DE STRIJD TEGEN

ZARALAHM III






2013










Inhoudsopgave :


Hoofdstuk 1. Efeze – De Terugkeer Tot De Moeder Schoot

Hoofdstuk 2. De Wapenrusting Van Efeze

Hoofdstuk 3. De Verovering Van Nazareth

Hoofdstuk 4. De Overwinning Over Het Rode Paard

Hoofdstuk 5. De Grote Ontmaskering Van De Heilige Geest

Hoofdstuk 6. De Bloeds-Gnosis En De Verbreking Van Het SEPTUS-Zegel

Hoofdstuk 7. VOYBA

Hoofdstuk 8. De Verbreking Van Het Waterdoop-Zegel

Hoofdstuk 9. De Buffeljacht In De Aramese Psalm 29 – David Als De Orionse Aan En De Wortels Van SEPTUS

Hoofdstuk 10. De Oorsprong Van Het Kerstfeest En De Verbreking Van Het Kerst-Zegel

Hoofdstuk 11. Schilderijen van de Prozaische Werkelijkheid

Hoofdstuk 12. Het Derde Schilderij

Hoofdstuk 13. Het Bloed Dat Verkrachtte












Hoofdstuk 1. Efeze – De Terugkeer Tot De Moeder Schoot






In Daniel wordt voorspelt dat de Griekse geest verslagen zou moeten worden. Griekenland moest veroverd worden, oftewel het komende Griekse NT. Het Grieks moest weer in goede samenhang met de Israelitische, Levitische en Aramese wortels. De boom des levens, EPHESOS-AMAD werd geroofd, en bedekt. Dit was de moederschoot van de gnosis.


Efeze 5


22 Vrouwen, weest aan uw man onderdanig als aan de Heere,



HYPOTASSO betekent 'verantwoording dragen voor,' en 'meewerken met.' De elite heeft dit dus weer selectief misvertaald om de vrouwen als slaven van de man te houden, omdat de elite de vruchtbare moederschoot vreest. HYPOTASSO brengt het vrouwelijke dus op één lijn met de man, en zelfs als een moederlijke functie over hem. Daarom staat er 'zoals de Heere,' omdat de Heere onze moeder is.



'Vrouwen, weest verantwoordelijk (wees een moeder) over uw man zoals de Heere (os to kurio),'



Hiermee is één van de grootste vloeken van het NT verbroken.



23 want de man is het hoofd van zijn vrouw, evenals Christus het hoofd is zijner gemeente. Hij is het, die zijn lichaam in stand houdt.



KEPHALE is het hoofd van mannen en dieren in de grondtekst. Het staat voor 'belangrijk'. De man is belangrijk voor de vrouw, daarom moet zij verantwoordelijkheid over hem dragen als een moeder. KEPHALE komt van KAPTO, wat grijpen betekent. KEPHALE wordt ook gebruikt voor het hoofd, de scalp, van Johannes de Doper. De vrouw heeft het hoofd, de scalp, van de man gegrepen, zodat zij via de gnosis contact met hem heeft en over hem is gesteld als moeder. De vrouw heeft de man besneden, gescalpeerd, opdat hij de gnosis zou ontvangen. Dit is natuurlijk een metafoor. Wij moeten ons onderwerpen aan moeder God in ons.



want de man is belangrijk voor zijn vrouw, evenals MOWED belangrijk is voor de tent der samenkomst (het lichaam van de MOWED). Dit is SOTER, de Messiaanse reis door de vagina tot de moederschoot.”



24 Welnu, gelijk de gemeente onderdanig is aan Christus, zo ook de vrouw aan haar man, in alles.



Onderdanig is weer HYPOTASSO, wat 'verantwoordelijkheid dragen voor' betekent :



Welnu, gelijk de tent der samenkomst verantwoording draagt voor de MOWED, zo ook de vrouw voor haar man, in alles.”



25 Mannen, hebt uw vrouw lief, evenals Christus zijn gemeente heeft liefgehad en Zich voor haar overgegeven heeft, 26 om haar te heiligen, haar reinigende door het waterbad met het woord, 27 en zo zelf de gemeente voor Zich te plaatsen, stralend, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, zó dat zij heilig is en onbesmet.



In Hebreeuwse context betekent dit : Mannen, heb contact met uw vrouw door haar moeder schoot (RACHAM = liefde, moederschoot), zoals MOWED zich overgaf aan de tent der samenkomst, als aan de moeder schoot, om haar te heiligen = HAGIAZO = onderkennen. Zonder vlek. Vlek = SPILOS = oppervlakkige, vraatzuchtige mannen, oftewel de mannelijke suprematie. Dit zal door in te gaan in de moeder schoot weggewassen worden. Zonder rimpel. Rimpel = Rhytis = naar zichzelf toetrekken, naar één punt, redder, wat slaat op de eerzuchtige, egoistische, aandachtszieke, monotheistische Jezus Christus cultus. Dit zal ook weggewassen worden naar mate van de moederschoot.



31 Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn. 32 Dit geheimenis is groot, doch ik spreek met het oog op Christus en op de gemeente. 33 Intussen ook gij, laat ieder voor zich zijn eigen vrouw zó liefhebben als zichzelf en de vrouw moet ontzag hebben voor haar man.



Zoals deze verzen zelf zeggen is dit een groot geheimenis, met een verborgen betekenis. Het gaat over Christus en de gemeente. Het verlaten van 'de vader en de moeder' is de oorsprong in de grondtekst, waar hij vandaan komt.



'en de vrouw moet van haar man wegvluchten, door vreemde alarmerende gebeurtenissen, gewaarwordingen en visioenen, PHOBEO' staat er in de grondtekst. 'De gemeente zal van Christus wegvluchten door vreemde alarmerende gebeurtenissen, gewaarwordingen en visioenen, PHOBEO.' Het verlaten van de vader en de moeder, de oude kerk-orde, de oude geloofs-orde, betekent hetzelfde. De man verlaat zijn valse oorsprong, Christus, Geest, God de Vader, om tot de vrouw te komen, die ook zijn nieuwe moeder is, oftewel de moeder gnosis, de moeder god.







Hoofdstuk 2. De Wapenrusting Van Efeze











Efeze 6



14 Stelt u dan op, uw lendenen omgord met de waarheid, bekleed met het pantser, borsttuig, ribben, THORAX, der gerechtigheid,



De borst van het offervee, de ribben, is in het hebreeuws de CHAZEH, dat komt van CHAZAH : zien, profeteren. CHAZEH is de valse borst, oftewel de valse profetische beweging die de profeten moeten overwinnen. Dit is een strijd tegen het valse oordeel. (Lev. 10 : 15) Dit is zo belangrijk dat het tot een eeuwige inzetting is aangesteld. Wij moeten ons bewapenen met de ribben van de vijandelijke jachtprooi. Wij moeten ons bewapenen met CHAZEH. Dit is onze wet van de gnosis. Wij kunnen dit dragen als een borsttuig.

Omgord = perizonnymi = in de wortels een slavenjuk (zygos).

Waarheid = aletheia = van de gnosis

De THORAX is dus de ribbenkast, zoals dit ook in de anatomie zo wordt genoemd. Er zijn 12 paar ribben in een mens. De twaalf rib-lagen verwijzen naar de twaalf stammen van Israel die de priester als een borsttuig moest dragen. Dit gebeurde als EBEN, stenen, maar EBEN vertaald ook : harde objecten van de vijand, ook harde lichaamsdelen. De EBEN is de veroverde ribbenkast van de vijand. Dit werd als borsttuig gedragen, als de THORAX, wat ook letterlijk ribbenkast betekent. De ribbenkast staat voor vruchtbaarheid. Vanuit de rib werd de vrouw geschapen. In het OT werd de vijandelijke ribbenkast ook genoemd borsttuig van de gerechtigheid, als een priesterlijk item, of van de tijd van het oordeel. De twaalf ribben paren stonden voor de onderverdeling in tijd, en hadden dus een plaats in de MOWED, de heilige tijdschijf. Hier komen ook de twaalf discipelen vandaan.



17 en neemt de helm des heils aan en het zwaard des Geestes, dat is het woord van God.



Zwaard = machaira = groot mes voor het slachten van vee in de grondtekst

Dit moet dan zijn het slachtmes van de gnosis.



16 neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand, waarmede gij al de brandende pijlen van de boze zult kunnen doven.



Schild is THRYREOS, wat ook 'opening' kan betekenen, als van een valstrik of net. THYREOS, valstrik, net, des geloofs, van PISTIS, oftewel van slavernij. De vijand moet gevangen genomen geworden worden, en tot slaaf worden gemaakt, van de gnosis, opdat de wetten van de gnosis worden opgericht en uitgevoerd. Ook betekent het onze eigen slavernij tot de gnosis, als vechtslaven.



Galaten 4



3 Zo bleven ook wij, zolang wij onmondig waren, onderworpen aan de wereldgeesten.



Wereldgeesten = stoicheion van de kosmos

stoicheion betekent eerstelingen en prosperity.

Kosmos betekent de goddeloze meerderheid, de regering

De stoicheion, de eerstelingen, moeten overwonnen worden. Dit gebeurt door het feest van het offeren van de eerstelingen, het pinksterfeest.



Onderworpen = douloo = slaaf zijn van

Wij waren slaven van de eerstelingen, van de stocheion, van Jezus, de Vader en de Geest.

Het pinksterfeest als offerfeest is het feest waarin de gnosis wordt uitgestort. Wij ontvangen de gnosis als een loon. Dit loon wordt zorgvuldig afgewogen aan onze oorlog, jacht en offering.



26 Maar het hemelse Jeruzalem is vrij; en dat is onze moeder. 27 Want er staat geschreven:

Verheug u, gij onvruchtbare, die niet baart, breek uit en roep, gij die geen weeën kent; want talrijker zijn de kinderen der eenzame dan van haar, die een man heeft.



Onvruchtbare = EREMOS = de wildernis.

Degene die een man heeft is degene die Jezus Christus volgt, de bruidegom. Zij zitten vast aan een huwelijkscultus, terwijl de ware moeder met de meeste kinderen de wildernis is. Het hemelse Jeruzalem is geen stad, maar een wildernis. Dit is ook de eenzaamheid.



Galaten 4



5 Wij immers verwachten door de Geest de hoop der gerechtigheid, door het geloof, waarop wij hopen.



Hoop = ELPIS = verwachting van het kwaad, oftewel de verwachting het kwaad te veroveren en te bezitten. Dat was ook het idee van het borsttuig der gerechtigheid. Wij hebben de gestolen bezittingen van de vijand nodig om verder te komen. Door het geloof = door heilige slavernij.



6 geloof, door liefde werkende.



'Heilige slavernij, door de schoot van de moeder gnosis werkende.'



22 Maar de vrucht van de Geest is :



In Hebreeuws/ Griekse context gaat het hier om het Vlees van de Gnosis, en niet om de vruchten van de Geest. Wij zijn niet geroepen om vruchten te eten, maar om oorlog te voeren, en jacht, om te offeren, en het vlees van de vijand te eten.



25 Indien wij door de Geest leven, laten wij ook door de Geest het spoor houden. 26 Wij moeten niet praalziek zijn, elkander tartend, elkander benijdend.



Hier gaat het om leven door de gnosis. Het spoor houden in de gnosis is in het Grieks een strijder zijn van de gnosis. Wij moeten niet praalziek zijn, KENODOXOS, ijdele glorie, glorie zonder reden, leeg. Het is dus GNOSIS tegen KENODOXOS, GNOSIS tegen GEEST.










Hoofdstuk 3. De Verovering Van Nazareth






Wij hebben met de vijand te maken. Wij moeten de vijand veroveren, want de vijand heeft delen van ons gestolen. Wij moeten Efeze innemen, want dit is bezet door de vijand. Ook moeten wij Korinte innemen en Galatie, en Nazareth. Het gestolene is gecodeerd door de vijand, dus wij moeten dit weer de-coderen en re-coderen, terugleiden tot het oorspronkelijke, laag voor laag.


Jezus, het slappe, verdraaide, foutieve aftreksel van de Levitische MOWED, de Adamitische phallische speer, en het gehele twee-geslachtelijke YAD-mysterie, als het evangelie van het OT, wilde de discipelen tot 'vissers van mensen' maken, maar in de grondtekst slaat dit op 'vissers van zakengeesten'. Het is eigenlijk heel simpel. We moeten kiezen tussen het doen van zaken, of het doen van de gnosis. Deze zakengeesten hebben 'eerzucht' als wortel, het gezien willen worden. Hierdoor veranderen zij in vissen. De MOWED rekent met hen af. Dit is ook een deel van de Efezische wapenrusting. Het schild is ook een net in de grondtekst, een opening. Het heeft niet alleen maar met afketsen te maken, maar ook met innemen, binnennemen.


Mattheus 5


17 Denk niet dat ik gekomen ben om de Wet of de Profeten af te schaffen. Ik ben niet gekomen om ze af te schaffen, maar om ze tot vervulling te brengen.



Sommige christenen geloven dat doordat Jezus de Wet vervulde we geen wet meer nodig hebben. Anderen geloven dat Jezus die juist oprichtte door het te vervullen. PLEROO betekent in de grondtekst 'het uitleggen van gezegdes en spreuken.' De MOWED die door de Jezus Cultus was ondergesneeuwd is ervoor om de esoterische betekenis, diepere betekenis, van de wet te laten zien. Profeten betekent in de grondtekst de uitleggers van orakels en verborgen dingen. MOWED vervulde de Wet en de Profeten in die zin dat MOWED ze tezamen bracht.



29 Als je rechteroog je op de verkeerde weg brengt, ruk het dan uit en werp het weg. Je kunt immers beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel je lichaam in de Gehenna geworpen wordt. 30 En als je rechterhand je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af en werp hem weg. Je kunt immers beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel je lichaam naar de Gehenna gaat.



Uitrukken, EXAIREO, betekent redden, bevrijden in de grondtekst, en selecteren. Dit heeft te maken met aandacht schenken aan, opvoeden. Dit komt van HAIREO, een taak geven, wat komt van AIRO, visserij. De MOWED was al bezig om vissers te maken. Dit was een onderdeel in de strijd tegen boze geesten.



'werp het weg' is BALLO, wat 'innemen' betekent, 'ergens voor aanstellen', en 'onder iemand's opvoeding stellen,'. Ook betekent het 'tot de rivier brengen', juist omdat dit te maken had met het iemand functioneel maken voor de visserij.



Oog betekent ook het vermogen van kennis, in het verstand, en simpelweg slaat deze passage op het belang van het opdoen van de kennis van de visserij. 'Verliezen' slaat op 'toewijden' in de grondtekst, APOLLYMI. Het is beter jezelf toe te wijden, af te zonderen, dan dat je de samenkomst de vernietiging in helpt. 'Als je rechter oog je op de verkeerde weg brengt' betekent als je plaats van eer en autoriteit je anderen verkeerd laat beoordelen.



Dit is juist om los te komen van de zakengeest, de eerzucht. Rechter hand komt op hetzelfde neer, maar dan gaat het om door je creativiteit en door hulp van anderen mensen verkeerd beoordelen, als reden waarom je je moet toewijden en afzonderen.


Mattheus 6


11 Geef ons vandaag het brood dat wij nodig hebben.



ARTOS is niet gewoon brood, maar betekent voedsel. In de wortels betekent het visserij, AIRO. We hebben hier dus te maken met boze geesten in de vorm van vis wat wij moeten eten, als een noodzaak.



'Geef ons heden ons dagelijkse vis.'



Mattheus 7



9 Is er iemand onder jullie die zijn kind, als het om een brood vraagt, een steen zou geven? 10 Of een slang, als het om een vis vraagt?



Weer is ARTOS in brood vertaald, terwijl het vis betekent. Steen, lithos, is het lichaam van Christus in de grondtekst. ' Is er iemand onder jullie die zijn kind, als het om een vis vraagt, het lichaam van Christus zou geven? Of een slang, als het om een vis vraagt? 'Iemand' is de zakenman. Zakenmensen geven hun kinderen onschuldig bloed en vlees te eten, waar de hele Jezus Christus cultus voor staat. En dat terwijl het kind de zakengeesten in visvorm moet eten. Hier wordt weer het verband gelegd tussen Jezus en de slang, Leviathan. Christenen geven hun kinderen gevaarlijke slangen in plaats.



11 Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen al goede gaven schenken, hoeveel te meer zal jullie Vader in de hemel dan het goede geven aan wie hem daarom vragen.



Vader is het selectief vertaalde PATER, wat dus oorsprong betekent, het vruchtbare oerbeginsel, de moederschoot en vagina.



13 Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. 14 Nauw is de poort die naar het leven leidt, en smal de weg ernaartoe, en slechts weinigen weten die te vinden.



De nauwe poort waardoor wij naar binnen moeten gaan is PYLE, wat in de Griekse grondtekst letterlijk de poorten van de hel betekent. Dit is een gevangenis, ook een andere staat van realiteit. 'Nauw zijn de hellepoorten die naar het leven leiden.' Leiden = APAGO = naar het gerecht, gevangenis, bestraffing geleid worden. Vinden = HEURISKO = tot kennis van God komen, God leren kennen. HEURISKO is dus het komen tot de gnosis.



Mattheus 11



25 In die tijd zei Jezus ook: ‘Ik loof u, Vader, Heer van hemel en aarde, omdat u deze dingen voor wijzen en verstandigen verborgen hebt gehouden, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld. 26 Ja, Vader, zo hebt u het gewild. 27 Alles is mij toevertrouwd door mijn Vader, en niemand dan de Vader weet wie de Zoon is, en wie de Vader is, dat weet alleen de Zoon, en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren.

28 Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven. 29 Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, 30 want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’



Vader komt van PATER, de oer-vruchtbaarheid, de vagina. 'Geopenbaard aan eenvoudige mensen,' wat babies in de grondtekst is, kleine kinderen. Het juk is 'goed voor gebruik', CHRESTOS, wat in de wortels terug leidt tot de afgrond, ook een beeld van de vagina. Manthano = leren = in kennis, gnosis, vermeerderen.






Hoofdstuk 4. De Overwinning Over Het Rode Paard






De Levieten aanbaden schuld als iets abstracts, niet concreet. De schuld riep hen op om te offeren, om te strijden en te jagen. De abstracte schuld had verschillende betekenissen, en bracht hen in contact met de moeder gnosis. Het was een dualistisch principe, zoals de Tlazolteotl cultus van de azteken. Schuld was voor de Levieten een belangrijk medicijn. Al deze geheimenissen komen van de dieptes van het paradijs, de westelijke kant. De mens viel in de dieptes van het oosten, maar moest naar het westelijke paradijs. Het westelijk paradijs is nog steeds gecodeerd in het Amazone gebied in het Westen, in het Indiaanse Amerika vandaag de dag.


Ook de Levieten moesten naar het Westen.


De hele Jezus Christus cultus wilde de schuld dus afdekken, zodat de Levieten hun weg tot het westen niet zouden kunnen vinden. In het Sranan Tongo, één van de talen van het Amazone gebied, wat ook veel in Suriname wordt gesproken, wordt de Leviet ook wel PIAIMAN of PIAI genoemd. PAIMAN staat voor schuld, betaling en beloning. Een man op zichzelf wordt ook wel NENGRE genoemd, wat ook op een jongen kan slaan. PAI staat voor offer.


In het Orions een priester is een Sioux, een Su of Suw, wat ook Aramees is voor Esau. Esau, Suw, betekent ook priester in de wortels, ASAH. Suw was een priester van de Meownah, de duistere priester-tent van de Amazonen, een plaats en hol van wilde dieren, zoals ook Iyowb dat was. Esau, Suw, had Hettitische vrouwen, wat een beeld is van dat hij de berg van de moeder God was opgegaan voor de ossenjacht, buffeljacht, om de rund te overwinnen, oftewel om te komen van het afgeslotene tot het voortgaande.


De Hettieten waren een bergvolk in het Noorden van Kanaan. In de grondtekst betekende het 'scheiding' en 'angst'. Zij vertegenwoordigden de piercings van de MAZONA, de heilige scheiding, en van de Vreze van de Gnosis. De Israelieten moesten tot het Hettitische geheim komen, 'de berg opgaan', oftewel 'de rund overwinnen.' Suw beeldde dit uit. Suw veroverde het mes van de besnijdenis veroveren, oftewel de slagtand van de Behemoth, een boze geest in de vorm van een oer-rund. Suw moest door deze scheiding heen, met als gevolg dat de Moeder God hem haatte. Dit werd verzegeld door de kruistocht van Jezus waarin hij verlaten werd door de Vader God, Yahweh.


De toorn en haat van de Moeder God rustte op Suw, als de heilige scheiding. Levieten vereren deze scheiding. Er is een wet van scheiding om de gnosis te ontvangen. Haat brengt ons veel verder dan valse liefde, Jove, de Romeinse heersende god. Haat openbaart, terwijl liefde alles dooft en verblind. Door de haat werd Suw de priester van de Moeder God, een Iysh, wat vechtslaaf betekent, en ook kampioen, overwinnaar. Suw was gemaakt om te overwinnen als jager, maar hij was overwonnen door de Meownah, de tent van de Moeder God.


God draagt Suw op om te jagen voor de 'grote vrouwen' (Amazonen) en haar welpen, het kamp (KEPHIR). Hij moest hen MAZONA verschaffen, wat erop duidt dat zij van hem waren gescheiden, maar hij was nog steeds aan hen verbonden voor slavendienst. Dit gebeurde in en rondom de tempelplaats, de MEOWNAH, de zwarte tempel. Hier komen dus alle verborgen duisternissen van het Oude Testament aan hun trekken. De TOWRAH, een opperhoofd van de 'grote vrouwen', van de Amazonen, de wet van scheiding, had Suw veroordeeld, door het abstracte Tlazolteotl principe, oftewel het Levitische schuld-principe. Als wij enig contact met Moeder God willen hebben, dan gaat dat door deze wet, de scheiding van het goddelijke. Jezus ging hier doorheen, afgescheiden van Vader God, Yahweh, de God van mannelijke suprematie, in de donkere nachten van Getsemane en Golgotha, om de scheiding van de Moeder God te verzegelen. Ook Ezechiel kreeg dit certificaat van scheiding, en het Boek des Levens, het boek van de moederschoot, en van de overwinning over het lam, is ook een boek van scheiding in de grondtekst.


Wij moeten komen tot de duistere OHEL, tent, de MEOWNAH.


We moeten zorgen dat we leven vanuit de MEOWNAH, de duistere tent des Heeren.


Omdat overmoed nog steeds een erg gevaarlijke macht kan zijn in deze gebieden, is het belangrijk dat wij de ALAM-kraal in onze ANAQ hebben, of als een extra snoer. ALAM is de heilige stomheid. Zo kan alleen God onze mond openen.


Overmoed is belangrijke jachtprooi. TRAB, TARBA is trots, overmoed en offerdieren-vet in het Aramees. Dit moesten de Levieten offeren. In het Orions is dit een aparte groep van vee, een soort reuzen-buffaloes, iets groter dan de buffaloes die wij kennen op aarde. Suw werd bekleed met dierenhuiden, OWR, als een bewapening. Wij moeten de huiden van de TARBA dragen om veilig te zijn tegen de TARBA en niet door hen bezeten te raken. Ook droeg Suw dieren-beenderen voor dat doel.


Als Suw zijn hoofd zou verheffen, zouden de Amazonen van de MEOWNAH jacht op hem maken. Trots werd absoluut niet getolereerd, dus moest Suw voor zijn eigen bescherming jagen op de TARBA, de Orionse demonische reuzen-buffaloes. Anders zouden zij bezit van hem nemen, en dan zou hij in problemen komen met de Amazonen, de goddelijke of 'grote vrouwen'. Zij zouden bij de minste trots jacht op hem maken en hem gevangen nemen. Trots is 'ontsnappen uit de heilige gevangenschap.' Trots maakt korte metten met de heilige slavernij. De Amazonen zouden hier geen genoegen mee nemen.


De Amazonen zouden de Toorn op hem vergroten, de RUGZA, de goddelijke gezonden kastijding/ straf/ oordeel waardoor hij als een bevende wordt. Steeds nieuwe wapenrustingen zouden tegen hem komen.


In het Aramees wordt het duidelijk dat elke ontsnapping (SILHY) een diepere duisternis (grotere kastijding) is, als een put waarin hij valt. De Amazonen hadden hem bekleed met dierenhuiden, scalps, en voorhuiden van dieren (MSEK). De Amazonnen hadden hem gemaakt van pezen, zenuwen en mannelijke geslachtsdelen : GYAD, GYADA. Suw kreeg precies dezelfde behandeling als Iyowb. Beiden waren zij priesters van de MEOWNAH.


De christelijke 'engelen' kwamen om de Amazonen, de 'grote vrouwen' verborgen te houden. Dit deden ze door de mannelijke suprematie en door het demoniseren van demonen. De engelen waren valse lichtbrengers om de duisternis te verzegelen. Zij kwamen om te verblinden. Dit was ook het werk van Jezus de Lucifer, de morgenster.


Suw was besneden op de top van zijn hoofd (scalpering), en dat mocht niet meer teruggroeien, want dan zou hij een probleem hebben met de Amazonen.


Engelen, aggelos, komt van agele, wat vee betekent, ossen. Suw moest de Amazonnen-berg van Eden, DN, vagina (Aramees) opgaan om de engelen te overwinnen, door de buffeljacht. Dit werd esoterisch uitgebeeld door zijn overgave aan de Hettitische vrouwen, de Hettitische gnosis.


Trots, overmoed, TARBA, oftewel offerdier-vet, bedekt de ingewanden, de GEWAY, de hebzucht. Wij moeten dus de TARBA overwinnen en vandaaruit de GEWAY.


God was voor Suw als een wild dier, de stam van grote vrouwen, de duistere, verre gnosis/ kennis van Orion. Oordeels-profeten waren apart gezet in toorn. Er was geen ontsnappen aan.


God is in de hogere levels verre van romantisch, maar een wild dier. Romantiek is een zegel. God kan niet getemd worden. God temt de oordeels-profeet. De oordeels-profeet moet zich laten bewapenen door de Amazonen. God beschouwde en behandelde Suw als een vijand, net als Iyowb. Hij werd door de Amazonen neergejaagd en naar hun hol gesleept. Iyowb was in de grondteksten door gevaarlijke wilde dieren van Orion aangevallen, en zo was Suw. Dit waren geen aardse wilde dieren, maar goddelijke wilde dieren, als monsterachtige hyena's van Orion.


God beschouwde hen beiden als vijand, BELDBAB.


Hun huid moest geschonden (besnijdenis, scalpering, piercings etc.) worden, zodat ze Moeder God zouden zien, visioenen zouden krijgen.


Deze visioenen zouden de wapenrusting en de jachtrusting, en het juk (teugels), naar een hoger level van dogma brengen, doctrine. De mannelijke geslachtsdelen die het paradijselijke lichaam van de onderwereld vormen moeten beteugeld worden, en dat gebeurd door de Amazonen. Deze uitrustingen bestaan ook uit ringen en piercings (juwelen) – KELIY.


De uitrustingen gewonnen uit de APHAR, het paradijselijke stof en vuil.


Woorden worden voor eeuwig in KEP, KEPA (juwelen, hagelstenen in het Aramees) gekerfd, als merktekenen.


Door dit process komt de volgroeiing, volmaking, het naar een hoger level gaan. Door pezen, zenuwen en bloedvaten worden de mannelijke geslachtsdelen aan elkaar verbonden om het tot een hoger geheel te brengen.


De vee-huiden van de boze geesten moeten dus geschonden werden, gesneden, zodat de basis van profetie gelegd kan worden, en er groei zal plaatsvinden in profetie. Hierdoor worden de Amazonen ten volle hersteld. Dit is waarom de Amazonen jacht vereisen, strijd tegen boze geesten, en schending van de huiden van deze geesten. Onze messen mogen niet rein zijn van bloed. Wij moeten het jachtveld op en het strijdveld op, anders zullen onze profetische kwaliteiten vervagen en corrupt worden. Ook onze eigen huid moet dus besneden worden, en daar zullen de Amazonen zorg voor dragen. Boven alles moeten wij streven te profeteren, profetisch te leven, anders is alles een verloren zaak. Boven alles moeten wij streven naar de heilige gebondenheid en heilige slavernij om zuiver te zijn. Wij zijn niet geroepen om bruidegompje te spelen, maar wij worden de wildernis ingeroepen om met de wilde beesten te zijn. Zie daar te overwinnen en je weg te vinden. Zie daar tot de diepere esoterische sieraden te komen. Het leven is in de diepte een ascetisch sieraad van nauwgezette discipline, van ijzeren wetten waaraan niemand kan ontkomen. Het leven is geen bruiloftsfeest. De bruiloft was slechts een oorlogs-strategie. Het zal zijn als in de dagen van Noach : mensen eten en drinken, en mensen huwen, en ze hebben het belangrijkste vergeten. Ze verspillen hun zaad aan elke hoge boom, en hebben het goddelijke zaad, MAYIM, verlaten, en de betekenis hiervan vergeten. Iyowb walgde van dit leven, en van deze valse behoudenis. Hij wist dat deze afvalligen diep verstrikt waren in de oorlogswetten van de Amazonen.


Suw lag, zoals Iyowb, tussen de Amazonen in, maar niet als een echtgenoot. Hij sliep aan hun voeten, maar hij werd niet als een vriend beschouwd. Hij werd in de gaten gehouden. Hij was een vijand, een BELDBAB, gehaat door Moeder God. Hij was een gevangene en een slaaf. Hij was een balling. Het priesterlijke boek van Iyowb als priester van de MEOWNAH, van Moeder God, is een boek van smekingen gericht aan de Amazonen, maar al wat hij kreeg was genadeloosheid. Diep in zijn hart walgde Iyowb van genade, van behoudenis, want wat zou het hem brengen ? Het zou hem alleen maar verder doen afwijken. Hij zei : 'Zouden wij het goede van God aannemen, en niet het kwaad ?' Iyowb had ook geleerd het lijden te aanvaarden. Het lijden bracht hem visioenen, het bracht hem de Amazonen. Die visioenen en dromen waren zo verschrikkelijk dat hij naar de wurging verlangde, naar de slavenketting. Hij verlangde naar Abbadown, de hel, vernietiging. Gelijktijdig werden zijn wapenrusting en jachtrusting en verder alle andere uitrustingen opgehoogd, maar dit was ook zijn juk. Het verteerde hem, consumeerde hem. Hij kreeg een nieuw lichaam, maar daarvoor moest hij door al deze martelingen heen. Door de kastijding leerde hij gehoorzaamheid.


Alles wat de Amazonen, de grote vrouwen van Orion, hem hadden geleerd werd in hem gekerfd.


Yirmeyah 2 : 14-15


'Ysryl (Israel, Aramees) is een geboren tent-slaaf. Waarom is hij prooi geworden, waarover jonge grote vrouwen (welpen van de Amazonen) brullen ? Zij hebben zijn plaats tot een woestenij gemaakt, zonder inwoners.'


