Belevenissen Jachtvlieger J. Buwalda ; 3e JAVA Waalhaven

Als vlieger van de 3e JAVA steeg de ongeveer 40-jarige 1e luitenant-vlieger J.Buwalda om 3.45 uur als laatste van de G-1 jagers op van Waalhaven om de strijd aan te binden met de bombarderende Duitse vliegtuigen. Samen met 1e luitenant J.Wagener als zijn waarnemer wist hij in zijn G-1/330 enkele Duitse vliegtuigen neer te halen. Om 5.30 uur werd de G-1/330 zelf neergeschoten. Zwaar vernield kwam de jager bij Zevenbergen aan de grond.

Onderstaand een vrije weergave van verslag dat door Buwalda in 1946 werd geschreven. Voor de leesbaarheid zijn enkele tussenkopjes toegevoegd.

Engeland krijgt "een beurt"?!...
Bij het krieken van de 10e Mei of even daarvoor gewekt. Ik bevond me in de barakken aan de Kalkweg op de grens (Z-O) van het vliegveld. Ik moest me onmiddelijk melden op het bureau van kapitein Scholtmeyer. Ze snel als mogelijk meldde ik me en vond daar ook kapitein de Boestert, de luitenanten Woudenberg en Kuypers en sergeant Sipkes.
We hoorden een voortdurend zwaar gebrom van overtrekkende toestellen, komende uit Z.O en O. Het was nog te duister om te zien. Ieder was van mening dat Engeland "een beurt" kreeg. Na enige tijd van gebrom en betrekkelijke rust, terwijl het allens lichter werd, zagen we plotseling op zeer geringe hoogte een aantal toestellen in kiellinie naderen.

Bombardement
Ze wierpen bommen op onderkomens. Eigen luchtdoelartillerie begon direct te vuren. Kapt. Scholtmeyer trachtte Den Haag te bereiken per telefoon. Ook werd de sirene alarm in actie gebracht. Het bombardement dat Waalhaven direct hierop onderging, was van dien aard dat er reeds toen slachtoffers waren. Ook doordat het Holland personeel dat de gebombardeerde gebouwen ontvluchtte, door de boordvuurwapens van de bombers werd getroffen.
De Koolhovenfabriek brandde als een fakkel. En ook de gebouwen aan de Kalkweg (woonbarakken en kantines van militair vliegveldpersoneel) brandden reeds.

Eerste G-1 de lucht in...
Temidden van dit tumult is lnt. Kuypers gestart. Ik zag hem tussen de vijandelijke toestellen vliegen. Even daarna landde hij echter weer (motorstoring naar ik vermeen). Hij pootte de G-1 midden op het terrein neer zodat het een obstakel opleverde voor de rest. Vermoedelijk kon het echter niet anders.

Buwalda volgt met moeite...
Een auto zou de bemanning naar de toestellen brengen. De auto stond er wel, maar behalve ik kwam er niemand opdagen. Ik ben toen al vallend en opstaand naar mijn G-1 gehandicapt door vuur en scherven. Dit toestel stond aan de meest westelijke zijde van Waalhaven. In de richting Pernis.
Daar aangekomen heb ik nar de startploeg en mijn staartschutter gezocht. Tenslotte ontdekte ik ze in een onderkomen nog verder weg. De sgt. Uitjes met nog twee man moesten de motoren aanslaan. De sgt. Wagenaar was mijn schutter, maar geen marconist en ik kon hem dus niet benutten voor boord- en radiocommunicatie.
Het aanslaan van de motoren duurde enige tijd. Gedurende deze werkzaamheden was er een voortdurend vuur van luchtdoel en vijandelijke toestellen De lichtspoorprojectielen huppelden af en toe door het gras.
Door het eerder genoemde toestel van lnt. Kuypers sterk gehinderd en met in het front de brandende Koolhoven fabriek was deze start een knijperige bedoening. Alles ging echter goed en ik had Waalhaven beneden mij.

...En bindt direct de strijd aan!...
Schiet een Heinkel neer...
Aanvankelijk vuurde de luchtdoel- en grondmitrailleurs op mij. Maar vrij vlot hield dat vuren op.
Ik zag een Heinkel, die zich eerst boven het vliegveld bevond in de richting van Beierland vliegen. Ik ben er opafgegaan en kreeg hem bij Zuid-Beierland te pakken. De boordschutter probeerde mij van het lijf te houden. Maar ik zat iets lager dan hij kon vuren. Ik gaf de volle laag op de cockpit met 2x4 mitrailleurs. De Heinkel kwam met een smak neer in een van de polders.
Beschermt zonder succes andere G-1...
Ik draaide weer terug en kwam weer in de nabijheid van Waalhaven. Iets ten zuiden nam ik een G-1 waar. Ik zag dat het 2e lnt. Van der Jagt was. Hij vloog zonder luchtschutter wat m.i. zelfmoord betekende.
(de schutter, sgt. S. de Vos werd op weg naar het vliegtuig uit de lucht neergeschoten)
Ik wilde naast hem blijven om hem met mijn boordschutter nog enige steun te geven. Om door mij onbekende redenen, draaide hij zo scherp af dat het niet mogelijk was bij te blijven. Later bleek lnt. van der Jagt afgeschoten te zijn. Hij stortte bij de Nieuwe Matex in de Waterweg.
En schiet een Do-18 neer...
Vliegend uit de richting Rotterdam zag ik een Dornier die al klimmend naar het Zuiden trachtte weg te komen. Ik ben er achteraan gegaan en kreeg hem bij Dordrecht te pakken. Ook de hekschutter van dit toestel trachtte mij met zijn vuur tegen te houden. Ik dook onder de bunel en gaf ook dit toestel, richtend op de cockpit, de volle laag. Bij het laatste schot van de voorraad ging ze in een steile vrill e omlaag en kwam in een van weilanden in de buurt van Dordecht neer.

