ik Rutger, die een paar meter voor me liep, een halve meter langs de kop van een enorme varaan stappen. Een echte kanjer. Toen ik me realiseerde wat er gebeurde, was hij er al een meter voorbij. Pas op, schreeuwde ik. Geschrokken rende hij terug, weer vlak langs dat beest, dat gelukkig vredig bleef liggen. Pff. De dierentuin is een stuk relaxter. Verder een fantastische week voor ons geweest.

Na een week kwamen we even onder GSM bereik. Dat was het einde van de vreugde. Mijn zuster zou binnen een aantal dagen komen te overlijden. De boot achterlaten in Flores was niet mogelijk. We wilden toch zo gauw mogelijk naar Nederland. Rutger en Karin aan de wal gezet en we zijn onmiddellijk vertrokken naar Bali (600km = 2,5 dag varen) om daar te proberen een vlucht te boeken. Helaas waren we te laat in Bali. Ze is vlak na ons vertrek uit Flores gestorven. De tweede keer in ruim een jaar sta je machteloos.

We besluiten dan onze oorspronkelijke plannen niet te wijzigen en pas vanuit Singapore naar Nederland te vliegen. Dat is over een week of vijf, al heel gauw dus.

Het leven gaat verder en bedrukt verkennen we Bali. Het valt ons niet tegen. We worden niet meer aangegaapt. We kunnen weer eens naar een gewone super en internetten. Er is hier zelfs een echte Makro vlakbij. Ondanks het toerisme is het ook hier spotgoedkoop. Negentig procent van de bevolking is Hindoe. Dat heeft zijn weerslag in het gedrag van mensen. Onspannen, vrolijk en opnieuw vriendelijk. Yoga en meditatie zijn hier heel populair. Er zijn wel wat vervelende vasthoudende verkopers die dingen of diensten aanbieden. Ik heb daar wat opgevonden. Misschien hebben jullie daar wat aan als je op reis bent. Het proces verloopt meestal zo. Hello mister, where do you come from. Normaal wordt er wat gemompeld, nee geschud, van de man weggekeken en weggelopen. Herkent u dit? Fout! Bij het eerste hello doe je meteen een stap in zijn richting om de tussenliggende afstand te verkleinen. Ook kijk je hem bemoedigend aan. Hij is dan al een beetje van zijn stuk gebracht. Loopt hij dan toch mee, dan moet je een halve stap voorblijven en een looplijn aanhouden vlak langs een obstakel. Een lantarenpaal, een vuilnisbak of een muurtje doen het prima. Meestal loopt hij naar u toegedraaid mee. U raadt het al, knal tegen het obstakel. Een diepe put of ravijn is me nog niet gelukt. De strategie heeft een nadeel, omdat het wel leuk is, komt de situatie een stuk minder vaak voor lijkt het.

Omdat we door alle toestanden niet helemaal in de stemming zijn, besluiten we Bali na 8 dagen maar te laten voor wat het is en vertrekken morgen (2/9) naar Kumai op Kalimantan(Borneo). Orang-oetangs kijken.

Nog een verontschuldiging, ik ben met de mail nogal nalatig geweest. Dat kwam doordat internet ten oosten van Bali nagenoeg niet mogelijk was.

Hg,

Ton en Anja

 

 

Sebana Cove, Maleisie, september 2005

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Het DNA van orang-oetangs is voor 99,8 % gelijk aan dat van mensen. Om dat kleine verschil te zien, zijn we van Bali naar Kumai op Kalimantan (Borneo) gevaren.

Het is mogelijk dat stuk in etappes te doen, maar wij kiezen er voor om het in een ruk te varen (vijf dagen en vier nachten). Onze reden? De eerste nacht op zee is meestal niet zo leuk. Je slaapt slecht en je voelt je niet zo super. De tweede nacht gaat het iets beter. De derde nacht ben je zo moe dat je slaapt als een blok. De vierde nacht ben je helemaal ingeslingerd. Hak je zo’n tocht in kleinere stukken, dan moet je steeds opnieuw dat proces doormaken. We hebben trouwens op deze tocht voor het eerst een narrow escape gehad. ‘s Nachts bijna door een gigantisch groot schip overvaren. Even niet goed opgelet. Dat grote schip trouwens ook niet, die heeft ons nooit gezien. Een noodmanoeuvre was wel heel erg nodig. Even trillend vol met adrenaline in de kuip bijkomen. Gelukkig goed afgelopen. Dit even ter zijde.

Kumai was weer een terug in de tijd stadje. Arm, vriendelijk en gastvrij. We werden weer als VIP’s ontvangen. Handjes geven op straat. Wel leuk, maar dat moet niet al te lang duren.

Met 8 personen hebben we een tocht geboekt naar de orang-oetangs. Op twee houten bootjes met gammele dieseltjes, twee dagen de rivier op. Bijna niet te vertellen, maar fantastisch. Aan boord een keukentje met zithoogte waar de meest fantastische gerechten uit kwamen. Slapen op het dek onder een klamboe. Toilet boven de achterplecht. Primitief, maar zonder afzien. De tocht door de jungle was al een belevenis op zich. Wisten jullie dat die lelijke neusapen hier, dutch monkeys heten. Ik heb natuurlijk geprotesteerd, maar het blijft toch zo.

Nu de orang-oetangs. Ik weet dat ik hier veel mensen mee voor het hoofd stoot, maar die moeten dit stukje dan maar even overslaan. Ik ben er nu voor honderd procent van overtuigd dat wij ook een mensaapsoort zijn. De overeenkomsten met de orangs, als die geen ziekelijk dierentuingedrag vertonen, zijn zo verbluffend dat er geen twijfel kan bestaan. Ze vertonen al onze menselijke emoties. Ze communiceren (ook met mensen) door klank en gebaar. Ze zijn alleen wat minder verlegen als het gaat om slaapkamer activiteiten. (Dat geldt trouwens niet eens voor iedereen). Een leuk voorval, een van onze kennissen kwam van een toilethuisje af met een waterfles in zijn hand. Een orang had zich al van te voren verdekt opgesteld. Toen de man het toilet afkwam, werd zijn waterfles uit zijn hand gerukt, de dop er afgebeten en het flesje rustig leeggedronken. Het laatste stukje staat op video. Ik heb het hier over mans hoge beesten met armen die veel sterker zijn dan onze benen. Echt wel indrukwekkend. Wij als helden, op veilige afstand natuurlijk, behoorlijk gelachen.

Jullie kunnen weer aanhaken. ’s Nachts nog iemand bij het plassen van het bootje afgelazerd, de plomp in. Weer brullen natuurlijk. U hoort het al: topvermaak.

Kumai is helemaal islamitisch. Geen kwaad woord over de moslims overigens. We hebben bijna alleen maar positieve ervaringen met ze. Het is er veiliger dan in christelijke gebieden. Ze zijn ook absoluut tegen geweld. Twee minpuntjes: ze schreeuwen het letterlijk wel erg hard van de daken en ze zijn tegen alcoholgebruik. Dat laatste is natuurlijk onvergeeflijk. Kumai is b.v. drooggelegd. Verschrikkelijk!

Zeshonderd mijl verder ligt Singapore. De evenaar weer over. Het klimaat verandert. Het wordt nog warmer. Voor het eerst weer regen. We zijn volgens de verhalen door een gebied van rovers en piraten gevaren. Flauwekul! Alleen maar aardige mensen. De vissers komen soms wat te dichtbij. Dat is alleen maar om je te begroeten, je te waarschuwen voor een net, of om geesten over te zetten. Als je dan op de vlucht slaat, ben je ontsnapt aan een piratenaanval. Zo komen hier de verhalen de wereld in. Alweer die Amerikanen? Ik krijg zo af en toe wel een beetje genoeg van ze. Wel worden koopvaardijschepen overvallen en nogal vaak ook. Dat is georganiseerde misdaad met modern materiaal. Die hebben gelukkig geen belangstelling voor ons soort bootjes.

We zijn nu in Maleisië (Sebana Cove)aangekomen. Een super-de-luxe resort voor een leuk prijsje. Vlak naast Singapore. Perfect om de boot veilig achter te laten. We proberen een vlucht te boeken en jazeker: we zijn vanaf as.

Zaterdag ’s morgens vroeg tot 30 oktober in Nederland! We willen dan zeker onze wat verlopen sociale contacten aanhalen. Dat is hoognodig! We zullen er zo veel mogelijk aan doen.

Wat noodzakelijk medisch onderhoud, kan wat roet in de planning gooien, maar dat zien we wel.

Vooruitlopend op de komende zomer als we voor een wat langere periode naar Nederland komen, het is dan hier de regentijd, willen we nu al een camper kopen. Groot, oud, in goede staat, voor weinig. Een goedkope stalling voor zo’n ding is ook niet weg. Informeer eens in je omgeving. Weet je een stalling, dan houden wij ons dankbaar aanbevolen.

Het wordt weer eens een chaotisch verhaal. Nadat ik bovenstaande had geschreven, zijn we een paar dagen naar Singapore geweest. Wat een contrast!

Singapore met 4 miljoen inwoners is een bijzondere stad. Een multiculturele samenleving met maar een paar blanken. Overwegend Aziaten en Chinezen. Alles waar jullie op kankeren is hier goed geregeld. Het openbaar vervoer is super. Bijna geen misdaad. Geen papiertje op straat, geen krasje, geen graffitietje??, zelfs geen kauwgummetje op de grond. (Kauwgom is zelfs een verboden artikel.) Geen honden. Iedereen lijkt te werken. Ideaal? Ik weet het niet. Wel een beetje saai. Als er niets te kankeren valt zijn mensen ook weer niet gelukkig. Opvallend verschil met de armoede gebieden, er wordt veel

Minder gelachen op straat. Toch vonden wij deze enorme consumptie poel na ons lijden in armoede natuurlijk fantastisch. Winkelcentra, nog nooit zo groot gezien. Eten, niet te filmen.

Singapore is duur zeggen ze. Natuurlijk vergeleken met Indonesië wel. De feiten: fantastisch eten in een foodcourt tussen de 1 en 2 €., koffie in een cafeetje 50 cent, de ondergrondse 35 ct. Ons hotelletje, een beetje groezelig aan de buitenkant maar met een schoon tweepersoons bed, badkamer, toilet, douche, tv en airco voor 30€.

Ik had wat zielig willen doen in deze laatste mail voor onze terugkomst, maar dat lukt niet. Tot gauw dus maar.

Hg,

Ton en Anja

 

Sebana Cove, Maleisië, november 2005  

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Na ons bezoek in Nederland voelde ondergetekende Ton, zich behoorlijk genaaid. Dat zult u straks wel met me eens zijn denk ik.

We zijn inmiddels weer terug in Sebana Cove, Maleisië. Een resort dat ik al heb beschreven geloof ik. Zo niet, dan kan ik volstaan dat het hier heel aangenaam is en een steenworp van Singapore af ligt. Vanavond een uitgebreid buffet met 25 soortgenoten. Net even gezwommen in een paradijsachtig zwembadje. Het is hier, ondanks dat het erg warm is, wel uit te houden.

Binnen een paar dagen vertrekken we,naar waarschijnlijk wat minder comfortabele plekken. We hebben tenslotte recht op ontberingen. We lijken wel gek!

Even terug in de tijd. De dag nadat we een reis naar Nederland geboekt hadden, verscheen plotseling een niet erotische bobbel in mijn broek. Als ik lag was hij weg, als ik stond was hij er weer. Gadverdamme, wat krijgen we nou! Ik kan toch niet de hele dag blijven liggen. Het medisch handboek voor de scheepvaart gaf ondubbelzinnig uitsluitsel. Een liesbreuk! Het slachtoffer is dan absoluut ongeschikt om dienst te doen op de koopvaardij, zo stond er, laat staan op de zeilvaart. Nu was het niet zo erg dat de darmen achter me over de steiger sleepten, maar toch, het was niet echt leuk. Om een lang verhaal kort te maken, het is gelukt om een en ander te laten repareren tijdens mijn bezoek in Nederland. Er moest ook nog in mijn voet worden gesneden. Een heel gedoe dus. Ondanks dat Anja het tegendeel beweert,weet u natuurlijk dat ik niet kleinzerig ben. Maar wat kunnen die sneeën de eerste dagen zeer doen! Ik denk dat iemand nog nooit zoveel pijn gehad heeft als ik.

Ook Anja moest goed onderhanden worden genomen. Ze heeft al een half jaar een rugpijn die steeds erger werd. Eerste diagnose (zonder enig onderzoek) door een arts in opleiding die de huisdokter verving, versleten rug, niets aan te doen!

Een geëiste second opinion gaf gelukkig een heel andere kijk op de zaak. Een intensieve behandeling in de afgelopen weken en een meegegeven oefenprogramma heeft al veel verbeterd. De toekomst prognose is gelukkig gunstig. Dit heeft, met nog een ander familie probleem in de relatie sfeer, wel een stempel gezet op ons bezoek. Zo komt het dat we niet in staat zijn geweest alle contacten te leggen die we van plan waren. Een slap excuus, ik weet het. Volgende keer beter. We beloven het.

We hebben dan, die volgende keer, ook weer huisvesting, zodat we ook weer bezoek kunnen ontvangen. Dat parasiteren op andermans gastvrijheid is ons trouwens best bevallen. Nog bedankt voor wie het aangaat.

Hier in Maleisië had ik al op internet gekeken naar een campertje. Nou kijk ik naar die dingen met bootogen en heb daardoor dus meteen al een campervooroordeel. Zo waren we op zoek naar een puur basis concept. Geen technische hoogstandjes met motoren, vering en andere vernuftigheden die alleen door dure specialisten gerepareerd kunnen worden. Bij voorkeur alles puur mechanisch. Ook geen tien persoonsinrichting op een paar vierkante meter. Gewoon simpel en functioneel. Een toilet, een ruime douche en veel bergruimte vinden we belangrijk. Het is ons gelukt denk ik. Een belasting vrij onderstel van een Iveco vrachtwagen uit 1979. Een 2,8 ltr. diesel uit 1990 zonder turbo-achtige dingen die maar 60000 heeft gelopen. Een Hobby opbouw (voor de kenners!) van na 1990. Alles in goede staat voor een net prijsje. Wat staan er trouwens veel van die dingen te koop zeg! We hadden het weer mee en hebben er al een tijdje mee gekampeerd. Bij een boer in Castricum. Het was even wennen met onze gebreken, maar het is prima bevallen. Ook onze eerste brokken hebben we al achter de rug.

We zijn er mee naar Groningen gereden. Windje mee. Dat gaat lekker, want bij wind tegen blijft het wel bij 80 steken. (3 meter hoog, 2,3 breed en 6,4lang) Het is dus net zeilen. Op het meest afgelegen stuk van de afsluitdijk dat denkbaar is, een enorme knal en met oorverdovend lawaai stuiterden we over de weg. Een klapband met een losgeraakt loopvlak bleek even later. De binnenste linkerachterband. Geen goed gereedschap bij ons en geen wegenwachtlid. Vuile rot camper! Toch de wegenwacht maar gebeld. Was er binnen een uur. Wilde het klusje niet klaren voordat de weg voor de helft was afgezet. De man had trouwens groot gelijk! Rijkswaterstaat en politie er dus bij. Het werd best gezellig. Na twee uur en een kwartieren 120 onnodige Euro's armer(hadden we maar lid moeten zijn) reden we weer. Wie zegt dat zeilen gevaarlijk is.

Hoe nu verder? We realiseren ons dat we al tweederde van de wereld er op hebben zitten en al weer bijna thuis zijn. We moeten voorlopig maar wat vertragen. Het komende half jaar gaat waarschijnlijk niet verder dan Thailand. Dat is maar een klein stukje. We zullen daarom ook wat over het land gaan reizen. Misschien naar omringende landen als Laos, Vietnam of Cambodja. Wie weet. Het wordt dus allemaal wat minder nautisch. Of het me dan lukt nog een beetje interessante mail te maken weet ik nog niet. Voor veel van jullie is het hier al bekend terrein. Jullie horen of lezen het wel. Mail van jullie kant wordt trouwens erg op prijs gesteld. Op enkele trouwe fans na, wordt het wel een stuk minder.

Probeer het (nog) eens een keer! Dan weet ik ook of mijn verhaaltjes gelezen worden of onmiddellijk onder de delete knop vernietigd worden.

Hg,

Ton en Anja

 

 

Penang, Maleisië, januari 2006

Beste familie, vrienden, bekenden en belangstellenden,

 

Bent u wel eens door de ratten besnuffeld, of is het van de r…. Dat zijn nu van die zinnen die je, ver van huis, niet even kunt naslaan of vragen aan de buurman.

In het vorige verhaal waren we in Lumut geëindigd en ons aan het klaar maken voor een trip over land. Dat hebben we ook gedaan en zijn inmiddels weer terug op de boot en varen richting Langkawi. Het zijn leuke en interessante weken geweest. Geen nautisch verhaal dus. Je kunt hier dus eigelijk wel stoppen met lezen. Er zitten trouwens een paar ranzige stukken in vindt Anja.

De volhouders zal ik een uitvoerig reisverslag besparen. Daar zijn heel goede boeken voor.

We hebben per bus, taxi, trein, boot, vliegtuig, motor, en benenwagen zo’n 3000 km gereisd. Van Maleisië tot de Cambodjaanse grens en weer terug via Bangkok en Phuket. Toch maar wat bijzonderheden die waarschijnlijk niet in de reisgidsen staan.

De Cameron Highlands was de eerste stop. 1800 meter hoog, dus ook z’n 18 gr. kouder. Toch wel lekker na al die bloedhitte. Het is een enorm fruit- en bloemengebied. Er worden daarvoor bijna uitsluitend Hollandse zaden gebruikt. Dat doet je toch wel goed om te horen.

Na een aantal omzwervingen zijn we uiteindelijk in Pattaya (Thailand) aangekomen. Nu is dat geen onbekende stad voor vakantiegangers, maar toch wel bijzonder vonden we. Voor de duidelijkheid, ik ga het nu over een deel van P hebben. Je kunt er ook prima op vakantie gaan en overwinteren. Dertig graden, zon, zee, lekker eten en drinken, veel vertier en dat alles voor weinig. Neen, een deel van P dus!

Het merendeel deel van de vakantiegangers bestaat daar uit mannen, jonge, middelbare, oude en zeer oude mannen. Ergens schijnt er een soort chocolade fabriek te staan die chocolade kleurige meisjes maakt. Honderden. Mooi en vaak jong. Het zijn geen hoeren, maar ze doen desgewenst wel het zelfde, maar dan wel voor veel minder geld dan in Europa. Ik heb dit natuurlijk wel van horen zeggen!!! Deze meisjes zijn over het algemeen straatarm. Ze trachten in deze moderne jungle te overleven. In talloze bars bieden ze zich met tientallen aan. Er is een enorm overschot.(Voor wie nu enthousiast wordt, pas op voor de travestieten en verbouwde mannen!) Je ziet bizarre taferelen. Niet de aantrekkelijkste types, zweetplekken onder de oksels en elders, buiken tot over de knieën, het vet nog druipend langs de kin, met heel mooie meisjes. Deze zijn vaak een kwart van de heren hun leeftijd en gewicht. Iedere modale westerling, is hier stinkend rijk en kan voor een paar centen met die meiden doen wat hij wil. Dit is echte slavernij. Een aantal van die mannen wordt wel weer teruggepakt. De meisjes willen ondanks alles bij hun verovering blijven en ook zo snel mogelijk trouwen. Dan zijn de rollen vaak omgekeerd. Opvallend is het eetgedrag van die vrouwen. Je ziet ze met hun “vriendje” in restaurants vaak schransen. Eten tegen de klippen op. Dat is geen honger van vandaag of gisteren, maar honger van jaren.