Het is belangrijk voor Levieten en oordeels-profeten om op te klimmen in de graden van de Suwitische graden. De Amazonen zullen hiertoe eeuwige inkervingen moeten maken in ons en onze esoterische sieraden, met de Suwitische woorden om die graden uit te beelden.


Suw was een heilige necromancer, een sjamaan, die een heilige dodenreis moest maken door de uiterste dieptes van de onderwereld. Hij moest hierbij door de nodige initiaties gaan, inwijdingen, uitgevoerd door de Amazonen, de grote vrouwen van Orion. Hij moest allerlei wilde beesten in de onderwereld ontmoeten. Dit was een soort van Suwitisch dodenboek.


De bitterheid en strijd (MARAR) van Suw werd tot een spel. Zo diep was hij gekomen dat alles tot een spel werd. Hij begon de spel-kwaliteiten van zijn lijden te zien, als de gradiaties en objecten van een machig en reusachtig spel in de wildernis van de onderwereld. Suw was zoekende naar de troonplaats van God, de MAWTAB, de plaats van de jachtmaaltijd in het Aramees. De MAWTAB is de plaats waar hij werd klaar gemaakt voor de oorlog en de jacht, voor het oprichten van de wet en het recht. Het is de plaats waar zijn mond werd gevuld met bestraffing en kastijding, de TOWKECHAH in het Hebreeuws. Op deze plaats zou Suw in staat zijn God's woorden te horen en gehoorzamen, waaruit profetische liederen zouden voortkomen (chants) – NY in het Aramees. En hij zou God's instructies van de Orionse Amazonen begrijpen. Zou God met overmacht tegen hem strijden ? Nee, maar hem vullen met vreze, relikwieen, vroomheid, religie en de heilige cultus – DEHLETA. Ervaring zou hem laten overwinnen. God zou hem niet voortdurend het leven zuur maken, want God kende zijn wandel en dogma, zijn doctrine. Toetste God hem, dan zou hij als een verentooi tevoorschijn komen, hebbende de windgod/ geest overwonnen. Zijn voet zou een institutie oprichten als een pad. Dit was ook het pad van Iyowb.


De christelijke karakteristieken zijn items van het onderbewustzijn om de mens in slaap te houden. Zij zijn gemaakt als sluiers. Wij moeten daarom doorreizen tot de diepere betekenissen en dat wat er achter ligt. Wat houdt het verborgen ?


Als de sluiers van het Jezus syndroom gescheurd worden, dan worden de Orionse Amazonen zichtbaar. Natuurlijk was zijn naam niet Jezus. Jezus was maar een Westerse naam voor deze persoon. Ook was de mythologie uit het Oosten over deze man herleid van veel oudere bronnen over Christus-figuren. Men moest daarmee aan de gang, want men was nu eenmaal in die domeinen gevallen waar een vorst heerste die men Jezus noemde. Zo diep was de mens gevallen.


Jezus verbergt de Heilige Slavernij, de Heilige Gebondenheid.


De duivel had zich diep in de bijbel vastgeworteld, ook in het hele Christus verhaal. Hoe kon het ook anders. De mensheid was zo afgedwaald. Ze waren nog niet klaar voor het zuivere. Ze waren overgeleverd aan hun begeertes. Ze hadden de Amazonen verworpen en het verstand tot koning gemaakt.


Dus Christus werd door de staat opgericht voor die taak, om mensen tot slaaf te maken aan het beest, opdat zij de draak zouden aanbidden. Het kruis en Christus was genoeg voor Babylon. De windgod moest in stand gehouden worden, om mensen verblind te houden in prosperity, en hen laten zijn als supermensen, allemaal voor de arena.


Of je ontvangt de Amazonen, of je ontvangt Babylon. Weest onderwezen in de strategieen des Heeren.


De Christus was opgezet door de Heks van Babylon, oftewel de Heks van Saturnus. Deze lagere aardse gewesten waarin wij wonen zijn in de handen van de Babylonische vorst genaamd 'Jezus' die deze landen heeft behekst.


Waar heeft alle Christus-verafgoding toe geleid ? De arena's. Ze kwamen om verdeeldheid te zaaien, te leiden tot het rode paard. Christus is een angstaanjagende wolkengod, maar vult zijn slachtoffers ook met hoogmoed en trots. Hij is de gezalfde die komt om te zalven. Hij maakte vele kinderslaven.


De Amazonen zullen de heks verslaan, en zal ons door Suw doen binnengaan, de graden van de Suwitische slavernij tot God. Deze graden worden verborgen gehouden in de Christus mythologieen.


Veren zijn tekenen van eeuwige overwinning. Wij moeten die veren in onze tooien en uitrustingen dragen, om veilig te zijn tegen deze geesten. Als je een kip-geest hebt verslagen : Neem zijn veren ! Anders zal hij tot je terugkeren en zal het zevenmaal erger zijn. Dit is een grond-gevecht tegen allerlei soorten kip-geesten waarin de wolkengod schuilhoudt.


Wij bevonden ons in het rijk waar de Vader aan de macht is, waar de moeder op een lager plan was gezet, als een slaaf. Deze Vader is de Romeinse Saturnus die zijn kinderen opat (Cronos in het Grieks). In het Orionse geschrift 'Zwerves' wordt er over hem gezegd :


'Een grote vrouw verschijnt op de vlakte. Zij is de Heere. Zij heeft de nek gebroken van het Talkia bewind. Zij heeft Saturnus gezien, en hem gebroken. Hij gaat tekeer als een brullend varken, verslindend zijn kinderen. Volgt hem niet naar zijn hol. Hij is het zwijnenkind.


Heeft u zijn horens gezien ? Hebt gij zijn slagtanden gezien ? Denkt eerst goed na voordat u hem aanvalt, want hij zou u eens bezeren. Niet velen durven tot hem te naderen. Leer dan van de spreuken van Orion en wordt wijs. Laat u bewapenen, want het zal niet slechts een jacht wezen. Hebt u het stoom gezien wat uit zijn neusgaten komt ? Hebt gij hem zien stormen door de velden, vertrappende alles wat in zijn weg staat ? Laat u dan niet bedriegen. Het vergt een kundig krijgsheer om hem te onderwerpen. Hebt gij zijn trots gezien ? Hebt gij gezien hoe hij angst zaaide in de harten van hen die rondom hem waren ? Allen hebben zij hem verlaten.


De Heere heeft hem verbroken. Nu hij verwond is is hij nog gevaarlijker. De Amazonen zijn tot hem uitgezonden. Zij zullen haken door zijn kaken slaan, en hem trekken tot de rivier. Daar zal hij zinken, en voedsel van krokodillen zijn.


En een wond in het mannelijk geslachtsdeel bracht de ring daar. Ja, het rustte u toe. Op de zevende dag zult gij Saturnus verslaan. De zesde dag is de dag van het slepen. De zevende dag is de dag van de kooi.'


Saturnus is de god van landbouw, tijd en gerechtigheid. Wij waren allemaal op zijn fok-boerderij opgesloten als vee vanwege vader-verafgoding. Daarom begon de jacht op Saturnus, na een verschrikkelijke oorlog. Richt je op de besnijdenis, de wond in het mannelijk geslachtsdeel, want daaruit zal de ring voortkomen. De wolkengod is het zegel wat verbroken moet worden, en die heeft zijn schuilplaats in de Vader, Saturnus.


In het Grieks is hij Zeus, waar Jezus (Iesous) vandaan is gekomen. Dit zijn luchtgoden. Zij hadden te maken met het organiseren van de staat. Jezus is het gevleugelde geslachtsdeel van Saturnus, de Vader, wat openbaar werd, en waar de mensheid voor neerviel. De gevleugelde slang, Lucifer, is in de grondteksten 'ketenen met veren', en wordt in het boek Iyowb ontmaskerd als de Leviathan zijnde het geslachtsdeel van de Behemoth, zijnde een kip. In de Exodus brengt God Zijn gevleugelde slangen, zijn 'ketenen met veren', om de mens te bevrijden van de valse ketenen. Dit was een strijd tussen slangen, tussen slavenketenen.


Het gaat er dus om terug te keren tot de Amazonen, terug te keren tot de ware ketenen, en tot de mannelijke geslachtsdelen van het paradijs waaruit een mens bestond. Dit moest beteugeld worden door de Amazonen. Suw en Iyowb hebben te maken met die goddelijke verlamdheid waarvanuit de vruchtbaarheid komt en de werken van God. Zonder de Amazonen mogen wij niet tot Suwitische gnosis komen. Toronto is een valse Suw waar men kwam door de Amazonen te omzeilen, door CHRISTUS-verafgoding, door de zegen van mannelijke suprematie. Men wilde niet de diepte in. Men ging als een idioot Christus verafgoden, zonder te onderzoeken wat het nu eigenlijk betekende. Men gaf zich over aan de schandelijke lusten van de voorouders. Er is een valse verlamdheid. Dit is een luie geest, die zich blindelings onderwerpt aan het gezag van de voorouders. Het is niets anders dan een voorouder-aanbiddings-cultus. Daarom zal Orion terugkeren. Orion zal de weg openen tot de Suwitische gnosis.


De mens kwam in het paradijs voort vanuit de Suwitische gnosis, en was beteugeld door de Amazonen, maar de mens vond een weg te ontsnappen, omdat de Amazonen nog in lagere gradaties in de mens werkte. Daarom is het zo belangrijk te groeien in Orion. In de grondteksten moesten de Levieten strijden tegen de AWPA, vogels, kippen (christus) en de YAWON, duiven (heilige geest).


De mensheid kwam dus voort uit de dieptes van Suw. Maar zij werden door de demonische driehoek gegrepen. Zij moesten eerst deze driehoek door strategie en list overwinnen. De christelijke zegels moeten verbroken worden. De Suwitische gnosis is als een verentooi die voortkomt vanuit de beproeving. Die beproeving is Orion. De Suwitische gnosis is dus een verentooi die voortkomt vanuit de beproeving, Orion, vanuit de jacht op de kipgeesten, vanuit het offeren van de AWPA. De verentooi is dus ook dat wat de goddelijke verlamdheid uitbeeldt, wat voorkomt vanuit de scalpering. De scalpering was altijd verzegeld door de doornenkroon van Christus, wat dus een machtige deur is tot de verentooi. De doornenkroon houdt de Suwitische gnosis verborgen, daarom is het van belang om door te dringen tot het mysterie van de doornenkroon. Zij is een zegel. Ook de onthoofding van Johannes de Doper, en de haarafsnijding van Simson wijzen op de scalpering. Ten diepste houdt dit in dat Orion de besnijdenis inhoudt, wat profetie opwekt.


De Suwitische gnosis kwam om het mes te brengen, de HARBA, de besnijdenis.


De Bruid van Jezus, de Bruid van het Lam, was door de staat geschapen om huwelijks-slaven te maken tot de Babylonisch-Romeinse goden. Het was een slaven-apparaat om vruchtbaarheids-slaven te maken, voor het voortbrengen van nog meer demonen, als wachters van het Romeinse wereldrijk. Dit wereldrijk moest korte metten maken met het Indiaanse continent. Het Indiaanse continent beelde namelijk het oorspronkelijke paradijs van de onderwereld uit, waar alle geheimenissen waren opgeslagen. De indianen, die het goddelijke rode paard uitbeeldden, de Suwitische gnosis, moesten uitgeroeid worden. Hier zou het Romeinse gezag voor zorgen.


Orion maakt korte metten met deze bruid en hoer, en zal opnieuw de Suwitische gnosis in het volk planten. Het volk zal teruggeleid worden tot de Suwitische fundamenten, om zo opnieuw Orion binnen te gaan.


De mensheid was geworpen in de YEOR, de put van de vuurrivier, overgeleverd aan Saturnus, de kinderverslindende god van de Romeinen (Cronos, Moloch). Hier werden de kinderen tot slaaf gemaakt in deze 'poel des vuurs'. Dat wat in de lucht hangt, de Jezus-geest, is het geslachtsdeel van Saturnus. De aarde werd hierdoor verkracht, zoals Behemoth de aarde verkrachtte door de Leviathan. Jezus moest aan het hout, aan de boom, gespijkerd worden, zodat hij de rol van de slang van de boom der kennis in het paradijs kon uitbeelden, als Lucifer. In het diepere vuur werd de Suwitische gnosis verborgen gehouden. Het zegel moest verbroken worden. Jezus is de naam die het onderbewustzijn telkens uitsprak om ons in slaap te houden.


Het zegel richtte een georganiseerde religie op. Lucifer had zijn troon boven die van Moeder God gezet.


In deze dagen valt de Leviathan uit de hemelen, uit de lucht, uit de wolken, met al zijn Jezus-artikelen. Jezus was het product dat hij verkocht, om de mensheid tot slaaf te maken, in slaap te sussen, opdat ze de eigen verantwoordelijkheid zouden vergeten. Jezus was het apparaat van de aanklager, die iedereen op zijn eigen manier kon neerzetten, om de arena compleet te maken. Het volk moest verdeeld en verscheurd worden, om zo de weg te banen voor het valse rode paard. Het valse rode paard is Horus, de Egyptische god van de oorlog, oftewel Ryan, tegengesteld aan het paradijselijke rode paard, het Indiaanse volk, Suw. De Suwitische gnosis van het rode paard is een machtige poort tot de dieptes van het paradijs, tot de westelijke Amazone gebieden. Het rode paard kwam om het mes terug te brengen, het mes van de besnijdenis. Dit mes is hetzelfde mes als het mes van de Efezische wapenrusting. Het is een offermes, om vee mee te slachten.


Sefanja 1.


2 Volkomen zal Ik alles van de aardbodem wegvagen, luidt het woord des HEEREN. 3 Ik zal wegvagen mens en dier, Ik zal wegvagen het gevogelte, de kippen des hemels.


Dit vers is een oorlogs-verklaring aan de luchtgoden, de kipgeesten. Wegvagen is ABRA in het Aramees, wat ook transporteren betekent, vertrappen, inruilen en bedriegen (verraden). Dier is BIR, BIRA, wat vee betekent, en kippen is PARHA, PARAHTA.


4 Ik zal mijn hand (YAD = mannelijk geslachtsdeel) uitstrekken tegen/ vestigen in Juda en tegen alle inwoners van Jeruzalem, en Ik zal uit deze plaats uitroeien het overblijfsel van Baäl en de naam der afgodsdienaren met de priesters, 5 en hen die op de daken zich nederbuigen voor het heer des hemels, en die zich nederbuigen en zweren bij de HEERE en zweren bij hun Moloch; 6 ook hen die van de HEERE afvallen, en die de HEERE niet zoeken noch naar Haar vragen.

7 Zwijg voor het aangezicht van de HEERE HEERE, want nabij is de dag des HEEREN; want de HEERE heeft een offermaal bereid; Zij heeft zijn genodigden geheiligd. 8 Het zal geschieden ten dage van het offermaal des HEEREN, dat Ik bezoeking zal doen over de vorsten en over de koningszonen en over allen die uitheemse kleding dragen. 9 Ook zal Ik te dien dage bezoeking doen over allen die over de drempel springen, die het huis hunner heren vullen met geweld en bedrog.

10 Het zal geschieden te dien dage, luidt het woord des HEEREN, dat er een luid geschreeuw zal zijn uit de Vispoort en een gehuil uit de Nieuwe stad en een luid gekraak van de heuvels. 11 Huilt, gij inwoners van de Vijzel, want al het kramersvolk gaat te gronde en alle geldwegers worden uitgeroeid.



Verderop in de wildernis moeten wij de Baal-cultus afdoen, en de Heere ontmoeten als een wild beest. De Amazonen kun je niet 'rondbazen'. Wij moeten lege vaten zijn.



De Bruiloft kan de kastijding uitdoven. De bruiloft is waar vele boze geesten huizen, als een schuilplaats tegen de toorn van God. Daarom trad Sefanja hier tegenop. Troost kan werken als een drug. Het kan je afhankelijk maken en lui, zodat je niet groeit.



Wanneer we tot de Amazonen-gnosis komen, moeten we alle huwelijks-bindingen afleggen, Baal achter ons laten. We moeten de MAZONA van scheidings-arbeid in ons leven accepteren. De Wet, de TOWRAH, is de goddelijke scheiding waar elke oordeels-profeet doorheen moet. Hierin sterft zijn geest af. Zo ontkomen we aan de vetmesting die in de fokkerij van Baal heerst. De Baal moet afbranden.



De Trooster moet in ons afsterven, om aan de slavernij tot Baal te ontkomen. De oude profeten voorzagen de huwelijks-cultus die zou komen en zijn climax zou hebben in de Jezus Christus cultus en de cultus van de Heilige Geest, de Trooster, de cultus van de Bruidegom en de Bruid, de kerk, de cultus van Baal. Iyowb zag de Behemoth (Rachab) en de Leviathan komen, en God vroeg aan Iyowb die te temmen en te berijden. God vroeg hem deze beesten te beteugelen. De esoterie is niet vies van mythologie. Het gaat erom alles in de juiste hokjes te krijgen, op de juiste plaats. Mythologie is vaak onzuiver, maar bruikbaar, als een erfenis die gezifd moet worden. Vandaaruit mag er transformatie komen. Wij moeten hogerop komen.

De Trooster zal je vertellen dat er niets aan de hand is met het christendom. De Trooster was door de staat opgezet om mensen in slaap te houden.

Velen blijven steken bij de Trooster, en beginnen hierin een handeltje. Zo komen ze onder God's oordeel. De markt van de Trooster is één van de grootste en afschuwelijkste Babylonische markten die de wereld ooit heeft gekend, om mensen te leiden aan de voeten van Baal, de Bruidegom. De Trooster was er al in het Oude Egypte. Het Oude Indiaanse Continent (Amerika) is met haar verentooien een beeld van de overwinning over de luchtgoden, de vogels des hemels, en ook over de Trooster. Het is tijd dat de zegelen van de voorouders gebroken gaan worden. De duivel had overal zijn verdraaiingen laten plaatsvinden. Wij moeten onze weg hier doorheen zien te vinden, en komen tot de diepere structuren hierin. Zink er maar in weg, en grijp het nieuwe leven.

Laten we beseffen dat al deze mannelijke superioriteit, de patriarchie, deze dingen als een code hadden opgesteld. De code moet verbroken en veranderd worden.


Ben-Himmon/ Tophet, de plaats van de kinder-oorlogen (kinder-gladiatoren) moet veroverd worden. Hier werden kinderen aan Moloch en Baal geofferd (De kinder-etende vadergod, en de Heer der bruidegommen). Dit wordt ook als de poort van de hel beschreven. Deze plaats moet dus ingenomen worden.


YEOR zal ook veroverd moeten worden. YEOR is de diepte waarin de mens na de zondeval terecht kwam, een plaats met vele gradaties. Deze plaats werd in stand gehouden door het gelegaliseerde Woord van de God van de Staat. De Levieten hadden strijd te voeren tegen het HSAR-vee van dit Woord, logos-geesten, en moesten dit demonisch vee offeren (letterlijk : aanhangsel van de lever).


Amowc 4 – Koeien/ Kalveren van Basan zullen gevangen en getrokken worden door jagers en vissers in de grondteksten, door DUWGAH = vishaken, visgerei. In het Aramees zijn runderen, TOR, TAWRA, ook nauw verbonden met onreine vissen. Vissen hebben in de Hebreeuwse grondtekst te maken met creatie en vermenigvuldiging, vruchtbaarheid, en daarom met MAYIM.


Amowc 5


25 Hebt gij Mij veertig jaren in de woestijn slachtofferen en spijsoffer toegebracht, o huis Israëls?

26 Ja, gij droegt de tent van uw Moloch, en den Kijûn, uw beelden, de ster uws gods, dien gij uzelf hadt gemaakt.

27 Dus zal Ik u in ballingschap voeren, – voorbij Damascus – zegt de HERE, wiens naam is God der heerscharen.



Hier zien we de aankondiging van de Paulinische ballingschap, waarin de Heere hen zal overleveren aan de MOLOCH die zij hadden verkozen. Kijun betekent 'een beeld van vestiging', oftewel zij zouden gedreven worden tot het beeld van het beest, de 66-Bijbel. De komst van Jezus Christus en van Paulus was het oordeel over een ongehoorzaam volk. Zij werden tot deze slavenmeesters aangesteld.



Tsephanyah (Sefanja) streed tegen de hoekstenen, de bedekkende stenen, wat zowel Yeshua als Yisrael zijn. Yisrael is het voorhoofd, oftewel het topje van het hoofd. Dit moest besneden worden om Orion te ontvangen. Maar het volk wilde niet besneden worden, en God gaf hen eraan over. Hier heb je je Jezus Christus, je Moloch en je windgod. Zij wilden geen openbaring ontvangen, en bleven zo blind. Het Nieuwe Testament kwam tot een oordeel. God gaf hen over aan hun misleiding.

Ook Yechezqel werd tot een gladiator gemaakt, en kwam tegenover Tyrus te staan, Tsor, wat vastbinder betekent, mes en belegering. Yechezqel kwam tegenover dit gevallen duivelse kind te staan die bekleed was met juwelen van de paradijselijke onderwereld, goddelijke wapenen. De vorst van Tyrus werd verbannen, weggedaan uit het binnengedeelte (GAW, GAWWA) van de sieraden van Orion waar hij leefde. Yechezqel moest Tyrus verslaan, zijn scalp nemen, en de sieraden van Orion grijpen. Tsor, Tyrus (vgl. Taurus, os) was de wachter van de berg van de Moeder God.

De gevestigde kerken hebben een geestelijke markt opgezet, een zielenhandel. Het is een web wat ze hebben uitgespannen om velen daarin te doen verstrikken.

De vorst van Tyrus kwam door zijn uitgebreide handel tot geweldenarij. Als wij ons niet vertikaal in de geestelijke oorlog opstellen, dan wordt de oorlog ineens horizontaal, vleselijk, tegen onze broeders en zusters. Dat is het resultaat van de hele geestelijke handel. Het is een verbond met de duivel, en met de vorst van Tyrus. De vorst van Tyrus was een cherub, dat wil zeggen een bewaker of een drager. Hij was opgesteld tussen vlammende stenen op de heilige berg van de Godin van Eden. Ook zijn cherubs beschutters van de ark. De vorst van Tyrus zal een bewaker van de ark der demonen zijn geweest. Als wij hem hebben verslaan zullen wij ook tot de ark der demonen, en de vlammende stenen (botten) op de berg van de Godin kunnen komen. Maar als wij ons overgeven aan schandelijke geestelijke handel dan zullen we niets anders dan slaven zijn van deze vorst van Tyrus, en zijn we gedoemd tot het voeren van horizontale oorlog in zijn arena's, en dan zal het Kains-loon ook onze deel zijn. Het is dus onze keuze. Laten we ons enten op de lijn van de Heilige Besnijdenis, of laten we ons enten op de handelslijn van het geslacht van Kain en het geslacht van Cham. Wij hebben de kennis van de heilige demonen nodig om door de linies van de vorst van Tyrus heen te breken, en die kennis kunnen we alleen ontvangen door de Heilige Besnijdenis, die onze ogen en oren besnijdt. Ook onze gevoeligheid zal besneden moeten worden om zo nog gevoeliger te worden voor God en de Waarheid.

Wij moeten in de Heilige Besnijdenis wederom geboren worden en van haar borst drinken. Het zal ons helemaal terugleiden tot de berg van de Godin van Eden in Ezechiel 28 waar we de demonen zullen ontmoeten. Hier kwam de heerlijkheid van Eden uit voort. Vanaf deze berg is al het goede van God gekomen, ook de Heilige Besnijdenis. Op deze berg zullen wij alle geheimenissen van God terugvinden. Zij zullen u terugleiden tot de berg van Eden waar alles begon. Waar Moeder God in Haar heerlijkheid woont. Vanaf deze berg schonk Moeder God Sion. De Heere roept ons tot Haar berg. Vanaf deze berg regeert Moeder God. Haar voeten zullen staan op de heilige berg, en Zij maakt Haar vijanden tot een voetbank. Op David's Troon zal Zij zitten, en zal alle namen kennen van hen die verzegeld zijn. Dit zijn Israelieten, hen die de Heilige Besnijdenis als het zegel van Moeder God hebben ontvangen.

Thor, Horus, Ryan, als TSOR, TYRUS, bewaakt dus de berg van de Moeder God, van de Moeder Gnosis, in Eden. Dit is het valse rode paard wat verslagen moet worden om zo de moeder schoot in te gaan. Dit behoort tot de Suwitische gnosis, de gnosis het goddelijke rode paard, het Indiaanse volk.

De Latijnse grondtekst is de Vulgata. In de tuin van het paradijs, het park van VOLUPTAS = plezier, lusten, gaf de mens zich over aan de verkeerde en verboden lusten. Niet aan de lusten van het juk, maar de lusten van de verboden vrucht. Hierdoor viel de mens uit het park van plezier, en werd er een cherub aangesteld met een vlammend zwaard ter bewaking. Vlammend = flammeum = rode sluier, oftewel het rode gordijn. Dit was het rode paard.


Het rode paard, het rode gordijn, oftewel : Horus, Ryan, Thor, als TSOR, de vorst van TYRUS, zou van de kerk een Nazi-beweging maken : “Alleen door Jezus Christus”, alleen door de dienstdoende priester, als een strenge code. Zo werden de geheimenissen van Orion ondergesneeuwd. Nu moesten er onschuldigen sterven voor schuldigen, er moest een zondebok gevonden worden, als een cultus van vampieren, een duistere erfenis van het gebonden heidense voorgeslacht, die door de lusten van Baal helemaal in de knoop kwamen. Jezus Christus kwam voort uit dit duistere voodoo verleden van satanische rituele bloedoffers. Gelukkig kwam de Aramese grondtekst als een bevrijder, die een heel ander licht liet schijnen, en ook deels de Hebreeuwse grondtekst. God had ook detonators, bommen, geplaatst. Zo zal de Bijbel zichzelf opblazen.


Alles was een halve slag gedraaid : de onschuldigen die schuldigen (boze geesten) moesten offeren moesten plaatsmaken voor de schuldige boze geesten die onschuldigen zouden offeren. De duivel wilde afrekenen met de Amazonen, voordat de Amazonen de ingewijden in een nog hogere graad zou brengen. Daarom was de duivel afgezonden op Suw en Iyowb, de MEOWNAH-priesters.


Het rode gordijn, het rode paard van TYRUS, was geplaatst om mensen blind te houden, onder het zegel. Jezus Christus werd al snel een staats-symbool. Als men Jezus Christus niet aannam op de manier zoals de Staat en de Kerk het voorschreef, dan werd men opgesloten, gemarteld en vermoord. Mensen werden door het zwaard gedwongen om zich te onderwerpen aan deze nieuwe slavenmeester. De Bijbel was hierin de handleiding van de slaven van de Staat, het grote slavenboek. Men moest door de knieen van dit beest.


Men hechtte meer waarde aan wat de voorouders zeiden, en wat de regering zei. Men liep met de massa mee, en stelde mensenvlees tot een arm. Zo kwam het volk schaakmat te staan. Het was een stel voorourder-aanbidders en regerings-aanbidders geworden.


Het christendom werd de onaantastbare autoriteit. Vele gnostische bewegingen werden uitgeroeid. Alles werd bezegeld door een politiek spelletje en een leger notarissen. De Bijbel was nu het ontegenspreekbare Woord van God. Toch was ook de Latijnse grondtekst geprogrammeerd met zijn eigen vernietiging …


Leviticus 1.


: 2 – PECORIBUS, PECUS = vee, bruten (boze geesten)

Hier moesten de Levieten tegen strijden.


Het volk van SUW, Edom, betekent rood paard in de Hebreeuwse grondtekst. Suw gaf zich over aan drie vrouwen :


ADAH – sieraad

BASHEMATH – zoete odor

OHOLIYBAMAH – nomadische tent in de wildernis van de hoge plaats, berg, oftewel tent van de berg van de moeder schoot, wat in de wortels ook oorlogsveld, arena betekent, en aanbiddingsplaats van een cultus.






Hoofdstuk 5. De Grote Ontmaskering Van De Heilige Geest






De ETRU is de Orionse Thorax, borsttuig, ribbenkast, oftewel het priesterlijke pantser der gerechtigheid, wat stenen, ribbenparen, bevat om de stammen uit te beelden. In Orion is dit ook tegelijkertijd de runderjacht/ buffeljacht. Ook de vorst van Tyrus, TSOR, droeg dit harnas. Dit waren dus niet zomaar stenen, maar botten. Het rode paard heeft dit harnas en bewaakt de moederberg.


De ETRU betekende ook bottenrok.


In de Mayaanse mythologie is Ix Chel de regenboog en de godin van de maan. In de grondteksten is de regenboog een boogschutter of een boog voor oorlog en jacht. Dit teken, de Qeshet, werd aan de hemel gesteld tot een verbond tussen God en mens. In de diepte van dit woord hebben we meer te maken met een storm waarin bliksem verschijnt. De boog komen we ook weer tegen bij de troon in Openbaring 4. In de grondtekst-diepte betekent dit een vrouwelijke boodschapper. Ook haar kun je vergelijken met de vrouw die over de maan heerste, die de maan onder haar voeten had, in Openbaring 12. De maan is in het Aramees een schip, een leeg vat. Als wij tot de troon komen, dan zullen wij moeten komen als een leeg vat, ons onderwerpende aan de boog, onder de voeten van de moeder God. Op de troon zijn twee stenen : de diamant (NBG) en de sardius, dat zijn de witte steen en de rode steen, oftewel de steen van vrees en de steen van tucht. Zo komen wij dan voor de troon om de boog te ontvangen, voor de oorlog. Zonder vrees en tucht kunnen wij deze boog niet ontvangen. Zonder als een leeg vat te komen, zonder ons aan de voeten van de moeder God te onderwerpen, kunnen wij de boog niet ontvangen.


In het Hebreeuws betekent troon het verborgene. In het Aramees betekent troon een brug, of een dam. Brug betekent in het Aramees paard. Wij moeten dus tot de troon komen om de boog te ontvangen en dan het oorlogspaard ontvangen.


God schiep de vrouw vanuit een rib, de Tsela. In het Aramees is dit een wapen. In het Hebreeuws is dit in de diepte kreupel of verlamd zijn, en een boog. Daarom wordt de vrouw vergeleken met een oorlogs- of jachtsboog. De kreupelheid of verlamdheid is de leegte die om de boog heen is. De boog wordt dus beschermd. Wij kunnen niet vanuit eigen kracht die boog grijpen. Wij zullen de leegheid, de vergetelheid, moeten ingaan, om een leeg, gebroken vat te worden. Ook alleen maar door de twee stenen, door vrees en tucht, kunnen we op het paard plaatsnemen. Ook is de Tsela de zij-kamers of zij-cellen van een tempel, dus we hebben met heilige dingen te maken.


Simson werd verraden door een vrouw, en overgeleverd aan de Filistijnen die zijn ogen uitstaken. Zo zullen wij soms ook verraden worden, en ons zicht verliezen, zodat we geheel zijn overgeleverd aan God Zelf. De Tsela is verder de zijkant van de ark.


Ix Chel heeft beenderen, ribben, aan haar rok hangen.


