DE STRIJD TEGEN

LAZAR II






2013













Inhoudsopgave :


Hoofdstuk 1. Geheimen Van Het Orionse Paradijs

Hoofdstuk 2. Het Geheimenis van de Qidmah

Hoofdstuk 3. De Verbreking van het Opstandings-Zegel

Hoofdstuk 4. De Verbreking van het Zodiak-Zegel

Hoofdstuk 5. De Levitische Zodiak

Hoofdstuk 6. De Zodiak Van Assur

Hoofdstuk 7. Geheimenissen Van Leviticus 5

Hoofdstuk 8. De Val Van Mercurius

Hoofdstuk 9. De Verborgen Jezus

Hoofdstuk 10. Het Noodlot Van Mercurius

Hoofdstuk 11. Het Johannes-Gif

Hoofdstuk 12. De Serapis Cultus

Hoofdstuk 13. Orionse Geheimenissen In Leviticus 27 En De Noach Pilaar Van De Bijbel

Hoofdstuk 14. De Grote Ontsnapping – De Map Van Betelgeuse

Hoofdstuk 15. De Acht Scheppings-dagen

Hoofdstuk 16. De Verbreking Van Het Wederkomst-Zegel

Hoofdstuk 17. De Verbreking Van Het Zegel Der Richteren

Hoofdstuk 18. De Zevende Zoon

Hoofdstuk 19. De Strijd Tegen LAZAR



Hoofdstuk 1. Geheimen Van Het Orionse Paradijs


De illuminati voedt het volk door de clowns van suiker. Suiker wordt door veel voedsel heengegooid om het op smaak te brengen, maar het is ook een vetmest-strategie, plus dat het de tanden wegvreet om mensen afhankelijk te maken aan de tandarts. Dit is een gevangenis. De illuminati voedt dit min of meer door drang. Mensen worden zo omgevormd tot zware voertuigen om slaven te worden van de media. Mensen worden gebruikt als boodschappers van de illuminati, als programmeurs van de media. Kwik en suiker worden gebruikt om mensen op te blazen.


Ook zit de urine boordevol met stoffen die eigenlijk in het lichaam zouden moeten blijven, maar deze worden geloost. Urine, ourios, is ook waar het woord Orion vandaan komt. Heel veel van de urine bleef gewoon in het lichaam in het paradijs, maar door de zondeval kon de illuminati dit allemaal aftappen. De mens verloor zo het contact met Orion. Urine is een onderdeel van mayim, het paradijselijke zaad. Het hield het lichaam schoon, en beveiligde het tegen ouderdom en boze geesten, als een zware neutraliserende kracht. Adam en Eva kenden de geheimen van urine, en baadden zich vaak in urine-poelen van grote beesten. Mayim betekent letterlijk urine, en in Genesis werd de onderwereld, het paradijs, hierdoor geschapen. Ook werd mayim van elkaar gescheiden zodat er rivieren, meren en zeeen van urine ontstonden. Deze urine kwam voort uit beesten.


Beesten werden gehouden voor hun urine, hun zaad en hun bloed. Dit had geneeskrachtige eigenschappen, magische eigenschappen, en esthetische eigenschappen, zoals het veranderen van kleur, van bijvoorbeeld een vacht. Alhoewel alle esthetiek beruste op esoterische patronen voor jacht en oorlogsvoering, als een strategie. De teksten van de Tenach kwamen voort uit de Orionse paradijs teksten. Ook Egyptische mythologie was hier van afgeleid, waar ook veel naar verwezen wordt in Egyptologie, en ook in de Egyptische astrologie. Dit draait voornamelijk om Orion, maar Egypte is een zegel hierop, gemaakt door de illuminati, om de wortels van het paradijs af te dekken. Veel Egyptische architectuur en geometrie was om Orion te channelen. De illuminati had een eigen Orion gecreeerd.


De oorspronkelijke mensen waren veehouders, en hadden veel kennis over hoe ze boze geesten moesten gebruiken. De illuminati heeft deze kennis achtergehouden en verdraaid, zodat de illuminati ons kan aftappen. Juist daarom is het zo belangrijk terug te keren tot de Orionse paradijs teksten. Dit zal een grote uittocht zijn uit de nederzettingen van de illuminati.


In de bloed-codes van de oorspronkelijke, paradijselijke mens waren veel urine-verbindingen. Dit was belangrijk voor hun immuniteit en om boze geesten op een afstand te houden. Deze urine-verbindingen dienden de geesten van spierkracht en adem buiten te houden. In feite viel de mens uit het paradijs door juist de belangrijke stoffen die in het lichaam moesten blijven eruit te plassen.