Ik heb een 87-jarige Nederlander ontmoet. Ook een zeiler. Zijn boot lag in Frankrijk. Een Rassy 45 voor de kenners. Hij overwinterde al een paar jaar in P. Toen Anja even weg was vertelde hij mij hoe hij in de massage salon aan zijn gerief kwam. (87!!) Ik stond met mijn onschuldige oren te klapperen. Wat een provinciaal ben ik toch. Ik durf zijn verhaal niet op papier zetten, maar boeiend was het wel.

Zoals al gezegd ook voor normale mensen heeft P ook veel te bieden. We hebben er ook een oude vriend en nieuwe vriendin opgezocht. Nog bedankt voor de gastvrijheid, Bob en Rak. Leuk je ontmoet te hebben, Elly.

Toen we P. verlieten durfden we niet om te kijken, je weet maar nooit waarin je kan veranderen.

Van P. via een aantal omwegen naar Bangkok. Wat een stad is dat. Zo groot als Parijs of Londen, maar totaal onvergelijkbaar. Steden liefhebbers, jullie moeten daar gewoon een keer naar toe. Fantastisch. Enorme tegenstellingen. Prestigieuze gebouwen naast prachtige tempels, paleizen, maar ook veel krotten en afbraakpanden. Super-de-luxe warenhuizen waar je zelfs Ferrari’s en Lamborghini’s kunt kopen. Straatverkoop van allerhande rotzooi. Luxe hotels, sterren restaurants en straatstalletjes waar je trouwens ook fantastisch kunt eten. Saté op iedere hoek van de straat. Twaalfbaans wegen, soms vier hoog boven elkaar, stinkende tuk-tuks, chique auto’s en wrakken van bussen. Skytrains en metro’s. Supersnelle boten door smalle kanaaltjes. Alles gebeurt hier op straat. Ook zijn er natuurlijk “Pattaya” wijken. Parken waar ’s morgens vroeg door duizenden mensen Tai-Chi en andere oosterse sporten beoefend wordt.

Het enorme voordeel van Azië is dat het relatief veilig is. Je kan dus van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat, in je t-shirt, zonder probleem over straat gaan en alles goed bekijken.

Nog een tip, Thailand en Maleisië kun je zonder reisorganisatie bezoeken. Een retourticket is genoeg. Hotels bij de vleet. Het openbaar vervoer is fantastisch. Overal kan je excursies boeken. Michiel en Nora die bij ons kerst en nieuwjaar hebben doorgebracht, vliegen met Air Asia van Bangkok naar Chang Mai voor 20€. We vlogen gezamenlijk naar Phuket voor 40€ p.p.(800 km)

Phuket, ook een verhaal apart na de tsunami van een jaar geleden. In eerste instantie lijkt er niets aan de hand. Mensen op het strand, restaurantjes vol, een prima vakantie sfeer. Als je echter goed kijkt zie je dat er zich een verschrikkelijk drama heeft afgespeeld. Op de overigens enorme en prachtige stranden staan alleen maar splinternieuwe parasols en stoelen. Duizenden! Geen enkel strandtentje te vinden. Op sommige plaatsen vlak achter het strand staan diepe voren in de grond, veroorzaakt door het terugstromende water. De niet geëxploiteerde stukken liggen vol met puin. Soms een huis met de hele gevel er nog uit. Pas na een paar dagen ga j beseffen wat hier gebeurd is. Iedere nieuwe parasol en stoel op het strand is een monument een dode. Het is eigelijk onvoorstelbaar luguber dat je hier oude jaar viert. Gezellig en spectaculair was het overigens wel, daar kunnen we niets aan doen.

We hebben ook nog behoorlijk onverantwoordelijk gedaan. Een motor gehuurd (125cc) waarvan je weet dat hij niet verzekerd is. Maakt niet uit, want in geval van brokken ben je altijd de l…, pineut bedoel ik. De Thaise mentaliteit in een notendop. Als het overduidelijk de schuld van de Thai is (in onze ogen) b.v. je staat stil voor een rood stoplicht en er knalt er een boven op je. Dan zal hij zeggen: als jij daar niet had gestaan, was ik niet boven op je geknald. Het is dus jouw schuld! Deze redenering is nog waar ook, dus je wordt schuldig bevonden. De politie is corrupt, daar heb ook niet veel aan. Gelukkig is het allemaal goed afgelopen. Vijf dagen een prima motortje voor totaal 15€ konden we niet weerstaan. Een bekeuring van 5€ kwam er nog wel bij. (rijbewijs vergeten)

Terug in Lumut bleek de boot erg vies maar er nog goed bij te liggen. Dat konden we twee dagen voor vertrek niet zeggen. Er was een rat aan boord. Dat is op een zeilboot een regelrechte ramp. Als zo’n beest honger krijgt wordt alles gesloopt. De voorlaatste nacht twee flinke muizenvallen gezet. Ondank voorzichtig installeren toch mijn fikken er een keer tussen gehad. Gloeiende!! De volgende ochtend, het aas weg, de val nog op scherp. Laatste nacht voor vertrek. De vallen gemodificeerd en superscherp gemaakt. Weer mijn fikken!! Au!, g…! Een plank vol gesmeerd met lijm en op tijd naar bed. Al na tien minuten vreemde geluiden en ja hoor, de rat zat vast aan de lijm. Ondergetekende held, heeft het beest op niet verheffende wijze uit zijn lijden verlost. We waren weer ratvrij. Gauw nog trechters gekocht en op de meerlijnen gezet want je weet maar nooit.

Hg,

Ton en Anja

 

 

Phi Phi Don, Thailand, 24-2-2006

Beste familie, vrienden en belangstellenden,

 

Alle vermaak is leedvermaak. Dat betekent dat er dit keer niet zo veel te lachen valt. We hebben momenteel een makkelijk leven. Er valt eigenlijk niet zo heel veel te vertellen.

We zijn vanuit Langkawi vertrokken richting Thailand waar we tussen Phuket en Krabi een beetje rondcrossen. Een mooi gebied. Het water is alleen niet overal heel erg helder, dat is wel jammer.

Vandaag zijn we op het eiland geweest waar ze in 1970 de James Bond film “The man with the golden gun” hebben gedraaid. Dat is dan gelijk een blijvende topattractie. Tientallen boten met honderden mensen vanuit Phuket worden hierheen gebracht. Allemaal even kijken, souveniertjes kopen en dan weer weg. Het is wel leuk om dat te zien. Veel van die toeristen hier, nemen stiekem wat schelpen van het strand mee. Je ziet dat ook gebeuren. Onopvallend en gewiekst doen ze dat. Nu hebben wij gehoord dat ze hier scheepsladingen vol schelpen uit de Filippijnen aanvoeren en die regelmatig op het strand gooien. Grappig hoor.

Het is wel flink wennen aan de Thaise mentaliteit. Altijd die glimlach en maar ja zeggen. Ik word daar wel eens gek van. Als je vraagt waarom zeg je nou ja, ik weet bijna zeker dat je staat te liegen. Ja, ja, wordt er dan geglimlacht.

We zijn ook wel een beetje geschrokken van het eten. Het was ons al opgevallen dat er in de buurtsuper zakken, nee, balen msg te koop liggen. Msg is een smaakversterker, een soort zout, dat in Nederland als kankerverwekkend te boek staat. We hebben gezien dat ze er hier niet zuinig mee omgaan. Dat lekkere eten heeft dus ook zijn keerzijde. We zijn dus maar weer een beetje zelf gaan koken en eten geen gebakken rijst en noedels meer, want daar gooien ze helemaal veel in. Gestoomde rijst of mie met een stukje vlees en groenten, dat is het veiligste. Dat denken we tenminste. De Chinees in Nederland zal er trouwens ook niet zuinig mee omgaan, ze noemen het in Nederland vetsin geloof ik. Wees gewaarschuwd. Als de Chinees dus erg lekker smaakt, nou dan weet je het wel. Is het niet te eten, dan is het ok. U lacht er om, het is wel een beetje waar.

Allemaal een beetje negatief denkt u? Even rechtzetten. Thailand is een fantastisch land. Adem benemende natuur, fantastische cultuur, veilig, goedkoop en iedere dag 30 gr. Wat wil je nog meer.

Er zijn hier ook veel grotten(hongs) op de waterlijn. Dat is echt ongelooflijk. Je kan er in met een kano. Wel 200 meter of meer door echt steendonkere grotten. Spannend en een beetje griezelig. Soms kom je dan in een soort lagune. Een soort patio in een eiland. Compleet met strand en bomen. Echt een belevenis. Wel oppassen met eb en vloed!

Wat ons ook opvalt dat hier geen visje meer rondzwemt. Het wordt volledig leeggevist. De paar scharminkels die er nog zijn worden door honderden nog steeds volhoudende vissers belaagd. De vis en de garnalen die je hier kunt eten komen volgens ons uitsluitend uit visfarms. Daar zijn er veel van. Of daar alles verantwoord gebeurt, kan je vraagtekens bij zetten.

Ook de zorg voor het milieu is een lachertje. Dat geldt trouwens voor bijna het hele gebied tussen Europa en hier. Milieuzorg is een bedrijfstak die alleen in rijke landen voorkomt. Nou ja niet eens in alle rijke landen. In arme landen gebeurt er dus helemaal niets aan. Logisch, als je arm bent heb je andere prioriteiten. Een absoluut onoplosbaar probleem.

Om jullie toch een beetje te laten lachen, we hebben best wel wat pech gehad. Op een ruwe zee, want spoken kan het hier ook, hebben we door slordigheid veel water binnen gekregen. Een kussen uit de voorpunt is bij het drogen aan dek overboord gewaaid en verdwenen. Dat is wel balen.

In Langkawi en overigens overal in Maleisië hebben ze roosters in de weg om het water af te voeren. Een soort wildroosters. Nu maken die klunzen het zo, dat de gleuven evenwijdig met de weg lopen. Die gleuven hebben precies de breedte van een fietsband. U voelt hem al aankomen natuurlijk. Nu ben ik een bezorgd type en roep dan ook regelmatig als we fietsen tegen Anja, pas op, Anja, kijk uit. Neem die dingen nou schuin. Tot vervelends toe vindt ze soms. Ik reed dus een heuvel af met een behoorlijke snelheid, toen het voorwiel van mijn fiets opeens tot aan de as geparkeerd stond in zo’n gleuf. Ik verder, zonder fiets natuurlijk, over het stuur, een paar koprollen. Ik heb echt geluk gehad dat ik er zonder blijvende schade ben afgekomen. De kleerscheuren reken ik maar niet mee. Ook de fiets heeft het onbegrijpelijk goed overleefd.

Zo dat was het even, niets echt schokkends dus. Het is hier wel zo heet dat we ons wel al een beetje verheugen op de Nederlandse kou in mei. Want alle mensen, wat is het hier heet. Ook het water geeft niet veel verkoeling, want dat is hier in het ondiepe ook boven de 30 graden.

U hoort het wel, een hard leven, van eiland naar eiland, van grot naar lagune, van bar naar restaurant. Het valt allemaal niet mee.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps, Het is alweer een paar dagen later. We zijn nu op Phi Phi Don. Een prachtig maar super toeristisch eiland dat volledig verwoest was door de tsunami. Er is hier wel heel hard gewerkt om het weer op te bouwen en men is daar nog mee bezig. Het water is hier voor de verandering weer eens kraakhelder, het koraal en de vis(jes) prachtig.

 

 

Langkawi, Maleisië, 21-4-2006

Beste familie, vrienden en belangstellenden,

 

Het is heel vervelend als bijna alles perfect is. U begrijpt het wel, dit wordt traditioneel zielig doen, want we komen weer naar Nederland. Een beetje medelijden met ons kan dan geen kwaad.

Waar waren we gebleven? Naar Thailand met de boot geloof ik. We zijn weer teruggegaan naar Langkawi. Vier jaar lang waren we gewend om onderweg te zijn. Dat betekent plannen maken, bevoorraden, de boot op orde brengen, borrelen en roddelen bij lotgenoten en de gebieden bekijken waar je bent, want daar gaat het tenslotte allemaal om. Het is al met al een redelijk druk bestaan.

Nu hier in Thailand en Maleisië kunnen we opeens niet verder. Als je in begin van het jaar niet direct doorvaart, moet je vanwege het weer wachten tot het opnieuw januari wordt. Dat duurt dus een hele tijd. We merkten opeens dat we ons een beetje begonnen te vervelen. Veel van de bootklussen stel je graag uit omdat het veel te warm is. Je hebt het dan heel vaak over morgen.

We hebben de rugzak maar weer gepakt en zijn in Zuid-Thailand gaan rond trekken. Voor de locale kenners: Ko Samui(een eiland), Khao Sok (een natuurpark) en nog wat kustwerk in het westen.

We hebben driehonderd kilometer in een gewone 3e klas trein tussen de Thais op houten bankjes gezeten. Kosten: 2€ voor z’n tweeën!!! De hele rit door lopen er verkopers met de heerlijkste dingen door de trein. Slecht voor de lijn, maar ook voor je achterwerk na 7 uur op die banken.

Je merkt dan weer dat Thais vreselijk aardige mensen zijn. Ze moeten mij ook niet meer vertellen dat alle rassen gelijk zijn. Mensen zijn wat dat betreft net honden. Ik weet het, het is een schokkende opmerking, maar het is gewoon waar. Moralisten die het tegendeel beweren moeten maar eens op reis gaan.

Op het eiland hebben we een brommer gehuurd en zijn een bungalowtje gaan zoeken. Dat brommen daar, is geen aanrader. Eigenlijk levensgevaarlijk. Maar ja, het is een fantastisch vervoermiddel dus wat doe je. Het hutje wat we bij toeval gevonden hebben bleek een topper. Een soort kippenhok op palen, dat wel, maar van alle gemakken voorzien. Een terrasje met een paar stoelen direct aan een adembenemend wit strand. Net voldoende palmen voor de schaduw. Zo de lauwe zee in rennen en binnen even het zout afspoelen. Eten en drinken bij de hand. Nee, beter en mooier kan het echt niet. Dat is ook weer niet helemaal waar, want ik had een gemene luchtweginfectie met twee dagen hoge koorts, dat even terzijde.

Wat gebeurt er met je in zo’n paradijs na een dag of wat. Je wilt weer verder! Een ontgoochelende ervaring. Je hebt het gevonden en je wilt weer door! De moraal: het gaat blijkbaar niet om het vinden, maar om het zoeken. Filosofie van de koude grond, dat weet ik ook wel, maar voor ons wel waar. Het duurt alleen even voor je het in de gaten hebt.

Daarna het wildpark. We doen bijna nooit georganiseerde excursies, maar er werden ons tijgers, olifanten, apen, slangen en nog veel meer zeldzame beesten beloofd in een 160 miljoen jaar oud ecosysteem. Overnachten in luxe drijvende bungalows. Klinkt niet verkeerd toch?

Met een bootje zijn we naar een nog net drijvend krottendorp gevaren. Wel heel idyllisch. Op de muggen na hebben niet één beest gezien. Apen tel ik niet mee, want die zijn hier in Langkawi bijna een plaag. Wel was het heel erg sfeervol en gezellig. Toevallig tussen een paar Nederlanders terecht gekomen die wel van een biertje hielden.

Terug uit het oerwoud na wat omzwervingen zijn we uiteindelijk weer op de boot.

Wat erg opvallend is, dat van de groep zeilers die met ons uit Australië zijn vertrokken, er nu al vijf!! zijn, die hier permanent willen blijven. Ze hebben al een huis gekocht of zijn er naar op zoek. Bootje te koop, einde van een droom.

Voor de vastgoed geïnteresseerden: een appartement in een complex met zwembad, fitness en andere faciliteiten kost hier tussen de 40 en 80.000€. Voor die 80.000 heb je dan wel een penthouse met drie slaapkamers en evenveel badkamers, groot terras en een vrij uitzicht. Service en onderhoudskosten 35 €/mnd. Dit alles in een weergaloos mooie omgeving met een superklimaat en super eten voor bijna niets. Je bent gek als je het niet doet.

Wij zijn gek en zullen dat voorlopig blijven.

Er wordt soms gevraagd wat onze plannen dan wel zijn. Ik zal het wel een paar keer verteld hebben: vanaf januari 2007 zo’n 15000 km varen naar Nederland. De geplande route is via de Rode Zee. Dit alles als het niet al te gevaarlijk is, want de Golf van Aden heeft momenteel geen beste naam wat betreft piraterij. Verder dan dat gaan onze plannen nog niet.

We zetten 27 april de boot op het droge in Penang, ongeveer honderd kilometer naar het zuiden van hier. We komen 7 mei om 9.40 uur aan op Schiphol. We vertrekken weer op 15 oktober. We zijn dus ruim 5 maanden in Nederland! (en omstreken) en gaan in onze nieuwe, oude camper wonen. Hoe we die tijd gaan vullen weten we nog niet.

In mei en de tijd daarna, willen we veel van jullie graag weer eens ontmoeten. Dat kan omdat we nu de tijd en een eigen plek(je) hebben. Ons nummer is 06 51985392, dus bij deze een oproep aan de niet-intimi, oude bekenden, oud collega’s en relaties, zeilers en ander gespuis, bel ons eens een keertje op, wellicht maken we een afspraak. We hebben niet veel te doen en zijn niet aan een plaats gebonden. Ik vraag dit ook omdat we veel telefoonnummers missen.

Over campers gesproken, wie weet er nog aantrekkelijke staanplaatsen in Nederland? Staanplaatsen? Is dat wel het goede woord.

Hoe het verder gaat met onze mail weet ik niet. Vermoedelijk zal ik het komende half jaar mijn mond houden. Ik wil jullie bedanken voor het opgebrachte geduld om alles te lezen. Ik heb het met plezier geschreven. Misschien als ik een nog oudere zak ben dan nu, lees ik alles nog een keertje na, dan weet ik weer hoe het was. Anja heeft trouwens een grote rol in de redactie gehad. Ze haalt er altijd de talloze taalfouten uit en behoedt mij vaak voor wat al te ondoordachte uitspraken.

Hopelijk tot binnenkort.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Voor ik terug ben zal de internetsite tot heden zijn bijgewerkt.

 

Ps2. Mijn negatieve opmerkingen over de Chinees van de vorige keer, blijken wat overdreven. Die smaakstoffen zijn wat minder gevaarlijk dan ik heb gesuggereerd. Ga af en toe dus maar rustig naar de Chinees.