Ook Amazonen hebben zulke rokken, en de Orionse priesters. We mogen ons afvragen of God de vrouw schiep vanuit de rib van zo'n rok, de rib van een vijand, of vanuit de rib van Adam zelf. Adam is in de grondtekst verbonden aan de menstruatie, en kan daarom ook vrouwelijk zijn, en een vrouwelijke stam voorstellen. Het 'overwinnen om de witte steen te ontvangen,' heeft te maken met de botten van de vijand. Deze botten zijn vruchtbaar, en zijn het fundament van de nieuwe schepping.



De vrouw met de maan onder haar voeten, oftewel in het Aramees een schip, een leeg vat, als een beeld van haar getrouwe, toegewijde discipelen, brengt een kind voort met een ijzeren staf die de heidenen zal hoeden, in het boek Openbaring hoofdstuk 12. Ijzer is in het Hebreeuws vrees of vrezen. Staf is in het Aramees bot. We hebben hier dus te maken met een bot van vrees, als een beeld van de Vreze des Heeren. Dan zien we dat het kind wordt weggenomen tot de troon van God. We zagen dat troon doorvertaald een oorlogs-paard is. Alleen door de Vreze des Heeren kunnen we dit paard bestijgen. Wij moeten dus zelf het bot van het vrezen ontvangen. Dat is ook de opdracht aan de gemeente te Tyatira. De overwinnaars zullen de ijzeren staf, oftewel het bot van vrezen, ontvangen. De witte steen heeft doorvertaald ook met vrees te maken, als de steen van vrezen. We hebben hier dus in principe met hetzelfde te maken. Een bot is ook wit. In het Eeuwig Evangelie worden wij ook opgeroepen om de staf van bot te ontvangen :


De Nieuwe Openbaring II, 4


32 En ik zag hen die verslonden waren door roofdieren voor Gods Troon verschijnen, en zij kregen een staf van bot om als koningen te heersen.


Telkens zien wij weer dat dit bot een machtig wapen is, zoals de rib waaruit de vrouw werd geschapen een oorlogswapen is, en een instrument van tucht. Wij hebben hier met hetzelfde te maken. De witte steen, oftewel de staf van bot, de Vreze des Heeren, is de Tsela, de Heilige Rib, het oorspronkelijke, zuivere vrouwelijke beginsel, geschonken aan de overwinnaars, hen die zich hebben toegewijd aan de moeder God. Wij moeten in haar opnieuw geboren worden om de rib, het wapen, te ontvangen.


Het oorspronkelijke vrouwelijke principe is een bot. In de Azteekse Mythologie is de heerseres over het kinder-paradijs waar de borstenboom staat de skeletten-godin, of de godin van het bot, Itzpapalotl. Dit is de oorsprong van al het leven en van elk medicijn. In het Aramees is het bot het zaad.


In Openbaring zal de staf de heidenen hoeden en hen als aardewerk verbrijzelen. Het vat moet verbroken worden.

De maan is onder de voeten van de vrouw. In de grondteksten is de maan ook maand, en in het Hebreeuws heeft maand te maken met herbouwing. De maan, het lege vat, het schip, zal dus herbouwd worden. Dit is ook de betekenis van Ruben, de eerste stam, die de rode steen draagt, de steen van tucht. In Openbaring 6 wordt de maan rood als bloed.


We zagen dat we de moederberg opmoesten, door het verslaan van het rode paard, door de ossenjacht. Berg is ook borst in het Aramees. Wij moeten dus komen tot de moeder borst.


Wij hebben de ijzeren staf nodig, het bot van de vijand, van de Vreze des Heeren, nodig.

De botten staf van ARREN heeft de macht om dingen in bloed te veranderen. De voet wordt beschreven in het Aramees als de baarmoeder, het fundament, de onderwereld in de diepte van de aarde, als een pottenbakker's wiel. Onder de voeten van de vrouw is de maan, het lege vat. De voeten zijn een beeld van de baarmoeder, als een tuchtplaats waarin wedergeboorte is. Het begint dus helemaal onderaan, in de plaatsen van de hel.

Met de verbreking van het zesde zegel waardoor deze dingen gebeuren zien we een aardbeving verschijnen en een oogst van wintervijgen. De aardbeving en de oogst zijn de attributen van Pachamama in de Inca-mythologie. Ook zien we de troon verschijnen. Allemaal dingen die wijzen op de verschijning van de witte steen, de steen van vrees, oftewel het bot van de vijand. Dan zien we de Amazonen komen die de heiligen moeten verzegelen, en zij verschijnen voor God's troon, de witte steen, oftewel de Pachamama troon van Salomo. Deze troon is gebouwd van de botten van de vijand.


In het gebied 'Tork' van Betelgeuse was er lang geleden een skelet-demoon als patriarchische leider. Zijn naam was SEPTUS, en hij werd uiteindelijk verdreven, maar kreeg een gigantisch grote autoriteit in andere delen van Betelgeuse, Orion en de rest van het universum.

SEPTUS was mede verantwoordelijk voor het stellen van vrouwen onder de mannen. SEPTUS is een soort van gif wat mannen bekrachtigt en vrouwen verzwakt. Dit is ook een heel groot fundament van de valse kerk, en wordt in Genesis 6 beschreven, waar de reuzen, de mannen van naam, gevallen engelen, omgang hebben met de dochters van de mensheid. Dit zijn niet zomaar menselijke dochters. Het gaat om een geslacht van boze geesten, en dit was de reden dat God de aardbodem moest verwoesten door de zondvloed. Zij hadden hun oorsprong in de geestelijke wereld, in de hemelse gewesten. Zij waren dus deels helemaal niet menselijk. Zij hadden een mensen-baarmoeder gevonden als een poort tot de aarde, om hun duivels plan uit te voeren : het voortbrengen van de mannen van naam, en het bekrachtigen van hen. Zij komen dus op de aarde als vrouwen, maar zijn tegelijkertijd verraders aan het adres van het vrouwelijk geslacht. Zij doen dus geen eer aan de originele waardigheid van de vrouw, maar geven een misvormd beeld van wat een vrouw is, en doen dit ook met betrekking tot de man.


SEPTUS heeft er ook mee te maken gehad dat de bijbel een product werd in de handen van het regerings-wezen. Zo werd er een bijbel gevormd die moest dienen als een merkteken van de staat, als een brandmerk, zodat de mens zou doen wat de staat van hen verwachtte. De staat speelde dus voor God, en in die tijd werd men door het zwaard gedwongen om dit merkteken te nemen. Als je dit niet deed, dan werd je mogelijk vervolgd, gevangen gezet, gemarteld en gedood. De tijd van de inquisities heeft niet veel aan de verbeelding overgelaten. Hele volksstammen werden uitgeroeid, en het verstand kwam geheel onder de macht van het regerings-apparaat wat netjes van geslacht tot geslacht werd overgedragen, en uitgroeide tot een ijzeren monster.


Ook was SEPTUS mede verantwoordelijk voor de corrupte vertaling van de bijbel, en voor de afsluiting van het goddelijk kanaal, vastgelegd in slechts 66 boeken (de protestantse canon). Hierin heeft de patriarchie het hoogste woord, en is de matriarchie ver te zoeken en afgezwakt. Dit is een werk geweest van de vurige pijlen van SEPTUS die de vrouwelijke vruchtbaarheid wilde beteugelen, en die daar altijd bang voor is geweest. De vrouw moest voortkomen uit de man, als zijn slaaf.


In zijn val groeide SEPTUS uit tot een verschrikkelijke poortwachter tussen de aarde en Orion. Hij is een gevaarlijke macht van de dood, een macht die brandmerkt tot slavernij door de mannelijke monopolie en superioriteit.


SEPTUS is de essentie van het gif van de verboden vrucht, waardoor de man ging heersen over de vrouw. Het was een vloek daaraan verbonden, zoals we kunnen lezen in Genesis 3 : 16.

16 Tot de vrouw zeide Hij: Ik zal zeer vermenigvuldigen uw smart, namelijk uwer dracht; met smart zult gij kinderen baren; en tot uw man zal uw begeerte zijn, en hij zal over u heerschappij hebben.

Dit gif bracht de vrouw op de knieen voor de man, en maakte dat engelen over haar konden heersen. Het was een vrucht des doods, want in Genesis 2 : 16-17 had God gezegd :

16 En de HEERE God gebood den mens, zeggende: Van allen boom dezes hofs zult gij vrijelijk eten; 17 Maar van den boom der kennis des goeds en des kwaads, daarvan zult gij niet eten; want ten dage, als gij daarvan eet, zult gij den dood sterven.

Zodra man en vrouw niet meer gelijk zijn, en de man is superieur, dan treedt de dood binnen. Dit is waartoe SEPTUS was uitgezonden. Het is hetzelfde als waarmee de boze stiefmoeder van Sneeuwwitje haar mee ombracht, met de vergiftigde appel. De boze stiefmoeder verwees naar Saturnus die zijn kinderen opvrat (Cronos in de griekse mythologie).

Zodra man en vrouw niet meer gelijk zijn, en de man is superieur, dan lijden de kinderen daar ook onder, omdat hun bron zo wordt vervuild. De kinderen worden dan doodziek. De kinderen bevriezen onder zulk bewind. Dit koude skelet verspreidt een doodse kou als een voedingsbodem voor het valse woord, de duivelsverzen. Het is als een demonisch zaad om mensen uit de paradijselijke staat met God te rukken. Deze parasiet heeft hiervan zijn beroep gemaakt, en is daar dag en nacht ziekelijk mee bezig. Hij verkoopt een gedwongen medicijn. Als je het niet neemt, zul je geplaagd worden door angst en treiterijen, vervolging en ontmoediging. Hij gaat op en neer in de boom der kennis om de mensen verslaafd te maken aan macht en kracht. Uiteindelijk is dit een boze droom voor de minderheden, want die worden zo uitgebuit.

SEPTUS bewaakt hierdoor hysterisch de geslachts-identiteit. Een man moet een vrouw hebben als slaaf, om daarmee productief te zijn. Een man is er voor om de vrouw gevangen te houden in het huwelijk, om zo over haar te heersen en ervoor te zorgen dat haar vrucht in zijn handen valt. Dit is de aanbiddings-orde van SEPTUS.

Door de SEPTUS-drug viel de mens uit het paradijs, en kwam in de handen van de geest van vrouwen-onderdrukking. De mens verloor zo een groot deel van zijn vruchtbaarheid. Alles was gedoemd om orthodox te worden, om ergens vast te lopen, om zo in een groot handelsveld te veranderen voor demonen. De mens werd een slaaf van deze demonen. Door de SEPTUS-drug werd de mens een zombie. De mens werd een robot van duistere idealen.

De SEPTUS-drug zorgde ervoor dat de bijbel hoofdzakelijk over mannen ging, en heeft zoveel mogelijk vrouwelijke iconen erbuiten gehouden. Ook zorgde SEPTUS ervoor dat de bijbel over een mannelijke god ging, en dit terwijl in de grondtekst God ook een vrouw kan zijn.


SEPTUS hield het vrouwelijke, het creatieve, het vruchtbare, het wapen, opgesloten.


SEPTUS had een molen gecreeerd waardoor zijn wereld orde werd opgezet, een molen als een troon. Naast CANON was hij een beruchte demoon. Zij zaten beiden aan de skelettentafel van Moab, een grote vijand van God's volk, die staat voor trots en voorspoed, en die betekent 'zaad van de vader' en 'verlangen'. Moab stond voor hebzucht. Zij deden aan mensenoffers en kinderoffers.


Het vrouwelijke is een wapen van tucht, als een instrument van tucht. Het zaad van de man moest sterven in de vrouw, zodat de vrouw nieuw leven kon geven. In het Aramees wordt dat beschreven als iets heel heiligs. Daarom het eerste wat SEPTUS deed om de positie van de vrouw aan te tasten was om de heilige bediening van de tucht aan te vallen en te verdraaien. Het gif van de verboden vrucht heeft als grondslag de tuchteloosheid en de valse tucht. Dat verbod in zichzelf was al een zekere tucht. De mens wilde als God zijn om aan die tucht te ontkomen. De mens wilde niet getuchtigd worden, geschoold worden, gedisciplineerd worden, maar losbandig leven.


Dit wordt ook wel de stoel van Eli genoemd, die zijn zonen niet tuchtigde, en daardoor zijn nek brak. Door de tucht des Heeren te aanvaarden zullen wij minder schade oplopen in de eeuwigheid. Deze tucht is dus ons te beschermen voor de verschrikkelijke gevolgen van de zonde. Ook dit komt telkens terug in de Spreuken, in de wijsheid van Salomo.


Het verdraaien van de tucht, op basis van tuchteloosheid, moest de val van de heilige vrouwelijke positie bewerkstelligen, volgens het plan van SEPTUS. Er moest een wet opgesteld worden om de heilige tucht des Heeren af te dekken, af te scheiden. De vrouw verloor haar autoriteit, en de gevolgen waren niet te overzien. SEPTUS regeerde door het vlees van de man, en door een valse soort van vrouw, een boze geesten soort, die het vlees van de man zou bekrachtigen.


De essentie van de verboden vrucht, de wortel van de slang, de dood-verspreidende kiem, is allereerst een verachting van de tucht, en vandaaruit dwaasheid, die zelfs resulteert in een valse tucht. In deze wereld lijden wij onder dit valse systeem van SEPTUS, als de valse rechter.


Spreuken 4


13 Grijp de tucht aan, laat niet af; bewaar ze, want zij is uw leven.


Spreuken 5


22 Den goddeloze zullen zijn ongerechtigheden vangen, en met de banden zijner zonden zal hij vastgehouden worden. 23 Hij zal sterven, omdat hij zonder tucht geweest is, en in de grootheid zijner dwaasheid zal hij verdwalen.


Spreuken 8


10 Neemt Mijn tucht aan, en niet zilver, en wetenschap, meer dan het uitgelezen uitgegraven goud.


33 Hoort de tucht, en wordt wijs, en verwerpt die niet.


Spreuken 9


1 De opperste Wijsheid heeft Haar huis gebouwd; Zij heeft Haar zeven pilaren gehouwen. 2 Zij heeft Haar slachtvee geslacht. Zij heeft Haar wijn gemengd; ook heeft Zij Haar tafel toegericht. 3 Zij heeft Haar dienstmaagden uitgezonden; Zij nodigt op de tinnen van de hoogten der stad: 4 Wie is slecht? Hij kere zich herwaarts! Tot de verstandeloze zegt Zij: 5 Komt, eet van Mijn brood, en drinkt van den wijn, dien Ik gemengd heb. 6 Verlaat de slechtigheden, en leeft; en treedt in den weg des verstands. 7 Wie den spotter tuchtigt, behaalt zich schande; en die den goddeloze bestraft, zijn schandvlek. 8 Bestraf den spotter niet, opdat hij u niet hate; bestraf den wijze, en hij zal u liefhebben. 9 Leer den wijze, zo zal hij nog wijzer worden; onderwijs den rechtvaardige, zo zal hij in leer toenemen. 10 De vreze des HEEREN is het beginsel der wijsheid, en de wetenschap der heiligen is verstand. 11 Want door Mij zullen uw dagen vermenigvuldigen, en de jaren des levens zullen u toegedaan worden. 12 Indien gij wijs zijt, gij zijt wijs voor uzelven; en zijt gij een spotter, gij zult het alleen dragen. 13 Een zotte vrouw is woelachtig, de slechtigheid zelve, en weet niet met al. 14 En zij zit aan de deur van haar huis, op een stoel, op de hoge plaatsen der stad; 15 Om te roepen degenen, die op den weg voorbijgaan, die hun paden recht maken, zeggende: 16 Wie is slecht? Hij kere zich herwaarts; en tot den verstandeloze zegt zij: 17 De gestolen wateren zijn zoet, en het verborgen brood is liefelijk. 18 Maar hij weet niet, dat aldaar doden zijn; haar genoden zijn in de diepten der hel.


Door de tuchteloosheid en de valse tucht, twee vurige pijlen op zijn boog, doofde SEPTUS de sterke zalving van het vrouwelijke uit, en werd de vrouw de onderdaan van de man. We hebben gezien dat dit een zeer krachtige geest is.

Numeri 21


4 Toen reisden zij van den berg Hor, op den weg der Schelfzee, dat zij om het land der Edomieten heentogen; doch de ziel des volks werd verdrietig op dezen weg. 5 En het volk sprak tegen God en tegen Mozes: Waarom hebt gijlieden ons doen optrekken uit Egypte, opdat wij sterven zouden in de woestijn? Want hier is geen brood, ook geen water, en onze ziel walgt over dit zeer lichte brood. 6 Toen zond de HEERE vurige slangen onder het volk, die beten het volk; en er stierf veel volks van Israel. 7 Daarom kwam het volk tot Mozes, en zij zeiden: Wij hebben gezondigd, omdat wij tegen den HEERE en tegen u gesproken hebben; bid den HEERE, dat Hij deze slangen van ons wegneme. Toen bad Mozes voor het volk. 8 En de HEERE zeide tot Mozes: Maak u een vurige slang, en stel ze op een stang; en het zal geschieden, dat al wie gebeten is, als hij haar aanziet, zo zal hij leven. 9 En Mozes maakte een koperen slang, en stelde ze op een stang; en het geschiedde, als een slang iemand beet, zo zag hij de koperen slang aan, en hij bleef levend.


In de grondtekst zijn deze vurige slangen weer 'saraph', serafs, oftewel de wezens met zes vleugels, zes handen en zes stemmen, en die kwamen tot het volk vanwege het geklaag en het afwijzen van de tucht, de armoe en de honger. In de grondtekst staat er ook letterlijk dat MOSY een seraf moest maken, een vliegende slang, dus in werkelijkheid werd het volk ook aangevallen door vliegende slangen. MOSY maakte de seraf, de slang met de zes vleugels, van koper, maar in de diepte van de grondtekst zien we ook dat het om een sterke betovering gaat, die in wezen op een reeks van ervaringen wijst. Het koper is in de grondtekst ook voet-ketenen voor slaven en gevangenen, als een beeld van de tucht als een restrictie. Van dit koper maakte hij het wezen, en volgens de grondtekst was dit wezen ook in staat doden op te wekken. De tucht is in feite een school van ervaringen, wat dus ook een diepere beschrijving is van wat dit wezen doet, hoe dit wezen geneest. Het volk dat wilde blijven leven ging door de aandacht op dit wezen, dit symbool, te richten, binnen in een heilige slavernij tot God's tucht, een heilig gevangenschap, voor bescherming. Het volk kwam onder een krachtige betovering, de 666 van MOSY, die de westerse bijbelvertalers verborgen hebben gehouden.


Het volk had de plaag van de vliegende slangen op zich geroepen door het geklaag en het afwijzen van de tucht, de armoe en de honger. Dit was waarom zij werden overgegeven aan de Luciferiaanse slang, Jezus Christus. MOSY moest hiertegen de Adamitische-Levitische phallische speer oprichten, als de MOWED.


Het merkteken van MOSY daalde zo in hun harten als een heilig verbond met de wet en de tucht. Hierin is het zo belangrijk om ons af te scheiden van SEPTUS en de valse 666 met de bijbehorende duivelsverzen. Juist in de diepte van de grondtekst, wat zo angstvallig door bijbelvertalers werd achtergehouden, wordt SEPTUS verslagen. In de grondtekst zien we de NACHASH van MOSY opgericht worden, als een heilig orakel, een heilig schouwspel, het raadsel van 666, de Levitische MOWED. Het is een tuchtschool voor het volk, om hen veilig te leiden tot het beloofde land.


De 'koperen' vliegende slang van MOSY was al een soort heilige gebondenheid, al dan niet een voorloper daarvan. Het was de keten van God waarmee hij het volk wilde ketenen. Ook was het een beeld van de Levitische piercings. Ook de spreuken spraken over de tucht als een keten des Heeren. De slang is een symbool van die keten. Dat deze vliegt is een symbool van het branden, de tucht. SEPTUS wilde ons onder de valse tucht plaatsen en de tuchteloosheid, door de valse 666, de gevallen serafs, door Jezus Christus. Het medicijn van MOSY is vandaag nog steeds geldig en krachtig, en meer nodig dan ooit tevoren.


Door het branden, door de tucht, is voortgaande openbaring mogelijk. Als dit er niet is, dan roest alles vast. Het verbreken van het 666 zegel en het oplossen ervan is daarom heel belangrijk voor de doorgang van God's volk.


In de grondtekst in Spreuken wanneer het gaat over het ontvangen van de tucht. De vliegende slang wil eigenlijk doorverwijzen naar de paradoxale gesel, een belangrijk item op het pad van de tucht, van de MOWED.

Als we het over de brandende hel hebben, dan betekent dit in de openbaring ook in de grondtekst dat het genezende kwaliteiten heeft, dus weer zien we de twee kanten van de hel. Uiteindelijk is het bedoeld om het goede voort te brengen. In de oud-germaanse mythologie was Hel de moeder god, de godin van de jacht, de vruchtbaarheid en de kinderen, maar de christelijke patriarchie heeft haar min of meer gedemoniseerd. In de ervaring van de hel, die wij nu al op aarde kunnen hebben wanneer wij getuchtigd worden, dan ontmoeten wij onze moeder, het instrument van de tucht. Zij voedt ons hiermee, ook al gaat dit vaak juist door de honger.


SEPTUS had haar de oorlog verklaart. In het Oude Testament is de hel de Sheol, en het kan ook gewoon graf betekenen. In diepte is het de plaats van het bedelen, van de oorlogs-groet, en van het raadplegen van een orakel of van God. Je kunt er dus alle kanten mee op, en het is niet altijd negatief bedoeld. Op verschillende plaatsen in de grondtekst is de hel, als de Sha'al waar het op gebaseerd is, een bemiddelaar tussen God en mens, als een gebed. De hel is een plaats van tucht, en alleen door tucht kunnen wij met God communiceren, dus ook door de gesel, de diepere en duidelijkere betekenis van de vliegende slang. Door de gesel ontvangen wij de striemen, als merktekenen van Moeder God, waardoor Zij met ons communiceert.


Mede door SEPTUS kwam er een veel te eenzijdige kijk op God en zijn instrumenten, en kregen mensen last van tunnel-visie, kortom kortzichtigheid.


God is dus ook in de hel. Het is niet alleen maar een negatieve plaats waar Hij niet komt. Er kunnen ook hele mooie dingen in de hel gebeuren, waar wij Haar echt leren kennen. En zoals de grondtekst in openbaring het aanwijst behoudt de hel ook genezings-kwaliteiten. In het Nieuwe Testament wordt soms hades aangetroffen in de grondtekst als de hel, maar dit kan ook weer graf betekenen, en in diepte betekent dit 'ervaringen' en 'het verkrijgen van kennis, gnosis'. Ook in het nieuwe testament kun je dus naar 'de hel' gaan om een diepere betekenis ergens van te krijgen, om iets beter te begrijpen, en in de diepte van de grondtekst betekent het ook iets om je aandacht te trekken of je aandacht geven, en betekent het onderscheidings-vermogen, de kunst van het zien (ook als een visioen).


Daarom zal de hel een veel positievere plaats moeten gaan krijgen in onze omgang met Moeder God om SEPTUS uit ons leven te bannen. De hel heeft ook in de esoterie een heel nauw verband met de gaven van de gnosis.


Twee machtige orakels werden opgesteld, de twee zogenaamde slangen, maar die in de diepte van de grondtekst gewoon orakels zijn. Het orakel in het paradijs en het orakel van MOSY in de wildernis om te communiceren met God. We zagen dat hel, Sheol, als de Sha'al ten diepste in de grondtekst functioneerde als de raadpleger van het orakel. De hel is de tucht die wij moeten dragen. De hel betekent 'zien' in de diepte van de grondtekst. Dat is waar het woordje 'hel' vandaan kwam. Om het orakel van MOSY in werking te krijgen moest het volk 'zien' op dit orakel. De hel is de brandstof hiervoor, de middelaar. Als wij niet door de hel willen gaan, dan kunnen wij niet tot de MOWED komen. Het gaan naar de hel is de belangrijkste opdracht. De hel is een belangrijk onderdeel van het pad. De gesel wordt vervuld met de hel en zal daardoor in werking komen. Wij ontvangen zo de heilige striemen. SEPTUS zal zo zijn macht in de hel verliezen. Hij kan zo steeds minder voor zijn orakel betekenen. Hij zal zo steeds minder kunnen zien, en zijn macht verliezen.

Het is nu belangrijk om tot de dieptes van deze dingen te komen, om door alle sluiers heen te gaan, tot plaatsen waar SEPTUS ons niet meer kan vervolgen. Wij moeten de tijdelijkheid van de sluiers inzien, de betrekkelijkheid ervan. De Israelieten werden in de wildernis geleid om te komen tot de gesel van God, om daardoor getuchtigd te worden om in te gaan tot het beloofde land. Zij zouden hiertoe de striemen moeten ontvangen. De gesel zou spreken. 'Heere, spreek door Uw Gesel.'


In het gewest Behamma van Betelgeuze in Orion, een reusachtig gewest van grote afmetingen, was MUDROCH II de tweeentwintigste monarch, een monsterlijke zombie patriarch, die later werd verdreven, en een machtige positie kreeg buiten Behamma, in Betelgeuze, Orion en het verdere universum. Hij moest ervoor zorgen dat de grondteksten van de Bijbel geheel ondergesneeuwd werden door latere vertalingen. Hij moest ervoor zorgen dat de rijkdommen van de grondteksten (Orions/Vu, Aramees, Hebreeuws en Grieks) afgekapt werden, zodat de levendmakende sappen ons niet zouden kunnen bereiken.

De verbreking van de zegels heeft ook te maken met de verbreking van de vertalingen, om daardoor komen tot de lagen van de grondteksten, in al hun dieptes.


In het Aramees is de hel gerelateerd aan een slot, een plaats waar gemengd wordt, een verboden plaats, of een plaats met restricties, een obstakel. Het is ook gerelateerd aan neusgaten, aan het zijn van een expert, en een gevecht. Het slot is beschreven als de basis, de voet, de lagere gedeeltes, de onderwereld, ook in verbinding met bomen, die niets anders dan zweren zijn, pijnlijke plaatsen. De basis is ook beschreven als een wiel, ook als het wiel van de pottenbakker. Dit wordt beschreven als de innerlijke wereld. De voet is een inheemse, lage plaats, de hel, als een aambeeld waar het wapen geslagen wordt tot de juiste vorm. In het Aramees is de geweldadige voet, de vertreder, ook een manier om de baarmoeder te beschrijven, het begin van alle dingen. Dit is in het Aramees een drug waardoor het kind bij de geboorte huilt. Tegelijkertijd komt het kind met zijn pijlen om de oorlog van het leven te beginnen. Verschilt het in mening over iets, dan is dat hetzelfde als aan bijl er tegenaan gooien.


Zo is zaaien in het Aramees verbonden aan wenen, geboren worden, en tegelijkertijd aan bloedvergiet, als een soldaat geboren worden, want de wereld is in oorlog. Alleen op die manier kun je je stem verheffen, als je door deze serie van ervaringen heengaat, anders is het onmogelijk. Zo is het zegel en merkteken van God dus ook ingericht dat je alleen maar deze dingen kunt verrichten door dat zegel, dat merkteken. Het merkteken is in het Aramees oorlogswerktuigen zoals een kleine pijltje en een mes. Het merkteken wordt beschreven als een manifestatie, een nieuwe creatie, maar ook een amulet, wat weer wijst op een slavenmerk. Het is een profetisch teken, een voorspelling, als een heraut.


In het Aramees brengt de dood een stilte, een slaap, en daarin een gave. Dit houdt verband met vruchtbaarheid. Ook wordt de dood omschreven als een fontein.


De tucht is kennis. In het Hebreeuws heeft de moederborst de diepere betekenis van vernietigen, kapotmaken. Daarom is de moederborst ook een oorlogswapen. Ook komt de borst van het woord 'zien', en profetie, als zien in een extase of geestvervoering. Daarom is de moederborst nauwverbonden met de hel. We zagen dat de moederberg de moeder borst voorstelde. De berg van de Moeder God in Eden is de hel.

Dan wordt er gezegd dat de overwinnaars zullen ontvangen van de bron van het levende water, wat in het Aramees betekent : de vacht van de nieuwe geboorte (van het lam). Ook de tent wordt hen geschonken, van die vacht gemaakt.


Het geboomte des levens staat daar, in het Aramees de gevestigde, gezwollen tuchtplaatsen van de baarmoeder.


De hel is de plaats waar gemengd wordt, in het Aramees betekent mengen vuil maken, vlekken maken, het planten van bomen, oftewel tuchtplaatsen. De lap van het lam wat gedragen wordt door de overwinnaars is om die reden vuil. De hel komt om te mengen en om de tucht te herstellen. In het Aramees worden dingen vaak omgedraaid. Er staat : Zalig zij die hun gewaden wassen, opdat zij recht mogen hebben op het geboomte des levens en door de poorten ingaan in de stad. In het Aramees is wassen dan mengen, vuilmaken, om zo de baarmoeder in te gaan voor een nieuwe geboorte. Wassen betekent verspreiden, een inval doen, en bedekt worden. Wassen heeft te maken met de oorlogsvoering en de jacht. Wassen betekent zwart maken, donker maken, alhoewel het ook witmaken kan betekenen.


Wanneer de zegels worden verbroken verschijnen er paarden. Paarden zijn in het Aramees een beeld van bruggen. Op die bruggen zal er verder strijd gevoerd moeten worden om in te gaan, om doorgang te krijgen. Aan het einde wordt het boek des levens geopend, of in het Aramees het boek van de baarmoeder.


Hel is de plaats van tucht, het vagevuur, niet altijd negatief, maar zuiverend, en zelfs helend. Hel is een school in de oude grondteksten, waar je kunt veranderen, een plaats waar je gered kunt worden, of je verder verhard, dat is aan jou. De hel is de moeder.


Zoals het woordje god misbruikt kan worden, zo kan het woordje hel ook misbruikt worden. Daarom moeten we voorzichtig zijn. In het begin, aan het begin van het boek Genesis, wordt er gesproken over een diepte. De NBG zegt alleen maar 'vloed', maar de Statenvertaling noemt het 'afgrond' :


Genesis 1


1 In den beginne schiep God den hemel en de aarde. 2 De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op den afgrond; en de Geest Gods zweefde op de wateren.


De Geest Gods, oftewel de Heilige Geest is SEPTUS. Deze valse vrucht werd aangeboden door de slang, de Luciferiaanse Jezus Christus, oftewel JOM, de Leviathan. SEPTUS is de essentie van de verboden vrucht, het gif wat afhoudt van de jacht. Dit reusachtige skelet staat voor een ieder die contact heeft met de Heilige Geest. Dan is het een kwestie van tijd waarin de Geestvervulde klaar moet komen met het Mysterie van de Heilige Geest, en zo niet dan zal de Geestvervulde door SEPTUS ten onder gaan. Het is een race tegen de klok, en dit is de tragische werkelijkheid van de Heilige Geest. Het is een tijd-atoombom. Het tikt door totdat de lont opgebrand is.