Urine watervallen van Orionse beesten zijn nog wel schoner dan aards water. Jongetjes moesten veel in zulke poelen gebaad worden, vanwege de verzachtende werking, zodat ze geen spieren en spierkracht zouden ontwikkelen, anders zouden ze een bedreiging vormen voor de vrouwelijke bevolking. Ook zouden ze zo niet vet worden, want vetheid zou een belemmering zijn in jacht en oorlog. Zulke baden waren dus voor preventie.


De geest van kerstfeest, het feest van hebzucht en verlammende gaven voor de luien, is een framewerk van gevangenis-cellen, een framewerk van genade-gaven waarin mensen worden opgesloten. Juist de urine van de Orionse beesten is belangrijk om deze tralies kapot te laten springen. Orion is een paradijselijke opslag ruimte van medicijnen en wapenen.


Assur, de diepte van het paradijs, ligt tegen deze kooien aan, klaar voor de buffeljacht, om de mens te brengen van gave tot loon. De mens moet weer leren verantwoordelijkheid te dragen. Dit gaat door het komen tot de Orionse leegte, opgeslagen in de urine van Orionse beesten.




Hoofdstuk 2. Het Geheimenis van de Qidmah


Shama-el, Samuel, betekent 'slaaf van El', als 'slaaf van de pilaar', oftewel een huisslaaf of huisgeboren slaaf, wat in het Aramees 'qurpa' is, of 'na'ar'. Hiervan is Benjamin een beeld. Dit gebeurde in Silo, de eerste nederzetting van de Israelieten als hoofdkamp in de wildernis. Door de urim, de test, Judah, komen wij tot Shama-Alalathe, Samuel, tot Benjamin, de thummim. Silo is het huis van Alalathe, de grote moeder, en shama betekent gehoorzamen. Door Shama-Alalathe komen wij tot haar, als het gehoorzamen van Alalathe.


Silo betekent rust, stilte, als in leegte. Dit is het zevende zegel.


Toen de mens uit het paradijs viel naar de oostelijke kant in de westerse vertaling, staat er toch heel duidelijk in de grondtekst dat de mens kwam tot Qidmah, de plaats ouder dan Eden, aan de westelijke kant. De mens kwam dieper in het paradijs, dieper in de onderwereld.


De wildernis leidde tot de paradijselijke afgrond, tot de leegte, tot Silo.


De Levieten moesten afrekenen met boze geesten, de baqra in het Aramees, runderen, zwijnen, vee. Nakas is een woord wat in het Aramees gebruikt wordt voor slachten en ophangen, maar in het Hebreeuws betekent dit ook gewoon slaan, bestraffen, zonder dat daar nu daadwerkelijk direct de dood bij intreedt. (Leviticus 1 : 5)


Wel werd dus het bloed afgenomen van deze boze geesten in veevorm, en gebruikt. Nakas is dus een veel ruimer begrip dan alleen maar slachten en ophangen, doden, maar gaat erom het bloed van de vijandelijke prooi af te nemen.


Dit is wat er met Adam en Eva gebeurde, dat ze door Nachas, Naga, vertaald als de slang, de wurging, de slangenbeet, kwamen tot een diepere ervaring in het paradijs. Dit gebeurde door de Levitische transliteratie die hier parallel aanloopt, door Nakas. Ook in de grondtekst ging het om Adam en Eva als veehouders, in een fokkerij. Door Nakas wordt het bloed van de vijandelijke prooi gewonnen. Het zou juist gevaarlijk zijn om boze geesten te snel te doden, want dat zou schade brengen aan de fokkerij. Nakas is dus om dit af te remmen.


In het Aramees vindt de Nakas plaats in de Qidmah, in Leviticus 1 : 5, dus weer in het deel ouder dan Eden, dieper in het paradijs. Ook het woordje Gad'am wordt gebruikt, Gad-Adam, als Adam komende tot Gad, tot het bloed van de vijandelijke prooi.


In de diepte van de Gad-Adam, van de Qidmah, is de Dukka, de rituele slachtplaats (Leviticus 1 : 16, Aramees). De Nakas kan hier dus uiteindelijk naartoe leiden, maar dat is niet altijd noodzakelijk. De Nakas is dus een wachter van de Dukka die ervoor zorgt dat niets onnodig of voortijdig in de Dukka terecht komt. De fokkerij van de Levieten stond dus op het spel. Als ze zomaar roekeloos zouden moorden, dan zou de fokkerij vergaan. Er waren dus regels voor. De Nakas bewaakte die regels. De Nakas is dus de wet van tucht, die ervoor zorgt dat boze geesten niet voortijdig of boven de maat worden bestrafd.