 

 

Penang, november 2006

Beste familie, vrienden en bekenden,

Hij die verre reizen doet heeft veel te verhalen, is het gezegde. Dat is natuurlijk onzin. Geographic, Animalplanet e.a. zenders laten je in de luie stoel reizen zien, die soms veel mooier zijn dan de werkelijkheid. Niets is vervelender dan reisverhalen te moeten aanhoren. Ja, het is waar! De gesprekken gaan zo gauw mogelijk over tot de orde van de dag. Over het weer, politiek of andere dingen. Wat gaan we volgend jaar doen. Ook kleinkinderen zijn een dankbaar onderwerp. Over dat laatste kunnen we nu tenminste ook meepraten. Nee hoor, we maken ons geen illusies. Pas als er flinke rampspoed aan te pas komt, ja dan wordt het interessant en heb je een aandachtig publiek. Wel, we moeten jullie teleurstellen. Grote rampspoed hebben we recentelijk niet meegemaakt. Kleine natuurlijk wel, maar wie niet. Het reizen met een boot gaat voor ons voorlopig ruim een jaar in de ijskast. Ik schrijf dan ook alleen om jullie een beetje op de hoogte te houden.

Ik heb iets stoms gedaan. Na de camperperiode heb ik heel even gedacht het wordt tijd dat ik weer wat omhanden krijg. Die gedachte heb ik moeten bezuren.

Pff. Het waren de weken wel. Half september, onze jongste zoon en schoondochter krijgen de sleutel van hun nieuwe huis. We worden vriendelijk uitgenodigd om ruim twee weken te komen klussen. We hebben dat natuurlijk graag gedaan. In die klus periode overlijdt Anja’s moeder op 96-jarige leeftijd. De crematie vindt plaats in Groningen. De dag na ons ontslag bij mijn zoon, wordt besteed aan een notarisbezoek. We zijn dan de trotse eigenaars van een vakantie huisje. Dan het huisje inrichten, onze opslag leeghalen, klussen aan huis en tuin. Negenentwintig oktober wordt ons eerste kleinkind geboren. Hij luistert naar de naam Luca en is en ziet er prachtig uit.

7 November naar Bangkok. Twee dagen acclimatiseren en dan door naar Penang. De boot ligt er gelukkig redelijk goed bij. Weer dagen schuren, slijpen, plamuren en verven, en ja hoor, nu drijven we weer.

Slechts een paar regels, maar goeie morgen het is niet niks. Twee maanden een 7 daagse werkweek.

Even terug naar ons huisje in Pesse. Voor de minder ontwikkelden, dat ligt in Drente. Drente ligt in het oosten van ons land. Het is ons daar al geweldig bevallen. Waarom? Er is bijna niets. Alleen veel bomen en vennen. Heerlijk rustig. En de rampspoed, die was er bijna. Er stond een boom in de tuin die ons niet aanstond. 20 meter hoog. Die moest om voor de winter vonden wij. Een hovenier zou dat klusje vlak voor ons vertrek wel even klaren. De boom kon op twee manieren vallen. Vlak langs ons huisje, of langs de camper van de buren. Geen moeilijke keus. Sociaal als ik ben werd het natuurlijk de camper. De buren waren er toch niet, dus hoefden zich ook niet zenuwachtig te maken. Het ging niet helemaal goed. Het scheelde maar een haar met de camper. De boom nam wel twee andere bomen en een paar struiken mee. Dat ruimt lekker op! Er staan nog bomen genoeg, maar wat een ravage. Tuinieren is een stuk gevaarlijker dan varen hebben we gemerkt.

Nu onze reis. We hebben besloten dat we dit jaar niet doorvaren naar de Middellandse Zee. Er staat met de kerst nog een kleinkind op stapel. Dat willen we niet varende ondergaan.

We gebruiken de boot nu als drijvend huisje. Het leven op een varende boot valt hier eigenlijk niet mee. Het is momenteel gruwelijk heet en iedere avond plenst het van de regen. De meeste tijd zullen we dan ook wel in haventjes liggen met de airco aan. Reizen over land zal de voornaamste bezigheid worden. Dat is goed te doen, want alle bussen, treinen en onderkomens hebben airco. Van airco naar airco. Ik heb met airco mijn geld verdiend, dus daar is niets mis mee. Er wordt hier trouwens wel wat afgeknoeid met mijn oude vak. Als het maar koud is, dan is het goed.

Ik moet bij deze extreme hitte wel bekennen dat ik me een beetje schaam dat ik een voorstander was, voor het toepassen van airco in Nederlandse kantoorgebouwen. Is het een keertje warm, dan moet gelijk de koeling aan! Wat een watjes. Er zijn mensen die over deze bekentenis verbijsterd zullen zijn. Waarschijnlijk ben ik dan ook door de hitte bevangen. Zo heb ik een excuus om weer van standpunt te veranderen als ik weer in de buurt ben.

Als reisdoel(en) over land, daar hadden we het over, denken we aan Noord Thailand, Laos, Cambodja en Vietnam. Jullie horen wel als er iets te melden valt.

Nog stemadvies nodig? Zoek een partij die er voor zorgt dat mensen als wij, zonder te werken lekker kunnen blijven varen. De uitkeringen en de FPU moeten dus omhoog. Jullie werkenden moeten er dan wel een tandje bij zetten. Aan het werk dus en alvast bedankt!

Hg,

Ton en Anja

 

 

Penang november 2006

Beste mensen, (Alleen bedoeld voor wie het aangaat.)

Herinnert u zich deze nog van gisteren?

 

Nog stemadvies nodig? Zoek een partij die er voor zorgt dat mensen als wij, zonder te werken lekker kunnen blijven varen. De uitkeringen en de FPU moeten dus omhoog. Jullie werkenden moeten er dan wel een tandje bij zetten. Aan het werk dus en alvast bedankt!

 

Een enkeling is daarover gevallen. Zelfs één persoon wil geen mail meer van ons ontvangen. Voor de mensen die mij niet zo goed kennen even ter verduidelijking.

Mijn stemadvies is satirisch bedoeld! Prikkelend dus, om wat over te roddelen te hebben bij de koffie. Dat is dus blijkbaar wel gelukt. Het heeft niets te maken met wat ik vind, integendeel! Wij hebben geen uitkering, wat wij doen, wordt gefinancierd uit eigen middelen. Voor ons hoeft dus niemand te werken en dus ook niet harder. Als ik iemand gekwetst heb dan spijt me dat wel.

Ik zie vanavond wel of het stemadvies toch is overgenomen.

Hg,

Ton en Anja

 

 

 

Kuah (Langkawi) januari 2007

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

De politie is je beste vriend wordt gezegd. We reden met de brommer de veerpont af om een treinkaartje Penang-Bangkok te kopen. Zit toch stil zei ik misschien wat onaardig tegen Anja. G..(censuur) ik zit stil l..(censuur) was haar antwoord. We hadden een lekke band en hobbelden een politiefuik in. Ze probeerden daar drugs te vangen. Penang is een belangrijke overslagplaats hoorden we later.

Dit alles gebeurde binnen een steenworp afstand van de kaartverkoop. Oom agent had al gauw door wat er aan de hand was. Hij begon driftig zijn mobieltje te bedienen. Er komt hulp zei hij. Wij gaven hem ons nummer en gingen vast kaartjes kopen. Onze telefoon rinkelde en onze agent vertelde dat we het hek waren voorbijgelopen. Dank u! Toen we tien minuten later met de kaartjes terug kwamen, had een op een brommer gearriveerde man, het achterwiel reeds gedemonteerd en was druk doende. In de wachttijd hebben we het Nederlandse drugsbeleid aan het politiekorps moeten uitleggen. Ze waren daar erg benieuwd naar. Het klonk wat halfslachtig vond ik zelf. Bij hen was het veel duidelijker. Een pondje marihuana, betekent onherroepelijk de doodstraf door ophanging. Twintig gram of meer harddrugs, het zelfde laken een pak.

De band was inmiddels klaar. De monteur verontschuldigde zich. Er moest een nieuwe binnenband in. Kosten: incl. voorrijden, materiaal, montage en overuren, een dikke 3 €.. Ik zuchtte even en betaalde toch maar. Iedereen handjes geschud. Als er wat is, dan bel je ons maar werd er gezegd. De monteur was iets te opgetogen vonden we. Zwaaien en wij konden weer verder.

U begrijpt het al. We hebben de boot geparkeerd en zijn gaan reizen. Eerst naar oost Thailand. Van zuid naar noord door Laos en weer van noord Thailand terug naar het zuiden. Alles met de trein, bus en boot. Bij elkaar zo’n 5000 km.

Het is een mooie reis geweest. Jammer was wel dat we in de toeristische route zaten. Dat krijg je als je de Lonely Planet volgt. Niet doen dus. Laos is een prachtig land. Het is dunbevolkt en bergachtig. Communistisch met behoorlijke vrijheid voor kleine ondernemers. Echte armoede in de steden is er niet. In de bergen lijkt het leven wel hard. Het was beter ontwikkeld dan we hadden verwacht. De hotelletjes zijn hier, anders dan we vaak gewend zijn, schoon. De mensen vriendelijk, maar wat introvert. Ook zijn ze meer op dollars belust dan in Thailand. Je wordt dan ook gek van het aanbieden van tuk’s, boten en diensten. Ze hebben nog niet helemaal begrepen hoe dat moet. We hebben er heerlijk gegeten en een Lao biertje is van top kwaliteit.

Een bustocht duurt soms de hele dag. Op een keer zaten twee oosterbuurjongens van onze leeftijd en vrienden voor het leven zal ik maar zeggen, voor ons. Ze zaten ieder aan het gangpad met een tas op de lege stoel bij het raam. Vier stoelen dus in een bus die overvol dreigde te raken. Territorium drift als op het strand. Ik dacht nog, de stoelen zover mogelijk achterover en je hebt acht stoelen buiten bedrijf gesteld. Het ging echter anders. Opeens, in een flits, zaten er twee kleine oude lokalen boven op hun tas bij het raam. Het was een bochtig stuk weg. Er werden preventief kotszakken uitgedeeld. Een van de twee oude mannen bij het raam was blijkbaar een bekende van de chauffeur, want hij kreeg gelijk drie exemplaren uitgereikt. Er werd ondertussen al heel zuinig door onze vrienden gekeken. Toen de tweede kotszak vol was, werd hun stemming er niet beter op. De mijne wel.

Na het bussen zijn we twee dagen in een slow boat over de Mekong naar de grens met Thailand gevaren. Slow is trouwens wel erg relatief, want zo’n ding vaart evengoed met een rotgang van 30km/uur schat ik, tegen de soms forse stroom op. Mooi was het zeker, maar het werd wel steeds kouder. In het uiterste noorden werd het ’s nachts 11 graden. Overdag zo’n 25. Het was er nog nooit zo koud geweest werd er gezegd.

Terug dus in het kapitalistische Thailand. Over politiek gesproken. Ik heb met mijn stemadvies wel wat losgemaakt. Ik had natuurlijk nooit mijn excuus moeten aanbieden, want daarmee heb ik jullie behoorlijk onderschat. Er is achteraf maar één persoon geweest die niets meer met ons te maken wil hebben. Dat valt toch erg mee.

We hebben een heleboel leuke reacties gehad. Zonder anderen te kort te doen, de mail wordt anders te lang, wil ik u er één niet onthouden.

 

Ik heb me ook flink aan je stemadvies geërgerd. Ik heb dan ook met lijst

Wilders het volgende afgesproken: Om te voorkomen, dat mensen een te bruin leven hebben zodat ze op Arabs gaan lijken, moet voor hun eigen bestwil de FPU omlaag, er moet vaarbelasting worden ingevoerd voor boten varend buiten de EU, de prijs van mobiele airco's moet flink omhoog en piraterij op zee moet bevorderd worden met kaperbrieven.

 

Terug naar onze reis. We hebben verschrikkelijk veel tempels gezien. Ze komen bij mij een beetje mijn neus uit. Ik vind ze wel mooi, maar ze zijn allemaal min of meer het zelfde. Het is wel knap gemaakt, maar het is kitsch en geen kunst. Nee, geef mij maar een mooie Roomse kerk met schilderingen aan de wand en waar Bach op het orgel klinkt. Kijk, dat hadden jullie nou weer niet van mij verwacht hè.

Anja heeft momenteel meer tempel belangstelling dan ik, dus dat wordt nog afzien voor me, als we in februari, maart naar Cambodja en Vietnam gaan.

Het is wel grappig om te zien hoe de monniken hun kostje bij elkaar bedelen. Het is goed voor het zielenheil om ze wat te geven, mager zijn ze daardoor niet. Misschien een goede tip voor daklozen bij jullie.

Verder had ik nog een schokkende ervaring toen ik alleen door een straatje met massage salons liep. Normaal als ik met Anja ben, blijft het bij vriendelijk lachen, en het aanbieden van keurige massages. Anja had al eens gezegd dat ze het behoorlijk bedreigend vond. Onzin, het zijn gewoon sympathieke hardwerkende meisjes, zei ik. Dat klopt overigens wel. Nu ik alleen liep, het was al donker, werd ik bij iedere salon zowat naar binnen gesleurd voor wat minder nette massages. En dat op een manier die niet eens onprettig overkwam. Het is maar even een waarschuwing voor mannelijke Thailandgangers.

Dit verhaal eindigt een beetje zoals het begon. We reden met een gehuurde brommer een berg op, 1652 mtr. hoog volgens de kaart. Ergens halverwege, in de middle of nowhere, op een helling van 12%, geeft onze brommer opeens de geest. Voor ik er zelf naar had kunnen kijken, was er al een Thai gestopt, die het wel even zou gaan oplossen. Nu weet ik dat ik niet altijd vriendelijk over kom. Ik probeerde die Thai duidelijk te maken dat hij moest opzouten, ik wilde eerst zelf kijken. Mijn gezicht stond niet echt uitnodigend. De meeste Nederlanders, zouden in dat geval obscene gebaren makend, zijn doorgereden. Nee hoor, hij niet. Hij probeerde te starten, haalde een nieuwe bougie uit zijn brommer, monteerde die en het ding liep weer. Hoe kan dit nou? Het leek wel in scène gezet. Ik kan nog steeds niet geloven wat daar in drie minuten gebeurde. Het alternatief zou heel vervelend geweest zijn. Brommer achterlaten? Taxi zoeken? Ik weet het niet. Later zei de mevrouw van de brommer verhuur dat we verschrikkelijk waren opgelicht. Ik had de man 5 € betaald! Ik heb haar toen gelijk een poot uitgedraaid door twee van de drie dagen huur in mindering te brengen. (2 €/dag)

We zijn weer terug op de boot en hebben gehoord en gezien dat we voor de tweede keer in twee maanden oma en opa zijn geworden. Rutger en Karin hebben een mooie dochter van 3800 gram gekregen. Ze luistert naar de naam Isabel. Anja komt 18 januari voor een dikke week over naar Nederland om haar kleinkinderen even vast te kunnen houden. Ik blijf helaas achter om op de boot te passen. Gepast geld voor die tijd en opdracht voor een lange kluslijst. Verschil moet er zijn. Ik moet nog even wachten, tot mei denken we.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Het laatste nieuws. We konden deze mail de afgelopen dagen niet versturen! Er is een aardbeving geweest bij Taiwan en overstromingen op het vaste land van Maleisië. Er zijn belangrijke kabels gebroken en internet doet het bijna nergens meer. Het is wel grappig om te zien dat veel zeilers dit erger vinden dan slecht weer. Tot mijn schande bedenk ik me nu, dat ik wel heb lopen mopperen, maar niet eens weet hoeveel slachtoffers er zijn gevallen! Het onheil is ten noorden en ten zuiden van ons gebeurd. Wij hebben er, behoudens de communicatie, niets van gemerkt.

 

 

Penang 4-3-2007

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

Daar wordt je niet vrolijk van, is in Nederland een veel gebruikte uitdrukking. Degene die dat bedacht heeft, kwam zo goed als zeker net terug van vakantie in Cambodja.

Dit keer, helaas weer geen nautische verhalen. We hebben dit jaar minder gevaren dan de gemiddelde Nederlandse watersporter. Een keertje van Penang naar Langkawi en terug om wat oude bekenden op te zoeken. Over een paar dagen doen we dat nog een keer, omdat de zeilen gerepareerd moeten worden. Ondanks dat, hulde voor zeilmaker Zwaan aan uit Huizen, want hij heeft oerdegelijke zeilen voor ons gemaakt. Minder hulde voor de makers van onze rubberboot, want die is onlangs overleden. Hij rust niet in vrede, want hij werd onmiddellijk bij de vuilnisbak weggehaald. Een tijdelijk tweedehandsje heeft ons voorlopig uit de brand geholpen.

De reden van ons langdurige verblijf in Azië zijn twee prachtige kleinkinderen die in respectievelijk oktober en december zijn geboren. Anja is in januari nog voor een week naar Nederland geweest. Voor mij was dat niet weggelegd. Nog even tot 3 mei wachten. We waren door dit alles te laat om met de goede wind naar het westen te zeilen. Een jaar wachten dus. Er zijn erger dingen denkbaar.

Opnieuw hebben we de rugzak omgebonden en zijn nu maar eens naar Cambodja gegaan. De verschrikkingen die we daar hebben gezien, wil ik jullie niet onthouden.

Cambodja begint natuurlijk bij de grens Daar proberen corrupte ambtenaren je voor een visum, 30% (6€) te veel te laten betalen . De baten gaan in een wel erg grote koffiepot. We hadden al wat ingestudeerd. O,ja , natuurlijk betalen we. Hoe was uw naam ook weer? We willen natuurlijk wel een kwitantie. U begrijpt zeker wel dat we in Pnom Penh een officiële aanklacht gaan indienen.

Woedende Engelsen die uit het douane kantoortje kwamen waarschuwden ons al. Ze hadden maar betaald om geen moeilijkheden te krijgen. We kwamen binnen bij de opperboef, die net bezig was een Nederlandse mevrouw te helpen met het invullen van haar formulieren. Wij spraken natuurlijk met haar over de gang van zaken. Zij bleek een ontwikkelingswerkster te zijn die iets met kinderen deed. De boef had dat begrepen. Hij vond corrupt zijn daarom waarschijnlijk een beetje link. De vrouw werd met alle hoffelijkheid behandeld en hoefde geen cent te veel te betalen. Door de geanimeerde conversatie die we met haar voerden viel ons de zelfde vip behandeling ten deel. Dat viel dus weer mee.

Weer buiten werden we overrompeld door tientallen taxi brommers, allemaal er op uit om je te ontdoen van je US dollars, die hier het meest gangbare betaalmiddel zijn. Overvragen en belazeren is het motto.

We zijn met de Nederlandse vrouw een paar dagen opgetrokken op weg naar de enige badplaats van Cambodja, Sihanoukville. Ze deed daar op het strand een project met zwerfkinderen. We hoorden van haar afgrijselijke dingen.

Sommige kinderen worden ’s morgens de straat opgeschopt, van school weggehouden, en moeten maar zien dat ze pa en moe, die op hun luie reet blijven liggen, ’s avonds wat geld kunnen geven. Zo niet dan zwaait er wat. Wat moet je als kind anders doen dan bedelen of stelen. Nou ja, het kan ook anders. Het schijnt hier een lustoord voor pedofielen te zijn. (Niet gezien gelukkig!)

Als je oppervlakkig kijkt is er niets aan de hand. Luxe ligstoelen, strandtentjes, ijsjes etende toeristen. Gadverdamme. Wij vonden het niet leuk meer en zijn gauw vertrokken naar Pnom Penh om onze geschiedenis eens op te halen. Waar was u tussen 1975 en 1979, tijdens het bewind van Pol Pot en de Rode Khmer? Wij kregen in die periode twee kinderen. Het was een vrolijke tijd. We wisten wel iets van de ellende daar, maar dat een deel van de ca.10 miljoen Cambodjanen, 2,5 miljoen landgenoten op beestachtige wijze hebben afgemaakt, is ons een beetje ontgaan. Of hebben we er de ogen ervoor gesloten?