De Geest, SEPTUS, zweefde als een skelet over de duistere wateren, broedende, klaar om geopenbaard te worden als licht. Dan zegt God ineens : Er zij licht …


Wij moeten de eerste scheppingsdag van het licht, van de manifestatie van de Heilige Geest, verslaan.


JOM werkt samen met SEPTUS. Het zijn twee slangen die het licht creeerden, om alles te verblinden door het SEPTUS-gif. JOM, de oude vrouw, werkt met het slangengif, het slangenzaad, de Heilige Geest.


In de grondtekst zien we dan een rijk van kinderen verschijnen. God laat dit allemaal zien in het middendeel van de aarde. De plaatsen waar vruchten en zaad als zodanig worden vertaald, kun je ook vertalen met 'kinderen' (periy en zera). Bomen zijn in de grondteksten tuchtplaatsen, een beeld van de vrouw. In de inheemse mythologieen wordt dit allemaal wat duidelijker. In de Azteekse mythologie begonnen de goden allereerst kinderen te maken in een kinder-paradijs genaamd Tamoanchan. Hier groeit de Zuigelingen Boom, die 400.000 tepels heeft om de kinderen te voeden en ook voort te brengen. In de Inca mythologie is Mama Allpa de vrouw met de vele borsten voor hetzelfde doel, als een beeld van vruchtbaarheid.


Zoals we zagen in het eeuwig evangelie heeft JOM een valse tepelboom om de kinderen te misleiden en om vals zegelwerk te verrichten. Zij werkt met het SEPTUS-gif, de Heilige Geest. Dit manifesteerd zich in het werk van Jezus Christus.


De Nieuwe Openbaring, 6

43 En een stem sprak : Kent gij het geheimenis van de hondenhaag ? 44 Want aan het einde der haag zit de vrouw der katachtigen, en zij zal nog eenmaal opstaan om de kinderen van het koninkrijk te misleiden. 45 En zij zullen troost vinden bij de bomen des velds. En de aarde was in verbazing en verwondering dat de grote gevallen Jom was opgestaan. 46 En in haar hand had zij een tepelboom waarmee zij de zielen van kinderen kon binden. 47 En met zeven valse tepelen en sterren kon zij boeken en woorden verzegelen. 48 En de kinderen baden tot God, smekende of Hij het zegel der honden wilde verbreken.

In het kinder-paradijs is er het Itzpapalotl principe dat je bereid moet zijn de dingen die je het meest lief zijn op te offeren voor een hoger doel, de wet van scheiding. Dat is het precies het tegenovergestelde van wat de klaaggeest JOM doet, de valse godin van het huwelijk. Het Itzpapalotl principe is daarom belangrijk om JOM, het valse, verwende, vleselijke klagen, te overwinnen. In de Azteekse Mythologie regeert het Itzpapalotl principe het kinderparadijs. Het wordt beschermd door de watervallen van leegte en vergetelheid. Mama Allpa is in de Inca Mythologie de Baarmoeder van de aarde. Het boek des levens, oftewel het Boek van de Baarmoeder in het Aramees is dus het Boek van Mama Allpa, de veelborstige. Het Itzpapalotl principe, de wet van scheiding, was tegelijkertijd het geheim van de verjonging.

Er waren dus gevaren opgesteld juist om deze geheimen te beschermen. De mens werd later ontmaskerd in het Oosten, waar hij ook viel. Maar de geheimen waar het allemaal begon waren in het Westen, waar het inheemse Amerika de schatten van draagt, alhoewel die schatten vaak geplunderd waren door het Zij-Westen, de Spanjaarden, en het Oosten. De BIJBEL was niets anders dan een gestolen schat die geheel verkracht werd, en corrupt werd gemaakt, maar het houdt nog steeds iets zeer krachtigs gevangen. Wij moeten daarom door het voorhangsel heen scheuren om tot die schatten te komen. De Inheems Westerse gebieden houden de sleutels. Amerika is de Tehowm, de diepte. Deze afgrond zou je ook kunnen zien als de leeuwenkuil. Wij moeten terug in onze reis naar de plaats die God voor ons bestemd heeft. Dat is het aanhangen en verkrijgen van de tucht, het vinden van de moederborst, oftewel de veelborstige boom. Alleen zo kunnen wij de gif-boom van de borsten van JOM verslaan.

Wij moeten dus kiezen tussen Hel en Geest, oftewel tussen Hel en SEPTUS.

De Nieuwe Openbaring II, 4

37 En toen hief de Heere mij op, en daalde vervolgens neer op een plaats genoemd het Oude Amerika. 38 En ik zag de gezichten van drie stamhoofden gebeeldhouwd in bot, en zij droegen een gloeiende tepel op hun voorhoofd. 39 En de Heere bedekte de tepelen en duisternis kwam tot de plaats.

Het Azteekse Apen-medicijn, oftewel het Ozomahtli-medicijn wat ook een deel is van hun kalender, is om gif te transformeren tot medicijn, als een aparte kunst in het oorlogsvoeren. Het was een dertien-daagse zoektocht naar het medicijn, om een oorlogs-schild te vervaardigen en om items voor je medicijnen-rugtas te verzamelen.

God openbaarde namelijk de dieren om de kinderen te helpen. God openbaarde ook het gras :

Genesis 1

11 En God zeide: Dat de aarde uitschiete gras, kruid zaadzaaiende, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijn aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzo. 12 En de aarde bracht voort grasscheutjes, kruid zaadzaaiende naar zijn aard, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijn aard.

Gras is in het Aramees ook regen, en dat betekent afdalen tot een lagere plaats, en wenen. In de Azteekse Kalender is het Gras-medicijn lankmoedigheid, oftewel vasthoudendheid in het lijden, het vasthouden aan de tucht, oftewel longsuffering in het Engels, en dan wel met een hele speciale reden, namelijk het ontmoeten van anderen en met hen samengesmeed worden. Dat gaat niet om de natuurlijke contacten, maar om de contacten in de andere wereld. Dit wordt ook wel het Malinalli-medicijn genoemd.

Er werden vijanden geopenbaard, het eeuwige conflict werd getoond. Die werelden moesten gedragen worden als een last, en in de oorlog was het belangrijk om gif te transformeren tot medicijn. Dat was een belangrijke taak van de Azteekse dokters, die ingewijd waren in het Patecatl-principe van vruchtbaarheids-genezing.


Het Azteekse Water-medicijn in de Azteekse Kalender, het Atl-medicijn, was bedoeld om op te wekken voor de strijd om die reden. In de grondteksten is water ook een oorlog, wat beschreven wordt als een zaad, en dit zaad is vuil. Het Azteekse Water-medicijn zorgt ervoor dat je toewijding krijgt aan de beproeving van het conflict, omdat het je zuivert. Juist door de toewijding aan de oorlog wordt het gif medicinaal. In de grondteksten is Mayim het Hebreeuwse water-medicijn, het oorlogs-medicijn, wat erg vuil en giftig is, maar wat een merkteken maakt als een belangrijk fundament in je leven.


Mama Quilla was de Inca godin van de maan. De maan is in het Aramees schip en een leeg vat. Een schip is de leegte in de rumoerige, oorlogsvoerende, vuile wateren. Die leegte is de beschermer van de Tehowm, de afgrond, de tuchtplaats, het beeld van de vrouw, de moeder God. Wij kunnen alleen door de leegte tot haar naderen, door helemaal los te komen van onszelf, als een leeg vat. In Openbaring zien we de vrouw met de maan onder haar voeten. Mama Quilla is de beschermster van de vrouwen, en wel door dit principe. Wij moeten als een leeg vat onder de voeten van de moeder God komen, als de maan, als een schip op woeste wateren. Door het zegel van de leegte hebben wij ook toegang tot de Tehowm.


Mama Cocha is de Inca godin van de zee, van de wateren. Zij draagt het water-medicijn om in te wijden in de oorlog. De zee is ook afgrond in het Aramees. Zij is dus de Tehowm.


In onze reis is het belangrijk om te strijden om tot overwinning te komen, om vandaaruit de witte steen, de botten van de vijand, te ontvangen, die niet alleen maar het begrijpen betekent in de grondteksten, maar ook : de steen van vreze. Pachamama is de godin van aardbevingen en van de oogst in de Inca mythologie. Aardbeving is vrees in de grondteksten. De witte steen is nauw verbonden met het verborgen manna wat ook aan de overwinnaars wordt geschonken. Er wordt dan gesproken over een oogst. Vandaar dat we Pachamama kunnen zien als de witte steen. We zien dan dat door de macht van de witte steen, door aardbevingen, Babylon is stukken wordt gescheurd, in Openbaring 16. Dan komt er ook grote hagel. In het Aramees is hagel ook stenen. Er zal een dag zijn dat het witte stenen, botten van de vijand, zal regenen, en dat zal zijn wanneer de witte steen, Pachamama, terug zal komen tot de aarde om te oordelen. Dan is de witte steen een wapen. Regenen betekent dus afdalen naar een lagere plaats. Wij moeten dieper de onderwereld in tot het verkrijgen van de botten van de vijand voor priesterlijke dienst.


Salomo's troon was gemaakt van witte steen, ivoor, met goud bedekt. De grote witte troon in Openbaring 20 waar alles van wegvlucht en waardoor alles zijn plaats verliest, is ook van witte steen. De Vreze des Heeren is het begin van de wijsheid. Wijsheid betekent in de grondteksten ook oorlogs-kunde. Overwinnen betekent komen tot de Pachamama troon van Salomo. Dit is een troon gemaakt van de botten van de vijand.


De Jezus-Geest stond op door het gif van SEPTUS, de Heilige Geest. Jezus vertrok weer, zoals zijn voorganger Horus ook was vertrokken. De Heilige Geest zou hen bewaken, verscholen houden. De Heilige Geest zou mensen het gif toedienen. Mensen werden gedwongen van dit gif te eten, anders zouden ze gemarteld worden, opgesloten en gedood, om vervolgens voor eeuwig in de hel te branden. Dat was het werk van SEPTUS. SEPTUS onderdrukte de vrouwen, omdat hij wist dat het goddelijke vrouwelijke het medicijn van de gnosis bezat. Deze verschrikkelijke slang zal uit de hemel vallen.


SEPTUS had al die leugens over de hel rondgebazuint, in zijn oorlog tegen de Moeder God. Samen met CANON, het afgesloten Woord, een vorm van Lucifer-Jezus-Jom, zat hij aan de skeletten-tafel van MOAB, een valse jachts-tafel, als twee skeletten. De mens had de canonieke Jezus tot god gemaakt, tot het ontvangen van het SEPTUS-gif, om mannen te bekrachtigen en vrouwen te verzwakken, opdat de gnosis verborgen zou blijven.


De Geest en de Bruid zeggen : Kom. Dit zijn dus SEPTUS en JOM. Zij houden HORUS verborgen.


Suw en Iyowb waren zoekende naar de troonplaats van God, de MAWTAB, de tafel van God, goddelijke wezens, de plaats van de jachtmaaltijd in het Aramees. De MAWTAB is de plaats waar zij werden klaar gemaakt voor de oorlog en de jacht, voor het oprichten van de wet en het recht. Het is de plaats waar zijn mond wordt gevuld met bestraffing en kastijding, de TOWKECHAH in het Hebreeuws. Op deze plaats zouden Suw en Iyowb in staat zijn God's woorden te horen en gehoorzamen, waaruit profetische liederen zouden voortkomen (chants) – NY in het Aramees. En zij zouden God's instructies van de Amazonen begrijpen. Zou God met overmacht tegen hen strijden ? Nee, maar hen vullen met vreze, relikwieen, vroomheid, religie en de heilige cultus – DEHLETA. Ervaring zou hen laten overwinnen. Moeder God zou hen niet voortdurend het leven zuur maken, want Moeder God kende hun wandel en dogma, hun doctrines. Toetste Moeder God hen, dan zouden zij als een verentooi tevoorschijn komen, hebbende de windgod, de Heilige Geest, SEPTUS, overwonnen. De skelettentafel van Moab was een valse MAWTAB, een valse troon en jachttafel.


In het valse Pinksteren worden christenen vervuld met SEPTUS, om hen af te leiden van de offerdienst. De SEPTUS-slang en de JOM-slang, oftewel de Heilige Geest slang en de Jezus slang, zullen om hun ruggegraat heen kronkelen, om de medische staf, het teken van Mercurius, het kwik-vergif, en de Romeinse god van de media en de handel. In het Grieks is dit Hermes. Dit staat in India bekend als de Kundalini, hetzelfde als de geestesdoop waarin Jezus en de Heilige Geest, Jom en Septus, de persoon overnemen. Deze twee slangen om de ruggegraat heen heten Ida en Pingala, die ook de twee hersenhelften voorstellen.


Wij kwamen in deze gebieden terecht, op deze aarde, waar deze afgoden die hier heersten zich op deze manier manifesteerden. De twee slangen, Jom en SEPTUS, die zich als Jezus en de Heilige Geest manifesteerden, door de Kundalini van India, zijn godstartende afgodsbeelden van de begin-periode van de mens, waarin de mens zijn meesters ontmoette die de macht symboliseerden in het buiten-paradijselijke gebied.


Ook Boeddha had de tong van vuur en glorie soms op zijn hoofd, en in het hindoeisme was Kali de tong van vuur, van Agni, de god van het vuur. Hier zijn de pinksterverhalen uit voortgekomen. In het oude India was de Geest van God alreeds beschreven als een duif, en genaamd de Heilige Geest. Onder de Brahmanse theocratie moesten mensen wedergeboren worden door de geest om de geest als een duif te ontvangen. De duif was in meerdere religies van de oudheid een belangrijk messiaans item, en dit bewijst de heidense oorsprong van de Heilige Geest des te meer. Er werd zorgvuldig gebouwd op alreeds krachtige politieke dynamieken, en alles moest er nauw op aansluiten om de bloedlijnen van de satanische heersers niet ergens af te kappen.


De duif was een attribuut van Venus, de Roomse JOM, de klaagster, waaraan duiven zelfs werden geofferd. Ook de cirkel en het kruis waren symbolen van haar.


Jesaja 14


29 Verheug u niet, gij gans Palestina! dat de roede die u sloeg, gebroken is; want uit de wortel der slang zal een basilisk voortkomen, en haar vrucht zal een vurige vliegende draak zijn. 30 En de eerstgeborenen der armen zullen weiden, en de nooddruftigen zullen zeker nederliggen; uw wortel daarentegen zal Ik door den honger doden, en uw overblijfsel zal hij ombrengen. 31 Huil, gij poort, schreeuw, gij stad! gij zijt gesmolten, gij gans Palestina! want van het noorden komt een rook, en er is geen eenzame in zijn samenkomsten. 32 Wat zal men dan antwoorden den boden des volks? Dat de HEERE Sion gegrond heeft, opdat de bedrukten Zijns volks een toevlucht daarin hebben zouden.


Het spreekt over de slang in het paradijs. Deze slang was voor de zondeval een wezen dat kon vliegen, een basilisk, de wortel van de slang. Na de zondeval moest de slang op zijn buik voortgaan. De vrucht van deze fabelachtige basilisk zal een vurige vliegende draak zijn. In de KJV wordt dit gewoon vertaald als vurige vliegende slang, maar in de grondtekst is dit allemaal veel meer. In de grondtekst wordt de vrucht besproken door het woordje 'saraph', en dat zijn wezens met zes vleugels, zes handen en zes stemmen, drie keer zes, 666. Het is een bepaalde al dan niet gevallen engelen-orde genaamd de serafs of de serafim, en dat kan dus niet alleen maar vertaald worden als vliegende slangen of draken.


De serafs hebben te maken met het branden, met vuur. Zij zijn verbonden met Kali, de tong van vuur van India, waar de christelijke tongen van vuur op het pinksterfeest vandaan kwamen. Dit is de 666 van de serafim, een merkteken. De valse MEOWNAH wordt in de bijbel beschreven als het hol van draken. Dit heeft allemaal met elkaar te maken. De vrucht van Jezus was de vrucht van een slang. De zes vleugels en zes handen hebben insectische kwaliteiten. Dit heeft allemaal zijn oorsprong in India, waar vele goden meerdere armen hebben. De creatie van de aarde had te maken met een insectische samenzwering, van insectische aliens. Deze insecten staan dan weer achter de zogenaamde reptilians van de illuminati.


De duif staat voor 'het vrouwelijke wat zich heeft onderworpen aan de man', oftewel 'de dochters der mensen.' De duif maakte Saturnus groot, de kinderverslindende vadergod. De duif is één van de manifestatie-vormen van SEPTUS, de Heilige Geest. De 'dochters der mensen' in Genesis 6 zijn Heilige Geest-aliens, verwekt door het slangenzaad. Zij hebben SEPTUS als vader, en zijn daarom SEPTUS-boze geesten. SEPTUS creeert zulke robotische vrouwen die de mannelijke wet groot moeten maken en groot moeten houden. Deze aliens werken door het medische systeem. Dit is ook wat zij in de grondtekst betekenen : genezers.


De 'dochters der mensen', levensgevaarlijke aliens, waren nakomelingen van de slang, en van Kain, de landbouwer en zakenman. In de Hebreeuwse grondtekst betekent het appel, als de verboden vrucht, waardoor vele engelen (Aramees : demonen) vielen. Zij wisten de weg tot de baarmoeders te vinden om vlees te worden, en een grote positie in de onderwereld. De verboden vrucht is vergif, de slangenbeet, valse medicijnen die hun oorsprong niet in de gnosis hebben, maar in hekserij. We hebben het over het medische dictatorschap vandaag de dag, wat ons langzaam wil vergiftigen door gedwongen medicijnen in de vorm van het algemene medische systeem, de psychiatrie en de tandheelkunde, oftewel de gedwongen giftige vullingen-industrie. Deze medicijnen zijn geprogrammeerd om het genezingsproces te vertragen, en de gezondheid stapsgewijs te vernietigen, door het zenuwstelsel in de war te gooien, zodat de illuminatie langzaam maar zeker macht krijgt over de hersenen. Dit is allemaal beter voor de economie. Het is geprogrammeerd door het slangenzaad, met de missie om slachtoffers te binden aan de valse boom. Het is de infiltratie van vergif.


SEPTUS was de Zoon van Christus, de Zoon van JOM, de duif van Venus. SEPTUS moest haar grootmaken, en deed dit door de 'dochters der mensen', die mannen van naam aanhingen en mannen van naam grootbrachten. Zij houden de aloude fundamenten van afgoderij in leven. Zij zijn verzot op Jezus en de Heilige Geest omdat dat de man macht geeft. Een 'dochter der mensen' wil geen afstand doen van deze afgoden. Zij is hieraan te gehecht. Eén van haar verschijningsvormen is een verpleegster, of medische assistent.


In het Aramees waren deze 'dochters der mensen' eieren. Zij waren dus eieren van de slang. Zij werden bestempeld als 'goed' in de zin dat ze mensenbehagers waren van het systeem. Zij moesten het systeem grootmaken. Daartoe waren ze uitgezonden. Dit werd geconstateerd door valse visioenen in de grondtekst. Er was dus een heleboel misleiding gaande om deze zogenaamde kunstmatige nep-vrouwen deze status te geven.

Het slangenzaad bracht ook andere nakomelingen voort, genaamd de SNAILIM, slakken. Zij kunnen dus door het vertragend gif mensen zelfs in een coma brengen. Deze slakken zijn doof en hebben geen hart. Zij hebben een media van de dood.

De 'dochters der mensen' betekent 'genezers' in de grondtekst. Zij genezen boze geesten, zij genezen de Nephilim wanneer dezen thuis komen van de oorlog.

Zij zijn de kleinkinderen van JOM, en kinderen van SEPTUS. Zij bevinden zich in de bloedlijn van SEPTUS, het slangenzaad. Al hun werken zijn erop gericht Saturnus groot te maken. Dit was de verboden vrucht. Ook Kali wordt soms weleens beschreven als 'het verbodene.'

De wortel van de slang heeft dus een insectische oorsprong, wat ook weer wordt geopenbaard door het nageslacht. De 'dochters der mensen' werken met het slakkengif, om het oordeel van God te vertragen, zodat Saturnus veilig blijft. De geest van vertraging moet overwonnen worden. Het is de geest van uitstel.

De medische wereld aanbidt de staf van Mercurius waar de twee slangen omheen kronkelen, als andere vormen van Jezus en de Heilige Geest, oftewel Jom en SEPTUS. Zij brachten de 'dochters der mensen' voort om het giftige medicijn wat de handel moest bekrachtigen veilig te stellen. Het was dus een economische strategie.

Ryan, Horus, draagt deze staf om zijn magie mee te bedrijven, om controle uit te oefenen op aarde. Het is de valse staf van Mozes. Hij stal deze staf uit de MOWED, uit de Levitische tijdschijf. Oorspronkelijk was het een tijd-wijzer. In het Eeuwig Evangelie staat dat Adam het rode paard zal berijden. Het was allemaal de magie van het rode paard, zijn zwaard, om volkeren tegen elkaar op te zetten, zodat de markt groot zou worden. Adam kent het paradoxale geheim van het rode paard. Dit geheim is als zijn vogel.

Ook SUW en Iyowb kwamen voort uit Adam, en vormen delen van hem. SUW versloeg de Heilige Geest, en Iyowb versloeg Jezus. Zij hadden de windgod verslagen. SEPTUS was een mysterie, als de tepelboom, de tepelstaf van Jom, waarmee zij zielen verzegelde. Het bracht een gif voort wat hoofden innam. Maar Adam rijdt op het rode paard.

De Zesde Heraut van de Canon

1. Zo zullen zij die onder de letter leven dan Adam zien als de onderdrukker, maar zij die door de geest zijn vrijgezet zullen hem zien als de verlosser. Zo was hij voor vier dagen in de put, waar hij at van rattenvlees en het vlees der slangen. En na zijn reis in de put vond hij een opening waar hij goud zag blinken en edelgesteente van allerlei soort, en dit is het geheimenis, lieden : Hij werd door deze rijkdommen verblind, en verward, en als een koning der duisternis keerde hij terug. Nu had hij de schatten van Assur bezocht, en de schatten der indianen, hun vrouwen, en nam vele krijgsgevangenen mee uit de doden. Ja, wegbaner werd hij genoemd, maker van gangen, vredesstichter, groot oorlogsheld. Hij maakte een pad door de wildernis, en het pad verblindde hem, en voerde hem naar de duisternis, en naar duistere steden. En ik zag Adam op een groot paard zitten, en in de nachten was hij als een zwerver, als een onderzoeker en een zoeker, om zijn weg te vinden over duistere paden. En ik hoorde een stem zeggen : Beelzebul, meester, zij komen het geheimenis halen. En ik zag twee lange zwarte gestaltes met een schat, en door de roep van Adam begon de schat los te komen. En aan het einde van deze nachten zat Adam op een rood paard. En dit is het geheimenis, geliefden : Adam kende de indiaanse nachten nu, de nachten van het kruis, en hun juwelen en schoonheden, en hij bracht dit tot de volkeren om hen die in gebondenheid en slavernij leefden bevrijding te verkondigen.

De staf van de medische wereld moet gebroken worden. Het rode paard moet veroverd worden. Dit is in Adam geschied. Dit is de tijdwijzer in de MOWED, als de IDOM, de ADAM, de phallische speer. Adam is verbonden aan de menstruatie, en kan dus ook vrouwelijk zijn, als een Amazone stam.

De tijdwijzer is het besnijdenis mes. Door het rode paard te overwinnen en te berijden hebben wij rijkelijke toegang tot de moederberg, de moederborst, waar de geheimenissen van het besnijdenis mes verborgen liggen. Dit is een onderdeel van de Efezische wapenrusting. SEPTUS staat voor ons, wanneer wij de Heilige Geest aanroepen. Wij moeten de Heilige Geest overwinnen, anders overwint het ons. Het is als het tikken van een tijdbom. Dit betekent : Wij moeten klaarkomen met het mysterie.

Twee slangen om een staf, een oeroud religieus symbool, ook gebruikt door de vrijmetselarij. De staf leidt tot het gouden oog. Het ware oog is de hel, de bewaker van het orakel. Wij moeten kiezen tussen de hel en de Geest. De hel leidt tot de gnosis, en de Geest tot de tuchteloosheid, tot Jezus, die alle zonden zal uitdoven door een eenmalig offer. De klaaggeest werkt samen met beschuldiging. JOM wil alle eer voor haarzelf. Door het verschrikkelijke geklaag en de beschuldigingen is het voor velen moeilijk om binnen te gaan. Afgoderij is veel makkelijker, en dit is voornamelijk voor de luie gelovigen.

Adam overwon de slang door de slang te worden.


De Vijfde Heraut van de Canon


3 En het raadsel is dit : Door het lijden en sterven van zowel de eerste als de tweede Adam werden zij gelijk aan de slang, die Mozes ophief ten genezing, die voortkwam uit de staf.


Ook staat er in dit vers : Zo zijn de sluiers van het paradijs verleidelijk, vol van verlokkingen, van valstrikken waaraan alleen de rechtvaardige zal ontkomen.


In de esoterie heeft Adam een vogel, ook wel een vliegende dolfijn. In de pre-atlantische dorga-geschriften, in de apocalypse, gaat het over de drie-eenheid van marteling, een gevaarlijke groep van boze geesten. Zij worden ook beschreven als drie zwarte arenden, drie hoeren van de stad Mahamarma. Mahamarma is de stad van grote vernietiging. De Rode Bleke Slang komt over de aarde om het te eten, maar in zijn buik zal de nieuwe stad groeien. De slang verandert dan in een draak, en zal dan vliegen tot de stad van vuur, genaamd Muhammohamma. Zij willen Mahamarma herbouwen in de dieptes van Muhammohamma, maar de draak die de geheimen bewaakt is erg ziek, omdat de nieuwe stad in zijn buik groeit. Deze stad is de stad van Porka, de oorlogsgodin van de Dorga, en in deze stad groeit een schip. De draakt maakt een meisje zwanger genaamd Tabule. Zij krijgt de stad in haar maar ook zijn ziekte. Ze wordt zo ziek dat ze naar de zee gedreven wordt waar ze geboorte geeft aan haar baby : een groene dolfijn. Nu heeft haar baby de stad binnenin zich, en zwemt naar Muhammohamma waar hij de stad en de ziekte uitspuugt. Hierdoor wordt Muhammohamma omgekeerd. Tabule verdronk in de zee terwijl ze haar baby, de groene dolfijn, had gebaard. De naam van de groene dolfijn is Mawatti. Deze zal oprijzen en veranderen in een orca aan het einde der tijden, zoals de Dorga zegt, een soort van pre-atlantische bijbel van de indianen.


Cryptisch gesproken gaat dit over de oprichting van de MOWED, en zijn er overeenkomsten met het rode paard. Adam zal het rode paard berijden. Het rode paard zal teruggeplaatst worden waar het hoort.


SUW is het goddelijke rode paard wat Adam berijdt, om te komen tot de dieptes van het paradijs, het westen. De verboden vrucht was de valse moederberg, de tepelen van de staf van JOM. Deze staf was SEPTUS. Het leidde mensen tot het boze oog. Op de pinksterdag ontving men KALI, de tong van vuur uit het oude India. KALI is vaak dronken van het bloed van haar slachtoffers, waardoor ze begint te dansen. Haar uitgestoken tong staat voor bloedlust.


Openbaring 17


1 En één van de zeven amazonen, die de zeven schalen hadden, kwam en sprak met mij, zeggende: Kom hier, ik zal u tonen het oordeel over de grote hoer, die zit aan vele wateren, 2 met wie de koningen der aarde gehoereerd hebben, en zij, die op de aarde wonen, zijn dronken geworden van de wijn harer hoererij. 3 En zij voerde mij in de andere wereld weg naar een woestijn. En ik zag een vrouw zitten op een scharlakenrood beest, dat vol was van godslasterlijke namen, en het had zeven koppen en tien horens. 4 En de vrouw was gehuld in purper en scharlaken en rijk versierd met goud, edelgesteente en paarlen, en zij had in haar hand een gouden beker, vol gruwelen, en de onreinheden van haar hoererij. 5 En op haar voorhoofd was een naam geschreven, een geheimenis: het grote Babylon, moeder van de hoeren en van de gruwelen der aarde. 6 En ik zag de vrouw dronken van het bloed der heiligen en van het bloed der getuigen van MOWED.


Hier zien we SEPTUS als Kali het beest berijden. Het was een scharlakenrood beest, als het rode paard. Ook kan dit staan voor het beest uit de aarde, het tweede beest, JOM. De Heilige Geest rijdt hier op Christus, dronken van bloed. SEPTUS rijdt op Jom. Dit is het mysterie van het grote Babylon, moeder van de hoeren en van de gruwelen van de aarde. Kali, SEPTUS, komt in je, wanneer je de Heilige Geest hebt ontvangen. Dan volgt er een worsteling om tot het geheimenis te komen. De Kundalini komt vanuit je stuitje, om je ruggengraat in bezit te nemen, het centrale zenuwstelsel. Ida en Pingala kronkelen er omheen. Het stuitje is de slangenmand waarvanuit de slang opstijgt om de hersenen te bijten en te vergiftigen. Vandaar wordt het hele lichaam vergiftigd. God werkte hier doorheen.


Adam zit op het rode paard. God werkte hier doorheen. Adam versloeg het rode paard, door SUW en Iyowb. God werkte hier doorheen. De vliegende dolfijn uit het pre-atlantische beeldde dit uit, en bracht Adam tot de dieptes van het paradijs. Ook is dit in de esoterie de vogel van Adam, als een paradijsvogel. Deze bracht Adam over de paradijselijke zeeen en rivieren. Adam had in de esoterie een helm op met veren, en een pantser. Soms had hij ook een bazuin. Wij moeten het geheim van de vogel van Adam leren kennen om dichter tot Adam te komen. In het geheim van de vogel van Adam is de Heilige Geest ontmaskerd als SEPTUS.


In een ander gedeelte van het Eeuwig Evangelie zien we Adam op het witte paard :


De Vijfde Heraut van de Canon


4 En het geheimenis omtrend Adam en Eva werd bekend. En ik zag vele steden jubelen omdat ze vrij waren gekomen onder dit geheimenis. En zij werden van hun lasten verlost. En zo waren er twee bruggen in het paradijs, en ja, deze werden aanbeden. En ik zag Adam op een groot wit paard zitten, en ik zag het geheimenis der eeuwen op Frankrijk rusten, en daarna op Duitsland, en toen begon de Heere zijn grotten en ravijnen te openen, en grote wildernissen met hun rivieren. En er kwam een oordeel op de aarde zoals er nog nooit geweest was, en Adam leidde de volkeren met een staf van ijzer. En het ijzer werd zwart voor de Heere en de Heere spuwde op de aarde. En er was een verdrukking zoals er nog nooit eerder was geweest, en vele graven gingen open. En ik zag de martelaren des Heeren voor de Heere verschijnen roepende om wraak, omdat ze zo lang door het letterlijke waren gekweld. En de Heere gaf hen een rood kleed, bevlekt met bloed.