In Leviticus 1 : 10 wordt duidelijk dat vee alleen maar 'door de tamiym' geofferd kon worden, betekenende 'wanneer het compleet is', en ook 'alleen door slavernij', in de zin dat de priester een na'ar is, een heilige slaaf, anders zouden er fouten gemaakt kunnen worden. 'Wanneer het compleet is', tamiym, betekent ook dat wanneer het vee volkomen klaar is geworden in de Nakas voor de offering. Weer is het dus de Nakas die bepaald. 'Door de tamiym, de thummim, oftewel door Benjamin,' kon er dan geofferd worden.




Hoofdstuk 3. De Verbreking van het Opstandings-Zegel


Attis was de zoon van Nana, Mercurius in het Aramees. Attis was de voor-christelijke Jezus van Klein Azie, Frygie, Anatolie, Turkije, wat zich verspreidde in het hele Griekse wereldrijk, en daarna in het Romeinse wereldrijk. Attis werd geboren vanuit bloed op 25 december. Hij werd gekruisigd aan een boom en zijn bloed moest de wereld redden. Na drie dagen stond hij op. Zijn lichaam werd gegeten door zijn volgelingen. Hij en Cybele, zijn moeder en geliefde, hadden eeuwenlang een tempel op Vaticaan Heuvel, waar het Vaticaan op is gebouwd.


Hij was zowel het zoonschap als het ouderschap. Hij was Vader en Zoon in één. Dit liep over in de Jezus cultus. Jezus-Attis is de zoon van Mercurius, het bloed van Mercurius. Jezus-Attis is een oude bloedsgod. Ook is dit Cybele, en zo een soort meervoudige personaliteit van Jom. Hierdoor waren er ook de ontmannings-mythes van Attis, waarin hij zijn geslachtsdeel verloor. Ook kwam hij voort vanuit het bloed van een ontmanning. Dit zijn de verborgen wortels van het Jezus Christus verhaal. Mercurius is de trickster in Romeinse mythe, de god van de dieven en misleiders (Sepra, de hemelvaart).


Merces, waar Mercurius vandaan komt, is Latijn voor 'onrechtvaardige beloning, steekpenning, omkopen', waar ook het woord 'mercy' vandaan komt, genade. Het is een vals loon-systeem, een cheat programma. Jezus-Attis is het bloed van Mercurius. Christenen werden na het pinksterfeest ingewijd in de hemelvaart mysterieen, om tot genade te komen, vals loon, tot Mercurius door zijn bloed, Jezus-Attis. Hierop is de gehele charismatische wereld gebouwd.


Jezus was een teken dat het bloed van Mercurius was vergoten. Dit gebeurde in de buffeljacht, en een boze geest probeerde dit te verdraaien.


Ook Mithras was een voorloper van Jezus. Hij werd begraven in een rots, genaamd 'Petra'. Ook werd hij geboren uit een rots, of uit een grot vanuit een maagdelijke moeder. Petra werd opgenomen in christelijke legende als Petrus, de rots waarop de kerk gebouwd zou worden. Ook dit is een beeld van Mercurius. Door Petrus-Mercurius werd de gemeente opgesloten in een kwik-rots, het amalgaam, oftewel een supermix van oude afgoden.


Ook de opstanding van Jezus is Mercurius.


Hemelvaart – Graf – Opstanding


Dit is de drietand die Mercurius is. Mercurius is op zijn beurt het bloed van Horus. Dit zijn allemaal oude bloed-goden in diepte.


Chereb, qarab, qereb, is een woord wat gebruikt wordt in Leviticus voor offeren, maar het betekent ook oorlog voeren en het feest van het heilige maal. In de christelijke wereld werd dit omgebouwd tot de eucharistie waarin het bloed van de afgod werd gedronken, en zijn vlees werd gegeten.


Chereb is ook het slachtmes, en dit is dan tot de strijd tegen boze geesten, als een feest van het heilige jachtmaal. Om hiervoor in aanmerking te komen moest men ingewijd worden tot Tamiym, heilige slaaf (Leviticus 1 : 3). Chereb betekent verder ook het gebed. De chereb is een jachtmes, een jacht. In de Orionse paradijs-teksten waren de Tamiym die voorbereid waren voor de chereb naakt, als vaak bedekt met een soort vormbaar voorhangsel wat net over hun geslachtsdeel ging.