Eerst maar eens naar het museum. Nou ja, museum? De dertig jaar geleden tot gevangenis omgebouwde school is nagenoeg nog in originele staat. Hier hebben de meest gruwelijke martelingen plaatsgevonden. Er is amper schoongemaakt. De martelwerktuigen liggen gewoon nog op de grond. De cellen, 1 bij 2 meter, zijn door manshoge muurtjes van elkaar gescheiden. Je ruikt de angst, zweet, bloed en ontreddering eigenlijk nog. Wel zijn er honderden foto’s van slachtoffers en hun behandeling opgesteld.

De executie plaatsen (killingfields), vlak buiten de stad, met hun massagraven, het zelfde laken een pak. Duizenden, soms kapotte schedels, en botten trekken nu eenmaal toeristen. Het is werkelijk verschrikkelijk om te zien en veel erger dan ik kan beschrijven.

Van de Pol Pot kliek is bijna niemand veroordeeld. Ook de volgelingen niet. Die zitten gewoon in de maatschappij verweven, zijn de buren van de slachtoffers, en zitten waarschijnlijk gewoon in de regering of zijn rechter. Niemand wordt er dus vervolgd of veroordeeld. Ook Pol Pot is in 1998 op een natuurlijke wijze gestorven. Pak me niet op een jaartal of een paar miljoen mensen.

Gauw maar weer door naar het noorden, waar de grootste tempelcomplexen ter wereld zijn. Angkor Wat. Geweldig mooi en indrukwekkend, duizenden toeristen en ook hier is overvragen het devies. De toegang tot de tempels is 20 US$ per dag! Een ongehoord hoog bedrag hier. Dan denk je, nationaal erfgoed, hier komt tenminste veel geld binnen. Goed voor de bevolking, want medelijden hebben we natuurlijk in overvloed (als het maar niets kost!) Nee hoor, alles is in particuliere handen. Het geld gaat rechtstreeks in de pocket van een paar rijkaards, die een deel van dit geld weer distribueren naar de machthebbers. Zo blijft de cirkel rond en verandert er niets.

De terugreis naar de grens was nog een ware beproeving. In een stokoude bus, over 160 km onverharde weg met gaten en kuilen. Gemiddelde snelheid 25 km uur. Er wordt beweerd dat de lokale vliegtuigmaatschappij er voor lobbiet dat die weg in slechte staat blijft. Zo, hebben we nu alle ellende gehad? Nee, nog lang niet. Ik heb het er nog niet over gehad dat de vuilnisman een nagenoeg onbekend fenomeen is, dat de kinderen lang voor dat ze pappa of mamma kunnen zeggen feilloos om een dollar kunnen vragen. Dat er nog miljoenen mijnen liggen. Een groot deel van de bevolking is door die mijnen mismaakt. Goed om mee (of beter gezegd zonder) te bedelen.

Wat een rot verhaal zeg, is er dan niets positiefs te melden? Ja hoor. Cambodja is een democratie, fantastisch toch. Het weer is prachtig, het eten is er door de Franse invloed uitstekend, sex schijnt erg goedkoop te zijn (van horen zeggen!!!) evenals drugs. Soft en hard, alles is hier te krijgen. Wat willen we nog meer. Een ideaal vakantieland eigenlijk.

Terug op het asfalt van Thailand. Heerlijk zo’n luxe bus. We hebben er nog een tijdje rond gevegeteerd en zijn nu weer op de boot, maar dat wist u al.

Het spijt me dat er dit keer niet veel vrolijks te vertellen is. Wij gaan voorlopig nog twee maanden door met ons keiharde bestaan, tot we eens terugmogen naar het heerlijk koele Nederland, want wat is het hier momenteel heet!

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Misschien wel leuk voor de mensen die Google Earth hebben.

Waar we nu zijn: 5. 21. 2050 N 100. 18. 5647 E

Waar we binnenkort heengaan: 6. 21. 4445 N 99. 40. 5165 E ; 6. 18. 4822 N 99. 50. 4840 E

 

 

 

Penang 25-4-2007

Beste familie, vrienden en bekenden,


“Doe vandaag niet, wat je kan uitstellen tot morgen”, is een bekende  tropische ziekte, waar ik langzaam aan begin te lijden. Het wordt na vijf weken Langkawi blijkbaar tijd om weg te gaan. Morgen maar, denk ik.  Een verschijnsel van de ziekte is dat je liever niet beter wordt.
Na ons Cambodja avontuur hebben we besloten om Penang maar eens voor een tijdje te verruilen voor Langkawi. Eigenlijk onze ouwe thuisbasis. We vertrokken vanwege het tij  pas in de middag. Het was mogelijk om nog net een eilandje te halen om de nacht door te brengen.  In de buurt gekomen, een uur voor het donker werd, voeren we door een mijnenveld van visnet vlaggetjes. We trekken ons daar niet veel meer van aan, want er is absoluut geen systeem in te ontdekken en ontwijken kan gewoon niet, Als ik eerlijk ben had ik het ook pas op het laatste moment in de gaten, maar dat had dus niets aan de zaak veranderd. Een open vissersboot met drie man  kwam op ons afstuiven. Uit hun pantomime begrepen we drie dingen. Het net was kapot, ze waren boos en wilden geld. Dat het net kapot was konden ze absoluut niet weten. Ik wist voor me zelf dat er niets aan de hand was, want ik had niets gevoeld. Mijn pantomime terug zei: niets gebeurd, goedemiddag en oprotten. Antwoord: heel veel ziektes en bezweringen. Mijn antwoord prima, daaag en het gas er op. We werden een tijdje op minder dan een meter gevolgd. Dat is heel erg dicht bij. Opeens gaven ze het op. Maar ja, de ankerplek was ondertussen vlak bij. Het zou kunnen zijn dat die vissers daar ook gingen overnachten. Doorvaren dus maar. Bij mij bleven visioenen komen van een biertje, lekker eten en slapen op een mooie plek. Uiteindelijk zijn we, toen de vissers uit het zicht waren, toch maar naar die plek gevaren. Er is verder gelukkig niets gebeurd.
Langkawi dus weer. Na een weekje ankeren en een zeil reparatie, zijn we uit luiigheid de haven in gegaan. (onbeperkt stroom, water en koeling!) We parkeerden de boot naast een Duitser. Wij kenden hem wel, hij ons niet. Ik zal zijn echte naam niet noemen, maar in Duitsland is hij behoorlijk bekend. Wat Beckenbauer  is bij voetbal, is deze man in de zeilsport. Kaap Hoorn gerond, diverse wereld reizen gemaakt, talloze boeken geschreven,. Kortom een soort godheid waarbij wij in het niets verdwijnen. Nu was deze buurman zijn zeil aan het hijsen, in de box dus . Ik vraag deze zeil bobo: u bent zeker aan het oefenen  voor een tochtje rond het eiland? Eerst geen antwoord, maar wel een vies gezicht. Na minstens een minuut kwam er uit: “ik ben zeker niet aan het oefenen!” Verder niets. Humor is soms ver te zoeken. Het is ook nooit meer goed gekomen tussen ons. Wel met zijn vrouw, want die kwam vaak en graag een praatje met ons maken. Die zelfde avond kwam Peter, (van Heidi,  ze bestaan echt) onderweg naar de vaste wal, langs onze beroemde buurman . Hij kreeg een vuilniszak aangereikt. Wij waren net klaar met het eten, dat we kant en klaar op de markt gekocht hadden. Peter riep ik, en liet hem een leeg etensbakje zien, zo een als van de afhaalchinees. Grapje dacht ik. Peter niet, want die kwam echt het bakje ophalen. Ik moest toen uitleggen dat het niet serieus bedoeld was. Het was mijn dag niet.
We hebben een  kleine week bezoek gehad van Dick en Ria van Dongen. Een paar oud-collega’s kennen hem nog wel. Sleutelwoord: gevangenissen in Noord-Holland. Nee, niet als bewoner! Dick en Ria zijn ook zeilers. Dick vond een keer zijn boot te klein. Hij heeft hem in tweeën  gezaagd en er een paar meter tussen gezet. Hij vaart er momenteel mee naar de Zwarte Zee. Het was erg gezellig. Je gaat ook door anderen weer wat beter zien hoe mooi het hier eigenlijk is. Ria vond dit eiland het paradijs benaderen. Dick zei daarvan: ze kan het weten, want ze is religieus opgevoed.
Er is hier regenwoud, watervallen waarin en -onder je kan zwemmen, apen en ander wild, rijstvelden, bergen, spierwitte stranden, restaurantjes waar het eten fantastisch is en bijna niets kost. De temperatuur schommelt tussen de 25 en 35 graden. De zee is constant 30. En bovenal, het is hier nog rustig. Wat wil  je  nog meer? Dat is trouwens een goede vraag. Om daar maar even antwoord op te geven.
We willen weer eens naar Nederland. Twee mei is het zover. Ondergetekende Ton kan dan voor het eerst één van zijn twee kleinkinderen in levende lijve aanschouwen en vasthouden. Ook de rest van de familie en vrienden weer  eens ontmoeten is natuurlijk fantastisch. We hebben er echt zin in. Maar voor het zo ver is moet er nog heel wat gebeuren. Ik denk dat we daar morgen maar mee beginnen.
Hg
Ton en Anja

 

Pesse, 1 okt 2007

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

Uit het oog uit het hart. Misschien bent u ons al vergeten. Ton en Anja weet u nog. We hebben een zeiltocht gemaakt, maar dat is al weer een tijdje geleden. We zitten momenteel net als de meeste Nederlanders te genieten van het structurele rotweer in ons Drentse hutje. We hebben niet veel bijzonders te vertellen. Maar ja, de eerste zin geeft ons dilemma al aan, dus laten we toch maar iets van ons horen.

In mei zijn we teruggekomen. De hoogtepunten waren natuurlijk de kleinkinderen. Een ervan, de jongste, had ik zelfs nog nooit kunnen aanraken. Veel huiselijke taferelen dus, waar we veel van genoten hebben.

Ons nieuwe werkkamp, het huis en de 800 m2 tuin hebben het nodige zweet gekost. Even een tip tussendoor. Als u nieuwe ramen of een keuken nodig hebt, koop die dan in Duitsland! Belachelijk goedkoop. Zeven kunststof draai-kiep ramen met HR++ glas voor 750 € Meer dan 10m2, gratis thuisbezorgd. Voor de adressen kunt u me bellen of mailen.

Na drie maanden vonden we dat er weer eens iets moet gebeuren. De camper was verkocht. Ik had ooit gezegd, we gaan nooit meer kamperen, dus hebben we dat maar weer eens gedaan. Met een tent! Niet te dikke slaapzakken gekocht, want we gingen tenslotte naar de warmte. De makkelijke stoelen pasten niet meer in ons Pandaatje, dus hebben we een stel Spartaanse exemplaren uit de schuur gehaald. Drie vergissingen op rij!

Vorig jaar in de camper zijn we blijkbaar blind geweest. Niemand kampeert meer in een tent! Dat is echt achterlijk. Caravans zijn eigenlijk al heel minnetjes. Campers die alleen met groot rijbewijs bestuurd mogen worden zijn tegenwoordig heel normaal. Het gaat de watersport achterna. Het uiterlijk is veel belangrijker dan het praktische nut en de duurzaamheid. Campers met achterlichten van ouderwetse Cadillacs, vaatwassers, wasdrogers, automatische waterpas installaties, noem maar op. Wat een armoe in deze rijkdom.

Ons Pandaatje is op de camping ook een aanfluiting. Dat kan echt niet. Je moet hem tussen de bosjes verstoppen. Wat een pk's staan er links en rechts geparkeerd. Ondanks onze zeer innovatieve oppomp tent, de stokken worden met een compressortje opgepompt, waren we het lachertje op de campings.

We hadden een ANWB campinggids aangeschaft. Ik snap er nog steeds niets van. Prachtige kleine campings in Frankrijk, waar rust en vrede heerst en nog wat privacy te vinden is voor 10 Euro, worden magertjes gewaardeerd. Megacampings die lijken op vluchtelingenkampen voor 55 Euro per dag, worden de hemel in geprezen.

Onze eerste twee dagen waren dramatisch. Regen, regen en nog eens regen. Nauwelijks 15 graden. Wat een armoe. Het weer is uiteindelijk nog wel goed afgelopen. We hebben 5500km door Frankrijk en Spanje getoerd. Vooral de Spaanse Pyreneen vonden we erg mooi. Maar kamperen in een tent, nee. Scheren in de zelfde ruimte waar iemand luidruchtig zijn behoefte zit te doen is net iets te sportief voor ons geworden.

Al met al was het wel heel leerzaam. We missen de boot, de afschuwelijke hitte, het gepeperde eten en het langzame leven. De nadelen van daar, zijn weer volledig vergeten. We hebben dan ook besloten om onze geplande tocht over de Indische oceaan nog een jaartje uit te stellen en nog lekker een beetje rond te lummelen in de buurt van Maleisië en Thailand.

Over een maand vertrekken we weer. Natuurlijk zijn we volledig in gebreke gebleven om veel oude contacten te herstellen. Help ons, en laat ook van jullie kant af en toe eens wat van je horen.

Mijn internet site is trouwens weer een beetje bijgewerkt.

Verder gaat de mail op een laag pitje. Als er wat leuks te melden valt zullen we het zeker laten horen.

Voor de vergeetachtigen: onze website is http://wanadoo.nl/hierck/TonEnAnja

Hg,

Ton en Anja


Langkawi, december 2007

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

We zijn weer terug in de tegenovergestelde wereld. De afstand waar je met een boot een jaar over doet wordt met ons vliegtuig binnen 12 uur overbrugd. Dit keer vaak harder dan het geluid zagen we op de schermen.(1025 km/h) Windje in de rug zeker. De aansluiting op het vliegtuig naar Penang, de plaats waar Medusa geparkeerd staat, was wat krap. We hebben dus maar besloten een paar dagen naar de verdorven, maar prettige stad Pattaya te gaan om wat te acclimatiseren. Eerst even uitleggen hoe het zit met dat tegenovergestelde. Natuurlijk wordt er hier ook gegeten, gedronken en naar de wc gegaan. Het is toch anders. Heb je het in Nederland te koud, hier is het vaak te heet. Is alles erg duur, hier beschamend goedkoop. Nee staat tegenover altijd ja, de partij voor de dieren betekent hier, eet alles wat beweegt. Stress? morgen zien we wel. Het gratis geld aan het loket i.p.v. de familieband. Zo is makkelijk een bladzijde vol te krijgen. Vandaar dat tegenovergestelde.

Terug in Pattaya. Al een vertrouwde wereld met oude bekenden. Met enige schroom heb ik me dit keer in een massage salon begeven. Je moet eenvoudig beginnen. Een voet massage dan maar. Onder toezicht van Anja, dat wel. Ik heb interessante verhalen gehoord over Thaise massage. Je voeten zitten in sommige salons ergens onder je navel. Je kan dat aan de buitenkant van het pand niet altijd zien. Nee hoor, alles ging keurig. Er werd een uur aan je voeten gesleuteld en als toegift je nek, schouders en hoofd. Dit alles op een uiterst prettige manier. Heerlijk! Anja onderging het zelfde lot. Dit alles voor 4 Euro pp.

Na het acclimatiseren zijn we naar de boot gevlogen. Hij stond op de werf op een andere plaats dan we hem hadden achter gelaten. We werden er niet vrolijk van. Op een vuilnisbeltachtige plaats bij een open riool tussen de ratten en de honden. Binnen leek alles in orde tot we achter de kussens keken. Honderden kleine beestjes waren de kussen bekleding aan het opvreten. Gelukkig hoofdzakelijk van achteren, maar toch, ze worden er niet beter van. Renovatie van de kussens stond al op de agenda, maar wordt nu wel naar voren getrokken. De merkwaardige beestjes waren trouwens super licht. Ze konden bijna als pluisjes door de lucht zweven. Tegen de stofzuiger waren ze niet opgewassen.

Het lijden dat we de daar op volgende week hebben doorstaan zal ik u besparen. Het viel niet mee. Hoofdzakelijk door de verschrikkelijke hitte. Opstaan, vlak voor het licht wordt. Tot 10 uur gaat het nog. Daarna is het boven de 30 graden met een super hoge luchtvochtigheid.

Met de manager van de werf probeerde ik een afspraak te maken voor een boeking voor volgend jaar. We zouden nog een seizoen blijven en in mei weer op de kant gaan. Dat gaat als volgt. U heeft het nu druk zie ik, kunnen we morgenochtend om 10 uur afspreken. Antwoord: ja, ja. Niet dus. Weer proberen, 3 uur? Ja,ja. Nog een keer. Ja, ja. Dat lukte dus niet, net als de boeking. Vlak voor we weg gingen hoorden we dat de werf dicht gaat omdat er op die plaats een brug naar het vaste land komt. Zeg dat dan meteen, l..! Ik werd dus een beetje pissig tegen de manager. Die hebben we dan ook niet meer gezien. Status is hier belangrijk en door boos te worden haal je die naar beneden. We zijn wel keurig te water gelaten. Overigens hulde voor alle aardige en behulpzame mensen die daar werkten. We zijn ons wel gaan afvragen of ons besluit om nog een jaar te blijven wel verstandig was. Een punt is dat het klimaat hier super geschikt is voor een hotelletje met airco. Een strand voor de deur met een paar palmbomen, een ligstoel, een krat bier en een zak chips. Op een boot is het toch anders. De zon en de hitte komen veel harder aan.. U voelt hem al aankomen: we gaan toch richting Nederland. Onze kinderen geloven het nog niet. Onze plannen veranderen te vaak. Misschien krijgen ze wel gelijk.

Vertrek eind januari. Koers west. Mogelijke bestemmingen: Sri Lanka, Maladiven, Oman, Jemen, en alles wat je tegen komt als je rechtsaf de Rode Zee inslaat richting Middellandse zee.

Op dit moment liggen we in de haven van Langkawi van luxe te genieten. Stromend water, elektriciteit, wifi en een brommertje. (Die van jou Dick!) We zijn al druk bezig de boot te bevoorraden. Ondertussen is er al 15 kg melkpoeder (voor yoghurt), 15 pakken muesli, 10 kg meel, en nog heel veel meer aan boord gebracht. We kunnen de 500 blikjes bier die we in Panama aan boord hadden niet evenaren. Het zal bij 250 wel blijven steken, want de boot lijkt een beetje gekrompen. Niet echt enerverend allemaal, maar wel uit te houden.