Het witte paard staat voor de witte steen, oftewel de botten van de vijand. Dit staat ook voor de THORAX, het borsttuig van de gerechtigheid, de Orionse ETRU, wat ook de priesterlijke ribbenrok betekent als beeld van de vruchtbaarheid. De ribben van de vijand waren belangrijk voor de nieuwe schepping. Als wij tot Eva willen komen en tot de Moeder God, tot de Amazonen, dan zullen we de ribben van de vijand moeten veroveren. Eva, de goddelijke vrouw, kwam voort vanuit de ribbenrok van Adam. Hij moest hiervoor vijanden verslaan. Bij de Amazonen was het soms regel dat voordat een man of jongen de tent van een Amazone kon binnengaan hij eerst een bepaald veesoort moest overwinnen in de jacht. Soms moest hij delen van een geslacht dier bij zich dragen, anders zou de toorn van de Amazonen op hem vallen. Dit kon heel erg verkeerd aflopen, in de zin dat er zware straffen op stonden. Deze dingen waren dus bloedserieus. De Moeder God kan alleen bereikt worden door de jacht en de jacht rituelen. Natuurlijk is dit metaforisch. Het gaat om de gnosis van deze dingen. Adam moest gelijk worden aan de slang. Hij moest in de dieptes van het christendom geworpen worden, en gekruisigd worden, en verkeerd uitgelegd. Dit staat allemaal in het Eeuwig Evangelie opgetekend. Hierdoor moest Adam JOM verslaan, oftewel Jezus Christus. Ook moest hij de Heilige Geest verslaan, de vrucht van Jezus Christus. JOM, oftewel Jezus, de Leviathan, de kip, kon hij verslaan door de Iyowbitische gnosis. Hij verzamelde de botten van de kippenvorm van JOM en maakte hiervan een jachtrok. Vanuit één van deze botten zou hij Eva kunnen oprichten, in de esoterie. Dit had in diepere grondtekst te maken met het oprichten van een stam. Door de jacht kon hij tot Eva naderen.


Adam moest de ETRU, het Orionse priesterlijke ribbenpantser of bottenrok, maken van de botten van JOM en SEPTUS. Zo kwam Adam als overwinnaar tot de witte steen, tot het witte paard.


Wij kunnen dit geheimenis alleen verstaan in de context van de tempel van Zaralahm, dat wat verborgen ligt achter het christendom. De sluier van het christendom houdt deze tempel verborgen. Zaralahm is de draak. Natuurlijk is de rode draak in meerdere lagen. Zo is de draak ook satan, Yahweh, rachab, de vader van Leviathan, van Jezus. Er is dus een draak achter de draak, en die is Zaralahm, de vader van de christelijke draak. In dit opzicht is de apocalypse van Daniel interessant :


Daniel 7


5 En zie, een ander dier, het tweede, geleek op een beer; het richtte zich op de ene zijde op, en drie ribben waren in zijn muil tussen zijn tanden; en men sprak tegen hem aldus: sta op, eet veel vlees.


De beer hield drie ribben verborgen, en is belangrijk in dit opzicht. Deze beer houdt de drie ribben van het christendom verborgen als de drie wortels van het christendom, van de drie-eenheid, of drie-eenheden, want er zijn meerdere drie-eenheden. Deze beer stond voor de Meden en Perzen, maar stond later ook voor het rijk van Zaralahm. In het Eeuwig Evangelie waren de beer en de panter de ouders van de draak uit openbaring. De beer zelf was dus zelfs een hogere vorm van de draak, en dat was in de vorm van het rijk van Zaralahm, en dat rijk hield de botten van de vijand verborgen. Wij moeten dus dieper in de tempel van Zaralahm doordringen om SEPTUS, de Heilige Geest, te verslaan, oftewel : om tot de gnosis te komen die door SEPTUS wordt bewaakt.


We maken onderscheid tussen het paradijselijke lichaam, en het lichaam na de zondeval. De aarde waar we nu op leven is niet de paradijselijke aarde, maar de gevallen aarde, de lagere aardse gewesten. Hier is een lichaam dan ook veel anders. SEPTUS hield zich veel bezig met de verschillen in de anatomie tussen man en vrouw. Hij maakte het zo dat mannen sterker werden dan vrouwen, zodat de man heerschappij zou voeren over de man. Dit was het gevolg van de zondeval, dat had niets met het originele lichaam van man en vrouw te maken. Het was de vloek verbonden aan de zonde :


Genesis 3


16 Tot de vrouw zeide Hij: Ik zal zeer vermenigvuldigen uw smart, namelijk uwer dracht; met smart zult gij kinderen baren; en tot uw man zal uw begeerte zijn, en hij zal over u heerschappij hebben.


Hier op aarde, na de zondeval, dus in de lagere aardse gewesten, waar satan god is, is het de wereld van de reuzen, de mannen van naam, pronkende mannen die macht voeren over vrouwen en hen als slaven gebruiken. De zogenaamde 'dochters der mensen', een ander geslacht van boze geesten, moesten hen in die positie ondersteunen. Omdat de mens geen zin had in allerlei ingewikkelde wetregeling van God voor het gebruik van zijn schepping, maakte SEPTUS een veel simpelere constructie, de directe brute materiele kracht van het spier-mechanisme, om zo Moeder God te doven. Zo ging de mens over van een verheerlijkt, goddelijk lichaam, tot een gevallen lichaam des doods van brute kracht. De mens was niet meer verbonden aan de bomen van het paradijs, de plaatsen van tucht.


Genesis 2


24 Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.


In de grondtekst wordt er gesproken over de man zal zijn vrouw volgen. Zij kregen dus een soort leidraad door God gegeven. Natuurlijk was dit ook om hen op de proef te stellen. Die leidraad moest op de juiste manier gebruikt worden en aan bepaalde principes voldoen.


In de Orionse mythologie was de mens oorspronkelijk gemaakt van het mannelijk geslachtsdeel of mannelijke geslachtsdelen in die zin dat het lichaam niet door spieren werkte, maar door een vorm van spasme, door lichaampjes die met bloed gevuld worden, wat dan verder meer door pezen werd ondersteunt in plaats van spieren. Het voordeel van dit lichaam was dat alles telkens terugkeerde tot de leegte, en vanuit de leegte voortkwam. Door de zondeval kwam hier verandering in. Men werd slaaf van lichaamskracht wat telkens van alles wilde.


Toen de vrouw werd gemaakt viel Adam in een diepe slaap, de tardemah. Dit was een bovennatuurlijke slaap die God gaf. Na de zondeval kreeg de man door de vloek een lichaam wat zou heersen over de vrouw, terwijl de vrouw in vergelijking met de man nog wel iets van die verlamming in zich had, van de oorspronkelijke staat. De man had die verlamming alleen nog maar op één plaats, waar zijn geslachtsdeel is.


Voor een man is het dus belangrijk om terug te gaan tot de Tardemah, de heilige slaap, waardoor hij in contact komt met zijn oorspronkelijke lichaam, en in contact komt met zijn oorspronkelijke vrouw, de heilige vrouw. Het mannelijk geslachtsdeel was dus oorspronkelijk niet alleen maar van de man. De vrouw kwam er uit voort. Ze waren beiden gebouwd vanuit deze sponzige substanties die er dus voor moesten zorgen dat de mens leefde vanuit de leegte. Deze leegte moest gevuld worden door het overwinnen van de vijand en niet met spierkracht. De heilige vrouw was gemaakt zodat de man haar kon volgen, en niet andersom. Maar de man ging met de verkeerde vrouwen van dat volk om, en werd geleid tot de slang en de verboden vrucht, waardoor alle ellende begon. De man verloor zijn kostelijk, verfijnde lichaam, en werd opgesloten in een groffe, brute kolom vervaardigt door reuzen, de mannen van naam, de gevallen zonen Gods, om hem daarin opgesloten te houden, en hem te koppelen met boze geesten, de dochters der mensen. Alleen bij kinderen kunnen we soms nog die oorspronkelijke goddelijke 'verlamdheid' terugzien van het paradijs, of bij mensen die onderworpen zijn aan de gnosis, en kinderlijk zijn toegewijd aan God, als godvrezenden. Zij dragen het zaad van het nieuwe lichaam wat terug gaat komen. De deuren van het paradijs zullen dan weer geopend worden. Dit is een heel esoterisch gebeuren. Het zal gebeuren wanneer het volk kennis zal gaan krijgen over deze dingen, wanneer God de deuren van de gnosis opent.


Velen zullen dit niet aankunnen, en zullen grijpen naar hun oude bijbels, door de vrijmetselarij en de illuminati vertaald, de oude wereldorde. Zij zullen zich vastklampen aan de slang, en aan SEPTUS, om de gevallen man groot te houden. Zij willen de grondteksten niet onder ogen komen, en al helemaal niet het tweede woord des Heere, want dan zal hun gevallen natuur ontmaskert worden en onttroont. Maar anderen zullen het gaan zien als een bevrijding. Die dag zal komen, en dan is het 'Kiest dan heden wie gij dienen zult.'


De aarde werd geschapen vanuit 'mayim', wat niet alleen maar water betekent, maar ook zaad (semen). Toen vond er dus schepping plaats. Omdat de mens, zowel man en vrouw gemaakt waren vanuit 'mannelijke' geslachtsdelen, scheidden zij dus ook zaad uit, waarmee zij konden scheppen, net zoals God, want zij waren naar Haar gelijkenis gemaakt. Ook zien we dus dat er geschapen wordt vanuit de heilige slaap, de Tardemah, oftewel de heilige verlamming. Telkens weer werd er vanuit de leegte geschapen.


Wij mogen terugkeren tot het paradijs door de heilige slaap, als wij de valse slaap zullen verslaan, de slang en de vrucht, SEPTUS, met hun valse slaap (Toronto), en hun anti-slaap. Ons leven zal gevuld moeten worden met mayim, het goddelijke zaad, de overwonnen vijand, zodat scheppingswonderen plaats zullen vinden. De Tsela, het 'mannelijke' geslachtsdeel oftewel het oorspronkelijke vrouwelijke principe reflecteerd wie wij oorspronkelijk waren. Daartoe zullen wij moeten terugkeren. De Tardemah is ons gegeven als een wapen. Wij mogen niet sterk zijn vanuit onszelf (pronken), maar wij moeten zwak zijn, om de sterkte van God te ontvangen, vanuit de leegte, en altijd weer terugkerend tot de leegte. De Tardemah is onze bescherming. De slaap heeft met de tucht te maken, en een zekere dronkenschap. Slaap en zaad zijn dus nauwverbonden met elkaar als de scheppingskracht van God.


Bij de verbreking van het vijfde zegel zagen we de heilige slaap komen. Bij de verbreking van het zesde zegel zien we een herschepping plaatsvinden, en degenen die hebben overwonnen komen uit het bloed van de grote verdrukking. Zij worden geleid tot de waterbronnen des levens, oftewel de bronnen van de mayim, de bronnen van zaad, van de overwonnen vijanden. Deze bronnen zijn de oorspronkelijke 'mannelijke' geslachtsdelen van het paradijs waaruit het lichaam van zowel mannen als vrouwen bestonden, als van hetzelfde mechanisme, namelijk de kracht tot het scheppen. Bij de verbreking van het zesde zegel worden de lichamen van de overwinnaars teruggeleid tot het paradijselijk lichaam om daaraan gelijkvormig te worden. Let wel : De sleutel tot de verbreking van het zesde zegel is natuurlijk de verbreking van het vijfde zegel, waar we de heilige slaap ontvangen, de Tardemah. Dan wordt het zevende zegel verbroken, om door de leegte, de stilte, terug te keren tot de Tehowm, de paradijselijke afgrond, het westerlijke paradijs.


In het Aramees is het woord voor mannelijk geslachtsdeel hetzelfde als een menselijk wezen, en de man zegt dan eigenlijk dat de heilige vrouw uit hem genomen 'geslachtsdeel van zijn geslachtsdeel' is. Met de zondvloed wordt er in de grondtekst ook gesproken van een vloed van zaad, of andere soorten lichaamssappen, zoals melk. Het was de overgang van het duizendjarig rijk naar het honderdtwintig jarige rijk (om de uiterste leeftijdsgrens aan te geven), waartoe er een heg werd opgericht in de vorm van een zee, waardoor de mensheid verder van het paradijs werd weggedreven. Vanaf die tijd waren de seizoenen ingevoerd. Er vond een herschepping plaats, om de aarde te ontdoen van het kwaad. Noach werd naar een speciale plaats geleid, waar hij paradijselijke kwaliteiten kreeg zoals het heersen over de dieren. Toch werden er weer boze geesten vertoont die nog waren overgebleven door de zondvloed. Noach moest alles wat zich roert, wat leeft, slachten en eten, BEHALVE vlees van goddelijke schepping. Er werd dus duidelijk onderscheid gemaakt tussen boze geesten die zich als beesten manifesteerden, en de eigenlijke schepping van God, de dieren die naar Haar gelijkenis werden geschapen.


Ook in het Hebreeuws is het mannelijk geslachtsdeel hetzelfde als de mens zelf (basar), zodat de heilige vrouw werd beschreven als 'geslachtsdeel van zijn geslachtsdeel'. Maar dit was dus in principe gewoon zoals zijn algemene vlees was geconstrueerd.


In het paradijs dreef God de mens steeds meer naar het oosten. Dat begon al in Eden zelf, waar God een hof maakte in het oosten. De slaap die over Adam viel was ook als afscherming van de zee van zaad of melk.


Ook voor ons is het belangrijk om 'mayim', het goddelijke zaad, te ontvangen, om zo geen slaven van SEPTUS te zijn.


SEPTUS, De Trooster, is een zegel. De Trooster houdt ons tegen om verlicht te worden, om het nachtzicht te ontvangen. De Trooster is een zwaar lijden, omdat het de profetische gave in ons dooft. Alle christelijke entiteiten die op ons bord werden geschoven waren een sluier, waren zegels. Alles om ons heen is een groot zegel. Dit is niet het paradijs. Deze wereld werd gecreeerd door de Yaldaboath om ons af te houden van het paradijs. Wij reizen van zegel tot zegel. Wij moeten de mysteries van de zegels oplossen om doorgang te vinden. We kunnen geen ijzer met handen breken. Het is een puzzel.


SEPTUS, De Trooster, kwam om de boom des levens uit ons te rukken, alle elementen van de heilige slavernij. Hij roofde onze heilige halsketen met alle heilige stenen en kralen daarin. Hij was gezonden door Yaldaboath. Het was een killer. Profetische kennis is veel belangrijker dan troost. Wij moeten komen tot de duisternis. Lichten zullen ons verblinden.


Wij moeten leren leven met de kleinste hoeveelheden. Geesten van rijkdom en materialisme staan overal op de loer om ons tot een slaaf te maken. Zij willen de heilige slavenketenen in ons doven, zodat zij ons tot slaaf kunnen maken voor het Babylonische wereldrijk. Zegels zijn belangrijk, want zij vormen de ladder om uit putten te komen. Soms vallen we, en dan hebben we die zegels nodig. We gaan van zegel tot zegel, en proberen hun mysterieen op te lossen. Alles is bruikbaar materiaal. De tradities blijven van belang, alleen in een heel ander licht, of nachtzicht.


Blijf de trappen voor je zien, de trappen van vertaling. De ladder leidt tot het nachtzicht. Onthecht je van alle dingen en wikkel jezelf dan alleen in God. Kom naakt tot God, zonder al je voorgeslachtelijke archetypes en metaforen die je in je leven hebt gebruikt. Laat alles achter je. Laat de doden de doden begraven. Ga door alle sluiers heen die ze op hebben gehangen rondom je. Zoek God. Niet de beelden die je voorouders hebben gemaakt van God.


De ontzegeling is de besnijdenis, PERITOME in het Grieks/ de Septuagint. Door de besnijdenis wordt men Israeliet, en wanneer de besnijdenis tot volgroeiing komt, wordt men Leviet.


Het Westen wordt door SEPTUS, 'De Trooster', in slaap gehouden en vetgemest voor de slager. De Trooster zorgt ervoor dat ze de overtuiging van God niet binnenkrijgen. Het is een treurig verhaal. Ook 'de Bruid' werkt hier aan mee. Wij moeten al onze bruidsklederen afdoen, op het altaar leggen, en ook de Trooster in ons hoofd op het altaar leggen, en dan de wildernis in vluchten. Yaldaboath kan alleen de schaduw zien van het goddelijke. Hij leeft onder een sluier. Wij leven daarom in een omgekeerde wereld. God heeft simulators van deze dingen gemaakt, maar wij moeten hogerop komen. Deze dingen houden de hogere profetische kennis tegen. Wij moeten de diepte in. Wij moeten al het voorgeslachtelijke achter ons laten. God zal ons dan, alleen dan, de rode draad laten zien. Als we nog wanhopig vastklemmen aan onze voorouderlijke erfenis, dan zullen we daardoor verblind zijn en misleid worden. De Aramese grondteksten roepen ons op om tot Orion te gaan. Hier zullen wij de zegels van Orion moeten verbreken, tot het ontvangen van het nachtzicht.


In de Orionse geschriften is er de jacht op de troost-vogels en de bruids-vogels. Deze bruids-vogels zijn een soort ooievaars die zielen kunnen stelen. Daarom is de jacht hierop van groot belang. Het zijn kinderdieven. Toriax is een Orionse Adam, de Orionse heilige dronkenschap. De troost-vogels en bruids-vogels zijn de bewakers van de schatkamers van SEPTUS. In de geschriften van Orion is het belangrijk om TORIAX te vinden en te ontvangen, om bestand te zijn tegen deze vogels en om hen te overwinnen door de jacht. Als wij niet voldoende TORIAX hebben, dan worden we door de dronkenschap van de vijand ingenomen. In de schatkamers van SEPTUS wordt de poort bewaakt tot de OXCRENON, de put van de buffeljacht. Hier worden de buffels en bizons van SEPTUS, de geesten van mannelijke superioriteit verborgen gehouden en bewaakt. Alleen door TORIAX heeft een Iyowbitische Leviet daar toegang, na het verslaan van de vogels van SEPTUS.


Deze jacht is belangrijk voor het komen tot de diepere esoterische sieraden die SEPTUS al zo'n lange tijd verborgen heeft gehouden. De buffels en bizons van mannelijke superioriteit zijn de wachters van deze sieraden. Zij houden de poorten tot het kinderrijk verborgen. Door het pad van de OXCRENON te gaan, de buffeljacht, komen wij tot het rijk der kinderen. Ook hier moet jacht gehouden worden. Er zijn hier namelijk veel hysterische kippen-geesten. Zij veroorzaken verschrikkelijke depressies in de kinderen, en trauma's. Zij zijn troost-kippen en bruids-kippen, een plaag voor de kinderen. Zij werken met valse schuld, en manipulatie. Ook bedreigen ze de kinderen. Zij doen dit door de eerste leugen van de slang : 'Gij zult voorzeker niet sterven.' Genesis 3 : 4. Dit is de leugen dat de ziel die zondigt niet zal sterven, oftewel de eeuwige marteling in de hel. Als de kinderen niet doen zoals de kippen van SEPTUS zeggen, en niet geloven wat die kippen zeggen, dan zullen die kinderen voor eeuwig gemarteld worden door God in de hel. En vele kinderen met een verstand zo fragiel als een eierdop breken onder zulke bedreigingen. Daarom is de jacht zo belangrijk.


Doordat de kinderen onder hoge druk leven, onder onvoorstelbare mentale en emotionele marteling en angst, en daarin worden meegezogen, staan zij bloot aan de gevaren van de misleidingen om kannibalen te worden. In het veld leven de kannibaal-zwijnen, vaak grote Orionse zwijnen, met een lust om kinderharten in te nemen en ze te maken tot kannibalen. Zij werken samen met de troost-kippen. Het vergt lange, dunne, scherpe pijlen komende van de Toriax om hun huiden te doorboren en hen te verslaan. Deze geesten zijn snel, gewiekst, en kunnen in slangen en andere soorten dieren veranderen. Wees daarom op je hoede. Gebruik pijlen van de ADAMAM, de verstommende pijlen, om hen in slaap-toestand te brengen, waar ze degraderen tot schadeloos vee. TIKI-pijlen zijn pijlen waardoor ze niet terug kunnen veranderen in roofdieren. Deze pijlen brengen hen in een lager bewustzijn. SARX-pijlen zijn arrestatie-pijlen, de pijlen van gevangenschap.


Wel is het zo dat deze geesten een heleboel afleidings-taktieken hebben om je te verwarren. Zij kunnen je in de jacht misleiden tot het strijden tegen mens-demonen, door zulke beelden in je op te roepen van demonen met mensengezichten. Zo proberen ze het gif van de ADAMAM-pijlen, de TIKI-pijlen en de SARX-pijlen te doven, zodat ze terug kunnen keren tot hun oude demonenvorm. Laat je daarom niet afleiden. Er zijn geesten van mensenwraak uitgezonden om de jacht te doven. Zij kunnen woorden gebruiken die mensen ooit over je hebben uitgesproken, die jouw woede en irritatie dan weer oproepen om tegen die demonen te strijden, zodat je jachtprooi kan ontsnappen. Dit zijn dus schijn-demonen die worden opgeroepen door jachtprooi om je te verleiden tot valse oorlogsvoering. Dus dan niet tegen zulke schijnmensen strijden, maar jacht voeren op de geesten van mensenwraak. Die kunnen komen in alle vormen van vee : grote runderen, varkens, kippen, lammeren, bizons, buffels, bokken, enzovoorts. Dus altijd zoeken naar de bron. MENSENWRAAK is daarom een afleidende geest die ons wil voeren tot nutteloze gevechten tegen mensenschimmen, om ons af te leiden van de jacht. MENSENWRAAK zelf is een prooi-dier waarop wij moeten jagen.


Zoals we zagen heeft in de esoterie Adam soms een bazuin. De bazuin is ervoor om de runderjacht aan te kondigen. De beer is dus Zaralahm, een andere vorm van de draak. Deze beer bewaakt de botten van de vijand. In het Eeuwig Evangelie wordt er over het berenkruis gesproken :


De Vijfde Heraut van de Canon


4. En Adam had ogen in het paradijs waarmee hij kon zien, en waarmee hij de slangen des hemels kon onderscheiden. En zijn neus kon onderscheiden de tijden van oorlogsvoering en van vrede, maar hij had de vrede niet lief. Hij diende het zwaard en het kruis. En hij viel af van de vele goden, en reikte tot aan het berenkruis.


Adam kwam in de tempel van Zaralahm tot het berenkruis, wat een grote gnosis bevatte, in de vorm van drie ribben. Hij ging door het christendom tot datgene wat het christendom verborgen hield, om zo het christendom beter te kunnen begrijpen en te plaatsen.


Kali, SEPTUS, rijdt op het Jom-beest, strijdende tegen de heiligen. Dit is een groot geheimenis in de tempel van Zaralahm.


Ook rijdt JOM op het SEPTUS-beest. In ieder geval heeft het JOM-beest in Openbaring 17 zeven koppen, zeven bergen, als zeven borsten in het Aramees. De bergen staan voor de runderjacht. Deze bergen verzegelen de moederbergen. Adam blaast de bazuin voor de runderjacht. Aan het einde zullen SEPTUS en JOM elkaar verslinden. Wij moeten de moederbergen van het paradijs opgaan, en de jacht aangaan.









Hoofdstuk 6. De Bloeds-Gnosis En De Verbreking Van Het SEPTUS-Zegel






SEPTUS, de Heilige Geest van India, oftewel KALI, de tong van vuur, de godin van de dood, viel door de Kundalini, de ruggegraat, in het stuitje, de mand van het christendom, en werd ook de Heilige Geest van het christendom, om zijn wortels hier te verschuilen. Het christendom werd als een groot zegel opgericht, als een groot sluier, waarachter Kali, de bloeddorstige godin van de tijd en van de dood zich schuilhield. Zij gebruikte zelfs de tempel van Zaralahm als een groot sluier, in wiens diepte zij woont. Zij is een grijze, grauwe gestalte, nauw samenwerkend met JOM. Vaak manifesteert zij zich als een skelet. Zij is de verpersoonlijking van het gif. Door gifgassen houdt zij de hele aarde in bedwang. Wij moeten het gehele plaatje van SEPTUS zien te krijgen, die als een slang door vele sluiers werkt.


In het Egyptische geloof manifesteerde zij zich als NUT. Nut was de hemelse boom, de boom des levens, waar zij fruit en water schonk. Zij is de Egyptische godin van de lucht, en het pad door de hel. Zij was de scheidingsmuur tussen chaos en orde. Zij houdt zich verborgen achter de boom der kennis en de slang. Nut is de slang achter de slang, om hemelse geschenken aan te bieden. Zij is ook een haaienkoningin. Ook is zij de watergodin Neith, Net, een oorlogsgodin, moeder van Ra, Apap en Sebek. Zij gaf wapens aan de doden. Zij was ook godin van de jacht.


Neith is de moeder van de Egyptische demiurg, de Sebek-Ra, de schepper van het lagere materiele, een soort tussen-god. Ra en Apap, de draakslang van de abyss, waren altijd in gevecht. In de nacht slokte Apap de zonneboot van Ra op, zodat Ra de onderwereld inging en Osiris werd, de god van de dood. Ra reiste altijd als zonnegod door het lichaam van Nut, die geboorte gaf aan de zon in de ochtend, na het verslaan van de slang Apap. Het bloed van Apap verscheen iedere morgen als het morgenrood. Er was altijd strijd tussen de abyss-slang en Ra, omdat Apap heerste in de oertijd van de abyss, en Ra pleegde eens een staatsgreep om de macht over te nemen. Ra reiste op zijn zonneboot met verschillende wachters die hem beschermden. De meest krachtige was Seth die in het stuurgedeelte was, en die Apap spietste met een speer.


SEPTUS = KALI (India) + Nut (Egypte) + Heilige Geest (christendom)


Deze boze geest heeft Moeder God op allerlei verschillende manieren getard, en houdt het volk opgesloten. SEPTUS gebruikt zelfs de ruiter op de draak, het zwarte boeddhisme, als een sluier, en is een gevreesd NACHNA varken.


De Amazone VOYBA was speciaal voor dit probleem uitgezonden. Het Zegel van de Heilige Geest, het Zegel van SEPTUS, moet verbroken worden. In het hindoeisme wordt KALI aanbeden als de BRAHMAN, de universele, superieure Geest die het grondprincipe is van het universum. BRAHMAN wordt beschouwd als het absolute, de oneindige, en de alleswetende. BRAHMAN wordt ook wel de Kosmische Grote Geest genoemd.


Galaten 5


22 Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.



Dit vers heeft het christendom in slaap gesust. Zij ontvingen de Geest, en de Geest doofde hen uit, deed hen in slaap vallen van een betoverend geluk, en rust, als vervroegd pensioen. Maar wat staat er werkelijk ? De vrucht wordt in de Hebreeuwse context ook gezien als vee en vlees. In het Grieks : karpos, wat als wortels heeft : AIRO, wat vissen betekent. We hebben hier dus te maken met vis, en niet vrucht.



Het eten van de boze geest in visvorm brengt :

liefde – maar in het Hebreeuws is dit de moederschoot

blijdschap – in de wortels : oorlogs-groet, de blijdschap van oorlogs-overwinning

vrede – EIRENE is de gezegende staat van de heilige na de dood, oftewel necromantie, doden-orakel, DARASH.

geduld, vasthoudendheid, longsuffering – in de wortels is dit dronkenschap door het offeren

vriendelijkheid – in de wortels is dit de vagina, oftewel de opening van de moederschoot (CHRESTOS-CHASMA, afgrond)



constitutie

geloof – slavernij

zachtheid

meesterschap



In plaats met vervuld te worden met de Heilige Geest, met SEPTUS, moeten wij vervuld worden met het bloed van de vijand. Naar de mate wij het bloed van de vijand ontvangen zullen wij de gnosis daaruit ontvangen.



SEPTUS, de Heilige Geest, is een gevaarlijkere geest dan zelfs Ryan. SEPTUS is een nauwsluitend politiek zegel wat door Ryan gebruikt wordt. Ook JOM gebruikt dit zegel. CANON, een andere vorm van JOM, had het SEPTUS zegel nodig als een kroon-copyright om de schrift af te sluiten. De Geest is een gewiekst systeem, en een futuristisch gecodeerd slot waarvan de codes telkens veranderen.



Ook Iyowb streed tegen de Geest.



9:18 – mij niet vergunt RUWACH, Geest, te scheppen, maar mij met bitterheid verzadigt.



In het Aramees kan verzadigt hier ook 'dronken maken' betekenen. Iyowb moest in de context namelijk niet de Geest ontvangen, maar het bittere bloed van de vijandelijke jachtprooi drinken. Hierdoor werd Iyowb dronken om de gnosis te ontvangen.



Iyowb moest strijden tegen de RUWACH, Geest, SEPTUS, om de NEPHESH te ontvangen. NEPHESH is in de grondtekst niet slechts ziel, maar ook het vermogen tot kennen (gnosis), en levend wezen met leven in het bloed, wat in de context het bloed van de vijandelijke jachtprooi is. Iyowb moest dit bittere bloed drinken, om zo veilig te zijn tegen RUWACH, de Geest, SEPTUS. Het bloed van de vijandelijke jachtprooi was zijn schild. Ook betekende NEPHESH honger. Iyowb moest alles afleggen, en leeg worden voor de Moeder God.



10 : 1 – Ik zal spreken in de bitterheid van mijn NEPHESH = Ik zal spreken door de bitterheid van het bloed van de vijandelijke jachtprooi, door mijn Honger en Gnosis.



In Hooglied 1:13 zijn degenen die zich aan de moeder schoot hebben overgegeven hangende als door handel, (wortels : gebonden en uitgehongerd door de belegering, TSARAR) tussen de borsten, oftewel de BERGEN, van de Moeder God, als vol met het bittere bloed van de vijandelijke prooi.



13 Degene die tot de moeder schoot is gekomen, en zich daar heeft overgegeven (ge-liefde) is mij een bundeltje bitterheid (MORE, MARAR), rustend tussen mijn borsten de hele nacht.



Door het bittere bloed van de vijand krijgen zij toegang tot de bergen van het paradijs. De bergen, borsten, betekent plunderen en vernietigen in de wortels. Ook hebben de 'borsten' van de Moeder God een andere betekenis als zijnde de borsten van de vijand die zij veroverd heeft :



De borst van het offervee is in het hebreeuws de CHAZEH, dat komt van CHAZAH : zien, profeteren. CHAZEH is de valse ogenzalf, de valse borst, oftewel de valse profetische beweging die de profeten moeten overwinnen. Dit is een strijd tegen het valse oordeel. (Lev. 10 : 15) Dit is zo belangrijk dat het tot een eeuwige inzetting is aangesteld. In het Aramees is dit de strijd tegen HDE, tegen PRISA, PRIS, wat 'bedekking' betekent en borstplaat, een soort van afgod.