In 1 : 6 wordt het vee gevild, maar dat kan in het Aramees ook betekenen : 'voor zichzelf genomen', of gewoon zwaar bestrafd. Ook wordt het beest ontmand in de Aramese grondtekst. Dit komt ook weer terug aan het einde van het boek Iyowb. Hier komen ook weer alle ontmannings-verhalen van Attis uit voort. Het pinksterfeest is hier ook een beeld van, waarin het hoofddeel van de vijandelijke prooi wordt afgesneden, zodat de Gnosis kan doorbreken. Het pinksterfeest is de ontmanning van de mannelijke suprematie.


Nakas is het hele proces van afrekenen met de vijandelijke prooi. Het wordt ook beschreven als het opdragen in gebed tot de grote moeder, aan haar heupen, haar vagina, als de weg tot de moederschoot, aan haar voeten (Leviticus 1 : 11). Ook is het letterlijk in het Aramees 'offeren aan haar rok'. Dit hele proces vinden we ook weer terug in de grondteksten van de Psalmen. In ieder geval moesten de Levieten offeren aan de moeder schoot.




Hoofdstuk 4. De Verbreking van het Zodiak-Zegel


We moeten onder ogen komen dat de religies afleidings-taktieken zijn van Orions vee, de vijandelijke prooi, om zo de heilige jacht uit te doven. Het zijn zegels die wij moeten verbreken. Deze religies zijn in principe gewoon verdraaiingen en valse transliteraties van heilige oorsprongen.


ALEMA – Orionse kipsoort – verschool zich achter Egypte

SCHAVEKO – Orionse kipsoort – verschool zich achter Griekenland

TRAMA – Orionse vissoort – verschool zich achter Boeddhisme

PISTES – Orionse vissoort – verschool zich achter Rome

MELEZER – Orionse vissoort – verschool zich achter het christendom

ALAST – Orionse varkenssoort – verschool zich achter het rijk van Zaralahm

KALINGA – Orionse varkenssoort – verschool zich achter hindoeisme

TAKATA – Orionse vissoort – verschool zich achter afwijkende indiaanse mythe


Al deze soorten proberen de mens af te houden van de buffeljacht, het neerjagen van de mannelijke suprematie mythes. Juist door deze soorten te overwinnen worden de portalen tot de hogere buffeljachten geopend, tegen de goden van de gaven. In de grondteksten van de Psalmen loopt alles op tot de buffeljacht, als een grote, belangrijke climax. Tot de buffeljacht behoort ook de bizonjacht.


David kwam tot Teswi, de voeten van de grote moeder, door Mosy, Judah, oftewel door zwakheid en honger. Door Yaakob, kreupelheid, kindschap, kwam hij steeds dichter bij de grote moeder. Het kindschap wordt uitgebeeld door de stam Reuben, het heilige zaad. Ook zijn armen werden er op een gegeven moment afgehakt zodat hij de rust kon ingaan, de leegte. In Suw en Naphtali kwam hij tot het jagerschap. Zo zien we dat David in vele vormen moest gaan. Dit waren de tekens van David. De zodiak, de dierenriem, kwam om dit te verzegelen, en die zodiak was ook met Jezus in de vorm van de twaalf discipelen, wat al begon met Horus.


Dit waren geen astrologische realiteiten, maar innerlijke realiteiten, van de Levitische tijdschijf.


Vissen – Pisces – Visserij – Naphtaliy

Schorpioen – Scorpio – Piercing, Leegte – Alalathe

Leeuw – Leo – Hel

Rund – Taurus – Jacht – Suw

Waterman – Aquarius – Zaad – Yaakob

Krab – Cancer – Slachtmes – Gad

Weegschaal – Libra – Judah

Boogschutter – Sagittarius – Benjamin


De waterman staat ook voor Johannes de Doper, en dus ook voor de scalpering, ook als een beeld van de besnijdenis. In die zin werken de krab en de waterman nauw samen.


Naphtaliy, visserij, is te komen van vrijwillig werk tot slavernij, Benjamin. Piscus gaat dus over in Sagittarius. Naphtali, visserij, is dus een belangrijke schakel tussen Judah en Benjamin, tussen de urim en de tamiym.