Wel enerverend zijn momenteel de staatshoofden, militairen en ministers, die hier op Langkawi gefêteerd worden door wapenfabrikanten, scheeps- en vliegtuig bouwers. Hoge pieten uit de hele wereld zijn er. Nederland is wat mager vertegenwoordigd. Een of andere vice-admiraal en zijn gevolg. Onze hoogste militair denk ik. Bin Laden loopt hier trouwens ook rond. Er zijn van 4 tot 8 dec. luchtshows als dekmantel voor de verkoop van allerhande wapentuig. Ik denk dat wij maar een paar Stinger raketten kopen voor de golf van Aden. We begrepen al niet waarom er hier een mega grote, altijd lege hangar op het vliegveld staat. Echt een paar sporthallen groot. Deze werd volgens zeggen alleen gebruikt voor de luchtshows, hoogstens een keer per jaar. Dat is natuurlijk onzin. Die loods is er alleen om het wapentuig aan het zicht te onttrekken. Er wordt dan niet op een dubbeltje gekeken. Een ideale plek hier voor dat soort handel. Rustig eiland, weinig pottenkijkers en leuk voorde kopers. Ideaal toch. Klein nadeel voor ons, af en toe vliegt er een straaljager of helikopter een paar meter boven onze mast en onze favoriete eettent is nogal overbevolkt. Niet door Bin en de staatshoofden overigens!

Na het luchtspektakel denken we er over om een weekje naar Bangkok te gaan om kleren in te slaan voor volgend jaar. Ook gaan we tot half januari nog een beetje met de boot rond toeren. Daarna wordt het allemaal weer spannender. U hoort het wel.

Hg,

Ton en Anja

 

Allemaal prettige feestdagen!

 


Langkawi, 9-1-2008

Beste familie,vrienden en bekenden,


We hadden een lekker gangetje. Tachtig op de snelweg is toch niet overdreven. Tevreden met een krat Mount Gay rum tussen de benen (8 Euro de liter!!), volgeladen met 15 pakken muesli en nog vele andere dingen in de rugzakken, we waren ten slotte aan het bevoorraden. Opeens leek het of er een voetzoeker tussen ons door vloog. Het was oudejaarsdag dus dat kan je dan wel verwachten. Wat was dat schreeuwde Anja in mijn oor. Op dat moment probeerde de achterkant van de brommer de voorkant links in te halen. Toen dat niet lukte probeerde hij het rechts, links, rechts enz. Een klapband. Toen we even later een beetje trillerig, gezond en wel in de berm stonden, feliciteerden we elkaar met het behoud van het krat rum.
Brommen in Azie, maar ook in andere vakantie landen, is gevaarlijk! Levensgevaarlijk. We hebben er heel wat kilometers opzitten, dus we kunnen het een beetje weten. Er gebeuren veel akelige ongelukken. Deze week waren we daar zelfs twee keer getuige van. Eigenlijk moet ik tegen u zeggen, doe het nooit! Het materiaal deugt vaak niet. De rijstijl van de Aziaten is soms volstrekt idioot. Er gaan meer zeilers dood door verkeersongelukken dan door schipbreuk. Kort geleden nog, eindigde de reis van een Duitse zeiler definitief in Phuket. We kenden hem gelukkig niet. Ik voel dat het geen vrolijk verhaal wordt. Toch hebben we wel een vrolijke tijd, die gestaag voort gaat We staan vlak voor het vertrek. Welk vertrek, waarheen hoor ik u denken? Kort geleden stuurde ik onze kinderen het verhaal hieronder. Het is nog aktueel.

Jullie vragen je natuurlijk af wat wij zo de hele dag uitvoeren hè. Ik zal proberen daar iets over te zeggen.
Eerst iets over de komende reis. Globaal zo’n 10.000 km Met een gemiddelde van 10 km /uur een heel eind varen.

Hiertussen hoort het bijgaande kaartje. Ik kreeg het er niet tussen geplakt.

We denken er tot Cairo zo’n kleine 4 maanden over te doen. We willen de boot achterlaten in Turkije en weer eens naar Nederland te komen.
Zo’n tocht moet natuurlijk gepland worden. Sommigen zeilers doen dat uitermate projectmatig, tot in het kleinste detail. Wij doen het wat globaler. De uitvoering gaat altijd anders. Dat maakt zo’n planning gelukkig ook weer zinloos, maar je moet toch ergens beginnen.
Richting Sri Lanka (Galle) dan maar. Door de tsunami is de haven behoorlijk vernield. Jachten komen tegenwoordig tegen een kademuur te liggen. Door de deining die soms door de haven loopt is de kans op schade groot. We hebben dan ook gepland er niet heen te gaan. Onze eerste stop is Uligami in de noord Maladiven. (300 mensen) Je mag daar zonder visum en cruising-permit een paar dagen stoppen. Helaas is er behalve uien en vis niets te koop hebben we gehoord. Geen brandstof, geen internet, slechts een openbare telefoon die het niet doet. Wel goed genoeg om weer eens acht uur achter elkaar te slapen. Volgende stop Salalah in Oman. Oman schijnt redelijk geciviliseerd te zijn. Tot daar verwachten we gunstige zeil- condities. Windstiltes kunnen roet in het eten gooien. Onze diesel voorraad is voor zo’n lang stuk beperkt.
Van Oman naar Aden. In Oman willen we proberen met een paar jachten een konvooi te vormen. Er is een stuk (Pirate Alley) waar in achtereenvolgende jaren jachten zijn overvallen.. Niet aan denken maar.
Na Aden, Eritrea. Arm, mooi met vriendelijke mensen maar geen brandstof! Onderweg kunnen we vanaf dan, af en toe even stoppen, want er zijn volop eilandjes en baaitjes. Na Eritrea is het windje in de rug afgelopen. We zullen op de loer moeten liggen voor bezeilbare wind of windstiltes. Vervolgens Sudan. Niet echt een vakantie stek. Opletten daar! De dan broodnodige diesel is er schaars en vies. Vervolgens als de wind het toelaat naar Egypte. Af en toe schuilen voor harde wind op de kop. Piramidetjes kijken en door het Suez-kanaal met corrupte ambtenaren en loodsen.
Het is dan begin mei als we de Med. binnen varen. Via Cyprus naar Turkije het laatste stuk. (half mei??)
Het wordt vast wel een mooie interessante tocht. Een enorm cultuur verschil van de Aziaten naar de Arabieren. Op de plaatsen waar we stoppen, gaan we natuurlijk ook flink wat rondkijken en het binnenland in.
Onderweg is het niet altijd makkelijk om te bevoorraden. Het houdbare spul kopen we dus allemaal van te voren. Voor vier maanden boodschappen is een hele berg. We zien de boot al echt dieper het water in zakken. We rekenen er wel op dat we af en toe een visje vangen.
Zoals gelezen wordt diesel een probleem. We gaan de boot dan ook volstoppen met tanks die we hier kopen. In Aden gaan ze allemaal vol, in Egypte gooien we ze weer weg.
De gasflessen kunnen we hier niet makkelijk vullen. (een Nederlands en een Australisch exemplaar.) We gooien die weg en kopen twee grote Maleise flessen. Ik zaag de draagbeugels er af, dan passen ze in de gasbun. Het moet genoeg zijn voor vier maanden. In de Med zien we wel weer.
We kunnen 650 liter water meenemen. En 80 liter in jerrycans voor drinkwater. In de genoemde landen is water schaars en soms van slechte kwaliteit. We moeten dus zuinig zijn en af en toe wat zien te scoren.
Communicatie wordt een probleem. Als we hier wegvaren zal er pas in Oman weer contact zijn. (na een dikke maand?)
Verder zien dat het papierwerk in orde is. Voldoende dollars zien te krijgen. Vooral 1 dollar biljetten, want wisselgeld heeft natuurlijk niemand. Ik moet de datum op de bootregistratie nog vervalsen.
Gelukkig hebben we hier een onbetaalbaar brommertje die we als vrachtwagen gebruiken.
Overigens is het leven hier in de haven van Telaga uiterst prettig. We moeten ons dan ook dwingen de dingen te doen die hierboven in grote lijnen staan omschreven.
Zo, dit even wat betreft de voorbereidingen.
Net zijn we op de avondmarkt geweest en hebben ons avondeten gekocht. Anja zegt dan dat ze weer heeft gekookt. Verder geen nieuws. Oh, ja. Wel nog een ramp te melden. Mijn nieuwe computer is gecrasht. Nog garantie. Hij is opgestuurd naar Fujitsu in Penang. Ik hoop hem ooit nog terug te zien. Ik ben er niet gerust op. Verder is alles ok..

Dit verhaal is al van even geleden. Op de windmeter na, is alles gerepareerd. De computer is terug. Op het verse spul na is alles aan boord. We wachten op een goed weerbericht. Half januari of iets eerder verwachten we dat de NE moesson is doorgezet, dus is het nog een kwestie van dagen.
Hg,
Ton en Anja

 18-2-2008 Salalah, Oman

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

De kust van west Thailand kent honderden kilometers zandstrand. Een luttel stukje van honderd meter heet Monkey beach. Het ligt op Phi Phi Don, een van de vele eilandjes hier. De tsunami heeft er vreselijk huisgehouden. Wij liggen er, gedwongen door windstilte voor anker en kopen de laatste verse spullen in voor ons vertrek naar het westen.

Het toerisme begint zich hier aardig te herstellen. Het merkwaardige is dat bijna alle toeristen uit Phuket en omgeving een keer naar Monkey beach willen. Veel stranden zijn uitgestorven. Dat kan je van MB niet zeggen.

Wat een film speelt zich daar af.  De hele dag komen er  speedboten om de mensen een uurtje te laten genieten van het overigens prachtige water.  De modale jongens  met 2 maal 200 pk op de hek,

10 tot 20 man aan boord. Ik heb ze ook gezien met 4 keer 250 pk!!  Ze scheuren er vanuit Phuket in een uurtje heen. Soms liggen er 15 van die boten op het strand. Er lagen ook nog een stuk of 8 lokale bootjes tussen gepropt. Het strand was dus helemaal weg.. Nu de echte horror. In  Langkawi zijn heel veel apen. Met name de makaken. Wild, snel en lenig, schuw, soms vriendelijk, soms ook niet. Toen we dezelfde soort apen op Monkey beach zagen konden wij onze ogen niet geloven. Als te ver opgeblazen ballonnen zagen ze er uit. Ongelofelijk! Ze konden de boom bijna niet meer in. Wat een vetzakken. Ze worden de hele dag door gevoerd met allerhande onaapse dingen. Erg voor de toeristen is het niet. Die denken dat het zo hoort. Bovendien zijn ze toch al te veel verbrand om erg kritisch te zijn. Thuis worden de plaatjes wel bekeken. Ontelbare foto's worden er geschoten.

Ik houd erg van de toeristen industrie. Zij houden de schade in de natuur beperkt door iedereen naar dezelfde plaatsen te laten gaan. Dat is toch mooi. Voor ons blijven er dan nog mooie gebieden over. Ik denk dat ze beter werk doen dan het wereldnatuurfonds.

Ons vertrek ging niet van een leien dakje. De weerkaarten bestuderend leek vertrek uit Langkawi niet erg aantrekkelijk. Door de invloed van Sumatra is het weer op zee daar erg onstabiel. Het leek beter om eerst wat noordelijker te gaan. De boot tot de nok gevuld met eten, drinken en diesel richting noorden ( Phi Phi Don) dus. Een nachtje doorvaren. Het standaard weerbericht uit de tekstverwerker (iedere dag hetzelfde) klopte natuurlijk niet. Wind en golven op de kop. Volop slecht verlichte vissers. Een rot tocht. Zestig liter diesel kon van de voorraad worden afgeschreven.

Drie dagen hebben we ons vermaakt in de toeristen mallemolen. Het weerbericht zag er goed uit, dus omhoog met dat anker en wegwezen.

De beschrijving van die tocht die komen gaat is een ijzingwekkend verhaal met veel problemen. Het wordt dus wel een leuk stukje. De mail zou nu te lang worden. Daarom  verstuur ik dat deel over een paar dagen. U weet nu tenminste wel dat het goed gaat aflopen. Alhoewel? We zijn natuurlijk nog niet thuis.

Tot over een paar dagen,

Hg,

Ton en Anja

 

19-2-2008 Salalah, Oman

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

(vervolg)

Alles wat fout kan gaan zal ook fout gaan. Zoals reeds gezegd zijn we naar het westen vertrokken. Bestemming Uligamu op de Maladiven. ca. 3000 km verderop.

Eerst door de Andaman Sea. Niet erg fijn. Van een echte zeeman hoorde ik ooit de uitdrukking “gooi en smijt zee”. Dat was hier van toepassing. Af en toe tegenstroom met overfalls en  soms een bui met veel wind.

Na de Andaman Sea, de Indische oceaan. Het ziet er nu en dan dreigend uit. Nu is het probleem met buien dat  je niet weet hoe lang ze duren en hoeveel wind er in zit. Wat moet je doen als je ze ziet aankomen? Wij doen dus maar wat. We kregen een bui van ongeveer een halve nacht i.p.v. de gangbare twintig minuten. Ongelofelijk. Ik had gelukkig wel wat zeil weggehaald. Het water kwam vierkant naar beneden. (driekwart emmer bleek de volgende dag.).Het ging zo'n 7 Bf waaien uit de richting waar we heen wilden. Hoe onderga je zoiets?.

Je zit binnen. De wind huilt door het want. De bliksem staat links en rechts om je oren. Enorme donderslagen. De luiken en ramen zijn dicht. Je gaat veel te hard een onbekende kant op. De boot stuitert op en neer. Uitkijk houden is onmogelijk. Geen verkeer in de buurt? Het wordt binnen warm en benauwd. Ik heb wel gehoord dat als je diep in de shit zit,  zelfs een scheet lekker fris kan zijn. Dat gaat in een dichte boot niet op. Dit duurde allemaal uren. Dat de verkeerde kant opgaan vind je uiteindelijk toch niet leuk. In je blote lijf naar buiten dan maar. Ik ben dan echt bang voor het onweer! De bulle talie losmaken en gijpen. We gaan de goede kant weer op. Als je weer binnen bent sta je ondanks de hitte toch te rillen. Anja ondergaat dit allemaal met helden moed. Ze geeft geen krimp, doet actief mee. Die blauwe plekken gaan wel over.  Nooit een klacht of een uiting van angst. Waar vind je ze nog?

Het gaat natuurlijk allemaal weer voorbij. De ochtend begint. Wat overblijft is een leeg, vermoeid gevoel, want slapen was er alweer niet van gekomen.

Wat is dat daar in de genua, vraagt Anja, die lichte streep? Ik wordt dan altijd wat chagrijnig. Wat niet weet wat niet deert. Even later scheurt de genua.

Onder in de boot ligt een oud reserve exemplaar. Als we die willen pakken blijkt er wederom een ramp te zijn gebeurd. Een van de handgaten van de watertanks heeft gelekt. De bilge staat vol water met daarbovenop een laag smeerolie. Waar die vandaan kwam weten we nog steeds niet, maar het was er. Een ongelofelijke smeerboel. Een soort vette bruine bonensoep, maar dan viezer. Leegpompen en weer dichtmaken dan maar. De reserve genua leek voorgoed verloren. Nieuwe strategie. We gaan toch maar naar Galle, Sri Lanka om het zeil te repareren. Het lot lijkt ons even goed gezind. De wind is voldoende en van de goede richting om ons, alleen op het grootzeil, met redelijke snelheid naar Galle te blazen. We lezen de reisboeken en krijgen er ook zin in. Een halve dag voor we Galle bereiken, worden we opgelopen door een Duits zeiljacht. Het eerste schip in dagen. We maken radio contact. Hij vertelt ons dat er net een paar uur geleden (BBC worldservice) een terroristische aanslag in de haven van Galle heeft plaatsgevonden. Met bazooka's is er door de Tamil tijgers op marine schepen geschoten. Dat is de kade waar ze ons ook gedacht hadden. De noodtoestand en een uitgaansverbod, was uitgevaardigd. Kortom een chaos. Gloeiende, gloeiende, (een zeeman mag best wat grof in de mond zijn.) Doorvaren dus maar. We kregen ook een weerbericht door. Wind uit het westen. Komt nooit voor in deze tijd, maar toch. De vieze genua toch maar uit de bilge gehaald. Gadverdamme. Met superontvetter, zeewater en veel vloeken krijgen we het ding toch waar hij moet zijn. Na een dag redelijk zeilweer blijkt er een scheur in de top te zitten. Naar beneden die vette lap. Anja uren aan het naaien in de brandende zon en ja hoor. Hij staat er eigenlijk weer keurig bij. Twee dagen doet hij prima zijn werk. Dan is de wind op en gaat de motor aan. Dat is het moment waarop ik dit schrijf. We moeten over twee dagen en een nacht in Uligamu aankomen. De diesel voorraad is dan wel heel erg geslonken. We moeten het andere zeil repareren, maar bovenal weer eens een uurtje of acht achter elkaar slapen. Een ontspannen bezigheid, dat zeilen.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Het verhaal is natuurlijk nog niet af. Over een paar dagen het vervolg. Wederom met genoeg kommer en kwel. U hoeft ons dus niet te benijden.

 

 

 20-2-2008 Salalah, Oman

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

(vervolg)

De beloning voor ons lijden is groot. Uligamu (300 inw.) ziet er uit als een reclame foto voor exotische vakanties. De onder water riffen zijn mooi, maar niet de absolute top. Het is wel heel interessant hoe die 300 mensen in afzondering in hun paradijs leven. Ze zijn redelijk ontwikkeld, maar staan zwaar onder islamitische overheidsbemoeienis. Ze krijgen alleen te zien en te horen wat “goed” voor ze is. Ze zijn  vriendelijk, behulpzaam en een beetje lui. Veel te doen is er natuurlijk ook niet. Grappig is dat ze ondanks hun goede scholing, van een aantal dingen totaal geen begrip hebben. Hoewel ze heel goed weten wat een auto is en ook wat veel auto's zijn (er is een ambulance op het eiland), hebben ze bij het begrip verkeersopstopping totaal geen idee. Grappig om het over dat soort dingen te hebben. Na een week hebben we het boven en onder water wel gezien.

 

Nog een dikke 2200km te gaan naar Salalah in Oman. Wederom een simpel tripje volgens de pilots. We vertrekken dan ook vol goede moed, maar  zonder betrouwbaar  weerbericht. Na een halve dag draait de wind weer eens naar de verkeerde kant en neemt toe van een dikke 6 tot een dunne 7 Bf. Ruim bezeild is dat niet zo'n  probleem. Hoog aan de wind is dat een heel ander verhaal.  Vorige keer heb ik beschreven hoe je een flinke bui op zee ervaart. De praktijk leert dat je de billen bij het  aan de wind varen toch op een wat andere manier samen knijpt. Ik zal proberen u iets van dat gevoel mee te geven. Gaat u er lekker ontspannen bij zitten, anders merk je geen verschil.

Het water verandert in een soort beton, waar de boot met een angstige regelmaat vanaf een paar meter hoogte op neer dondert. Boven en onder water is ongeveer even nat. De boeken zijn natuurlijk al uit de kast gevallen, net als het gereedschap en een deel van de voorraad. Langzaam ontstaat er een chaos. Aan opruimen kom je niet toe. Alles wat je doet kost extreem veel energie. Je eet als een varken bonen uit een blik die even later tegen je huig klotsen want erg lekker voel je ook al niet. Wassen? Ha, ha, vier dagen zijn we niet uit de kleren geweest. Slapen? Vergeet het maar. Af en toe een beetje weg doezelen. Dan is er natuurlijk ook nog de zorg voor het materiaal. Het krijgt zo op z'n donder, dat je permanent verwacht dat er iets stuk gaat. De wegenwacht is niet in de buurt. Heeft u nog zin in zo'n tochtje?