Tot de moeder bergen komen betekent dus ook de borsten van de vijand overwinnen, oftewel de ribbenkasten van de vijand, die gemaakt moeten worden tot een EZRU, de borstplaat of rok van gerechtigheid. Ook dit is een deel van het aandoen van de Efezische wapenrusting. Dit is dus ook een diepere betekenis van Hooglied 1:13, dat wij met de borstkas of ribbenkast van de vijand worden bekleed. De moeder bergen maken ons klaar voor de hogere Levitische dienst. Berg betekent ook promoties (HAR).

Ook in het leven van David zien wij dit :



In Psalm 22 hebben onreine vissen, runderen, TOR, TAWRA, en kalveren David omsingeld, KRK, KERK, wat ook betekent : verzen van geschriften in het Aramees, sluiten (vgl. canon), binden en buigen. Kortom David werd opgesloten door geschriften. In het Aramees staat er dan dat David zich hiermee juist moet gorden, HDR, dat het eigenlijk voor hem een wapenrusting is, die hij eerst moet overwinnen. Hij moet de jacht beginnen op dit gevaarlijk vee, en het onderwerpen, ook zoals Iyowb dat moest, en de Levieten. Iyowb maakte van de jachtprooi zijn wapenrusting. Dit gebeurde door het ingaan van de APHAR, het stof, het vuil, de bovenlaag van het paradijs. In Psalm 22 komt David de APHAR binnen. De APHAR is het laatste oordeel. David moet zich bekleden met de huiden van de verslagen demonen. De APHAR is tegelijkertijd de ontwapening. David's armen worden er in de Aramese grondtekst van hem afgerukt/ afgesneden. Net als Iyowb werd David in de APHAR gevormd. De APHAR is een diepere goddelijke verlamdheid daartoe, waarmee David net als Iyowb ingesmeerd moest worden, opdat hij daarin bewapend zou worden en tot groei zou komen, onder de Moeder God. In APHAR wordt alles getest om klaar te maken voor de ADAMAH, de diepere laag en het eigenlijke wezen van David zelf, waarin hij moest komen tot ADAM, de paradijselijke vloed. In de APHAR werd David voorbereid om een goddelijke Rechter te zijn, waaraan niemand zou kunnen ontkomen. In de APHAR ontvangen wij ook een nieuw lichaam. Onze spieren sterven in de APHAR, en mannelijke geslachtsdelen komen ervoor in de plaats.

In Psalm 18 is de rituele drank van MAYIM geopenbaard in een visioen. Dit is het bloed van de vijand. ADAM was geopenbaard als de heilige beker, de dronkenschap van het paradijs, die het bloed van de vijand draagt. Dit is waartoe AIMA, ADAMAH is uitgezonden, de aarde van het paradijs, onder de APHAR. AIMA is de Bloedvergieter, oftewel David. David leidt helemaal terug tot de bron van ADAM in het paradijs, waar de bronnen van bloed zijn. Door het bloed van de vijandelijke prooi te drinken worden in Psalm 18 de grondvesten van de aarde getoond in een openbaring. Dit gebeurt allemaal door de Toorn van God's Ziel, door de Toorn van de Duisternis van God.

David moest bewapend worden met de Hel, moest de Hel ontvangen, zoals christenen de Geest willen ontvangen. In Psalm 18 ontvangt David de Hel, als een bewapening, en daarom is Psalm 18 één van de belangrijkste psalmen. Het opent een groot portaal in de andere wereld. De Hel is een essentieel deel van de Gnosis.



Het opgaan van de moeder bergen is dus belangrijk om tot de hogere wapenrustingen te komen, en te komen tot de bloed-gnosis. De NEPHESH beeldt hierin een enorme bloeddorstigheid uit, als een deel van de honger.



In het boek Hooglied komen we weer de YAD tegen, het 'mannelijke' geslachtsdeel, de bouwstenen van het paradijselijke lichaam, waaruit het bittere bloed van de vijand druppelt als zaad (MORE, MARAR). Dit druppelen is in de grondtekst NATAPH, wat profetie betekent. Door de besnijdenis brengen wij dit voort. Onze profetie moet bitter zijn door het vergoten bloed van de vijand, anders mogen we onszelf afvragen of wij wel profeten zijn (5 : 5). Profetie is een oorlog.

David versloeg een aantal volkeren, wat te maken had met YAD en TEQAN, het erecte geslachtsdeel. De vrouw was gemaakt vanuit een geslachtsdeel (penis van mijn penis), en daarom is het van belang voor de Moeder God. De Moabieten zagen mayim, sperma, rood worden als bloed. Daarna werden ze verslagen door de Israelieten. Dit gebeurt ook in Openbaring : de wateren, MAYIM, het sperma, zal bloed worden. Het bloed van de vijand is het zaad. Het zaad wat in bloed verandert, oftewel het bloed wat tot zaad wordt, is het teken van de overwinning over Moab, hebzucht (II Koningen 3 : 22).

Het zaad wat in bloed verandert, oftewel het bloed wat tot zaad wordt, is ook een teken van de overwinning over SEPTUS. Als wij vol zijn met het bloed van de vijand, zo vol dat het tot zaad van de gnosis wordt, dan zal SEPTUS ons niet kunnen vervullen. Het bloed van de vijand zal als een muur rondom ons zijn. Dit is de bitterheid waartoe de Moeder God Iyowb dreef.

In Iyowb 7 : 11 staat dat de RUWACH, de Heilige Geest, de adem, de wind, gebonden zal worden, en nauw gemaakt worden, en de mond gesnoerd. Hieruit zal DABAR, het profetische woord, vrijgezet worden. Dit komt als het zaad van bitter bloed. NEPHESH, honger, gnosis, bloeddorstigheid, oftewel 'het levende wezen wat leeft door bloed van de vijand' zal bitter, MAR, gemaakt worden, oftewel zal gevuld worden met het bittere bloed van de vijand, waarvanuit zal worden gemediteerd, geklaagd en gezongen (SIYACH). Dit komt telkens weer naar voren in het boek Iyowb, dat er afgerekend zal worden met de Geest, om over te gaan naar het vergoten bittere bloed van de vijand.

Dit is natuurlijk geen doel op zich. Hier komt de gnosis uit voort, KRA, wat wij aan elkaar moeten rijgen en verzamelen.






Hoofdstuk 7. VOYBA






De zeven bergen kunnen ook de zeven gemeentes betekenen waarop Kali, SEPTUS, zit. Zij houden het geheimenis van de THORAX, de Orionse ETRU, oftewel het borstpantser van gerechtigheid (bottenrok). Dit is haar ribbenkast. In de jacht op dit NACHNA varken moeten wij het hart van de zwijn zien te veroveren.


In Spreuken 11 : 22 wordt onverstand en onbegrip, het niet willen luisteren, beschreven als een ring over de APH, het hart, van een zwijn, of in het Aramees kan dat ook een varken zijn. In het Aramees is de APH ook een slot. Wij moeten de valse APH van SEPTUS overwinnen om verder te komen, het overwinnen van Hebron. Dit is dus een zwijnenjacht, waarin we het hart van de NACHNA zwijn moeten bemachtigen.

In de Azteekse godsdienst was het offeren van de harten van de vijand een belangrijk onderdeel. Ook onthoofding was een belangrijke praktijk. Wij moeten komen tot de diepere bloedlijn van SEPTUS. In het Oude Zuid Amerika vonden afschuwelijke mensenoffers plaats. Huitzilopochtli was de Azteekse zonnegod en god van de oorlog waar veel harten aan werden geofferd, als een onderdeel van zijn priesterdienst. Ook de Heilige Geest heeft zijn oorsprong in Oud Zuid Amerikaanse zonne-aanbidding. Zuid Amerika representeert de moeder bergen, het westelijke paradijs. Hier is de SEPTUS-RYAN-JOM driehoek ook zwaar werkzaam.


De verborgen bloedlijn van SEPTUS is de aftekening van het kruis. Het kruis dient die bloedlijn dan ook verborgen te houden. Het loopt helemaal terug tot het westelijke Zuid Amerika, waar de meest afschuwelijke mensenoffer cultussen bestonden. Ook werden er kinderen geofferd. Ook Huitzilopochtli's lichaam moest gegeten worden, en zij die dit gegeten hadden moesten hem dienen. De Heilige Geest was een oeroude vorm van een voorchristelijke en zelfs voor-judaistische zonnegod-messias, terugwijzende op het voor-tijdse, het voor-Adamitische.


Slachtoffers moesten zich voordoen als de goden voor korte of lange tijd, en werden dan geofferd. De Inca's hadden de zonnegoden Inti en Viracocha. Ook aan dezen werden mensen en kinderen geofferd.


De borstplaat van gerechtigheid slaat ten diepste op het Atlantische tijdperk, en het hart slaat op het Voor-Atlantische tijdperk, oftewel het Dorga tijdperk. Hier heeft SEPTUS zijn wortels. Zo diep gaat het kruis.


Het kruis was de zonnegod zelf, ook in de vorm van een roofvogel.


In het voor-atlantische was deze roofvogel VE, en in het atlantische VE-DIS, of DIS. De Ekkretenen en de Ekkressenen hadden deze roofvogel als god, waar ook veel van de hedendaagse Griekse en Romeinse mythologieen uit zijn voortgekomen. Vandaag de dag is dit bij de Grieken Hermes, en bij de Romeinen Mercurius. Beiden dragen zij de medische staf, en zijn zij goden van de handel en de media.


Mercurius, Mercury, oftewel kwik, is het gevaarlijke gif wat tandartsen in de monden van mensen doen onder dwang. Pijnklachten worden vaak niet serieus genomen, op iets anders geschoven of tussen de oren. Het is dwangverpleging wat al van kinds af aan gebruikt wordt om de mens onder controle van Mercurius te houden, oftewel SEPTUS. SEPTUS beheerst deze handel in mensenzielen. Tandartsen zijn het grootste kwaad wat de mensheid ooit heeft gekend. Langzaam worden mensen door het kwik doodgemarteld, en krijgen vaak geen hulp. Dit is erger en wreder dan wat de nazi's de mensheid hebben aangedaan. Eén kwikvulling kan een mens al doden of totaal de vernieling inhelpen. Heel veel klachten zijn te herleiden tot kwikvergiftiging, en zelfs als het kwik eruit is kan het nog jarenlang in het lichaam ronddwalen, en niet te vergeten het kwik van de voorouders kan een kind in de baarmoeder al flink verminken, en kan een kind veel problemen geven in het opgroeien. Mensen kunnen in een coma raken door kwik, en dan moeten ze hun leven slijten terwijl ze in een kwikcoma zijn, en niemand die er een flikker aandoet. De tandarts-praktijk heeft verschrikkelijk veel op zijn geweten. Allemaal door SEPTUS, de zogenaamde Heilige Geest en mijnheertje KWIK, oftewel Mercurius met de medische staf.


In ieder geval moeten wij naar de wortels van SEPTUS toe, verborgen in Atlantis, en het Voor-Atlantische, naar de roofvogel VE, VE-DIS, het kruis. Dit is een oeroude zonnegod, aanbeden door de Ekkretenen en de Ekkressenen, als een oeroude Christus-figuur. Deze zit gecodeerd in het hedendaagse kruis, dus zit erin verborgen, in het kruis waar Jezus aanhangt.


Boze geesten hebben het valse Woord opgericht met al zijn misvertalingen door het plunderen van onschuldige levers. Het aanhangsel van de lever van het offerdier moest op het altaar verbrand worden. Dit lever-aanhangsel is in het Aramees 'pen van de schrijf-priester'. Hiermee werd het Christus mysterie opgericht, het NT. De lever van het slachtoffer werd gegeten worden. Vandaag de dag zijn de levers van onschuldige dieren een delicatesse in de vorm van leverworst wat dagelijks door miljoenen wordt gegeten op brood om zo hun Jezus visioenen te ontvangen. Ethon of Kaukasios was een enorme roofvogel in de Griekse mythologie die levers vrat en daar periodiek voor terugkwam. In de tussentijd groeiden de levers namelijk weer aan. De lever is de opslagplaats van het lichaam. SEPTUS steelt hiervan om het voor zichzelf te gebruiken, waardoor hij kan spreken. SEPTUS is een leverdief. Zo komt ook de Heilige Geest periodiek tot zijn volgelingen en gevangenen, en vreet voortdurend stukjes van hun lever af. Dit is de gruwelijke horror achter de schermen van de Heilige Geest. De Heilige Geest is een boze geest die mensen aftapt. Het is een roofvogel die geen genade kent, maar die wel valse genade kan gebruiken om mensen in slaap te sussen. Dit soort geesten zijn clowns. Er wordt een show opgevoerd. Deze geest is levensgevaarlijk, want hij wil mensen op een sluwe manier de vernietiging inhelpen.

De roofvogel vliegt, zoekende naar prooi, belust op bloed. Natuurlijk zal hij camouflage tactieken gebruiken om ook de slimmere dieren te kunnen vangen. Deze roofvogel wordt aanbeden. Mensen roepen hem aan over de hele wereld om macht te krijgen en geluk, over de ruggen van anderen. In de naam van deze roofvogel wordt heel veel kwaads aangericht, en zijn er vele oorlogen onder zijn volgelingen, en de roofvogel lacht en geniet, omdat mensen zich bezig houden met de vormen en eigen koninkrijkjes, en niet de gnosis. Moeder God zal hem de nek omdraaien. Zijn veren zullen uitgeplukt worden, en hij zal worden tot een kale kip.

Dit NACHNA varken zal zijn slagtanden en horens verliezen.

Er zijn boze geesten als een kippen-soort genaamd TIRKU. TIRKU-kippen worden voornamelijk gebruikt voor de jacht en de oorlog, in de zin dat hun vergoten bloed opgevangen in een pot na een paar dagen hartstikke giftig is. Dit gif breekt de botten af van boze geesten in vee-vorm, voornamelijk de hoornen en de slagtanden. Zo wordt roofvee minder gevaarlijk. TIRKU-kippen zijn vaak dik en zwart met een streepje wit op de buik. TIRKU-kipgeesten zijn laffe boze geesten die onrecht vereren om zo niet door onrecht te hoeven lijden. Zij houden het onrecht dus de hand boven het hoofd, en worden zo beschermd door het onrecht. Het is een soort van hekserij. TIRKU-kipgeesten veroorzaken veel hoofdpijnen in oordeels-profeten. Daarom moet er jacht op deze boze geesten gedreven worden. Ook dus vanwege hun bloed, wat belangrijk is in de strijd en de jacht. Oorlogs-gif en jachts-gif is belangrijk.

De Amazone die voor dit probleem was uitgezonden, VOYBA, brult om de gnosis omtrend deze dingen te openbaren. Het TIRKU gif moet gebruikt worden inde strijd tegen SEPTUS. Als het om zijn roofvogel vorm gaat dan kan door het TIRKU-gif zijn pikkende snavel afgebroken worden, en zijn scherpe klauwen, en zullen zijn vleugels verzwakt worden.


TIRKU kipgeesten zijn boze geesten die als doof zijn. Ze luisteren niet naar anderen, maar slikken de leugens van het onrecht voor zoete koek. Het zijn daarom slechte, afstandelijke vrienden, die dus geen vrienden zijn, maar vijanden.


VOYBA staat voor het overblijfsel, klaar om het volk uit te leiden uit de klauwen van de Heilige Geest, tot de tuchtplaatsen van de Moeder God, om in Haar moederschoot tot wedergeboorte te komen. Dit is een oorlog en een jacht. VOYBA zit hoog op haar strijdwagen om de legers en de roofdieren aan te voeren.


Er was een raket zo groot als 1/5 van de zon. De raket schoot van onderen in de zon, en er was een enorme explosie van glas. Mensen renden hun huizen binnen. Er was overal licht, als een zee van licht wat werd uitgegoten. De zon, die door de explosie een stuk kleiner was geworden viel in de zee, en spoedig kwam er een reusachtige roofvogel van vuur uit de zee. Toen werd de bloedlijn van de zonnen geopenbaard. De aftitelingen van de aarde waren begonnen. SEPTUS was degene die heerste over de verhoudingen tussen man en vrouw. Het was een show, een code die diepere dingen verborg. Vóór het voor-atlantische was er het amazonische tijdperk. De naam PIRPAT verscheen, als de zon van dit tijdperk. Daarvoor was het hyena tijdperk. De naam CROATIO verscheen, als de zon van dit tijdperk. Daarvoor was er het Levitische tijdperk. De naam MOEKMA verscheen, als de zon van dit tijdperk. Het was de lange staart van de roofvogel. Dit waren allemaal vormen van SEPTUS door de tijden heen. Daarna werd de roofvogel, de gevallen bloedlijn van zonnen heel duister. De aarde werd duister en er waren grote explosies. De vierde scheppingsdag was vallende, de dag waarop de zon werd geschapen. Deze dag was niet meer. En de aarde ging de tweede scheppingsdag binnen, de dag van de scheidingen, van de MAZONA. Nu was ook de eerste scheppingsdag vallende, de dag waarop het licht werd geschapen. In de grondtekst is licht ook het licht van de zonnen, het licht van Yahweh, het licht van het gezicht, en het licht van prosperity (OWR). Ook deze dag was niet meer.


Dit was een profetische droom die overging in een visioen.






Hoofdstuk 8. De Verbreking Van Het Waterdoop-Zegel






Het zegel van de waterdoop … Natuurlijk is dat ook een hele groot. Christendom is een waterdoop cultus, maar wat willen ze eigenlijk verbergen ? Waar slaat eigenlijk dat idiote ritueel op ? Het is traditie in het christendom, en het is bijna een verplichting dat iedereen zich laat dopen, en sommigen zeggen zelfs dat zonder de doop is er geen behoudenis. Om je te laten dopen moet er dan iemand anders bij zijn, een voorganger of ouderlingen, en anderen moeten daar getuigen van zijn in een soort van kerkdienst. Zo hoort dat dan, zeggen ze, maar is dit niet allemaal belachelijk ? Gaat het God dan niet meer om het hart, en hebben we dan ineens anderen nodig om tot God te komen ? Wat zit hier achter ? En waarom zijn het altijd mannen met een bepaalde naam in de gemeente die die doop verrichten ?


Is dit niet om te lachen ? De mens kan alleen door anderen, door mannen met een hoge functie in de kerk, door een ritueel waarin je kopje onder gaat, tot God komen ? Tot welke God komen we dan eigenlijk ?


'Ja, dat is om één te worden met Jezus Christus,' zeggen ze dan, 'door het watergraf in te gaan. Dan leg je je oude leven af, en krijg je een nieuw leven …'


Ja, ja. Je wordt gewoon door het systeem geofferd aan de watergoden. De buffel is één van de sterkste symbolen van mannelijke suprematie. De Levieten moesten zich wassen in het bloed van boze geesten in buffelvorm, om beschermd te zijn tegen de geesten van mannelijke suprematie en om in contact te blijven met de Moeder God, en dat was zeer zeker geen eenmalig iets. De doop is eenmalig, om af te doen met het herhaaldelijke offer van de Levieten. Het water is hierin ook een zegel.


De waterdoop is een christelijk heksen-middel om de mens los te kopen uit de Levitische oorlogsvoering en jacht. De waterdoop is om dit allemaal uit te doven, en de boze geesten veilig te stellen. Die nemen je dan over, met alle gevolgen daarvan.


De waterdoop en de zon zijn nauw aan elkaar verbonden, uitgezonden voor hetzelfde doel. De zon moest de mens verblinden, de duisternis uitdoven en het offeraltaar van de mens wegnemen, ver weg te zetten, waar de mens het niet kan bereiken. Het dagelijks offer moest gestaakt worden door de zonne-cultus. De elite kon zo ingewijd worden in de zonnegraden om zo tot het altaar te komen, en het te misbruiken. De zon verzegeld de buffeljacht, om zo de mannelijke suprematie veilig te stellen.


We worden met z'n allen voor de gek gehouden door de zonne-cultussen. De waterdoop is het machts-symbool van de gevallen man.


Openbaring 7


13 Een van de oudsten sprak mij aan: ‘Wie zijn dat daar in het wit, en waar komen ze vandaan?’ 14 Ik antwoordde: ‘U weet het zelf, heer.’ Hij zei tegen me: ‘Dat zijn degenen die uit de grote verschrikkingen gekomen zijn. Ze hebben hun kleren witgewassen met het bloed van het lam. 15 Daarom staan ze voor Gods troon en zijn ze dag en nacht in zijn tempel om hem te vereren. En hij die op de troon zit zal bij hen wonen. 16 Dan zullen ze geen honger meer lijden en geen dorst, de zon zal hen niet meer steken, de hitte hen niet bevangen. 17 Want het lam midden voor de troon zal hen hoeden, hen naar de waterbronnen van het leven brengen. En God zal alle tranen uit hun ogen wissen.’



Vers 14 is natuurlijk grote nonsense. Zij bedoelen dan natuurlijk dat Jezus dat onschuldige lam is en dat wij ons daar in gaan lopen wassen. Wat een stelletje verdoemde vampieren !! Dit hebben zij bedacht om de Moeder God omver te steken !! Wie gaat zichzelf nou wassen in het bloed van een onschuldig lammetje ? Wat een stelletje imbecielen. Het christendom neemt dit ook rustig allemaal letterlijk, en gelooft dus ook dat er daadwerkelijk lammetjes geofferd moesten worden aan God, en geen kip die er om kraait. Dat wordt allemaal gewoon zonder blikken of blozen geaccepteerd. Nu, wat moet er dan wel staan, als we weten dat er boze geesten als buffels zijn die de mannelijke suprematie hebben opgezet, als één van de hoofdsymbolen ? Laten we opnieuw naar vers 14 kijken :



14 Ik antwoordde: ‘U weet het zelf, heer.’ Hij zei tegen me: ‘Dat zijn degenen die uit de grote verschrikkingen gekomen zijn. Ze hebben hun kleren witgewassen met het bloed van DE BOZE GEESTEN IN BUFFEL-VORM.



THEOS betekent ook GODIN, dus laten we verder kijken :



15 Daarom staan ze voor de Godin's troon en zijn ze dag en nacht in haar tempel om haar te vereren. En zij die op de troon zit zal bij hen wonen. 16 Dan zullen ze geen honger meer lijden en geen dorst, de ZON zal hen NIET MEER STEKEN, de hitte hen niet bevangen. 17 Want ARREN, LAMSVACHT, oftewel de visserij, midden voor de troon zal hen hoeden, hen naar de waterbronnen van het leven brengen (om te vissen). En God zal alle tranen uit hun ogen wissen.’



9 Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor ARREN, HET LAMSVACHT. 10 Luid riepen ze: ‘De redding komt van onze God die op de troon zit en van ARREN, HET LAMSVACHT, oftewel de visserij!’



In hoofdstuk 6 zien we dat ARREN, HET LAMSVACHT, oftewel de visserij, de zegels verbreekt.



Zo'n duister illuminati ritueel als de waterdoop, waarbij men afhankelijk wordt gemaakt aan de dopende hand van de kerkleiders voor een relatie met God en zelfs behoudenis, is ook om de visserij uit te doven.






Hoofdstuk 9. De Buffeljacht In De Aramese Psalm 29 – David Als De Orionse Aan En De Wortels Van SEPTUS






Het schijnt allemaal de normaalste zaak van de wereld te zijn voor christenen. Iemand moet onschuldig de schuld van anderen met het bloed, wat daarvoor van een lammetje of bokje was, zomaar even wegwassen. Lekker lui geloven met een soort van supergestoord horrorverhaal. Alreeds wanneer je geboren wordt ben je een verdoemde zondaar voor de illuminati, en heb je verlossing nodig van iemand anders, in plaats van het persoonlijk goedmaken met het goddelijke. Je hebt de zonnegod van de illuminati nodig, anders kun je het wel vergeten.


Wie besliste dit allemaal ? Als kind kan dit allemaal heel bedreigend overkomen, en vooral door alle bangmakerijen wordt zo'n kind vaak helemaal gehersenspoelt.


In de Orionse grondslagen van de bijbel, daar waar de bijbel vandaan komt, waarvan de bijbel zo'n verschrikkelijk slap aftreksel maakte, wordt David 'Aan' genoemd, of 'Ahn.' De buffeljacht was een belangrijk onderdeel in zijn leven, in zijn toewijding aan de moeder God. De buffel is een oud symbool van de zon, waarin SEPTUS ook zijn wortels heeft. Het bloed van de boze geest in buffelvorm, van mannelijke suprematie, beschermde hiertegen. Psalm 29 in de Aramese grondtekst gaat over de buffeljacht. Hierin is HEL de stemmen, de tongen, van God, als jachtgerei. Dit heeft te maken met het communicatie systeem van de gnosis. De stem van God is als een dans van de Vreze des Heeren in de wildernis.


In de kerk moet het bloed van het onschuldig lammetje gedronken worden. Hier verzamelen alle vampieren voor hun illuminati ritueel. Daarmee is dan alles gezegd en gedaan, en daar moet je ook niet teveel over nadenken. Wat willen ze eigenlijk verbergen ? Dit bloed is natuurlijk hartstikke giftig. Het gif van de verboden vrucht, het gif van SEPTUS zit erin. Dit is om je los te snijden van de moeder, en om de buffelgeest van mannelijke suprematie groot te maken. Het is een buffel-cultus van boze geesten in de wortels. Hier zijn al die bloedlijnen van SEPTUS uit voortgekomen. En dit wilden ze ook bedekken door hun rituelen, want ja, dit bloed bedekt, en maakt dom.


In de openingszin in het Aramees in de Psalm van de Buffeljacht moest de DUKRA, DU-KRA, penis, toegewijd worden aan Moeder God, en moest aanbeden worden. De jagers moesten volgelingen worden van de DU-KRA, wat de vruchtbaarheid van de gnosis inhield. De DU-KRA zou de tongen van God voortbrengen, oftewel HEL. Vanuit de tongen van God zouden ze jacht kunnen maken op de buffels, boze geesten. De DU-KRA was dus een fetish ondergesteld aan Moeder God om succesvol te zijn in de jacht. De DU-KRA moest IQARA, IKRA, I-KRA, toewijding brengen tot God. I-KRA was de toewijdings-gnosis, de gnosis van slavernij. Door I-KRA was Aan, David, verbonden aan Moeder God.


DU-KRA (penis) + I-KRA (toewijding) = contact met God, tongen


Hier zien we dan hoe het pinksterfeest werkte in het OT. In het Aramees moesten van deze principes ter voorbereiding van de buffeljacht tot een feest zijn of festival. De DU-KRA moest onder Moeder God gesteld worden, en aan haar toegewijd, door de I-KRA. DU-KRA moest grootgemaakt worden onder Moeder God, want dit was een belangrijk jachts-item. De DU-KRA moest vervolgens Moeder God prijzen. In het Aramees was hier een dag voor bestemd, als het feest ter voorbereiding op de buffeljacht. In Hebreeuwse context was dit het feest van het hardmaken van het mannelijk geslachtsorgaan. KABOWD-KABAD = hard worden. Dit is de glorie van de gnosis in het Hebreeuws, wat stond voor het hart, of de lever, de opslagplaats van de gnosis. Letterlijk betekent de erectie dus dat het mannelijk geslachtsorgaan wordt tot een hart en een lever, om zo contact te maken met Moeder God als toewijding, ter voorbereiding op de buffeljacht, om de mannelijke suprematie neer te halen.


De Aanitische (Davidische) voorschriften gaan dan verder met het richten op de naam van Moeder God, als zijnde piercings, waartoe de KABAD, hardwording, zich moest richten. De aanbidding moest gebeuren in de HADARAH, wat betekent het is een publieke aanbidding. De HADARAH is een sieraad, wat zijn wortels heeft in het zwellen, de erectie (HADAR), en dit was publiekelijk, als een daad van versieren, mooi maken, pronken. Dit gaat terug naar de paradijselijke situatie waarin Adam en Eva, of de twee paradijs-stammen, naakt waren en zich niet voor elkaar schaamden. Deze dingen waren namelijk heilig, en hadden niets met de werken van boze geesten te maken. De jagers waren naakt en schaamden zich niet voor elkaar, omdat het een belangrijk jacht-ritueel was, en dit was om gemeenschappelijkheid op te wekken.



Dit was heilig, QODESH, verbonden aan de KADESH wildernissen, wat in de wortels een sex-slaaf is verbonden aan de diensten aan de heilige tent, de MEOWNAH. Dit is dus wat het pinksteren in het OT inhoudt : een vruchtbaarheids-cultus (cultus = dehleta = vreze des Heeren) in slavernij tot God. Deze jagers moesten dus de geest van de mannelijke suprematie, de buffel, overwinnen door gewijde sexualiteit. Het was een vruchtbaarheids-ritueel. De oude mens, de buffel, moest sterven, en de nieuwe mens moest opstaan. Deze opstanding werd gekenmerkt door het spreken in tongen, oftewel profetische uitingen. Deze vorm van sexualiteit was gekoppeld aan openbaring, het binnengaan en uiten van de goddelijke gnosis.



Deze symboliek was belangrijk, omdat Aan, David, in de grondtekst omringd was met boze geesten in veevorm die hem wilden molesteren, sexueel wilden exploiteren. Aan moest leren wat de ware sexualiteit was om hier tegen beveiligd te zijn. Hij moest leren waarvan de sexualiteit een symbool was, komen tot de diepere betekenis.



De markt van SEPTUS is sex-slavernij. Laten we daar heel duidelijk in zijn. Het is een criminele handel, waarbij je gedwongen wordt tot diepe afgoderij, anders zul je zwaar gestrafd worden.



Natuurlijk is dit niet letterlijk, maar alles is gecodeerd.



Dan staat er : De stem des Heeren is op de wateren. Stem is QOWL, wat de oppervlakkigheid van God betekent. God kan ineens alles maken tot een lekker oppervlakkig symbool, waar dan de diepere gnosis in is opgeslagen voor hen die daarin geinteresseerd zijn. QOWL is ook muziek-instrument en tong. Dit is in principe wat de taal van God doet. Het is een net van verschillende lagen.



Het bloed van het lam heeft zich gematerialiseerd in gifvullingen, als merktekenen van het beest. Het buffel-bloed van boze geesten kan dit wegwassen. Dit is heel belangrijk. Als wij niet met de buffeljacht beginnen zullen wij het lam nooit overwinnen. Wij moeten ons rijkelijk baden in buffelbloed, vanwege deze boze geesten van mannelijke suprematie. Dit is om al het gif van het bloed van het lam weg te wassen. Onze samenleving is vergiftigd, zwaar vergiftigd. Wij moeten klaar komen met deze symbolen.



In Psalm 29 is het spreken in tongen, oftewel het profeteren, om de wapenen en het jachtgerei te verdelen, om een strategie op te zetten, om de juiste combinaties te maken, om zo te overwinnen in de jacht. In het Sranan Tongo, een taal in het Amazone gebied en die ook veel in Suriname wordt gesproken, is wassen WASI, wat ook ritueel wassen betekent. Letterlijk betekent het ook wassen met kruiden. Kruiden zijn in het boek Iyowb het beeld van het bloed van de vijandelijke jachtprooi. Iyowb moest strijden tegen de Geest, om zo te komen tot de kruiden, het bloed van de vijandelijke jachtprooi, oftewel om succesvol te worden in de jacht. Ook staat WASI voor het laten wassen.