Libra – Pisces – Sagittarius

Judah – Naphtali – Benjamin


Cancer is het mes, Scorpio is de speer, en Pisces is het net, wat ook het schild is in de jachtrusting van Efeze. Dit schild, net, is Naphtaliy, de schakel tussen de urim en de tamiym, als een belangrijke bescherming van de slavernij. Als de vijand ons uit de slavernij weet te rukken, dan zijn we verloren. Slavernij is het fundament. Daarom moeten wij tot Naphtaliy komen in het beloofde land. Wij moeten de visserij leren en opzetten. Zo worden we gebonden door de tamiym, en komen wij tot Benjamin.


urim – NAPHTALIY – tamiym


is dus een belangrijk sieraad. In de Orionse paradijs teksten was dit sieraad een ring wat door de top van de YAD ging, het paradijselijke geslachtsdeel, als een piercing.


Als we tot de stam Benjamin zijn gekomen, zijn geinitieerd in Tamiym, slavernij, dan zullen we merken dat er nog steeds veel drangen in ons zijn die tegen die slavernij ingaan. Dit zijn vaak kipgeesten, de geesten van overmoed. Wij moeten de jacht aangaan op de kippen van overmoed, om zo tot de leegte te komen. Dit gebeurd door de piercings. Scorpio staat voor de leegte, voor de paradijselijke afgrond, de piercings, de speer. Scorpio staat voor de kippenjacht.


urim – NAPHTALIY – tamiym – scorpio


Dus om in de leegte te komen en te blijven is de kippenjacht noodzakelijk.



Hoofdstuk 5. De Levitische Zodiak


De Levitische Zodiak of Dierenriem, de Mowed, de Levititische tijdschijf, heeft niet zoveel met sterren te maken, maar met innerlijke realiteiten. Aquarius, de zaadman, het zaad, wordt tot bloed, Gad, de Krab, Cancer. Water verandert in bloed. Het Jezus-verhaal van 'Jezus verandert water in wijn' was hier een zegel op.


Het vijandelijke vee is het zaad wat moet sterven, omdat dit de oude natuur inhoudt. Door de jacht verandert dit teken in bloed. Suw stond voor deze jacht. Niet alleen stond hij voor de varkenshuid, maar ook de runderhuid, als het Taurus teken in de Zodiak.


De Hettieten waren een volk van Indo-Europese taal, die goden aanbaden zoals Mithra, Indra en Varuna, die ook in India werden aanbeden. De Hettitische taal is nauwverbonden aan het Sanskrit van India. De Hettieten vereerden stormgoden en berggoden. Tharhunt was de god van de donder, waar ook de Germaanse Thor vandaan kwam. Tharhunt was in gevecht met de slang Illuyankas. In eerste instantie wint Illuyankas het gevecht. De slang kon alleen verslagen worden door tot de Godin, Inaras, te naderen.

Tahr, waaruit Thor voortkwam, betekent verovering. In het Sanskrit is dit Tura wat machtige en kracht betekent. Turashah was een andere naam voor Indra. Van Tahr komt ook toros en taurus voort, rund. Dit staat in verband met bergen. Het gaan op de berg betekent zoiets als 'de rund overwinnen.' Eén van de hoogste goden voor de Hettieten was genaamd Taru, een stormgod. De Hettieten waren een bergvolk in het Noorden van Kanaan. In de grondtekst betekende het 'scheiding' en 'angst'. Zij vertegenwoordigden de piercings van de MAZONA, de heilige scheiding, en van de Vreze van de Gnosis. Daarom moesten de Israelieten de Hettieten veroveren. De Israelieten moesten namelijk 'de berg opgaan', oftewel 'de rund overwinnen.' Zij moesten komen tot de berg van de grote moeder in het paradijs, in de dieptes van Kanaan, in de dieptes van de APHAR, het paradijselijke stof en vuil, in het gebied van de Hettieten.

Thor, T-Hor, de god van de donder en de vruchtbaarheid, is de Germaanse, Oud-Europese vorm van Horus. Ook hij heeft een staf, in de vorm van een hamer, Mjollnir. Thor is de Heer van de runderen, en ook de slachter van runderen, en hij komt voort vanuit de Hettitische berggod. De berg opgaan is het overwinnen van de Behemoth, de monsterlijke rund uit het boek van Iyowb. Thor draagt de Mjollnir als het zwaard van de Behemoth, wat de CHEREB is, de HARBA, oftewel het mes van de besnijdenis, GAD.