Na drie en een halve dag neemt de wind een klein beetje af en draait naar het noorden. Nog niet ideaal maar wel wat leefbaarder. Het blijft nog eens vier dagen hard waaien. Dag acht en negen ideale weersomstandigheden, dag 10 gaat de motor aan wegens wind gebrek. Dat is het moment waarop ik dit schrijf. Waarom ik altijd schrijf als de motor net aan is? Er is dan voldoende stroom, het is rustig genoeg om even na te denken en alles zit nog vers in het geheugen.. Voor ons schip maken we trouwens best een goede tijd, dat is weer meegenomen.

Nog leuk om te vermelden. We hadden radio contact met een aantal schepen die een dag voor ons  waren vertrokken. Ook die hebben het zwaar voor hun kiezen gehad. Op onze dag acht hadden zij 's morgens  achtenzeventig vliegende vissen aan dek liggen. Een ander had er vijftig. Ziet u  dat voor zich? (Ze zijn zo'n 15 cm lang.) Wij zijn niet boven de vijf gekomen.

De temperatuur is trouwens flink gedaald. Overdag van 34 naar 28, 's nachts van 24 naar 17, het water van 28 naar 23. De luchtvochtigheid is ook flink gezakt. Ik durf niet te zeggen dat we het koud vinden, want dan wordt u natuurlijk boos. Heel eerlijk gezegd vinden we deze temperaturen een verademing na de verstikkende hitte van Maleisië. Alleen of we het water in gaan weten we nog niet.

Vanavond rond middernacht komen we aan in Salalah in Oman. Hopelijk is de aanloop in donker niet te moeilijk. Het is waarschijnlijk onze laatste oceaan oversteek geweest. Het was me het tochtje wel. De makkelijkste oceaan is de moeilijkste gebleken.

Na ruim een maand afgesloten te zijn geweest van internet en telefoon, kijken we natuurlijk erg uit naar de mail die er al  is of nog gaat komen. Het is maar dat u het weet.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. We zijn veilig aangekomen, anders had u dit natuurlijk niet ontvangen. Het is wel een hele andere wereld hier. Van het tropisch regenwoud naar de woestijn

 

Suakin, Sudan, 25-3-2008

Beste familie,vrienden en bekenden,


Je krijgt het zoals je het verdient. Dat is mij altijd voorgehouden. Als dat waar zou zijn, wonen bij ons in het westen de goeden en hier in Jemen de slechteriken. Als je moet leven in een stoffige zandbak zonder water, dan verdien je zeker niet beter.
Merkwaardig genoeg ontmoeten we in deze schurken staten wederom vriendelijke behulpzame en gastvrije, maar arme mensen. Kan iemand mij uitleggen hoe dat kan?
Over eerlijkheid gesproken, de autoverhuurder uit Oman zei ons: u hoeft de auto niet op slot te doen. Als je hier de deur open laat met de sleutel in het contactslot staat hij er over een jaar gegarandeerd nog.
Wij onderhandelden een keer stevig met een er nogal onguur uitziende taxichauffeur over de prijs van een rit. Heen en terug. We zouden twee uur in de stad blijven en op een afgesproken punt weer verschijnen. De heenweg vooraf betalen vond hij niet nodig. Probeer dat maar eens in Amsterdam.
We zij het binnenland in geweest met een  huurauto. Onder andere naar graf van Job. Jazeker de echte uit de bijbel en de koran. Hij lag er prima bij hoor. Vlak bij was oud vervallen restaurant, waar we wat hadden gegeten. Toen we vertrokken zat er een groep van zo'n man of tien Arabieren, in vol oosters tenue, te eten. We toonden wat belangstelling voor het voedsel. Het gevolg was dat Anja en ik moesten aanschuiven om wat mee eten. Gestoofde kameel met rijst en brood. Een enorme bak waar iedereen met z'n handen in zat te graaien. Dat gebeurt je bij van der Valk toch niet. Dat zijn echt de top momenten van zo'n trip vinden wij.
Het is helaas niet alleen maar een positief verhaal. Vanuit ons standpunt bekeken  is ook veel op deze maatschappij aan te merken. De vrouwen hebben bijvoorbeeld geen leven. In Al Mukalla in Jemen en waar geen toeristen te vinden zijn en waar ik dit deel van het verhaal schrijf, zijn alle vrouwen gesluierd. Bij 30 % zijn ook de ogen weggewerkt, bij 20% zelfs nog de handen. Er zijn mannen die hebben dus nog nooit een andere vrouw gezien dan hun moeder en zusters. De seksuele frustratie moet hier enorm zijn. We hadden de gelegenheid daar met iemand over  te praten Hoe een aantal dingen in elkaar steken. Wat aan vrouwen vragen lukt echt niet. Hoe komt een man aan een vrouw?
Als man ga je naar je moeder en zegt dat je een vrouw wilt. Die gaat vervolgens voor je op zoek bij de buren, in de buurt, of zelfs bij familie. Als ze iets heeft gevonden mag je haar gezicht, bij een kopje thee, in het gezelschap van anderen, één keer zien. Als de man er van walgt mag hij in het gunstigste geval weigeren. Normaal gesproken krijgt hij de bruid niet meer te zien tot het huwelijk wordt voltrokken. De meisjes zijn nog maagd en totaal niet voorgelicht. Onder voorwaarden mag een man max. vier vrouwen hebben. Dat laatste komt niet veel meer voor.
Ik heb dit van een local hier. Er zullen ongetwijfeld ook andere procedures zijn. Spreek me daar niet op aan. De Islam heeft hier een veel grotere impact dan in Azië. De imans schreeuwen hier hun boodschappen uit de luidsprekers met een Hitlerachtige heftigheid. Daar gaan we  echt van over onze nek.
Er zijn landen waar het nog fanatieker toegaat dan hier. Ik hoef daar echt niet naar toe. Toch, de mensen zijn over het algemeen fantastisch. Ook zijn ze absoluut niet vijandig. Vandaag kwam een man die we ergens van kenden even aan boord met zijn drie kleine kinderen. Hij wilde graag wat foto's maken. Een van zijn kindertjes heten Osama! Vervolgens werd er benadrukt dat Islamieten geen terroristen zijn.
Morgen vertrekken we naar Aden, door het gevaarlijkste stuk van onze reis, volgens de pilots. Vanwege piraten! We gaan samen met een Duits jacht en zullen dicht bij elkaar blijven. Per email heeft onze Duitse vriend ons vertrek gemeld aan de coalitie oorlogsschepen die hier in de buurt patrouilleren. Hopelijk krijgt u dit alles nog te lezen.
Ja hoor, het is gelukt. We zijn in Aden. Geen centje pijn. Weinig wind en de Duitser is een tijdje in een visnet blijven steken. Dat is alles. Wel zijn er kort geleden twee andere boten lastiggevallen. Die hebben wat spullen moeten inleveren. Meer bedelen dan een overval lijkt ons. Eén boot is daarbij wel door een visser geramd. Dat is minder mooi.
Aden is een stukje wereldser dan Al Mukalla. Een enkel bloot vrouwen gezicht is er zelfs te zien. Opwindend hoor.
We zijn een paar dagen naar Sana'a geweest. De hoofdstad van Jemen. Volgens de legende gesticht door de zoon van Noach. De oudste stad na de zondvloed dus. Een miljoenenstad waar de mensen nog traditioneel gekleed zijn. Met het mes op de buik in plaats van op tafel. Ongelooflijk! Kort geleden droegen ze ook nog vuurwapens op straat. Je kan hier makkelijk aan een vuurwapen  komen. Gemeenschappelijk in al die steden  was de smerigheid van het sanitair. Ik wil jullie niet misselijk maken maar dat geloof je echt niet. Er zijn van die hurk toiletten die volgens ons nog nooit zijn schoongemaakt. Waar je voeten moeten staan zie je soms wat wit doorschijnen, daarnaast is het een glijbaan. Gelukkig doet het licht het meestal niet. Mikken is dan wel een probleem, maar je ziet tenminste niet de details. Die toiletten zitten vaak vlak bij de keukens, die er overigens niet veel schoner uitzien. We zijn wel wat gewend, maar dit sloeg alles. Merkwaardig genoeg zijn de pannen wel schoon en komt daar vaak heel lekker eten uit. We zijn er niet ziek van geworden.
We hebben rondgereisd met onze Duitse kennissen. Die hadden Abdoel, een vijftig jarige officiële gids ontmoet, die dolgraag Duits wilde spreken. Geheel belangeloos is hij met ons mee geweest. Heeft zijn eigen reis, hotel en eten betaald. De laatste twee zaken zijn voor gidsen overigens meestal gratis. Hij weigerde iets van ons aan te nemen. In die kleine week heeft hij ons enorm veel laten zien en is hij echt een vriend van ons geworden.
Het was een ontzettend aardige, bescheiden man en een zeer liberaal Moslim. De Deense spotprenten affaire kwam ter sprake. Dat zit de mensen hier nog steeds zeer hoog. Ik vroeg Abdoel of hij nog Deense producten zou willen kopen. Na enige aarzeling zei hij, nee. Waarom niet Abdoel? Ik ben bang voor God en denk dat ik dan in de hel kom. Wie zegt dat dan Abdoel, de Imans? Aarzelende instemming. Maar Abdoel, denk je dat die geestelijken een email of telefoontje van God gehad hebben? Ons gesprek werd plotseling door iets onderbroken en ik heb het onderwerp verder niet meer aangeroerd. Het geeft wel aan wat een enorme macht de geestelijken over het denken van de mensen hebben. En dat is niet alleen hier het geval. Het maakt mij persoonlijk boos, nee woedend. Daar ligt de oorzaak van bijna alle oorlogen en ellende in de wereld. Vandaar dat ik een voorstel doe dat vast niet iedereen kan waarderen.
Laten we alle imans, de paus, priesters, ayatollah's,  rabbi's, dominees en alle soortgelijke betweters naar een niet te mooi eiland verbannen opdat ze daar hun geestelijke terreur op elkaar kunnen uitoefenen. Laat ons met rust!
Alle heilige geschriften moeten voorzien worden van voetnoten waarin vermeld staat: “historisch onjuist, wetenschappelijk onjuist of onmogelijk, in strijd met de universele rechten van de mens. ”
Verder mag de studie theologie alleen nog door atheïsten worden gevolgd. Om arts te worden hoef je toch ook niet ziek te zijn. De wereld zal er een stuk op vooruit gaan. Ik wil een uitzondering maken voor het Boeddhisme. Dat is niet dogmatisch  en niet in strijd met wetenschap en mensenrechten. Een prima religie als u eens wat anders wilt lijkt me.
We hebben Aden inmiddels verlaten zijn rechtsaf de Rode Zee ingeslagen. We hebben weer eens 35 knopen wind op de kont gehad. Dit keer zonder problemen want we gingen met de wind mee. De zee bleef verbazingwekkend rustig. We varen nu voor de kust van Eritrea met een flauw windje en met de motor aan. Morgen hopen we in hoofdstad Massawa aan te komen. Of het lukt dit versturen zult u wel merken.
Dat is dus niet gelukt. Wij zijn inmiddels in Sudan waar we het weer gaan proberen.
Hg,
Ton en Anja

Ps. Bedankt voor de vele mail die we na onze verhalen met ontberingen hebben ontvangen en voor de waarschuwingen voor de gevolgen die de film van Wilders voor ons kan hebben. Voorlopig laten we onze vlag nog wapperen. Houd vol, zo af en toe een mailtje. We vinden het leuk en blijven ook een beetje op de hoogte.

 

Suez 25-4-2008

Beste familie, vrienden en bekenden,


Ik realiseer me dat mijn verhaaltjes de laatste  maanden wat klagerig, belerend , kwetsend en zelfs een beetje ranzig geweest zijn. Als u zich daaraan gestoord heeft moet u zeker niet verder lezen, want daar gaat nog een schepje boven op. Leest u verder, dan ook niet zeuren.
Een inmiddels al geruime tijd overleden, zeer gewaardeerde collega, bovendien een ex-zeeman, zei wel eens “de Rode Zee moet ook bevaren worden”. Die uitdrukking stuitte mij wel een beetje tegen de borst. Nu, jaren later ben ik het hartgrondig met hem oneens. De Rode Zee hoort niet bevaren te worden. Oké, we doen het, want we moeten er nu eenmaal door. Wat is er mis mee, hoor ik vragen. Hij is veel te lang. Er komt geen eind aan. De wind is meestal van de verkeerde kant en veel te hard. De golven deugen niet. De lucht is permanent vermengd met zand en stof waardoor de boot op een soort zandbak gaat lijken. De oevers bestaan geheel uit zand en stenen. De landen aan de westkust zijn straatarm en er is niets te koop. Aan de oostkant ben je niet welkom.
Bovendien is het hier gevaarlijk! Heel erg gevaarlijk! Overal liggen riffen die niet goed op kaart staan. Ieder jaar blijven daar dan ook een aantal boten op achter.  Ik snap niet dat de verzekeringen dit dekken. De groep zeilers, waar ook  wij toe behoren maken zich vreselijk druk om piraten. Dat risico is belachelijk klein vergeleken bij de kans om op een rif te lopen. Ook dit jaar weer veel ongelukken en schade. We zijn blij dat we er bijna door zijn.
Die zelfde riffen zorgen onder water natuurlijk voor prachtige taferelen. Dat is dan ook de enige reden om hier iets te zoeken. Dat plezier gaat er nu ook af, want we zitten al heel noordelijk. Vannacht hadden we het zelfs koud onder een deken. Ook de watertemperatuur is gezakt naar 22 gr. Zo flink zijn we nu ook weer niet.
Verder valt op hoe weinig scheepvaart er hier vlak onder de kust is. Bijna geen vissers, terwijl er meer dan genoeg vis zit.
Er was een leuk incident in Sudan toen wij er net waren. Minister Middelkoop kreeg geen visum en wij wel. Zo hoort het natuurlijk ook.  Je hoort dan op de wereldomroep het verhaal en allerhande commentaren. De meningen zijn zo uiteenlopend en tegenovergesteld dat het lachwekkend is. Gemiddeld  is er dus geen mening. We geven 140 miljoen aan ontwikkelingshulp. De ene helft wil daarmee stoppen de andere helft juist niet.
Omdat we er net waren kan ik niet nalaten  daar ook iets aan toe te voegen. Daar zit u natuurlijk net op te wachten.
Ik ben er 100% van overtuigd dat geld dat, op wat voor manier dan ook aan zo'n land geschonken wordt nooit op de goede plaats komt. De overheid en alles wat daar op lijkt is door en door corrupt, hard en meedogenloos. Als het geld gegeven wordt aan plaatselijke organisaties, ook dan zullen ze zich dat geld of goederen gewoon toe-eigenen. Bovendien familie gaat altijd voor, dus daar gaat het al mis.
Je ziet volop, vaak vette ambtenaren, die overdreven amicaal omgaan met de mensen die zich heel onderdanig gedragen. U mag raden hoe dat komt. Voor alle diensten moet worden betaald. Ook voor diensten die niet geleverd worden. Er wordt gegeten en gedronken op kosten van de straatarme gemeenschap. Dat is de cultuur. Ook hier nemen de vrouwen geen deel aan het openbare leven. Zoals het bij ons in de Middeleeuwen was met de adel en het gewone volk.
Geen geld dus. Wat dan wel? Eerlijk gezegd weten we het ook niet. Geld steken in opleidingen lijkt ons het beste. In de gezondheidszorg, visserij, of landbouw. De opleiding hoe maak ik geen kinderen zou de allerbelangrijkste cursus zijn, want kinderen maken dat kunnen ze!
Wat verder opvalt in de meeste ontwikkelingslanden  zijn de brandstof prijzen. 15 of 20 cent is heel normaal bedrag voor een litertje. In plaats van belasting te heffen wordt brandstof dus zwaar gesubsidieerd. Het gevolg is natuurlijk een enorm energieverspilling en vervuiling. Met ontwikkelingsgeld subsidiëren we indirect  dit soort zaken. Dat is toch te gek voor woorden. Wij als zeilers zijn natuurlijk wel erg blij met de goedkope brandstof. Dank u wel arme landen.
Onze mening dus. Voor  andere meningen zijn waarschijnlijk ook argumenten.
Nog een advies. Als er mensen zijn die een ontevreden gevoel hebben over de situatie in Nederland, de gezondheidszorg, onderwijs,  huisvesting, inkomen om maar wat te noemen, dan is daarvoor een prima remedie. Boek een weekje vakantie naar Eritrea of  Sudan en u zult nooit meer ontevreden zijn.
Bovenstaande wordt geschreven voor de kust van Egypte. Er is een gunstige weersvoorspelling voor de komende dagen. We willen daar van profiteren om te proberen in een ruk naar Suez te varen. We komen uit Port Ghalib.  De eerste tekenen van een “beschaafde” wereld. Een uit de grond gestampte urbanisatie. Een combinatie van jachthaven en de meest  denkbare luxe resorts.  Alles nog nagenoeg leeg. Wie wil hier in  hemelsnaam naartoe? Een lekker wandelingetje door de woestijn? Ik moet eerlijkheidshalve wel bekennen dat een warme douche na drie maanden wel heel erg lekker was. Wat we allemaal zien is natuurlijk heel interessant en hoort bij een wereld reis, maar na zes jaar de mooiste gebieden van de wereld te hebben gezien is dit wel een tegenvaller.
Als we het Suez- kanaal halen, gaan we proberen de boot ergens een weekje te parkeren en over land Egypte  bekijken.
We zijn in Suez! Gewoon doorvaren was er echter niet bij. De weersvoorspelling was steeds geen, tot zeer lichte wind. De praktijk, windkracht zes uit het noorden. Twee keer zijn we gevlucht naar een verlaten ankerplek. Gelukkig overdag want 's nachts beschutting zoeken is onmogelijk. Na drie dagen wachten klopte de mooi weer voorspelling een keertje wel en konden we doorvaren. Hoera, we zijn echt blij dat we de Rode Zee hebben gehad. De volgende stop is Turkije, waar we de boot een tijdje willen achterlaten om naar Nederland komen. Eerst nog even een weekje piramidetjes kijken.
Hg,
Ton en Anja

Finike, Turkije 13-5-2008

Beste familie, vrienden en bekenden,

 

Het verwachtingspatroon van de Egyptenaren klopte uitstekend. Via de zeilers tam tam, hadden we gehoord dat ze onbetrouwbaar zijn, dat ze liegen, bedriegen, stelen, schreeuwen en onbeschoft zijn. Nu, dat klopte allemaal in ruime mate. Zelf zou ik er nog aan toe willen voegen dat ze behoren tot de  klootzakken in de zwaarste categorie. Ik druk me dan nog gematigd uit. De goeden moeten hier maar even onder de kwaden lijden. Een niet te geloven verschil met de andere Arabische landen waar we onlangs geweest zijn. Waar gastvrijheid, hulpvaardigheid en wellevendheid de boventoon voerden. Het is heel erg jammer dat al die mooie historische dingen in Egypte staan en niet in een wat beschaafder land. De beschaving is hier 3000 jaar gelden gestopt en nooit meer teruggekeerd. Het woord Egyptenaar geeft het al aan, want er zit duidelijk 'naar' in.

