Voortplanting

                                                                                                    

Bosuilen blijven heel het jaar door binnen in hun  nestgebied.
De eerste territoriale gevechten gebeuren rond oktober en november. De vrouwtje en mannetje zijn geneigd om meer en meer samen te roesten. In Europa broedt de bosuil rond midden-maart. Bosuilen broeden graag in holle bomen, rotsnissen,... Bij gebrek aan deze broeden ze in een nestkast.
Bosuil legt 2 a 6 eieren. De eieren zijn bijna rond en helemaal wit en ongeveer 46.7 x 39 mm  zijn. Normaal worden zij met intervallen van 48 uur gelegd en worden uitgebroed voor 28-29 dagen door het vrouwtje alleen. Wanneer het jong uitgebroed is, brengt de mannetje meer voedsel ofwel aan het nest ofwel te de vrouwtje. Zodra de kuikens zijn 6-7 dagen oud zijn kan  de vrouwtje het nest  verlaten om eten te zoeken. De ouders zorgen binnen drie maanden voor voedsel en dan verlaten dan het nest.

 

Kuikens van de bosuil

     De eieren van de bosuil  

De eieren van uilen zijn veel ronder en witter dan andere eieren van vogels. Vogeleieren hebben een schutkleur, maar uileneieren hebben geen schutkleur. Uileneieren hebben eigenlijk ook geen schutkleur nodig, want de eieren liggen toch verstopt in een hol. De reden dat ze wit zijn is, omdat de ouders de eieren ‘s nachts kunnen herkennen. De meeste uilen mannetjes helpen niet bij het broeden, want de vrouwtjes zijn sterker en groter. Dus kunnen ze het nest en de jongen beter verdedigen. In de broedtijd zijn de uilen erg agressief en misschien zelfs gevaarlijk voor mensen! Het vrouwtje wordt 3 weken lang verzorgd door het mannetje, want het vrouwtje moet de eieren uitbroeden dus het mannetje moet zorgen voor haar. Helaas voor het vrouwtje duurt dit maar 3 weken. De jonge uilen komen uit met gesloten ogen, want de ogen gaan pas na een paar dagen open. De jonge uilen worden ook wel “prullen” genoemd. De ouders voeden ze eerst met kleine stukjes die de ouders afscheuren van de prooi. Zijn ze wat ouder dan krijgen ze hele prooien. Als ze 5 tot 8 weken oud zijn verlaten ze het nest. Dan worden ze ook wel “takkelingen” genoemd. Ze verlaten het nest om de omgeving te ontdekken. Ze klimmen dan van tak naar tak. Het kan soms zijn dat tijdens zo’n verkenning wel eens een uil uit de boom valt, maar dan klimt de uil zo weer terug in de boom.