De Hettieten, als beeld van Taurus, moesten overwonnen worden om de MOWED, de Levitische Zodiak, te herstellen, zodat KRA zou stromen, de Levitische gnosis.

Thor, Taurus, Horus, bewaakt dus de berg van de grote moeder, van de Moeder Gnosis, op de scheiding tussen Eden en de paradijselijke berg van de amazonen. Thor, Taurus, was befaamd vanwege het verslaan van reuzen.

Hierom moeten we de berg over de grens van Eden opgaan om deze geesten te verslaan. Wij moeten het mes van de besnijdenis veroveren, GAD, de Krab, oftewel de slagtand van de Behemoth. Zo kunnen wij de MOWED herstellen, de Levitische tijdschijf, voor het losbreken van KRA, de Levitische gnosis. Deze berg is het komen tot de grote moeder.

De swastika, het hakenkruis, was het teken van Thor, Taurus, wat bijvoorbeeld op wapens werd gegraveerd voor succes in de oorlog. Daarom aanbaden de nazis de swastika. Het stond voor de bliksem van Thor en voor zijn hamer, de Mjollnir, als heerser over de reuzen. De swastika moest de MOWED, de tijdschijf van de gnosis, verzegeld houden.

Wij moeten Taurus dus overwinnen, zodat het tot runderhuid wordt.

In de Psalmen werden runderen en kalveren beschreven als de geschriften die David hadden omsingeld. Ze wilden David hierin opsluiten, maar David moest de strijd en jacht aangaan om van hen zijn wapenrusting te maken.

Dit betekent dus de berg over de grens van Eden opgaan, de berg van de moeder gnosis. Het is de strijd tegen de Hettieten van KANAAN, in de diepte van de APHAR, het paradijselijke stof en vuil. Thor, Taurus, Horus, troont in de saffieren stad. Saffier is het materiaal van de troon, en van de pen, het woord, en dus nauw verbonden met runderen.

In het boek Iyowb : DUKKA/ DUKKETA = rituele slachtplaats waar het saffier ligt, de steen van de schrijfpriester, van communicatie, van profetie, SAPPIL, SAPPILA, met de hoofdtooien.

In Iyowb 28 wordt in het Aramees de DUKKA beschreven, de rituele slachtplaats. Hier ligt de SAPPIL, de steen van profetie. SUKKAL is de plaats van kennis door ervaring/ zintuigelijkheid (EPISTEMES, Grieks, Septuagint). Wij moeten tot de DUKKA komen voor de DUKKA-piercings, de SAPPIL-piercings en de SUKKAL-piercings.


De DUKKA-piercings is een hoog oordeel. De DUKKA piercings hebben een hoge eeuwigheids-factor.


Zij die tot de DUKKA komen, krijgen de esoterische sleutels van de TOWRAH, de wet.



De Levieten moesten afrekenen met boze geesten, de baqra in het Aramees, runderen, zwijnen, vee. Nakas is een woord wat in het Aramees gebruikt wordt voor slachten en ophangen, maar in het Hebreeuws betekent dit ook gewoon slaan, bestraffen, zonder dat daar nu daadwerkelijk direct de dood bij intreedt. (Leviticus 1 : 5)

Wel werd dus het bloed afgenomen van deze boze geesten in veevorm, en gebruikt. Nakas is dus een veel ruimer begrip dan alleen maar slachten en ophangen, doden, maar gaat erom het bloed van de vijandelijke prooi af te nemen.

 

Dit is wat er met Adam en Eva gebeurde, dat ze door Nachas, Naga, vertaald als de slang, de wurging, de slangenbeet, kwamen tot een diepere ervaring in het paradijs. Dit gebeurde door de Levitische transliteratie die hier parallel aanloopt, door Nakas. Ook in de grondtekst ging het om Adam en Eva als veehouders, in een fokkerij. Door Nakas wordt het bloed van de vijandelijke prooi gewonnen. Het zou juist gevaarlijk zijn om boze geesten te snel te doden, want dat zou schade brengen aan de fokkerij. Nakas is dus om dit af te remmen.

 

In het Aramees vindt de Nakas plaats in de Qidmah, in Leviticus 1 : 5, dus weer in het deel ouder dan Eden, dieper in het paradijs. Ook het woordje Gad'am wordt gebruikt, Gad-Adam, als Adam komende tot Gad, tot het bloed van de vijandelijke prooi.