De verwijzingen in de Aramese grondtekst naar buffels is ook een verwijzing naar prehistorische buffels.








Hoofdstuk 10. De Oorsprong Van Het Kerstfeest En De Verbreking Van Het Kerst-Zegel






In de wildernissen van KADESH, waar ook het woordje heilig vandaan komt, QODESH, en wat in de Hebreeuwse wortels sex-slaaf in dienst van de heilige tent, MEOWNAH, betekent, waren buffels opgesteld, ook oerbuffels (RYM), en die waren niet ongevaarlijk. De buffels waren het symbool van de sex-slavernij door mannelijke suprematie, door de patriarchie dus, waartegen Paulus nog gewaarschuwd had dat zij die deze dingen bedreven het koninkrijk van God niet zouden beerven. De goddelijke sex-slavernij is iets heel anders, en dit had moeder God opgesteld om te beschermen tegen sexuele exploitatie door de patriarchie. In de wildernissen van KADESH, sex-slavernij, moesten de Aanieten vechten voor hen leven en hun vrijheid. Het was Moeder God tegen de buffel van mannelijke suprematie en sex-exploitatie. In de feestdag van de voorbereiding op de buffeljacht moesten zij komen tot de Aramese QUDSA, wat betekent zij moesten verschillende offers doen. Er moest dus geofferd worden voordat de buffeljacht van start kon. Dit was allemaal een deel van de voorbereiding.


In de Aanitische geschriften van Orion zien we ditzelfde feest waarin boze geesten in varkensvorm geofferd moesten worden, als het beeld van hebzucht. De jagers moesten zichzelf uithongeren in dit feest, in deze periode van voorbereiding. Hun kracht zouden ze niet krijgen van voedsel, maar van rituelen die de gnosis uitbeelden. Zij moesten zich insmeren met varkensbloed, als teken van de overwinning over hebzucht. Dit was ook ter bescherming tegen de buffelgeesten. Varkensoffers betekenen in de gnosis : van hebzucht tot honger gaan. In het Karaibs, een andere taal in het Amazone gebied, en wat ook in Suriname wordt gesproken door de Karaibeische indianen, heet dit PINAMA of JOMITO.


VOYBA blaast op de bazuin voor de buffeljacht, en zal controleren of alle jagers door de nodige voorbereidingen zijn gegaan. Er mogen namelijk geen fouten gemaakt worden. Dat kan fataal zijn.


Hoe komen wij los van de sex slavernij tot de illuminati ?


De illuminati maakt erecties door hebzucht, door consumptie-drang, en daarmee tappen ze je af. Die erecties zijn toegewijd aan hun varkensgoden. Het volk Israel leefde in slavernij tot Mitsrayim, wat in de wortels ook 'mode' betekent. MOSY en ARREN moesten het volk uitleiden. Een boze geest in de vorm van een bokje of lammetje moest geslacht worden, en het bloed moest uitgesmeerd worden over de doorposten, omdat God de eerstelingen van Mitsrayim zou slaan. Dit is een beeld van het bloed wat uitgesmeerd moest worden over de opening, de schaamlippen, van de vagina, want de Exodus is een beeld van de reis door de vagina tot de moeder schoot.


MOSY leidde het volk tot de wildernis, waar zij uitgehongerd en afgezwakt werden, en dat is ook wat MOSY betekent. Het volk begon te klagen, want zij verlangden terug naar de vleespotten van Mitsrayim. God tuchtigde het volk, en zond vurige slangen, als een beeld van de erecties van de vijand. MOSY moest hen toen richten op de goddelijke erectie, door het beeld van de opgeheven slang. De goddelijke erectie komt door de uithongering, het heilige vasten. God rekende daardoor juist af met de vijandelijke implantaten van slavernij. Het volk moest leeg worden, om vandaaruit het goddelijke vruchtbaarheids-symbool te ontvangen. MOSY leidde tot de heilige wet en tot het dienstbaar zijn aan de heilige tent in de wildernis, de MEOWNAH. Dus hier zien wij twee vormen hoe een erectie kan ontstaan : door hebzucht of door honger.


Door honger werden de Aanieten voorbereid op de buffeljacht. Het mannelijk geslachtsdeel moest worden tot een hart en lever, om zo de gnosis te uiten, te delen, en te gebruiken in de jacht. Het is het practisch maken van de gnosis. Daarom was MOSY in het leven van Aan heel belangrijk.


De zon zou veranderen in een haren vel. Haar was het teken van SUW, Esau, in de grondtekst. SUW's stam is Edom.


Amos 9


11 Dan zal ik de vervallen nomadische, tijdelijke wildernis tent (CUKKAH, vgl. MEOWNAH) van AAN (Orionse oorsprong van David) herbouwen, ik zal de scheuren dichtmaken en opbouwen wat is neergehaald, ik zal het in zijn vroegere luister herstellen. 12 Dan zal Israël in bezit nemen wat er nog rest van Edom en van alle volken die mij eens toebehoorden – spreekt de HEER, die dit alles doen zal.


Ook in Psalm 108 wil AAN (David) naar Edom :


11 Wie voert mij de vesting binnen, wie zal mij naar Edom leiden? 12 Bent u het niet, God, u die ons verstoten had, voert u niet, God, onze legers aan?


De vesting van Edom is in de wortels : ontoegankelijke geheimen. Ook is het de opwinding, prikkeling van doem, IYR. De doem wordt in de Psalmen besproken als de CHECED, die eeuwig is, OWLAM, en die voor hen is die God vrezen, als de eeuwige kastijding die hen veilig houdt tegen roofdieren.


SUW is dus het teken wat de zon overwint. SUW leidt dieper tot de duisternissen van het paradijs en de eeuwigheden, CHECED. SUW is het donkere harige vel van een varken, als de varkensvacht, en is dus een teken van overwinning over de hebzucht en het ingaan van de honger, het vasten wat tot glorie leidt.


SUW had zich onderworpen aan de OHOLIYBAMAH – de nomadische tent in de wildernis van de hoge plaats, berg, oftewel tent van de berg van de moeder schoot, wat in de wortels ook oorlogsveld, arena betekent, en aanbiddingsplaats van een cultus. SUW was het pad tot het westelijke paradijs.


Psalm 103


7 Hij maakte aan MOSY zijn wegen bekend, aan het volk van Israël zijn grootse daden.


Wegen is ORAH in het Aramees, wat pad van de sexualiteit en de menstruatie is, als het pad van vruchtbaarheid. In het Hebreeuws is dit pad DEREK wat zijn wortels heeft in DARAK, boogschutter en vertrappen. Dit pad leidde door de honger tot de opgeheven slang, de erectie van de WET. In de grondtekst is dit de boog, wat ook het principe van SUW, de jager van de CUKKAH (nomadische, tijdelijke jagerstent) is. De opgeheven slang is een teken van SUW, als loon van de honger. MOSY moest het volk tot SUW leiden. Ook AAN moest door MOSY tot SUW komen.


Leviticus 2


12 Als offergave der eerstelingen, RESHIYTH zult gij ze de HERE offeren, maar zij zullen niet tot een liefelijke reuk op het altaar komen.



RESHIYTH betekent begin, hoofd, geslachtsdeel, en is Genesis. Pinsteren is het feest van de eerstelingen, maar dit was oorspronkelijk een offerfeest waarin de eerstelingen van het gevangen genomen vee, als boze geesten, werden geofferd. Dit offeren, jagen, vinden we niet meer terug in Pinksteren. Pinksteren moest dit namelijk afdekken, om zo de aandacht te richten op een wezen genaamd de Heilige Geest. Zo werd de jachts-gnosis en offer-gnosis afgedekt, uitgeblust, hetzelfde zoals Jezus Christus eens deed, als de verlammende religieuze fluor, lerende dat er niet meer geofferd hoefde te worden, want hij was nu het offer, en het was volbracht. De eerstelingen moesten geofferd worden als een onderdeel van de oorlog, maar de elite vreesde dit.



Daniel 11


31 Dan zullen strijdmachten door hem op de been gebracht worden; zij zullen het heiligdom, de vesting, ontheiligen, het dagelijks offer doen ophouden en een gruwel oprichten, die verwoesting brengt. 32 En degenen die zich misgaan tegen het verbond, zal hij door vleierijen tot afval bewegen, maar het volk dat zijn God kent, zal sterk zijn en daden doen. 33 En de verstandigen onder het volk zullen velen tot inzicht brengen, maar zij zullen een tijdlang struikelen door zwaard en vuur, door gevangenschap en beroving.

De Jezus-geest werd al in het OT aangekondigd als 'hij die het dagelijks offer zou staken'. Er zou een gruwel opgericht worden die verwoesting brengt, het NT, de Heilige Geest.

In het OT was het pinksterfeest waarin de eerstelingen werden geofferd ook het feest ter voorbereiding op de buffeljacht.

Dus : RESHIYTH betekent begin, hoofd, geslachtsdeel, en is Genesis.

Psalm 111

10 De Vreze des HEEREN is het begin, RESHITH, geslachtsdeel der wijsheid (religieuze oorlogs-strategie).

Het geslachtsdeel als symbool van de boog, kan dus alleen opgericht worden door de Vreze des Heeren, in het proces van honger. Alles staat en valt door de Vreze des Heeren.

De zon is in het Hebreeuws een zegel op een oorlog, om het schild te verbergen. Schild is in het grieks ook opening, als een visnet. Het zegel van de zon zal verbroken worden, en de zon zal worden tot een varkensvel.



Psalm 114

6 Jullie bergen die opkomen als AYIL, in bloed gedoopte vellen als voorhangsels van de tenten.

Openbaring 19

11 Ik zag dat de hemel geopend was, en dit zag ik: een wit paard met een ruiter, die ‘Trouw en betrouwbaar’ heet, die een rechtvaardig vonnis velt en een rechtvaardige strijd voert. 12 Zijn ogen waren als een vlammend vuur en op zijn hoofd had hij veel kronen. Er stond een naam op hem geschreven die niemand kende, alleen hijzelf. 13 Hij droeg met bloed doordrenkte kleren. Zijn naam luidde ‘Gnosis van de Godin’.


Openbaring 6


9 Toen ARREN, het lamsvacht, door de visserij het vijfde zegel verbrak, zag ik aan de voet van het altaar de zielen van al degenen die geslacht waren om de gnosis van de Godin en vanwege hun getuigenis. 10 Ze riepen luid: ‘O heilige en betrouwbare Heere, wanneer zult u de mensen die op aarde leven eindelijk straffen en ons bloed op hen wreken?’ 11 Ieder van hen kreeg witte kleren. Verder werd hun gezegd nog een korte tijd geduld te hebben, totdat ook de andere dienaren, hun broeders en zusters die net als zij zouden worden gedood, zich bij hen gevoegd zouden hebben.


Zij kregen het witte lamsvacht, wat later door het overblijfsel in buffelbloed gedoopt moest worden.


Openbaring 7


9 Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor ARREN, het lamsvacht, de visserij. 10 Luid riepen ze: ‘De redding komt van onze God die op de troon zit en van ARREN, het lamsvacht, de visserij!’


13 Een van de oudsten sprak mij aan: ‘Wie zijn dat daar in het wit, en waar komen ze vandaan?’

14 Ik antwoordde: ‘U weet het zelf, heer.’ Hij zei tegen me: ‘Dat zijn degenen die uit de grote verschrikkingen gekomen zijn. Ze hebben hun kleren witgewassen met het bloed van DE BOZE GEESTEN IN BUFFEL-VORM.


Het kerstfeest werd ingesteld als de voortgang van het zonnewende-feest, zonne-aanbidding, en om de genade-gaven heel materieel voor te stellen, of te bedekken. Dit was een heidens feest, maar is door de tijden heen meer en meer verloederd tot een christelijke Jezus-afgoderij. We moeten terug tot wat het oorspronkelijk was. Oorspronkelijk was het een jachts-feest bij de oude Germanen, het Joel-feest, oftewel het feest van de Wilde Jacht. Levitisch gezien was dit feest het loon van de gnosis, niet als gave. CHRIO is dan gezalfd met het loon van de gnosis. Het ging hier om een goddelijke handel, CHRAOMAI, als de enige manier waarop er CHARISMA, CHARISMATA, kan komen, dus niet als gave maar als loon. Dit komt van CHEIR (hand, YAD, penis in Hebr.) en CHASMA (afgrond, beeld van de vagina). Al deze dingen werden bedekt en verzegeld gehouden door CHRISTOS, een slap aftreksel hiervan, wat resulteerde in het Kerstfeest, Christ-feest. Zo werden de CHARISMATA uitgedoofd door materieele vormen. Het kerstfeest was dus oorspronkelijk het joel-feest, feest van de wilde jacht. Het loon van de gnosis is een jachtsloon, trofeeen. Het kerstfeest is een Saturnisch zegel wat verbroken moet worden.








Hoofdstuk 11. Schilderijen van de Prozaische Werkelijkheid






Pasen was oorspronkelijk een oorlogs-feest. De vrouw was oorspronkelijk het wapen van de man : speer, boog, pijlen, mes, net, enzovoort.


In Hooglied 7 : 2 wordt de moeder schoot, BETEN, de schoot van de onderwereld, beschreven als bewapend met overwinnings-gejoel (lelien).


De mond komt van het woord DABAR, wat command, waarschuwen, bedreiging en overwinnings-liederen betekent. DABAR is daarom nauwverbonden met de lelien, het overwinnings-gejoel, waarmee BETEN, de moederschoot van de onderwereld, omringd is, als de wachters van de onderwereld.

De Amazonen zingen profetische overwinnings-liederen om aan te kondigen wat ze met de vijand zullen doen, om de vijand te intimideren. Ook bevestigen ze de woede van de vechtslaven die ze in de oorlog neerzetten. De woede van de vechtslaven is niet alleen gericht tot de vijand, maar ook tot de Amazonen. Zoals Yaakob strijden vechtslaven niet alleen tegen de vijand, maar ook tegen God.

De oorlog is voor wedergeboorte.

In de loop der tijden is alles verloederd. De OT geschriften hebben hiervoor gewaarschuwd, en daarom hebben de Israelieten het NT en bijbehorende idolen ook nooit aanvaard. MITSRAYIM, waar zij in slavernij leefden, was in de grondtekst mode, wat verbonden is aan de media. De media, een apparaat van de regering om de mens in bedwang te houden, bepaalde hoe een mens moest zijn en wat een mens moest doen, en hoe de verschillen gedefinieerd moesten worden. Door stereotypes werden groepen tegen elkaar opgezet. Jezus Christus en de Heilige Geest werden de super-idolen van het Westen en van Amerika, en dit predikte mannelijke suprematie. Overal in de media zien we de walgelijke uitspattingen van mannen-aanbidding en vrouwen worden op een verschrikkelijke manier vernederd. Ook de 'dochters der mensen' doen hier vrolijk aan mee. Zij zijn aliens van de Antlia constellatie, die de gnosis van Orion moesten verzegelen. Ook dieren moeten het onderspit delven, en met de indiaanse cultuur wordt de spot gedreven op allerlei mogelijke manieren, onderhuids en bovenhuids. De media is een etiketten-apparaat, om de mensen dom te houden. Bepaalde idealen moeten nagestreefd worden, en zo niet, dan komt er het etiket. Je mag vooral niet zelf nadenken of onderzoeken. Je moet nemen wat de media je geeft, de verboden vrucht, SEPTUS.


Natuurlijk wilden de Israelieten niet meer terug naar MITSRAYIM. Zij volgden hun eigen koers, niet die van de mode van de media. Mannelijke suprematie staat overal op de loer. De mannelijke suprematie drijft spot met de Moeder God. De man praalt in al zijn trots met zijn mascottes Jezus Christus en de Heilige Geest. De man wil heersen over de vrouw, en in zijn trots waant hij zich sterker dan de vrouw, en rooft haar energie. Hier gaat een verschrikkelijk oordeel over komen.


Het christendom bracht ons terug tot de vleespotten van MITSRAYIM, terug tot de slavernij. We zagen dat de borst van de vijand overwonnen moest worden, om te worden tot een priesterlijke trofee, de THORAX, ETRU (Orions).


De borst van het offervee is in het hebreeuws de CHAZEH, dat komt van CHAZAH : zien, profeteren. CHAZEH is de valse ogenzalf, de valse borst, oftewel de valse profetische beweging, de MEDIA, MODE, de slavernij tot MITSRAYIM, die de profeten moeten overwinnen. Dit is een strijd tegen het valse oordeel. (Lev. 10 : 15) Dit is zo belangrijk dat het tot een eeuwige inzetting is aangesteld. In het Aramees is dit de strijd tegen HDE, tegen PRISA, PRIS, wat 'bedekking' betekent en borstplaat, een soort van afgod. Het is een strijd tegen BIZ, BIZZA, wat borst en demoon betekent.


BIZ, BIZZA is het oog van de boze geest, oftewel de Egyptische god van dronkenschap BIS, BISU (Romeins : BACCHUS), de god van geboorte. Dit is de staf van Horus, ook wel het oog van Horus genoemd, de god van de illuminati. Het is de valse Adam die ons van het paradijs probeert af te houden, om ons slaven te laten blijven van de elite. Daarom is de vijand zo gefixeerd op het oog, het materiele, het aanzien, wat zich ook uit in het vooruitdrukken van de borst. Het oog wil protsen. Dit oog van de BAQRA moet doorstoken worden. Dit is ook een belangrijke taak van de Levieten, dat zij de ogen uitsteken van de offerdieren, de boze geesten. BIZZA moet verslagen worden. BIZZA steelt zielen om ze vervolgens in de schoten van de elite geboren te laten worden.


Het gevaar van deze krachten in de borst van de oordeels-profeet is heel groot. Vandaar dat hier de piercings wel doorheen gaan, ook in de grondtekst, en in de Orionse geschriften. Aan de zijkanten van de piercings zijn veren geknoopt, als beeld van de dualistische gnosis, en van de overwinning over de windgoden. Dit houdt de persoon sensitief, in contact met de gnosis, ook als bescherming tegen de anti-gnosis, de mannelijke suprematie, SEPTUS (valse gnosis). Ook gaan deze piercings door de armen en de rug, omdat dit ook behoort tot de borstkas.


In de diepte is de 'borstplaat van gerechtigheid' een piercer, punisher, een geheel van piercings voor priesterlijke dienst. Dit is om veilig te blijven tegen boze geesten. Wij moeten door de borst-piercings, arm-piercings en rug-piercings de media uithongeren, vasten op de media, om zo contact te maken met de gnosis. Opnieuw moeten wij de exodus in, om te komen tot de wildernis, om onderwezen te worden door de Amazonen van de gnosis, om zo los te komen van de programmaties van MITSRAYIM, de media. Dit is een gevecht tegen het boze oog, de boze borst. Het is de pronkende borst van een bizon. Ook is het de pronkende borst van een varken of een zwijn, die in sommige vormen nog horens hebben, en gevaarlijk kunnen zijn als wolven. Sommige van die zwijnen huilen zelfs als wolven.


Er is een winkel met modepoppen die helemaal gestyleerd zijn volgens de idealen van de illuminati. Deze idealen hebben te maken met slavernij. Het zijn symbolen van hoe de illuminati de mens wil hebben : DOM. Deze modepoppen zijn zo in elkaar gezet dat zij de gnosis afweren, de mannelijke idol verheerlijken. Vrouwen worden neergezet als klassieke mannequins die geen greintje van de wildernis in zich hebben, alleen maar stads. Het ruikt nog naar racisme ook, want vaak zijn deze vrouwen dus blank. Ze zijn zo in elkaar gezet dat ze zo snel mogelijk oud worden, want zo grijpen ze naar producten en medicijnen die hen jonger zouden moeten maken, en natuurlijk veel make up. Als je dan langs deze etalages loopt, dan staat je leven ineens op het spel, want ze kunnen je zo grijpen en je één maken met hen. Het beste is om de wildernis in te rennen. We kunnen de grote reclame borden niet geloven. Ze zijn op jacht. Zij willen slaven maken van de stad, van de MITSRAYIM, onder controle van de media, wat anderen voor je bedacht hebben, in plaats van de gnosis. Is het niet om te huilen ? Er is geen vrijheid in zo'n stad, geen creativiteit, want er wordt voor je gedacht. Deze aarde is een gevangenis. De satellieten van Antlia houden alles nauwgezet in de gaten. Zij vormen het zegel op de Orion poorten.


Ren de wildernis in, ren de buitenlucht in, en verlaat alle grote reclame borden van de stad waarmee ze je dag en nacht programmeren. Leg al je kleren en wapenrustingen af, en duik in het water van de wildernis. Zwem rivieren over, en kom tot de dieptes van de wildernis. Blijf niet staan. Ook als je een tent ergens hebt opgezet, wees nomadisch, reis na een tijdje weer verder, want ze zijn op jacht. De nomadische tent is de CUKKAH. Er was ook het feest van de CUKKAH van de Israelieten, wat oorspronkelijk het feest was van het meenemen van de CUKKAH naar een ander gebied om het daar op te zetten. Dit is een belangrijk feest wat herinnert aan het belang van loslaten en opnieuw beginnen, om zo geen prooi te worden van de vijand die achter je jaagt. De Israelieten moesten zich voortdurend vernieuwen. Dit feest wordt ook wel loofhuttenfeest genoemd, of Sukkot. Het herinnert de Israelieten dat alles slechts een tijdelijk onderkomen is.


Amos 9

11 Dan zal ik de vervallen nomadische, tijdelijke wildernis tent (CUKKAH, vgl. MEOWNAH) van AAN (Orionse oorsprong van David) herbouwen, ik zal de scheuren dichtmaken en opbouwen wat is neergehaald, ik zal het in zijn vroegere luister herstellen. 12 Dan zal Israël in bezit nemen wat er nog rest van Edom en van alle volken die mij eens toebehoorden – spreekt de HEER, die dit alles doen zal.

Ook in Psalm 108 wil AAN (David) naar Edom :

11 Wie voert mij de vesting binnen, wie zal mij naar Edom leiden? 12 Bent u het niet, God, u die ons verstoten had, voert u niet, God, onze legers aan?


Het CUKKAH-feest is er dus voor om SUW (Esau, Edom) aan te wakkeren, op te richten.


SUW was het beeld van de goddelijke vurige slang die MOSY oprichte, als de vurige tong, de taal des Heeren. Dit was de taal van de wildernis, als de oprichting van de WET.


Zacharia 14


18 en indien het geslacht van MITSRAYIM niet zal heentrekken en komen, op wie geen (regen) valt, dan zal toch komen de plaag (slacht) waarmee de HEERE de volken zal treffen, die niet heentrekken om het CUKKAH feest te vieren. 19 Dit zal de straf zijn van MITSRAYIM en van alle volken die niet heentrekken om het CUKKAH feest te vieren.


Psalm 31


21 Gij verbergt hen in het verborgene van uw aanschijn voor de samenscholing der mensen; Gij bergt hen in een CUKKAH voor het getwist der tongen.


Psalm 8


2 O HEERE, onze Heere, hoe heerlijk zijn uw PIERCINGS op de ganse aarde,

Gij, die uw glorie toont boven de hemelen.


3 Uit de mond van kinderen en zuigelingen (Aramees : TALYA, slaven)

hebt Gij sterkte gegrondvest, uw tegenstanders ten spijt,

om vijand en wraakgierige te doen verstommen.


4 Aanschouw ik uw hemel, het werk van uw vingers,

de maan en de sterren, die Gij bereid hebt:

5 wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt,

en het mensenkind, dat Gij naar hem omziet?

6 Toch hebt Gij hem bijna goddelijk gemaakt,

en hem met heerlijkheid en luister gekroond.

7 Gij doet hem heersen over de werken uwer handen,

alles hebt Gij onder zijn voeten gelegd:

8 bokken en runderen (BAQRA, boze geesten in zwijnvorm, ketterijen) altegader

en ook de dieren des velds,

9 de kippen van trots (Aramees) en de vissen der zee,

hetgeen de paden der zeeën doorkruist.


10 O HEERE, onze Heere, hoe heerlijk zijn uw PIERCINGS op de ganse aarde.


In Psalm 9 is de erectie, de TEQAN, belangrijk om oordeel uit te voeren. De TEQAN is het instrument van de slacht, het apart zetten van de priesterlijke gaven. Dit oordeel door de erectie is genaamd DN, als DINA, de dochter van Jakob, wat ook verband houdt met de DN als EDEN. Haar naam betekent : marteling, wet, rechtszaak, het laatste oordeel, esoterische/ exegetische interpretatie van de schrift, GNOSIS. Die GNOSIS wordt in Psalm 9 overgedragen door gemeenschap met God, met de PIERCINGS, van God, door het komen tot de poorten van de dochter van Sion, oftewel tot DN, DINA, EDEN, de verloren stam, om te triomferen, om vee te temmen en te breken. Om te triomferen en te juichen in de bestraffing. De Heere heeft gemeenschap met DN, DINA, EDEN, met het laatste oordeel, de wet, gnosis, wat als een juk is en een ritueel. Dit zou de piercings zetten, als rinkelende slavenbellen, en die gingen ook door het mannelijk geslachtsdeel, YAD, YADA, IDA.


In Psalm 10 zal God Haar vagina openen, de DN, DINA, IDAN, EDEN, om de moederloze wees te bestraffen, de moedergoddeloze, en dat is ook wat de zogenaamde 'dochters der mensen' zijn. Het zijn geen echte vrouwen, maar namaak-vrouwen als spionnen, kleine moedergoddeloze jongetjes, die ten diepste wilde beesten zijn, wild vee.


DN is ook een psalm.


Psalm 79


6 Stort uw toorn uit over de volken

die U niet kennen, en over de koninkrijken

die uw PIERCINGS, niet aanroepen;

7 want zij hebben Yaakob verslonden

en zijn woonstede verwoest.


Psalm 86


11 Leer mij, HEERE, uw weg,

opdat ik in uw waarheid wandele;

verenig mijn hart om uw PIERCINGS, te vrezen.


12 Ik zal U loven, Heere, mijn God, met mijn ganse hart,

en uw PIERCINGS eren voor altoos


Psalm 89


17 uw PIERCINGS vrezen zij de ganse dag.


Psalm 99


3 Dat zij uw grote en geduchte PIERCINGS loven;

heilig is Zij.


5 Verhoogt de HEERE, onze God,

buigt u neder voor haar voeten;

heilig is Zij.


6 MOSY en ARREN waren onder zijn priesters,

Samuël onder hen die zijn PIERCINGS aanriepen;

zij riepen tot de HEERE en Zij antwoordde hun.


7 Zij sprak tot hen door de ANAN, theophanisch orakel, voorhangsel.


Prediker 7


1 Een goede PIERCING is beter dan goede olie.


Jesaja 63


12 Die zijn luisterrijke arm aan de rechterhand van MOSY deed gaan, die vóór hen de wateren kliefde om Haar een eeuwige PIERCING te maken.


Door proza wordt de gnosis ingedeeld en beveiligd, aan elkaar gerijgd. Proza is een literaire code, cryptisch van aard, die mensen in een nieuwe vorm van denken zet, als een soort van mentale drug. Proza is taalkundige schilderijen die als doel hebben nieuwe mentale deuren te openen, om de gnosis aan te sterken. Gnosis is vaak gecodeerd verborgen in zulke schilderijen. Het heeft als doel caleidoscopische profetische gezichten van de onderwereld over te brengen. Ook het poetische kan een gedoceerde plaats hebben in het prozaische. Prozaische schilderijen kunnen helpen in de stimulering van de algehele meditatie.


Schilderijen van de onderwereld :


SCHILDERIJ I – Tijger Kind




Tijger Kind









Hij beklom de muren die omgeven waren met weelderige bloemen. Hij werd haast door ze naar beneden getrokken, maar hij vocht. Hij vocht ook om zijn tranen te bedwingen. Hij zat vol van woede. De muur was bijna zanderig en erg warm. Hij klom door een raam naar binnen, en zag haar daar liggen, helemaal in het wit. Deze vrouw had hem grootgebracht, maar hij was in de wildernis gevlucht, al heel jong. Hij had eigenlijk niets meer met deze vrouw te maken. Hij ging terug door het raam, trok wat van de bloemen van de muur, en sneed zich aan de dorens. Toen sprong hij naar beneden, en rende de wildernis in. Aan een liaan vol wilde bloemen sprong hij over de bruisende rivier. Het was alsof iemand hem vasthield. Hij liet los en kwam aan de rand van de overkant van de rivier, maar deze rand was zo glad dat hij de rivier weer ingleed. Hij greep een tak en trok zichzelf omhoog. Deze rivierwand was zo steil. Toen rende hij de wildernis in. Alles was dichtbegroeid hier.


Hij had een pijl tussen zijn tanden, en trok zijn boog. Zijn lange wilde haren bungelden over zijn naakte rug. Zijn rug was vol met striemen. Ook had hij littekentjes op zijn rug. De wildernis was genadeloos geweest naar hem, maar niets was erger dan de vrouw die hem had grootgebracht.


De wildernis trok hem aan, ook al moest het zo hardhandig. Hij probeerde zich te concentreren, maar hij was in pijn. De wildernis was vol geheimen. Het leek wel alsof het een andere taal sprak. Hij wilde die taal graag leren. Hij probeerde zijn pijnen te begrijpen, maar het leek wel alsof het hem woest maakte. Hij wilde loskomen van zijn woede. Het was alsof de wildernis hem plaagde. Hij wist dat hij gewoon met een heel zwaar wettenstelsel had te maken. Het was hem alles wel waard. Maar in zijn gevoelens werd hij heen en weer geslingerd.


Hij stak bloemen in zijn haar, en ging aan de rand van een andere rivier zitten. Hij boog voorover en keek in het water. Van bloemen maakte hij een schort. Dit deed hij van de bloemen die langs de rivier groeiden. Het waren wilde bloemen, maar zo prachtig. Ze hadden taaie maar flexibele stengels die hij goed kon knopen. Langzaam liet hij zichzelf in het water glijden. Hij dacht terug aan gisteren, hoe ze hem sloegen met een gesel. Waarom ? Hij wist het nog steeds niet. Hij kon alleen maar gissen. Ze spraken niet veel tot hem. Alles ging om hun wetten. Als hij ze brak, dan werd hij daarvoor geslagen. Het maakte hem leeg van binnen. Hij vond het best. Alles beter dan de vrouw die hem grootbracht. Aan haar wilde hij zelfs niet herinnerd worden. Soms hoopte hij zelfs dat hij slaag kreeg, zodat hij de pijn over haar kon vergeten. De pijn van slaag maakte zijn hart leeg. Het maakte hem koud van binnen, totdat het hem helemaal niets meer deed. Maar meestal de dag erna was hij boos.


Hij liep langs de rivierkant in de modder. Toen liep hij naar zijn hut. Hij ging liggen op een oude matras. Maar even later kwamen ze om hem te slaan. Ze sloegen hem bont en blauw. Toen ze weg waren viel hij doodmoe neer op zijn matras. Hij had besloten om dieper de wildernis in te gaan, want hier kon hij niet meer tegen. Altijd werd hij voor niets geslagen, en ze zeiden niet waarom.


