Apporteren met de clicker.

De IPO-examen/wedstrijd eisen zijn hoog, erg hoog. De hond moet netjes naast de baas blijven zitten terwijl deze het blok weggooit, wachten op het commando ‘Apport’, dan snel naar het apport, snel en correct oppakken, snel terug komen zonder te knagen, recht gaan voorzitten zonder te knagen, direct lossen na het commando ‘Los’ dan rustig blijven zitten, en na het commando ‘Voet’ direct en snel aan de voet gaan zitten.

Slecht apporteren kost je vele kostbare punten.

Er zijn vele methodes om het apporteren aan te leren, methodes met vele voor- en nadelen. Maak je de hond gek op het blok door ermee te gaan spelen dan gaat je hond knagen op het blok, wat je er weer door dwang uit moet werken, of hij vindt het blok zo leuk dat hij het niet meer wilt terugbrengen of niet wilt loslaten. Hoe meer druk je er dan op gaat zetten hoe vervelender de hond het vindt om het blok bij je terug te brengen.

Dan dwang-apport: er zijn vele manieren om dit toe te passen en maar weinig geleiders die hier echt kundig in zijn. Als je pech hebt gaat je hond het apporteren vervelend vinden, en gaat traag heen en komt traag terug.

Tegenwoordig is het apporteren met de clicker ‘in’. Deze methode heeft een hoop voordelen, maar ook zeker een nadeel: vaak zijn de honden te lauw. De baas concentreert zich op het correct oppakken en vasthouden maar vergeet de drift naar boven te halen. Of durft het niet ivm knagen, maar apporteren wordt dan saai! Toch hoeft dit niet. Het apporteren met de clicker waarbij de drift niet wordt vergeten kan juist een prachtige apporteer-oefening opleveren!

Voordat we beginnen met apporteren leren we de hond eerst de commando’s zit, voet, hier en los. Pas wanneer de hond dit kent, en de baas heeft een beloning waar de hond helemaal lijp van is (hier heb je dus weer de voordelen van Bernhard Flinks z’n methode) dan kunnen we beginnen met het apporteren.

Zet je hond voor je en laat hem het blok vastpakken, eventueel even wat drift opwekken als dat nodig is. Zodra de hond vast heeft: click en beloning. (bal!!!) Als je hond echt gek is van de beloning zal hij maar wat graag het blok aanpakken om daarmee z’n beloning te krijgen. Het blok is op die manier het middel om de beloning te krijgen en niet het doel!

Wanneer dit goed gaat, dus de hond heeft drift om het blok te pakken en hij lost direct om zn beloning in ontvangst te nemen dán gaan we een stapje verder. We laten de hond het blok vasthouden en gaan zelf een metertje achteruit. Commando ‘Hier’ en als de hond het blok blijft vasthouden zonder te knagen dan wordt er geclickt en beloont. Wanneer de hond tóch knaagt zeg je ‘Fout’ en doet de héle oefening opnieuw!

De afstand kun je steeds meer vergroten, daarna laat je pas de hond het blok halen vanuit de voetpositie. Let erop dat de hond zijn drift op de beloning hoog blijft, dat je alleen beloont voor het goede gedrag (bij fout gedrag de oefening opnieuw doen) en later beloon je alleen voor de snelste uitvoeringen.

Wanneer de hond het blok correct haalt, brengt en lost dan ga je variëren met je beloningen. De ene keer beloon je direct na het lossen en dan weer nadat de hond aan de voet is gekomen.

Wanneer het apporteren op deze manier correct is aangeleerd, krijg je een hond die graag, snel en correct apporteert! Een sleutelwoord hierbij is wel: Geduld. Niet te snel vooruit willen gaan, maar zorgen dat elke stap correct wordt uitgewerkt voor je aan de volgende begint.

© Saskia Stark.