 

In de diepte van de Gad-Adam, van de Qidmah, is de Dukka, de rituele slachtplaats (Leviticus 1 : 16, Aramees). De Nakas kan hier dus uiteindelijk naartoe leiden, maar dat is niet altijd noodzakelijk. De Nakas is dus een wachter van de Dukka die ervoor zorgt dat niets onnodig of voortijdig in de Dukka terecht komt. De fokkerij van de Levieten stond dus op het spel. Als ze zomaar roekeloos zouden moorden, dan zou de fokkerij vergaan. Er waren dus regels voor. De Nakas bewaakte die regels. De Nakas is dus de wet van tucht, die ervoor zorgt dat boze geesten niet voortijdig of boven de maat worden bestrafd.

 

Door de Nakas komen we dus tot de Dukka, waar de Sappil ligt, waar Taurus troont.

Wij mogen het saffier, de Sappil, veroveren in onze strijd tegen de Hettieten.



Efeze 6



14 Stelt u dan op, uw lendenen omgord met de waarheid, bekleed met het pantser, borsttuig, ribben, THORAX, der gerechtigheid,



De borst van het offervee, de ribben, is in het hebreeuws de CHAZEH, dat komt van CHAZAH : zien, profeteren. CHAZEH is de valse borst, oftewel de valse profetische beweging die de profeten moeten overwinnen. Dit is een strijd tegen het valse oordeel. (Lev. 10 : 15) Dit is zo belangrijk dat het tot een eeuwige inzetting is aangesteld. Wij moeten ons bewapenen met de ribben van de vijandelijke jachtprooi. Wij moeten ons bewapenen met CHAZEH. Dit is onze wet van de gnosis. Wij kunnen dit dragen als een borsttuig.

Omgord = perizonnymi = in de wortels een slavenjuk (zygos).

Waarheid = aletheia = van de gnosis

De THORAX is dus de ribbenkast, zoals dit ook in de anatomie zo wordt genoemd. Er zijn 12 paar ribben in een mens. De twaalf rib-lagen verwijzen naar de twaalf stammen van Israel die de priester als een borsttuig moest dragen. Dit wijst op de Levitische Zodiak, de Mowed. Dit gebeurde als EBEN, stenen, maar EBEN vertaald ook : harde objecten van de vijand, ook harde lichaamsdelen. De EBEN is de veroverde ribbenkast van de vijand. Dit werd als borsttuig gedragen, als de THORAX, wat ook letterlijk ribbenkast betekent. De ribbenkast staat voor vruchtbaarheid. Vanuit de rib werd de vrouw geschapen. In het OT werd de vijandelijke ribbenkast ook genoemd borsttuig van de gerechtigheid, als een priesterlijk item, of van de tijd van het oordeel. De twaalf ribben paren stonden voor de onderverdeling in tijd, en hadden dus een plaats in de MOWED, de heilige tijdschijf. Hier komen ook de twaalf discipelen vandaan.



In het Orions een priester is een Sioux, een Su of Suw, wat ook Aramees is voor Esau. Esau, Suw, betekent ook priester in de wortels, ASAH. Suw was een priester van de Meownah, de duistere priester-tent van de Amazonen, een plaats en hol van wilde dieren, zoals ook Iyowb dat was. Esau, Suw, had Hettitische vrouwen, wat een beeld is van dat hij de berg van de moeder God was opgegaan voor de ossenjacht, buffeljacht, om de rund te overwinnen, oftewel om te komen van het afgeslotene tot het voortgaande. Suw zou de Taurus overwinnen, zich bekleden met de runderhuid en worden tot een beeld van die huid en de verovering daarvan, als een teken van overwinning.


De Hettieten waren een bergvolk in het Noorden van Kanaan. In de grondtekst betekende het 'scheiding' en 'angst'. Zij vertegenwoordigden de piercings van de MAZONA, de heilige scheiding, en van de Vreze van de Gnosis. De Israelieten moesten tot het Hettitische geheim komen, 'de berg opgaan', oftewel 'de rund overwinnen.' Suw beeldde dit uit. Suw veroverde het mes van de besnijdenis, oftewel de slagtand van de Behemoth, een boze geest in de vorm van een oer-rund. Suw kwam tot GAD. Suw moest door deze scheiding heen, met als gevolg dat de grote moeder hem haatte. Dit werd verzegeld door de kruistocht van Jezus waarin hij verlaten werd door de Vader God, Yahweh.