Terug naar de vrouw die hem grootbrachte wilde hij niet. Het was niet eens zijn echte moeder. De volgende ochtend ging hij dieper de wildernis in. Hij smeerde zich in met modder, als een goede camouflage, en bond bladeren om zich heen. Hij hoopte maar dat ze hem niet zouden zien.


Eén van de vrouwen zag hem. Ze begon bijna te krijsen. Hij zette het op een rennen. Als hij in hun handen zou vallen, dan zou het goed mis zijn. Hij dook naar een liaan, en ging van liaan tot liaan, van boom tot boom. De vrouwen waren snel en begonnen pijlen op hem af te schieten. Hij was hoog in de bomen, en moest zorgen dat hij niet stil bleef staan. Ze schreeuwden en gilden naar hem. Ze waren zichtbaar woest. Hij nam grote risico's en dook naar lianen waarvan hij niet eens wist of die hem wel zouden houden, en lianen die ver weg hingen. Maar hij kon niet anders. Soms moest hij weer even klimmen. Hij rende over takken. Het huilen stond hem nader dan het lachen, en door het gegil en geschreeuw begon hij te beven. Het was die vrouwen echt menens.


'Terugkomen !' gilden ze. Sommige vrouwen waren ook in bomen geklommen en sprongen ook van boom tot boom met lianen. Ze waren in een mum van tijd dicht achter hem. Hij begon een naar gevoel in zijn onderbuik te krijgen. Ze zouden hem kunnen doodslaan als ze hem te pakken zouden krijgen. Hij wist niet wat hij moest doen. Onder hem was een rivier, en hij zag dat als zijn laatste kans. Er was een waterval dichtbij, en de rivier stroomde nogal hard, maar hij had geen andere keuze. Hij liet zich naar beneden vallen, en kwam gelukkig goed in de rivier terecht. Hij ging kopje onder en werd direct meegesleurd door de harde stroom. Na een tijdje kwam hij boven water en hapte naar adem. Ook bewoog hij woest om zich heen om te kijken of hij ergens een tak kon vinden. Na een tijdje lukte hem dat, en hij trok zichzelf omhoog op de kant. Hij was een heel eind door de woeste stroom meegesleurd, ver weg van de vrouwen. Weer zette hij het op een rennen, nog steeds in grote angst. Hij rende aan één stuk door zonder om te kijken.


'Marceda,' zei een vrouw. Ze probeerde hem te stoppen, maar hij wist dat ze niet bij de andere vrouwen hoorde. Toch duwde hij de vrouw opzij, omdat hij geen risico's wilde nemen. Hij kon niemand vertrouwen. 'Marceda !' riep de vrouw weer. 'Laat me je helpen !' Hij wist niet wat Marceda betekende, maar ineens stopte hij. Misschien zou de vrouw hem inderdaad kunnen helpen. Ze nam hem mee naar haar hut, waar ze wat soep voor hem inschonk. 'Hier, eet wat,' zei ze. 'Wat is er aan de hand ?'


Hij vertelde het verhaal. 'Zij zijn niet goed bij hun hoofd,' zei de vrouw. 'Waarom ben je daar zo lang gebleven ?'


'Ze bewaakten mij min of meer,' zei hij.


'Ze zijn gek,' zei de vrouw.


Hij zuchtte. 'Neem wat rust,' zei de vrouw. 'Ik zal over je waken. Ze moeten hier niet komen.'


'Maar ze zijn met velen,' zei hij.


'Ze zijn hier nog nooit geweest,' zei de vrouw. 'Dit is mijn gebied.'


'Woon je hier alleen ?' vroeg hij. Ze knikte.


Hij hoorde trommels in de verte. Ook hoorde hij oorlogsgehuil. 'Ik ben niet veilig,' sprak hij. 'Ze zijn op jacht naar me.'


'Shhh,' zei de vrouw. 'Ga maar slapen. Ik zal het wel afhandelen.'


'Je kan niets beginnen in je eentje,' zei hij. 'Ze zullen je slaan, en misschien wel vermoorden.'


'Je kent me nog niet,' zei de vrouw. Ze trok haar boog en nam een pijl. Ook maakte ze haar paardenstaart los. Toen rende ze de wildernis in. Hij begon te beven. Hij vreesde voor haar leven. Na een tijdje kon hij de spanning niet meer aan, en rende de hut uit, dieper de wildernis in. Overal hoorde hij trommels. De schrik sloeg hem steeds dieper in de keel. Hij had buikpijn van de angst. Het leek wel alsof ze dicht om hem heen waren. De trommels leken steeds sneller te gaan. Het oorlogsgehuil was nog wel in de verte maar leek steeds dichterbij te komen, of harder te worden.


Bij een meertje was een hol. Hij ging naar binnen. Hij ging diep het hol in, en na lang lopen door gangen kwam hij diep onder de grond.


'Bloemenkind, vrees tekende je,

Depressie was de oorlogskleuren op je wangen en lichaam,

Gelach was je dagelijkse bad,

En honger was op je jachtspad.'


Een vrouw stond voor hem. 'Zei jij dat ?' vroeg hij.

Ze knikte. Het was donker. Hij kon haar niet goed zien. Haar stem maakte hem rustig. Hij herkende haar. Het was die vrouw die hem zou beschermen. Hij kwam dichterbij. Ze had oorlogsstrepen op haar wangen. 'Ik heb ze beschoten, en een paar geraakt,' zei de vrouw. 'Nu zijn ze zelfs woester. Het is nu oorlog. Wil je mee de oorlog in ?'


'Maar ze zijn met teveel. Ik wil niet dood. Laten we weggaan, dieper de wildernis in,' zei hij.


'Bloemenkind,' sprak ze. 'Je moet de oorlog winnen. Ze zullen op je jagen totdat ze je vinden. Vecht terug. Je hebt mij aan je zijde.'


'Laten we dieper onder de grond gaan,' zei hij.

'Nee, ze zijn in alle staten. We moeten nu vechten,' sprak ze.


Hij greep zijn boog en een pijl. 'Laten we gaan,' sprak hij. Hij wist dat ze geen kans maakten, maar hij wist ook dat ze hem vroeg of laat zouden vinden. Buiten gingen ze op een heuveltje staan, en ze verborgen zich achter een struik. Na een tijdje zagen ze drie vrouwen op oorlogspad. Hij herkende deze vrouwen. Ze hadden hem vaak genoeg geslagen en uitgejouwd. Beiden spanden ze hun bogen. Twee vrouwen werden geraakt. De derde trok haar boog, maar wist niet waar ze op moest richten. Na een tijdje kwam er een groep van ongeveer tien vrouwen. Ze hadden hun bogen getrokken, en begonnen te schreeuwen.


'Shhh,' fluisterde de vrouw. 'Nu gewoon schieten.' Hij was bijna verlamd van schrik toen hij zoveel vrouwen zag. Door zijn hoofd schoten allerlei taferelen van wat ze met hem zouden kunnen doen als ze hem te pakken zouden krijgen. Maar hij vocht dapper. Hij kon een paar vrouwen raken met zijn pijlen. De vrouw naast hem was ineens weg. Toen werd hij ineens van achteren met een pijl geraakt. Hij wist dat het een valstrik was. Hoe kon hij zo stom zijn naar deze vrouw te luisteren. Maar waarom had ze haar eigen vrouwen geraakt ? Een groot raadsel flitste door hem heen. Hij was neergevallen, en ze schopte tegen hem aan. 'Waarom heb je mij dit aangedaan ?' kreunde hij. 'Stommeling,' sprak ze.


Tot zijn grote verbazing begon ze ook op de vrouwen te schieten, die na een tijdje weg begonnen te rennen. 'Je bent een grote idioot,' zei ze tegen hem. Ze trok de pijl uit zijn rug. Die was laag geschoten. 'Waarom praat je zo tegen me ?' vroeg hij. 'Wat heb ik verkeerd gedaan ?'


'Dit is mijn manier van de oorlog winnen,' sprak ze. 'Vertrouw me nu maar. Ze zijn nu weg.'


'Ik vertrouw je helemaal niet,' zei hij. 'Ik vrees dat wij geen vrienden zullen worden.'


Weer richtte ze een pijl op hem. 'Nu moet je ophouden,' sprak ze. 'Als je wijs bent houd je je mond. Ik zei je dat ik met ze zou afhandelen. Dit is mijn manier.'


Hij barstte bijna van woede. Maar hij hield zich stil. Het was ook menens voor deze vrouw.


'Mag ik gaan nu ?' vroeg hij.


'Je moet zelfs gaan,' zei de vrouw. 'Ren nu. Ren voor je leven.'


Hij zette het op een rennen, zonder om te kijken. Deze vrouwen waren echt gek. Ze waren debiel in zijn ogen. Ook in deze vrouw had hij zich zo vergist. Hij zou nu nog meer op zijn hoede zijn.


Weer ging hij door een hol de grond in. Hij hoopte in ieder geval dat deze debiele vrouw hen nu echt had weggejaagd, en dat ze hem nu met rust zouden laten. In een ondergrondse ruimte kwam hij tot een meertje. Hij waste zichzelf daarin, en bedekte zichzelf toen met modder. Hij had buikpijn en hoofdpijn. Toen hij over alles nadacht wilde hij niet meer leven. Het leven drukte zwaar op hem, alsof het hem wurgde. Weer hoorde hij oorlogsgehuil in de verte. Hij begon te trillen van woede. Hij voelde alsof hij zichzelf niet meer was, alsof er iets in hem was geknapt of gebroken door de spanning. Hij pakte zijn boog. Hij zou ze in zijn eentje tegemoet treden. Hij rende door het hol naar boeten en begon woest te krijsen buiten zijn zinnen. Snel was hij omsingeld door een groep vrouwen. Hij kreeg een slag op zijn hoofd en viel neer. Zij zetten hun voeten op hem. Ze rolden hem over zodat zijn rug op de grond lag. Hij kreeg een voet op zijn mond gedrukt. 'Nu houd je je kop,' zei één van de vrouwen.


Hij werd later wakker in een kooi. 'Stom varken,' zei een vrouw tegen hem. 'We zullen jou dat krijsen eens afleren. Hij kookte van woede. Toen de vrouw weg was greep hij mes wat hij had verborgen onder zijn schort van wilde bloemen. Gelukkig hadden ze dat niet afgenomen. Maar zijn boog was hij kwijt. Met zijn mes begon hij de kooi los te snijden. Dat lukte aardig, en na een tijdje was hij vrij en rende de wildernis in. Hij zou nu gewoon door blijven rennen totdat hij niet meer zou kunnen.


Hij rende door totdat hij aankwam bij de rivieren van bloed. Hij zwemde door totdat hij kwam in het land achter die rivieren. Hier waren veel insecten die hem staken, maar alles was beter dan te leven met vrouwen die hem altijd maar sloegen.


Hier zette hij zijn tent op, en bouwde een boot. Hij leefde van de visserij, en de jacht. Hij probeerde zijn oude leven te vergeten. Nog vaak had hij woede aanvallen, maar hij wist dat de vrouwen toch nooit zouden veranderen. Het was hun aard.


Maar de tijger van dit land was niet al te blij met het bezoek. Na enige tijd kwam hij uit zijn hol, en kwam ten aanval. Hij hoorde een brul, en greep zijn dolk. Hij slikte even toen hij de tijger zag staan die klaar stond om aan te vallen. De tijger sprong op hem af, en probeerde hem te slaan met zijn klauw. Maar hij blokkeerde het met zijn dolk. Hij slaakte een oorlogskreet en raakte de tijger twee keer in zijn nek. Toen sprong de tijger echt af op hem, en hij stompte zijn dolk recht in het hart van de tijger. Een enorm gebrul verdoofde hem bijna. De tijger greep zijn arm, maar liet toen los als een verlamde. De tijger stortte neer op de grond. Spoedig had hij het beest onthoofd, en brulde als een woesteling toen hij de kop van de tijger in de lucht trok als een trofee. De tijger schedel zou het sieraad worden van zijn tent, en ook de tijger huid zou hij goed kunnen gebruiken.


SCHILDERIJ II – Haaien Bewustzijn




Haaien Bewustzijn






Hij woonde aan zee op een eiland. Een berevel was zijn schort en hij had een rieten hut. Een grote haai terroriseerde de kust. Hij kon niet eens normaal zwemmen of vissen. Parelduiken was er al helemaal niet bij. Op een dag was hij het zat. Hij zou zich niet meer door de haai laten afschrikken. Hij nam zijn speer mee, en ging het water in. Hij lustte de haai rauw nu. Maar de haai kwam niet. Na een tijdje ging hij terug om de speer op het strand te gooien, en ging alleen met zijn dolk terug het water in. Hij dook onderwater, en zag daar al snel de haai aankomen. Even was het alsof hij verlamd raakte van schrik. De haai was zo groot, en even had hij gehoopt dat hij zijn speer bij zich had, maar hij kon niet meer terug. De haai zwom op hem af en had zijn muil al open gedaan, klaar om toe te happen. Snel bewoog hij zijn dolk recht in de kaak van de haai, en toen twee keer in zijn ogen. De haai was woest en begon van zich af te bijten als een bezetene. Hij was nu onder de haai en stootte hem een paar keer met zijn dolk in zijn buik. Er was overal bloed nu. Een woede begon door zijn lichaam heen te stromen zoals hij die nog nooit eerder had gevoeld. Weer stootte hij zijn dolk in de kaak van het enorme beest en trok het toen met zich mee. Dit stukje zee was nu een bloedbad. Hier had hij zo lang op gewacht. Hij sleepte het halfdode beest naar het strand, pakte zijn speer en begon het beest net zo lang te steken totdat het dood was.


Hij nam de schedel van het beest en de tanden en botten naar zijn hut. Ook vond hij wat edelstenen in de buik van de haai. Hij noemde ze haaiestenen. De tanden van de haaien hing hij aan een draad voor zijn tent. Hij was trots op zichzelf. Hij rende het oerwoud in en ging op jacht. Hij had nu de smaak goed te pakken. Het was alsof er een deur in zijn hoofd geopend was. Hij was zo lang depressief en angstig geweest vanwege de haai.


Ook in zijn dromen werd hij vaak lastig gevallen door de haai. Nu had hij deze dromen niet meer. Wel droomde hij veel over clowns onder water, maar die deden niet veel. Zij waren vaak verstrikt in bloemen onder water. Het was alsof zij gevangen zaten. Zij probeerden woorden in zijn hoofd te spreken, maar hij kon het gelukkig niet horen.


Op een dag speelde er een clown op het strand. Hij werd plotseling erg bang, en rende het oerwoud in, maar toen ging hij er opaf. De clown trok een pistool en wilde schieten, maar hij wierp zijn speer. De clown viel neer, en hij hakte het hoofd van de clown af met zijn dolk. Hij hief het hoofd in de lucht en brulde. 'Alweer een doodskop,' dacht hij bij zichzelf. Langzaam liep hij terug naar zijn hut. Hij was kwaad. Hij werd geplaagd door zijn herinneringen, toen hij ooit met een heks leefde. Daarom is hij op een eiland gaan wonen.


Ze is in zijn hoofd iedere dag, om haar leugens in hem te blazen. Hij snapt niet waarom zij hem nog steeds lastig valt. Soms voelen die leugens zo erg aan dat hij het gevoel heeft dat zijn hoofd ontploft. Dan wil hij haar opzoeken om wraak te nemen, of om het met haar uit te praten. Maar hij weet dat er met haar niet te praten valt. Ze draait altijd om alles heen, en liegt en bedriegt. Hij zal haar nooit kunnen vertrouwen, wat ze dan ook zegt, maar op een vreemde manier voelt hij zich afhankelijk aan haar. Hij haat dit gevoel.


Dan begint hij na te denken over de haaiensoep die hij de avond van zijn haaienvangst had gemaakt. Hij probeert het verdere verleden weer te vergeten. Haaiensoep had hij niet vaak gegeten, maar de keren dat hij het at waren heel bijzonder. Hij kreeg er altijd vreemde visioenen en dromen van. Hij begon er altijd sterk van te hallucineren. Haaiensoep met trommels was een goede combinatie voor hem. Min of meer waren die hallucinaties zo muzikaal. Het inspireerde hem tot nieuwe ritmes. Maar ja, hij voelde zich altijd ook een beetje ziek van haaiensoep. Hij kwam ervan in het dodenrijk, waar hij de doden bezocht en nieuwe deuren moest openen. Hij had ook zulke vreemde dieren gegeten. Haaien waren vreemde dieren. Hij kreeg altijd de rillingen als hij aan hen dacht. Soms leek het alsof hij dood ging als hij aan hen dacht. Alsof hij achter een zwart gordijn kwam. Het waren de vorsten van de dood. Hij zou ze geen kwaad doen, maar de haai die hij had doorspietst werd te gevaarlijk, en begon zijn leven flink te beheersen. Hij moest vechten voor zijn leven.


Hij dacht na over zijn leven, en over de haaien. Hij deed dit heel bewust.







Hoofdstuk 12. Het Derde Schilderij







De Bizonjacht




Hij voelde de scherpe pennetjes door de huid boven zijn tepel gaan. Het waren een soort pijltjes, een soort scherpe botjes met kleine veertjes aan weerskanten als kwastjes. Die voelden zacht tegen zijn huid aan, maar de pijltjes waren scherp. Het deed wel even heel erg pijn, maar daarna raakte hij er meer en meer aan gewend. Hij moest een lange trap op bekleed met bruin fluweel of suede. Moeder overste stond op hem te wachten op de hoogste trede. Ze stond bij een groot portaal, een poort. “Je wist dat dit moest, hè ?' sprak ze. 'De pinnen moesten erin, anders zou de bizon je bezeten kunnen maken.' Hij knikte. Samen met haar liep hij door de poort. Ze kwamen in een duister veld waar in de verte de bizons graasden. 'Hier gaat het gebeuren,' sprak ze. Hij kreeg een speer, een pijl en boog met een mes. Ook kreeg hij een net.


'Ik wil niet,' zei hij. Moeder overste stond daar met een gesel. 'De kerk wil het,' sprak ze zelfverzekerd. Hij boog zijn hoofd. Hij wilde de vader-priesters niet teleurstellen, en al helemaal niet moeder overste. Plotseling richtte hij de speer op haar. 'Ik kan het niet !' riep hij. En hij rende weg. Hij voelde zichzelf een banghaas, een grote mislukkeling. Hij rende de trap af naar zijn kamer. Hij deed de kamer op slot, voor het geval moeder overste achter hem aan zou komen. Ze had altijd die gesel wel, maar had haar die nog nooit zien gebruiken. Moeder overste begreep hem wel. Midden in de nacht kwam hij zijn kamer uit, en ging de trap op om vervolgens door de poort te gaan. Er waren daar een groep vrouwelijke jagers. 'Waar ga jij naartoe ?' vroegen ze.


'Ik wil hier weg,' zei hij. 'Dit is niks voor mij.'


Hij keek de lucht in, waar de nachtzon was verschenen. Er kwamen zoveel bizons uit voort die door de lucht gingen. De lucht leek wel op een grote vlakte met een heleboel velden. 'Waar gaan die naartoe ?' vroeg hij aan de vrouwen.


'Zij zullen de kerk aanvallen,' zeiden de vrouwen serieus en ernstig. In zijn gedachten zag hij moeder overste voor zich. Hij sprong op één van de jachtwagens, en maakte zijn speer klaar. Zo ging hij de nacht in. Hij joeg op de bizons alsof hij op de zon joeg. Gehuld in een bizonkleed kwam hij terug.


'Moeder overste zal trots op je zijn,' zeiden de vrouwen. De volgende dag ging hij naar moeder overste met zijn kleed. Zij nam hem in haar armen. 'Ik ben trots op je, jongen,' sprak ze. 'Eindelijk heb je jezelf overwonnen. Dat is een hele grote stap. Je bent erg moedig geweest.'


De nacht daarop ging hij weer op jacht, en kwam terug met een bizon-schedel. Die gaf hij aan moeder overste. Moeder overste drukte de schedel tegen zich aan. De dag erna stierf zij. Hij zwoer dat hij voor altijd voor haar en de kerk zou jagen. Hij zou de kerk tot overwinning brengen.


'Iets brandt er in mij, een eeuwige vlam,

Het steekt overal, ik ben zo bang,

Maar niets zal mij stoppen, het duurt al te lang,

Ik zal over haar waken zo lang als ik kan,

Ik ben hiervoor geroepen, terug kan ik niet,

Sinds ik jou vond als mijn beste vriend.'


Hij stond op en liep naar de poort. Hij keek in de lucht, en de nachtzon was vallende, maar er waren meer bizons dan ooit te voren. Het was alsof de jacht nu pas echt begon.







Hoofdstuk 13. Het Bloed Dat Verkrachtte






We zullen nu één van de meest cruciale fundamenten van het christelijk geloof bespreken, tegelijkertijd één van de meest verschrikkelijke en afschuwelijke geesten die we tot nog toe hebben besproken.


We zagen :


"Geest" is een nogal selectieve en gebrekkige vertaling van "pneuma", dat is het vermogen van de creativiteit en het vermogen van het hebben van kennis (gnosis). "Geest" als de lucht heeft zijn diepe wortels in de Griekse filosofie, waar de lucht vaak werd gezien als de fundamentele en universele macht, als een "god" die het Griekse wereldrijk groot maakte. De kerk nam deze god over en legaliseerde het, gaf het goddelijke status, door de kerk-concilies in de eerste eeuwen van de jaartelling.


De "Heilige Geest" is een verkeerde vertaling die gelegaliseerd werd, de "god van de lucht” overgenomen van de Grieken. Het was de missie hiervan om de Moeder God te ontkennen, zodat er geen wedergeboorte zou zijn. Het christendom is een Vader cultus, geen vruchtbaarheid, geen transformatie, zodat de illuminati de slaven opgesloten kon houden. Er is geen echte wedergeboorte in dit dogma.


Jezus” was een verzinsel van de illuminati, ging van wereldrijk tot wereldrijk, overgedragen als een politiek controle-apparaat. Dat begon al in de Mithras-mysteriën, waar ze het bloed moesten drinken en het vlees moesten eten van hun idool om naar de hemel te kunnen, terwijl ze gedoopt werden in het bloed van stieren. Het is een bloed-offercultus. Het is vampirisme. Jezus heeft nooit bestaan​​, en heeft nooit iets bewezen. Deze verhalen komen uit oudere wereldrijken, het oude India, Egypte, Griekenland enzovoorts. Ze zijn niet origineel.


Vergevings-theologie is een uitvinding van de illuminati om mensen te laten geloven dat wanneer iemand iets verkeerd doet, dat iemand anders dat moet oplossen. Je moet verantwoordelijk zijn voor je daden. Wanneer je een fout maakt, kun je dit herstellen, en je kunt het contact met het goddelijke herstellen. Er zal geen zondebok zijn voor je, zoals het christendom leert. Dat is voodoo hekserij. Dit is een zeer sterke geest. Ik stel voor dat je al je oude power-iconen op het altaar legt en leeg komt voor het goddelijke.

Velen zijn ingepakt door westelijke christelijke misvertalingen en misherleidingen van oude teksten van het mentale stenen tijdperk. Mensen konden nog niet de weg naar het goddelijke achterhalen, zodat ze uit symbolen en dogma's uitdachten om hun gedachten tot rust te brengen. In dit ging veel mis, want er was veel bedrog gaande, zoals je kon verwachten. Het is een leugen van de illuminati om mensen behoeftig en afhankelijk van het systeem te maken. We moeten leeg van onszelf worden en het goddelijke laten stromen.

De illuminati zaait schuld en angst om een handel te drijven, zodat ze mensen kunnen aftappen met hun bemiddelende iconen, en 100% controle uitoefenen, mensen monitoren, en een robot van het systeem maken. Wanneer het goddelijke ervan overtuigd dat iets verkeerd ging, herstel de de verbinding met het goddelijke beginnen door "het juistmaken wat fout ging", dat is "de schade repareren", dan is het goddelijke weer stromende. Je kunt niet afhankelijk zijn van luiheids theologie, van een priester of afgod die kan "vergeven" door een griezelig ritueel.

Wat orthodoxe christenen vaak proberen te doen, is ze willen je onder een slaven- “handler” brengen door de dood van een onschuldig slachtoffer, in plaats van de vaststelling van de puinhoop. Je zal de zonden ophopen als je een stap in een dergelijke tovenarij doet waarmee het bloed van een onschuldig dier of persoon wordt aangebracht. In het oorspronkelijke Aramees / Hebreeuws van deze Levitische teksten, in de grond-teksten, moesten ze vechten en jagen tegen boze geesten, en deze offeren, om zich te wassen in het bloed, om het goddelijke te herstellen.


'Het Bloed van Christus' is een misvertaling en misherleiding van 'Het bloed van de boze geest vergieten aan de zondepaal'.


'Het Bloed van Christus' bestaat dus helemaal niet, en was gewoon een verzinsel van de illuminati, om de mens onder een “handler” te brengen. Het was helemaal uit de context gerukt en had geen plaats in de originele geschriften. Het westerse christendom staat daarom helemaal op zichzelf, en zal wegsmelten.


Nu komen we dan tot de kern van het christelijke geloof : “het bloed”.


Gelovige kerkgangers met dikke appelwangen, pratende alsof ze een hete aardappel of appel in hun mond hebben, hebben er een levenslust in “het bloed” aan te halen. “Het bloed van Christus” bedekt bijna alles, is een zeer goed excuus voor werkelijk van alles. Zij praten dus alsof zij een appel in hun mond hebben, alsof de illuminati het al voor elkaar heeft : Zij zijn de dikke varkens met de appels in hun mond voor het avondgerecht. Zij hebben van de vrucht gegeten, van Jezus en de Heilige Geest, en zijn hierdoor “domgeslagen”. Zo hebben ze het dan protserig over “het bloed”. Ja, maar wat is dat dan ? Oh, “het bloed” zal het wel allemaal even doen, dat is allemaal zo opgelost, door “het bloed”. Ja, maar welk bloed dan ? “Het bloed van Christus” natuurlijk. Ja, maar hoe dan ? En dan komt er een heel theologisch verhaal, wat dus eigenlijk al die tijd een politiek idee was. Men nam het al die tijd voor waar aan op een mysterieuze manier. Zou het dus kunnen zijn dat mensen dus daadwerkelijk “mindcontrolled” slaven van de regering zijn ? Er is daadwerkelijk zo'n apparaat wat mensen tot in de diepste puntjes bestuurt. Mensen zijn absoluut niet van zichzelf.


Wie is die mysterieuze gestalte genaamd “het bloed” ? Dit bloed heeft een soort van virtuele werkelijkheid geschapen. Hier leven wij in. Daar is iemand anders voor geofferd. Onschuldigen worden hiervoor geofferd, opdat de schuldigen verborgen blijven, en de schuld. “Het bloed” is een verkrachter. Door die verkrachting wordt alles in je omgedraaid en wordt je neergezet zoals de illuminati dat wil. Dit is wat verkrachting doet. Mensen die zijn verkracht durven de waarheid niet meer te vertellen, en draaien alles om. Ze “broeden en liegen”, want dat geeft hen een stukje veiligheid. Dit gebeurt onbewust in ons allemaal, omdat we allemaal verkracht zijn door “het bloed.”


Alles zou in bloed veranderen. Het water zou in bloed veranderen, en ook de maan. Deze macht genaamd “het bloed” zou namelijk geopenbaard worden, ontmaskerd. Deze macht zou aan het einde van de tijden vallen, en zijn verschrikkelijke gezicht laten zien.


Het bloed dat komt, het bloed dat gaat. Zeg me je naam, voordat jij ook vergaat. Door mij is er een poort, ik blijf je getrouw, ik zal niemand zeggen wat je allemaal wou. Ik zal je zonden verborgen houden, en wegwassen zo wit. Ik ben het bloed, ik zweef over de zee. In het Vaticaan heb ik mijn woning. Oh, ik ben een grote stormvogel, ik ga graag op jacht. Ik zal ze krijgen, ik zal ze drijven tot mijn paleis. Ik ben het bloed, ja, ik ben het bloed. Mijn macht is vallende. Ik gier en krijs, ik schreeuw, want dit is mijn laatste uur. Ik ben de tragedie, ik was de tragedie. Iets komt er voor mij in de plaats, want de heiligen hebben mijn schuilplaats gevonden ! Ik ben machtig ! Ik ben oppermachtig. Als de vogel van de paus ben ik, maar ik heb hem ook. Vanuit het Vaticaan werk ik, vanaf een goede zondag. Ik ben oppermachtig. Verhef je stem, om mij te aanbidden ! Ik ben het bloed ! Nee, ga weg, ik kan het niet aan. Iemand heeft mijn schuilplaats ontdekt, ik moet nu gaan. Probeer me te achtervolgen, je zult me niet vinden. Probeer me te achterhalen, je zult me niet krijgen. Ik ben verloren. Mijn boze spel is uit. Wee u, oh aarde, tot wie ik ben gedaald. Wee u, oh zee, ik heb weinig tijd. Tot onder de zee spiegel zal ik dalen, en alles zal worden tot bloed. Ik zal ontmaskerd zijn, en op de wagen rondgereden worden tot een spot. Wie heeft dit gedaan ? Wee, ik moet boeten. Ik zal sterven in deze nacht ! Te lang heb ik de heiligen opgesloten te houden. Nee, mijn slot mag niet breken in deze nacht. Dat veroorzaakt ellende ! Doe dit mij niet aan, en al helemaal niet mijn volgelingen. Mijn naam is LAZAR. Ik ben een geest van verkrachting, oftewel het reddende bloed van Jezus. Veracht mij niet. Ik heb jullie geinjecteerd ! Als in een medisch verdrag ! Ik deed dit vanaf jullie geboorte ! Ik diende jullie gif toe, en nu is mijn boze spel uit. Ga niet in door deze poort. Heb geen deel aan deze exodus. Jullie waren mijn slaven. Ik wil niet loslaten. Ik zal je krijgen als je nog enige gevoelens voor mij koestert. Ik zal je krijgen wanneer je afwijkt van het pad. Ik zal op de loer staan, en ik zal door elk gaatje wat ik in je zie proberen binnen komen. Je bent gewaarschuwd ! Maar mijn spel is verloren. Ik zal uitgaan tot de afvalligen, en hen verzamelen voor een grote oorlog. Ik zal opgaan tot de Grote Dag des Heeren, en Haar verslinden. Ha ha ! Ik heb nog heel wat plannen. Ik heb de strijd verloren, maar ik zal oprijzen als de phoenix tegen haar ! Niemand kan mij stoppen ! Och, genade, iemand heeft mij zwak gemaakt, mijn kracht afgenomen ! Wie heeft dit gedaan ! Mijn boze magie werkt niet. Ik zal zoeken naar een oplossing, en ik zal het vinden ! Ik zal niet bij de pakken neer blijven zitten !”


Tot zover de woorden van LAZAR, het bloed van Jezus, als de ontmaskerde. Er is nu een grote rechtszaak gaande tegen deze geest. De strijd tegen LAZAR is nu ten volle begonnen.