We hebben de verplichte toeristische highlights bezocht in Cairo, Luxor en Aswan. Dat is natuurlijk stom, want dan ben je met nog duizenden andere slachtoffers. Wel is het allemaal heel indrukwekkend. De bouwvolumen zijn enorm. Niet voor te stellen dat ze dat 5000 jaar geleden hebben gebouwd.

De Egyptenaar, maar ook de Egyptische overheid ziet de toerist als een domme wandelende portemonnee waar je op niet subtiele wijze zo veel mogelijk uit moet zien te halen. Het is echt niet te geloven.

In feite is Egypte een spotgoedkoop land. Ook als je wordt afgelegd. Het gaat dus niet alleen om het geld, maar vooral om de manier waarop. Het is misschien wel aardig om een paar voorbeelden  te geven.

Toegang tot een officiële attractie zoals een tempel. Voor toeristen 10 € voor Egyptenaren 40 cent.

De officiële verkoper van metrokaartjes vroeg ons zonder een spier te vertrekken 1 € in plaats van de geldende 20 cent. Voor een taxi rit van 1 € vraagt de chauffeur er gewoon standaard 10.  Er zijn sukkels die dat ook betalen. Met een busje, bijna net zo comfortabel, kost dezelfde rit 10 cent.

Mensen durven vaak maar één keer over een markt. Ontdaan komen ze er af vanwege de agressieve benadering van de verkopers. (Ze zijn dus nog stom ook)

Ik heb een techniek ontwikkeld om wegversperrende verkopers van repliek te dienen. Als ze in mijn loopweg gaan staan, stap ik op hun voet, loop tegen ze aan en zeg beleefd sorry. Bij voorkeur het standbeen kiezen. Dat vereist wel enige ervaring. (Thuis oefenen!)  Als ze niet vallen doet het in ieder geval behoorlijk zeer. Ik moest er van Anja mee stoppen want het gaf te veel consternatie op de markten.

Als je de weg vraagt, lopen ze vriendelijk met je mee en vragen achteraf geld, of ze brengen je de verkeerde kant op, naar een winkeltje waar ze een aanbreng premie krijgen.

We parkeerden eens een paar gehuurde fietsen bij een tempel. Toen we terug kwamen  had zich er een politie agent bij geposteerd en vroeg om oppas geld. Ik heb hem een akelige ziekte toegewenst en voor de rest natuurlijk niets gegeven. Onze boot werd gemeten voor het kanaal. De man wilde cadeautjes. Niet gegeven. Het gevolg is waarschijnlijk wel dat we te veel betalen voor onze transit. De loods wil extra geld. Nee, voor Egypte een negatief reisadvies. Niet heengaan!

Wel hebben we prettig gereisd. Met de nachttrein van Cairo naar Aswan, superdeluxe! Eigen kamertje in de trein met wastafel en twee bedden. Diner en ontbijt. Drie dagen met een boot all-inclusive over de Nijl. Vijf sterren. Super walgelijk goed. Met een hapje en een drankje zie je alle eerder genoemde ellende langzaam en op afstand aan je voorbij gaan. Dat is pas fijn! Al met al hebben we het niet slecht gehad. Wanhoop niet als u toevallig al geboekt heeft. Met bovenstaande informatie in het achterhoofd, kunt u het best naar de zin hebben. Wij zullen er alleen nooit meer vrijwillig naar toe gaan.

Het Suez kanaal doe je in twee etappes. (twee dagen) In het tweede deel van onze tocht door het kanaal hadden we nog een incident. We gingen met vijf boten door het kanaal. Helaas was er voor ons geen loods. Na enig aandringen mocht ik achter een andere boot, met loods, aanvaren. Wij blij, omdat we niet zo'n vervelende bedelende klier aan boord zouden hebben. Na een uur krijgt die boot voor ons motorpech! Ik heb hem terug moeten slepen naar de haven. Dat is tegen de regels, maar anders had het die boot een vermogen gekost aan sleepkosten. Dat we een flinke vertraging hadden is natuurlijk balen. Vergeleken met het motorpech slachtoffer is dat natuurlijk niets. Die is hier echt de pineut.

We zijn vanuit Egypte in een stuk doorgevaren naar Finike in Turkije. We liggen nu in een jachthaven met water, stroom en draadloos internet. Geen geschreeuw, getoeter of oplichters. Het is geen echte toeristenplaats. Het lijkt hier wel aantrekkelijk voor een tijdje.

Minpuntje is de temperatuur. Begin mei en nog steenkoud! Heel anders dan in Nederland op dit moment. De zon schijnt wel volop, dus overdag is het wel te doen. 's Nachts slapen we onder een dekbed! Ook gaan de bootmensen hier anders met elkaar om dan we gewend zijn. Het is allemaal veel afstandelijker. Er liggen veel Duitsers die hier al jaren op hun boot wonen. Eerlijk gezegd hebben wel een beetje heimwee naar Azië, de Pacific of de Carieb om maar wat te noemen.

We hebben een ligplaats voor langere tijd besproken. 15 mei om 8.50 in de morgen komen we aan in Groningen. De enige plaats waar nog een betaalbare vlucht naar toe ging. Voor ons nog één, voor u twee nachtjes slapen. Zo gauw al!

We gaan dus weer een tijdje naar Nederland. Ons bemoeien met de kinderen, kleinkinderen, familie en vrienden. Alle dingen doen die we lange tijd hebben gemist.

Het volgende mailtje zal dus nog wel een tijdje op zich laten wachten. We hebben nog geen vaste plannen. Ik zal het schrijven  van de verhaaltjes wel missen.

We willen toch graag contact houden. Hoe dan wel? Als u het nog niet gedaan heeft, installeer Skype op uw computer. (skype.com) Heel makkelijk te doen, veilig en het kost niets. Onze Skypenaam is ahhierck. Als we online zijn kunt u dat zien en even wat laten horen. Wat is uw skypenaam? Geef het even door, wij kunnen u dan ook zien. Het werkt fantastisch. U kunt er trouwens ook heel goedkoop mee bellen.

Ons rest nog jullie te bedanken voor het opgebrachte lezersgeduld. Wees voorzichtig op uw vakantie. Het gaat u allen goed.

Hg,

Ton en Anja

 

Ps. Als we in Nederland zijn zal ik echt eens onze internet site bijwerken.


4-4-2009

Beste familie, vrienden en bekenden,
Soms zit het mee, soms zit het tegen. Dat zou een goede titel voor dit verhaal zijn. Voor sommigen is onderstaande deels oude koek (niet alles!) Ik weet niet meer wie ik wat geschreven heb dus toch meer even van af het begin, maar dan in telegramstijl.
Half december zetten we de boot op het droge in Turkije en brengen voor het eerst in 6 jaar de kerst in Nederland door.

Begin januari krijgen we er een prachtig kleinkind bij. Daarna verdwijnen we voor drie geplande maanden naar Azië. Zonder boot. Eigenlijk als twee bejaarde overwinteraars. Hoe zal dat bevallen? Luister en huiver!

Eerste bestemming is Pattaya. Het Sodom en Gomorra van Thailand. Een hoog “vieze oude mannen” gehalte. Niets voor mij natuurlijk. Dat snappen jullie onmiddellijk.
Toch wel een leuke tijd gehad. Een aantal oude bekenden gezien. Nee, niet die meisjes natuurlijk! Na 4 weken was het mooi genoeg en zijn we naar Langkawi in Maleisië vertrokken. Een oude bekende plaats waar we lang met de boot zijn geweest en goede herinneringen aan bewaren.
Eerder schreef ik hierover het volgende.

De reis naar Langkawi verliep probleemloos. Eerst diverse bussen, de trein, weer bussen, de ferry, en de taxi. Bij elkaar ca. 30 uur. Incl. slapen in een comfortabel schuddend trein bedje.
De volgende dag een brommertje gehuurd. Ik zeg altijd, het zijn gevaarlijke dingen, eigenlijk niet doen. Nou dat klopt dus! Na duizenden kilometers zonder problemen gereden te hebben, wierp een
auto zich uit parkeerstand tussen het rijdende verkeer in. Alleen wij zaten in de weg. Er was geen houden aan. Boem!!! Ik waarschijnlijk een hersenschudding. (ik was even buiten westen en heb behoorlijke koppijn gehad) en Anja haar pols gebroken. Uiteindelijk heeft die uit parkeerstand komende lul zich uiterst netjes gedragen. Ons naar het ziekenhuis gebracht, voor de brommer gezorgd, enz. Behoudens dat Anja nog voorlopig in het gips zit is alles weer redelijk normaal. De
brommer is ingeruild voor een auto.
Ik had tegen de behandelende arts gezegd: als je in de buurt bent moet je maar eens langs komen. Gisteren om 10 uur 's avonds stond hij hier op de stoep. Hij had nog fruit uit eigen tuin ook bij zich. Ook de politie (met de familie) komt bij ons op visite en doet er heel veel moeite voor om ons de tegenpartij aansprakelijk te laten stellen. U hoeft alleen maar dit formulier te tekenen. Een advocaat regelt het dan voor 30% van de opbrengst. (2000 Euro zeggen ze) Ik weet zeker dat ze dat geld in eigen zak willen steken als ik het land uit ben. Dat doen we dus niet want de aanrijder heeft zich van zijn beste kant laten zien. De financiële schade is zeer beperkt want de medische zorg
is hier zo goed als gratis. Voor Anja: 3 foto's, narcose, arm zetten, gips en medicijnen 10 Euro. Iedere volgende behandeling ook 10 Euro. Voor een Maleisiër zou het 1 euro geweest zijn.
We zitten nu in een aardig appartement bij een weergaloos strand. Het eten is hier super en de drank veel te goedkoop.

Inmiddels is Anja uit het gips. Misschien is goedkoop toch wel duurkoop. Arm, pols en hand zien er volgens ons niet goed uit. We hebben getracht ons door de verzekering te laten repatriëren. (FBTO!)
Ze vonden het niet urgent genoeg. We hebben besloten om eerder op eigen kosten terug te komen en hebben de terugreis met veel bijbetalen omgeboekt.
Ik schrijf dit verhaal vlak voor vertrek uit Bangkok. Ik verstuur het zo gauw we in Nederland zijn. (over een paar dagen) We hebben heel veel via de mail en telefoon moeten regelen, maar op 8 april is vanaf hier een afspraak gemaakt met een orthopeed. We hopen er maar het beste van.
We kunnen ons kleine leed wel makkelijk relativeren. In de gips periode is 30 km bij ons vandaan een Engels jacht overvallen. De mannelijke helft van het echtpaar is met zijn eigen hamer doodgeslagen en overboord gegooid. Een aantal van jullie hebben ons op dat gebeuren attent gemaakt. Het is ook de Nederlandse pers niet ontgaan hebben we begrepen. Heel goede vrienden van ons waren weer vrienden van dat echtpaar. Hij schreef ons een aantal mailtjes uit de eerste hand over het gebeurde. Ik plak de eerste van de reeks voor de geïnteresseerden onder mijn verhaal. Het is waarschijnlijk dat wij het echtpaar vorig jaar ook hebben ontmoet. We hebben er wat vage beelden bij. Een gruwelijk verhaal. Toch ook wel triest voor de daders. Nog kinderen! Een verschrikkelijk jeugd in Myanmar. Vervolgens kindslaaf bij Thaise vissers. Zwemmend ontsnappen. Dan het delict en vervolgens de strop. Niet erg leuk voor een vijftien jarige. Tot hier de ellende.
We zijn dus terug en hebben gepland om half mei weer naar de boot te gaan. Een weekje klussen en dan de laatste etappe. Medio september denken we in Nederland aan te komen. Waarschijnlijk komen we terug via de Franse kanalen. Met onze diepgang moet het net kunnen. We hebben dat altijd al eens willen doen.
En dan? Overwinteren als bejaarden is voor ons veel te gevaarlijk is gebleken. Ook kan ik mijn dag niet vullen met een boek, een puzzeltje en op het strand zitten. Dat weet ik nu zeker. Er wacht ons nog een groot luxe probleem. Wordt vervolgd.
Hg,
Ton en Anja

Ps. Het goede nieuws is dat we een officiële woonvergunning hebben
gekregen voor ons hutje op de hei in Drenthe.
Het adres is : H. Reindersweg 28-45a
                      7933 TW Pesse
                      Tel. 0651985392



Amoenitas
Royal Phuket Marina
Thailand

It is in a state of grief and disbelief we write this account of the recent tragic event which culminated in Malc's murder, to inform mutual cruising friends as well as others sailing these waters. Some of you may have read media reports but this is a succinct version of
Lindie's own story  :-

On Tues 24th March Mr Bean was lying to a buoy off the SE side of Koh Adang in the Butang Group (20nm NW of Telaga, Langkawi). At around 00.30 three teenage, illegal immigrants from Myanmar swam out and climbed aboard, where they attacked Malc in the bow incapacitating
him, then Lindie in the aft cabin. She was trussed with rope. Malc subsequently came round and challenged them, telling them to get off the boat. Lindie heard a scream then nothing more.

They eventually came to get her to assist in starting the engine. As she went through the saloon she realised that the sticky substance beneath her feet was a large quantity of thick blood. She was returned to the forepeak. They stormed off at full throttle for around six hours probably heading east around the north of Koh Tarutoa before anchoring in a bay on a small island about 1nm off the Thai mainland near Langu. There they trashed the boat before leaving at around 10am in the dinghy with an unreliable 2HP engine. Lindie managed to escape, start the engine and get up the anchor before they could paddle back to Mr Bean.

She went to a nearby fishing fleet to get help and when the Taratoa Park Rangers and police arrived, they took-off and quickly arrested the attackers. Lindie was detained in hospital, very distraught and
bruised by hammer blows and bindings. We think Malc's body was thrown overboard within an hour of the boat setting off and it has not as yet been found. The hammer an knife used in the attack were both from Mr Bean.

This we believe may be a one-off in special circumstances where the three Myanmar culprits escaped from a Thai fishing boat where they were been treated as slaves. How what they claimed was a raid to get food went so terribly wrong we will never know. They were all in their teens, the youngest being 15. Perhaps a return to the Caribbean tactic of locking yourself in at night when in remote anchorages should be considered.

Words cannot discribe the exceptional support that Lindie has received from the British Embassy, Royal Thai Police, Hospital and Tourist Authority. There have been countless expressions of kindness from every quarter.

We were involved when, along with the family, Lindie told the embassy staff of Dave & Di on Amoenitas in Phuket. The local Honourary Consul traced us to the hardstand at the Royal Phuket where the teak decks are being replaced. We took-off in a car on a seven hour drive to be with her for the day before their four children arrive.

This is a very brief description of a long and harrowing experience during which Lindie spent the whole night pleading for her life. There is much, much more to tell but not in this format.

May you always cruise in secure tranquility,
 Dave & Di


4-6-2008

Beste familie, vrienden en bekenden,


Ik voel me net zo een afvallige als Andries Knevel. Eerst even de realiteit. We varen weer! Na een jaar lang lanterfanten zijn de touwtjes definitief losgegooid voor de laatste etappe. Turkije-Nederland. Wel een beetje op halve kracht, want na ons motor ongeluk is Anja d'r hand nog behoorlijk gehandicapt. Ze zal zo goed als zeker geopereerd moeten worden als we terug zijn. Maar voor dat zover is, moeten we nog een eind gaan.
De voorlopig geplande route. Egeische zee, kanaal van Corinthe, Ionische zee, om de laars van Italie heen, Sardinie, Corsica en dan de Franse kanalen. Dat laatste is altijd al een wens van ons geweest en nu komt het mooi uit. We zien wel erg op tegen het neerhalen van de masten en de chaos die dat met zich meebrengt. Dat varen gaat trouwens maar net. Onze hoogte en diepte zijn precies aan de maximum maat. Medio september zijn we terug denken we. Einde van een weergaloos avontuur. (En wat dan??)
Terug naar het begin. Mijn leven lang draaide het om wind en water. Waar andere pubers droomden van brommers, fantaseerde ik over bootjes. Ik heb er ook heel wat gehad. Kano's, jolletjes en scherpe jachtjes. Toen het fatale moment. Anja, kinderen en dus kajuitbootjes! Scherpe, platte, snelle en langzame. Het zijn er velen geweest. Altijd een beetje minzaam omgezien naar de gemotoriseerde vloot. Wat een vergissing!
Vanaf de Rode Zee tot Nederland heeft en zal onze motor voor 80 % aanstaan. We zetten natuurlijk als de motor loopt de zeilen ook wel eens als een super vlag voor de show bij. Dat staat zo leuk! De
zeilers die we om ons heen zien doen het niet veel beter. Wat kwellen we ons zelf. Voor die 20 % zeiltijd, zeulen we tonnen ballast mee.
Obstakels boven en onder water. De boot ligt vol met touwwerk en dingen waar je je aan kan stoten. Vooral je kop en je tenen zijn populair. Die grote zware rot zeilen moet je altijd maar weer opdoeken en wegbergen. Verder heb ik ook maar niet over de kosten. Ik heb gelukkig al afstand gedaan van die onzinnige metertjes om nog een tiende knoop harder te kunnen. Net is er naast ons een motorboot komen liggen. De mensen zitten vlak na aankomst al in mooie houten stoeltjes
op een vlak dek lekker "dek-adent" een glaasje koude witte wijn te drinken.
U hoort het, helemaal de weg kwijt. Ben ik dan geen zeiler meer?
Waarschijnlijk toch nog wel. Alleen ik ben terug bij af. Echt zeilen doe je in een BMetje of een Valk, een Laser of een zeilplank. De wind en het water voelen in je lijf en je handen. Vertelt u dit verhaal alstublieft niet verder. Mijn vrienden kring wordt steeds kleiner. Als de zeilers nu ook nog afvallen. Mondje dicht dus. Ik zal dit alles trouwens keihard ontkennen.
Ons vertrek uit Turkije was wel grappig. De vaarvergunning was verlopen. Een nieuwe kost 60 E. Sinds kort moet zo'n aanvraag via een agent lopen. Ook 60 E. Er was ook nog het risico voor een boete omdat onze vergunning al verlopen was. Varen in Turkije hoefden we nauwelijks
meer. Nu wil het geval dat je niet kan uitklaren zonder geldige vaarvergunning. We hebben de haven betaald tot vrijdag. (Vrijdag als misleiding want de broer van de haven meester is de agent) We zijn donderdag in alle vroegte stiekem weggevaren zonder uit te klaren. Voor de grap zeg ik tegen Anja: de coastgard start zijn motor. Dat is de goden verzoeken. We zijn een kilometer uit de haven en zien dan de marine met een patrouille vaartuig achter ons aanstormen. Wat ik zei is niet voor publikatie geschikt. Het liep goed af. Een vriendelijke groet en ze stoven verder. Pfff.
De havens in de Middellandse Zee zijn overigens veranderd in grove geldmakerijen. Op een onbeschofte manier wordt er geld gegenereerd met minachting voor de watersport. Als het aan ons ligt doen we het met anker baaitjes. Daar zijn er hier gelukkig nog genoeg van.
We varen nu ergens tussen Kalymnos en Amorgos. De motor staat natuurlijk bij want er is geen wind.
Als we een open wifi hotspot vinden zullen we dit versturen. Laat eens wat van u horen. Een mailtje van wie dan ook, is voor ons een belangrijke gebeurtenis.
Hg,
Ton en Anja