...Maar wordt zelf ook neergeschoten...
Bijt stevig van zich af
Terwijl ik een scherpe bocht draaide om de Do-18 na te zien, zag ik overal jagers in kiellinie op mij af komen. Toen pas realiseerde ik me dat het "stom" was geweest zo hoog (1500 m) te komen.  Ze vuurden op me van alle kanten. Ik kreeg de indruk dat er zelfs toestellen bij waren die rode ballen uitspuwden en die over mijn vleugel leken te glijden.
...ik dook loodrecht ...en vloog met grote snelheid angstig dicht langs de grond. Ik hoorde mijn boorschutter schieten, wat een hele geruststelling was.  Met korte, snelle wendingen probeerde ik mijn achtervolgers van me af te schudden. Tweemaal zag ik Messerschmitts rokend afbuigen. En hoorde steeds weer de mitrailleur van mijn staartschutter.
...wordt geraakt...
Plotseling rookte mijn rechter motor en zag ik benzine of olie uit de tanks spuiten. Ik heb toen getracht met een motor verder te komen en te proberen een van onze noodlandingsterreinen te vinden. Ik was toen ter hoogte van Zevenbergse Hoek.
Vanzelfsprekend heb ik de rechter motor afgezet. Brand kwam er tot mijn gerustelling niet uit. De linker motor kreeg toen ook storing. In de buurt van Zevenbergen. Daar heb ik op een grote weide een buiklanding gemaakt. Ik zag nog een glimp van een achtervolgende Meeserschmitt.

Terug naar Waalhaven...
Boordschutter gewond...
Na de landing ging ik uit mijn cockpit en opende de klep van mijn luchtschutter, de sgt. Wagenaar. Deze was in het gezicht gewond en bloedde erg. Zijn parachute zat vol kogelgaten en de kolf van zijn mitrailleur was kapot geschoten. Toevallig was er een dokter in een boerderij in de nabijheid en deze heeft het eerste verband gelegd.

Met behulp van de burgemeester krijgen Buwalda en Wagenaar een auto los. Die brengt hen tot Numansdorp. Daar gaat het in een Peugeot verder. ( De achtermitrailleur en enige gevulde patroonbanden voeren ze met zich mee (Molenaar)) Smitshoek is het einde van de reis. Daar neemt Buwalda het commando op zich van de verdediging. Van de inname van Waalhaven heeft hij ondertussen gehoord. De luchtdoelartillerie van Smitshoek is buiten gevecht gesteld. De Duitsers dringen op. Dan nadert een auto met daarin een Hollandse offcier die met een witte vlag zwaait...
Buwalda herkent hem. Het is majoor Simon Thomas, commadant van Waalhaven.. De auto stopt voor de wegversperring.

Majoor Simon Thomas sneuvelt...
De majoor gaf te kennen dat de overige inzittenden met mij wilden onderhandelen. Het waren een Hauptmann of iets dergelijks en drie anderen. Allen in camouflage en gehelmd. De Duitse officier vroeg mij toen de tegenstand te staken. Ik weigerde en vroeg de majoor aan onze kant te komen.
Op dat moment pakten de Duitsers alle vier hun pistolen. Die hadden op hun schoot gelegen. Ze vuurden op mij, maar 25 meter is een hele afstand, Bovendien sprong ik opzij. Op dat moment zag ik majoor Simon Thomas vallen.
De Duitsers zijn voor en na getroffen en gedood. Een was zwaargewond door een buikschot, maar ook deze stierf.
Majoor Simon Thomas is door mijn mannen op een schraag in een boerenschuur gelegd. Zelf hem ik hem de ogen dichtgedrukt.

Vertrek uit Smitshoek
Onze toestand werd toen zeer precair. Van alle kanten kwamen de moffen aanzetten. Wel konden wij ze nog op een afstand houden, maar als we niet gegrepen wilden worden moesten we nu zo snel mogelijk weg. In allerijl werden de auto's volgeladen en wat niet mee kon werd onklaar gemaakt. Of in het water gegooid.

Buwalda eindigt op Oud-Beijerland waar hij de Pinksterdagen doorbrengt en opdracht krijgt om zich op vliegveld Bergen bij majoor Schlimmer te melden.

Getuige van neerstorten twee T-V's
Ik ben in Beijerland nog getuige geweest van het afschieten van 2 T-V's, waar o.a. serg.-majoor Oostingh bij sneuvelde. Een lid van de bemanning zag ik nog zich met een parachute in veiligheid stellen. Hem ontmoette ik in het hulphospitaal in Beijerland. Dit was een zekere Hartog (marconist of luchtschutter).

Op weg naar Bergen...
Ik ben middels een Rode-Kruis colonne via Brielle over ponten tenslotte in Den Haag gekomen. Met diezelfde colonne die aanvankelijk naar Utrecht moest, maar onderweg de nacht van koers veranderde, kwam ik in Haarlem aan. Van Haarlem naar Bergen was tenslotte een stapje.
Ik heb nog een nacht in Bergen gelogeerd. Als bestuurder van een Chevrolet moest ik die naar Badhoevedorp rijden. Tijdens die rit kwam de capitulatie.
 
 

Groepsfoto: Buwalda zit tweede van links

Groepsfoto vliegers: sgt.-maj. vl. J.J. Buwalda zit tweede van links