In elke tekst over biermaken staat dat men dient te 'maisen'.
Wij vinden maisen onzin. De temperatuur in de maisketel is nooit overal gelijk,
het is moeilijk om een dikke mais te verwarmen boven een gasvlam want
vooral als je je pan goed vol hebt (En wie wil dat niet) ligt het risico van aanbranden
altijd op
de loer.
Wij verwarmen de avond voordat we gaan brouwen het water in onze 60 l. pan

tot 80º C, gieten er voorzichtig (want anders gaat het stuiven in de keuken en
dat ziet de verloofde niet zitten) bijvoorbeeld 15 kg gemalen lichte mout, en een kilo
gemalen chocolademout in, leggen de deksel er op, en gaan naar bed.
Op de eigenlijke brouwdag slapen we eerst uit, we hebben tijd zat, dan ontbijten we ,
en daarna openen we de brouwpan. we laten het hevelfilter tot op de bodem in de
drap zakken en dan kan het eigenlijke werk beginnen.



Dit is de hevelfilter: Een stuk 10mm koperpijp, in een spiraal gebogen. Het einde
wordt omhoog gebogen en loopt over de rand van de pan. Daar wordt een verbinding
gemaakt voor een slang.
De onderkant van de spiraal wordt op vele plaatsen een eindje ingezaagd, zodat er een
groot aantal gaatjes ontstaat.



De filter staat in de pan en hevelt naar de emmer, de geyser staat zo heet
mogelijk en spoelt water over de "bostel".
Doorgaan totdat het suikergehalte niet meer de moeite waard is, dat zie je al snel aan
de kleur van de wort.