23-6-2009

Beste familie, vrienden en bekenden,


Eenvoud is het kenmerk van het ware. Dat geldt niet voor onze reis door de Egeische zee. Een verspreide berg kale rotsen in onbetrouwbaar water. Windstil of veel wind, het laatste vooral van de verkeerde kant. Homo wind noemen we dat. Niet dat we daar veel last van gehad hebben. We zijn er mooi doorheen gezwijnd. Voor en achter ons de verkeerde wind en wij er tussenin. Zoals gezegd vielen de meeste eilanden ons wat tegen. Ze zijn kaal. De bevolking bestaat voornamelijk uit uitbaters. Die staan je de hele dag uitnodigend  met geile blik naar binnen te lokken. Gadverdamme, wat hebben we daar een hekel aan. Het liefst zou je zeggen: meneer of mevrouw, haal alstublieft die afschuwelijke grijns van uw smoel. Zo' n zin is natuurlijk niet te vertalen.
We hebben ook leuke dingen gedaan. Lekker gefietst op Kos. Puin bekeken op de Acropolis en in Corinthe. We hebben gevaren door het gelijknamige kanaal. Een gleuf van 25 mtr breed dwars door de bergen. Een auto gehuurd op Kefalonia
Af en toe hebben we in mooie heldere baaitjes gelegen. Mensen zwemmen soms met een open mond half onder water langs onze boot. Dat kan wel wat onfris voor ze zijn als je net een grote boodschap door het onderwater toilet geperst heb.
In Nederland hebben ze daar iets op bedacht. Men wordt verplicht een vuilwatertank aan boord te hebben. De boodschap wordt dan via slangen en afsluiters naar een tank gepompt. Vandaar kan je hem weer overboord pompen. Heel handig, want ik geloof niet dat veel mensen moeilijke toeren uit gaan halen om de blubber aan de wal te brengen.  Plaats voor een vuilwatertank is er in de boot natuurlijk niet. De commercie speelt er handig op in door elektrische toiletten aan te bieden met elektrische pompen en afsluiters. Een generator is dan natuurlijk ook nodig, een extra dieseltank en andere ellende. De watersportbladen en de ANWB doen hier braaf aan mee. De adverteerders bepalen natuurlijk het beleid.
Nu de eenvoud. We hebben hier een stukje opgevaren met een kennis die we toevallig zijn tegengekomen. Hij is met zijn boot via de Donau hier naar toe gevaren. Voor een aantal ex collegae geen onbekende. DvD te Z van Jus, en zijn vrouw. Ze hebben ons pad al vaker gekruist. Hij had een betere oplossing tegen de vervuiling van haven en de ankerplaats, want onfris dat is het, daar ben ik het helemaal mee eens. Zijn oplossing: een plastic vuilniszak in het leeg gepompte toilet! De rest
laat zich raden. Zulke eenvoud, daar houd ik van. Ik heb het idee wat verder uitgewerkt. Een plastic tasje van de Aldi of Lidl kan natuurlijk ook. De doorzichtige zakken van de groente afdeling van Albert Heijn of de Jumbo zijn om duidelijke redenen af te raden. In plaats van het toilet kan je natuurlijk ook een puts of een pan gebruiken. Rest nog het probleem of de zak in de groene of de grijze bak moet. Dat laat ik aan uw geweten over.
Kijk dit is nu een een praktische oplossing. Het bespaart duizenden Euro's en het werkt heel wat beter dan waartoe die achterlijke onrealistische regeltjes ons toe dwingen. VROM-ers die dit lezen, schuif deze mail onder de deur van de minister door. Ze heeft dan een beter item dan haar spaarlampjes. Deze minister had trouwens een briljant idee. We gaan energie besparen in de overheids gebouwen. Gierend van het lachen heb ik dit aangehoord. Ik geloof dat dit idee sinds 1973 al drie keer in vijf jaren plannen is uitgevoerd. En iedere keer hebben we 50% we energie bespaard. Op papier natuurlijk. Voor minder deden we het niet. Dat kan nog wel een keer.  Wat een armoedig beleid. En dat in zulke zware tijden.
Nu zitten we in de Ionische zee. De natuur is hier veel mooier. (vinden wij) Helaas hier ook weer de overmaat aan uitbaters. Waar normaal in de havens bolders horen te zitten om je boot aan vast te leggen, staan hier terrasstoeltjes en tafeltjes. Niet echt solide. Ik overdrijf niet. Alle havens staan rondom helemaal vol met terrasjes. Te gek voor woorden. Nee, dan nog liever de Hoogeveense vaart in Drenthe.
Waarom alweer een mail? We liggen hier tussen de terrasjes (wat een rot herrie!) te wachten op een gunstig weerbericht om in een ruk naar Sardinie te varen. Internet wordt de komende tijd wat schaars denken we.

Ook uw leuke reacties hebben ons natuurlijk enthousiast gemaakt.
Persoonlijk reageren lukt door de beperkte internet mogelijkheden momenteel niet, anders zouden we dat zeker doen. Wij wachten nog even tot de lage druk boven Italie is opgelost. en dan gaan we.
Hg,
Ton en Anja


2-7-2009

Beste familie, vrienden en bekenden,


Vanaf nu zullen we voorlopig zoutloos verder moeten leven. Een vervelende diagnose. De afgelopen weken zijn we tot de conclusie gekomen dat de kortzichtige en bekrompen mensen onder ons, die gebukt gaan onder vooroordelen over Duitsers, Fransen, Belgen en vooral Italianen het
eigenlijk bij het rechte eind hebben. Wees dus gerust, jullie zijn niet kleinzielig maar hebben helemaal gelijk. Ik heb het natuurlijk niet over Eskimo's, negers, joden en Arabieren want dat is me te link.
Na Griekenland kwamen we aan in Reggio di Calabria. De punt van de Italiaanse laars. Hier schijnt de maffia het sterkst vertegenwoordigd te zijn. We werden ontvangen door een onbestemde official. Zo uit de filmstudio. Een sportschool type met anabole armpjes, zwierig uniformpje met dito petje. Net een opblaaspop. Vol met het Italiaanse bla, bla, bla, waar de vrouwen zo gek op zijn en ik er daarom waarschijnlijk zo de pest aan heb. Charmant lachend zonder schaamte vertelde hij dat we 50 euro moesten betalen voor een vieze betonnen steiger zonder faciliteiten, waarin je ook nog lag te schudden door de golven van de langs racende ferry's naar Sicilië. Dan maar naar de industriehaven verhuisd. Zelfde kwaliteit, maar in ieder geval gratis. Onmiddellijk kwam de tweede Italiaan uit het vooroordelen boek naar ons toe. In een taxi. Driftig begon hij behulpzaam en verkeerd aan onze lijnen te trekken. Veel kabaal en "mama mia's". Hij bleek niet alleen taxichauffeur te zijn, maar ook shipchandler, drogist, auto verhuurder, arts, reisleider, kleermaker en reder. Op de komisch
bedoelde vraag of hij ook pizza's verkocht, kostte het veel moeite om ze weer af te bestellen. Je moet voorzichtig zijn met dit soort lieden, want je kunt ze nodig hebben als je in de problemen zit. Dus afpoeieren op een zo prettig mogelijke manier. Een van mijn vele zwakke punten.
De volgende ochtend lagen er heerlijk verse croissantjes in de kuip. Een cadeautje van onze Mario. Een half uur later kwam hij vragen of ze lekker waren. Pure chantage natuurlijk, maar toch wel grappig bedacht.
Onze buurman heeft hij later geholpen aan jerrycans. Voor een redelijke prijs overigens. Hij was dus toch wel ok. Aan ons heeft hij niets kunnen slijten.
In Sardinië, de volgende stop, hebben we 8 dagen verwaaid gelegen. Wat een rot klimaat in de Med. Onbetrouwbaar en bloedheet.
We lagen er aan de Costa Smeralda. Het meest luxueuze watersportgebied ter wereld. Er kwam een mega jacht bij ons aan de kade even bunkeren. Een boot van een farmaceutisch bedrijf hoorden we. Om klanten te fêteren natuurlijk. (Nora???) Wij moesten allemaal ophoepelen. De autoriteiten waren op zeker omgekocht. Er kwamen twee tankwagens met aanhanger van Agip een beetje diesel brengen. Meer dan 60.000 liter schat ik. Dat bleek niet goed genoeg van kwaliteit. Het moest er weer uit en vervolgens andere er weer in. Verschillende tankwagens met water rukten aan en vrachtwagens met versnaperingen. Twee dagen de brandweer permanent paraat op de kade. Het bootje kon weer vertrekken en wij weer terug op onze plek. We hebben tientallen van dat soort
boten gezien en honderden in iets kleinere uitvoering. Om klootjesvolk zoals wij te weren uit de jachthavens, vragen ze minimaal 120 euro per nacht. Als je in Soedan en Eritrea geweest bent en je ziet dit spektakel, dan weet je zeker dat de wereld niet deugt.
Over dat onbetrouwbare weer gesproken. We kregen in die tijd een mailtje van Australische vrienden, die 22 juni bij Elba voor anker lagen. Er was een niet voorspeld noodweer opgestoken. Zij lagen voor anker. Een losgeslagen collega ramde hun boot. Zij daardoor weer een ander. Op de motor hebben ze heen en weer kruisend de ochtend gehaald. Flinke schade aan de boot. Door de stress heeft zij hartklachten gekregen. Ze ligt nu nog steeds in een Italiaans ziekenhuis. Het gaat
trouwens nu veel beter met haar. Ze stoppen voorlopig wel met varen. De boot gaat ergens op het droge en zij terug naar Australië. Weer een baantje zoeken op je 60e. Een droom is nachtmerrie geworden.
Zo niet bij ons gelukkig. We zijn veilig aangekomen in Port St-Louis in Zuid- Frankrijk. De masten zijn er inmiddels afgehaald. Wat een rotzooi aan dek! Momenteel loeit er een mistral over ons hoofd. Lekker veilig liggen we hier aan een steiger wijn, kaas en stokbrood te consumeren. Vive la France! Je kan zeggen wat je wilt van die Fransen, maar ze zijn een stuk prettiger in de omgang dan de Turken, Grieken en Zuid Italianen. De havenmeester hier, is niet het criminele neefje van de peetvader, maar iemand die iets met bootjes heeft. De dienstverlening gaat hier niet alleen tegen betaling. De mannen die je masten strijken, weten waar ze mee bezig zijn. Dat voelt een stuk
beter aan. Wat ons betreft mag Europa een stuk kleiner worden.
Er liggen hier nog twee Nederlanders. Alle twee, u gelooft het niet, uit Castricum!! Genoeg onderwerpen voor conversatie bij de borrel.
Na ca. 35.000 zeemijl in zeven en een half jaar op zout water, verruilen we dit al heel gauw voor het zoet van Rhône. Er is nog 850 mijl te gaan. We zullen daar een week of zes over doen. Het wordt
allemaal heel anders. Dat is zeker.
Hg,
Ton en Anja

Ps. Mocht u in de komende tijd op vakantie zijn in Frankrijk of Duitsland (we gaan vermoedelijk ook over de Moezel en Rijn) en behoefte hebben aan een verfrissing, dan een smsje naar 0651985392 en wij geven onze positie door. U bent welkom.


12-8-2009

Beste familie, vrienden en bekenden,

Heb jij dat grote vracht schip wat recht op ons afkomt gezien Ton? Eh, waar, shit!! Hard aan het roer draaiend zeg ik bits: ja, natuurlijk heb ik die gezien, ik ben niet blind! Nee, dat het binnenwater veilig is kan je vergeten. Los van bovenstaande hebben we al heel wat bijna ongelukken meegemaakt. Het begon al met de mast naar beneden halen. Ik had een paar steunen gemaakt die ik met tuien had vastgezet. Vrij hoog boven het dek omdat ik in Nederland een tent over het dek wil maken om schilderwerk uit te voeren. Medusa heeft na ruim 7 jaar afgebeuld te zijn, een behoorlijke opknapbeurt nodig. Mede door die grote hoogte bleek de constructie nogal zwak. Bij de eerste golfjes begon alles gevaarlijk te zwiepen en stortten de loodzware masten met toebehoren bijna op het dek. Een plaats waar wij natuurlijk vaak te vinden zijn. Bij iedere stopplaats kwamen er spanbanden en hulpconstructies bij. Het stond uiteindelijk redelijk solide. Op dat moment en natuurlijk niet eerder, kwamen we iemand tegen die zorgelijk naar onze hoogte keek. Er was ergens een brug verzakt in de Vogezen, nee, zelfs twee zei hij en dat bleek bij navraag ook nog waar te zijn. Drie dertig i.p.v. drie vijftig. Ik was drie vijf en dertig hoog! Ik zal u mijn geuite gevoelens besparen, want vloeken kan ik helaas als de beste. Na een echt ingrijpende operatie, zonder kraan, maar met behulp van een paar aardige en potige medevaarders is het gelukt hem op de goede hoogte te krijgen. Een bloedlinke klus eigenlijk.
We hebben een kleine 200 sluizen te nemen. 150 daarvan zijn 5m20 breed. Onze boot is 4m05. Met fenders aan beide kanten is dat zeker 4m60. Aan iedere kant een paar decimeter dus. Voor de leken: een boot stuurt anders dan een auto, ook al denken de kapiteins van de huurboten hier, er anders over. Een heel andere tak van sport dan oceaan zeilen. Iedere sluis met samengeknepen billen. Pfff. Dankzij de coaching van Anja is het weer een keer gelukt. Op naar de volgende, een kilometer verder. Driehonderd zeventig meter omhoog klimmen en dan weer naar beneden. Vandaag was er een grappig voorval. We kwamen zoals gewoonlijk heel zachtjes met boot en al in de sluis omhoog. Langzaam kwamen onze hoofden boven de sluiswand uit. Nietsvermoedend stond daar een man op een meter of vijf tegen een dun boompje onze richting op te plassen. Dat was even schrikken voor hem. Voor ons ook natuurlijk. Gauw afknijpen en hij droop letterlijk en figuurlijk af.
Ook onze diepgang is heel kritisch. Wij zijn 1m75 en de toegestane diepgang is 1m80 (en die staat ter discussie). We zijn dan ook al een paar keer genadeloos vastgelopen. Beangstigend, want we weten niet wat er nog gaat komen. Een drie dimensionaal probleem dus.

Wel kunnen we 's nachts lekker slapen zonder dat we het bed uitrollen. Wijn, kaas en vers stokbrood is overal te koop. Sociaal hebben we ook niet te klagen, want er varen een aantal gelijkgezinden dezelfde kant op als wij.
Mijn leven lang en dat geldt ook voor Anja hebben wij Franse stinkkaas verfoeid en mensen die het wel eten voor gek verklaard. Wat denkt u, we vinden het na 121 jaar ,onze gezamenlijke leeftijd, (bijna 122!) opeens lekker! Nee, erg lekker zelfs. Wonderen bestaan dus echt! Ons excuus aan de stinkkaas eters.
We klagen wel, maar die Franse rivieren en kanalen zijn werkelijk prachtig. Bovendien is het er, anders dan verwacht ongelofelijk rustig. Ook de Fransen die we tegenkomen zijn vriendelijk en
behulpzaam. Prima allemaal. Een absolute aanrader voor bootjes mensen. Ook met tent, caravan of camper zijn er prachtige plekken te vinden.
Trouwens nog een wonder, wij zijn nu al een eind naar het noorden gevorderd en we genieten van de koelte. (In de avond, want overdag is het nog behoorlijk heet.) Hoe is het mogelijk! Dat genieten zal trouwens wel niet erg lang duren. Dat weten we uit ervaring.
Dit zal wel eens ons voorlaatste mailtje kunnen zijn. Ik weet niet wanneer ik het versturen kan, maar ik schrijf het in de klim naar Epinal, het hoogste punt. Een week of drie van huis schatten we.
Eigenlijk niet voor te stellen. We denken er maar niet te veel over na.
Hg,
Ton en Anja

Ps. Het is alweer een week later. We zijn heel de kanalen doorgekomen al was het soms een dubbeltje op zijn kant. Momenteel liggen we ergens tussen Metz en Nancy. Nu de Moezel en de Rijn nog.

Ps2. Met het nogal gebrekkige (en idioot dure) internet onderweg in Europa zien we jullie mailtjes vaak pas in het internet café. Zoals nu bv., als we dit versturen. Door onze nog steeds stuntelige
typevaardigheid lukt het niet snel even een antwoord in elkaar te flansen. Lezen lukt prima. Bedankt daarvoor.


25-8-2009

Beste familie, vrienden en bekenden,

En dan opeens is het zover. We zijn weer thuis. Op 16 mei 2002 bij IJmuiden het zeegat uit. Op 21 augustus 2009 komen we bij Lobith een beetje onzichtbaar de grens over. Tussen die twee gebeurtenissen liggen ruim 30.000 zeemijl, heel veel landen en honderden ankerplekken.
Wat valt er nog te vertellen? Niet veel eigenlijk. De kanalen en rivieren tocht is goed verlopen. We waren geen Francofielen, maar Frankrijk vonden we eigenlijk een fantastisch land om rond te toeren.
Over de Duitse grens moesten we weer in de pas lopen. Het is nu allemaal voorbij, over en uit. De boot ligt in Zwartsluis te wachten op een opknapbeurt en wij zijn weer in Pesse.
Het was fantastische reis. Vaak wordt gevraagd naar de mooiste plaats die we hebben bezocht. Die mooiste plaats bestaat niet. Wel de mooiste plaatsen en dat zijn er veel.
We hebben ook vervelende dingen meegemaakt. Mijn moeder en zuster overleden toen we ver weg waren. We hebben van hen geen afscheid kunnen nemen terwijl we wisten dat het slecht met hun ging. Dat geeft een blijvend naar gevoel. De moeder van Anja overleed toen we in Nederland waren. Voor Anja is een gammele rechterhand een akelig souvenir. Misschien kan er nog wat aan gedokterd worden.
Voor mij is jongensdroom waargemaakt. Anja heeft een beetje mee gedroomd en is voor 100% dit toch wel riskante en onzekere avontuur aangegaan. Er zijn niet veel vrouwen die bereid zijn huis en haard op te geven en ruim zeven jaar de ontberingen van een zeereis kunnen ondergaan. Ze heeft er gelukkig minstens zo van genoten als ik. De heren die dit lezen kunnen best jaloers op me zijn.
Onze kinderen en aanhang gaan een zware tijd tegemoet. Pa en ma zijn weer terug! Het was net zo lekker rustig. Voor onze kleinkinderen zijn we natuurlijk vreemden. Daar moet wat aan gedaan worden.
Ik heb geprobeerd u een deel van onze belevenissen middels kleine verhaaltjes mee te laten beleven. Ik hoop dat het een beetje gelukt is. We zijn dankbaar voor de aardige reacties.
Wij gaan ons bezinnen op onze toekomst. Zeven jaar onrust is beteugeld en de geraniums liggen in het verschiet.
We hopen nog eens wat van u te zien en te horen. Het gaat u allen goed.
Hg,
Ton en Anja

Ps. Ik zal mijn website binnenkort afmaken tot een afgerond geheel.
Even geduld a.u.b.
http://home.deds.nl/~ahhierck/





 

 

ahhierck@gmail.com