De toorn en haat van de Moeder God rustte op Suw, als de heilige scheiding. Levieten vereren deze scheiding. Er is een wet van scheiding om de gnosis te ontvangen. Haat brengt ons veel verder dan valse liefde, Jove, de Romeinse heersende god. Haat openbaart, terwijl liefde alles dooft en verblind. Door de haat werd Suw de priester van de grote moeder, een Iysh, wat vechtslaaf betekent, en ook kampioen, overwinnaar. Suw was gemaakt om te overwinnen als jager, maar hij was overwonnen door de Meownah, de tent van de grote moeder.


Suw werd de Taurus.


Engelen, aggelos, komt van agele, wat vee betekent, ossen. Suw moest de Amazonnen-berg over de grens van Eden opgaan om de engelen te overwinnen, door de buffeljacht. Dit werd esoterisch uitgebeeld door zijn overgave aan de Hettitische vrouwen, de Hettitische gnosis.


Suw was een heilige necromancer, een sjamaan, die een heilige dodenreis moest maken door de uiterste dieptes van de onderwereld. Hij moest hierbij door de nodige initiaties gaan, inwijdingen, uitgevoerd door de Amazonen, de grote vrouwen van Orion. Hij moest allerlei wilde beesten in de onderwereld ontmoeten. Dit was een soort van Suwitisch dodenboek.



De Nagas, Nakas, de bestraffing van vijandelijk vee, was in de grondtekst van Genesis een orakel van necromantie. Dit werd vertaald in 'slang', als de slang van het paradijs. In het NT is dit eirene, wat is misvertaald in 'vrede'. EIRENE is de gezegende staat van de heilige na de dood, oftewel necromantie, doden-orakel, DARASH. Van eirene komt het woord 'arena'. Dit wordt misvertaald als een 'vrucht van de geest', maar is vlees, wat dan ook weer klopt in de context van Genesis, dat de vrucht van de boom der kennis vlees was. Door de vee-arena, door het vlees, komt men dan uiteindelijk tot de Dukka, als door een orakel. De Nakas is de wachter van de Dukka. Hier had ook Suw mee te maken.



Suw, Taurus, de jacht, kwam dus tot een belangrijke verbinding :

Aquarius – Cancer, Krab, Gad

'Water (zaad) wordt tot bloed'

Suw was de schakel hiertussen, als de Taurus, de runderhuid :

Aquarius – Taurus, Suw, jacht – Cancer, Krab, Gad

En Aquarius is dan Yaakob als het zaad :

Yaakob – Suw – Gad

Aries, de Ram, het Lam, de Arren, als het lamsvacht, is een ander beeld van Naphtaliy, van de visserij. De Ram staat voor de misleiding, het verdraaien, de valstrik (ayil, uwl, ool, verdraaien in het Hebreeuws). Dit heeft te maken met de gedraaide horens van de ram. Het lam is de Ovis Aries, ook een vorm van Aries, als de Arren, het lamsvacht, en de basis van visserij. Naphtaliy is bewapend met valstrikken, Aries, voor de jacht. Hij is bewapend met lasso's en touwen om te vangen en te binden. Zijn wapens hebben punten en haken, om te steken, te piercen, Scorpio, wat ook tegelijkertijd op de kippenjacht duidt, om dieper in de leegte te komen, tot het verslaan van de Leviatanse hanen en kippen, van het christendom.



Zo komt ook Naphtaliy van Aquarius tot Cancer, Krab, Gad, van zaad tot bloed.



Het bloed van de Leviathan, Lazar, verliest zijn kracht wanneer het wordt vergoten.

Dit zijn de twee tekenen van Naphtaliy : Pisces, visserij, en Aries, lokaas.



De ETRU is de Orionse Thorax, borsttuig, ribbenkast, oftewel het priesterlijke pantser der gerechtigheid, wat ribbenparen, bevat om de stammen uit te beelden. In Orion is dit ook tegelijkertijd de runderjacht, buffeljacht.


De runderjacht, buffeljacht, bizonjacht, bevond zich in het centrum. Dit is de hoofdjacht, waar alles om draait en alles op uitloopt. Dit is de TAURUS, Suw. In Mithraisme stond de runderjacht centraal, maar dit werd later afgedekt door de christelijke zon, Jezus.


De ETRU betekende ook bottenrok.


De vrouw werd hiervanuit geschapen, of beter : kwam hierdoor, door het paradijselijke orakel, in zicht van de man, oftewel : Zij werd geopenbaard. Dit gebeurde door de Nakas, een ander woord voor de Mowed, als de Levitische Zodiak, de tijdschijf van tucht.


Waarom staat de runderjacht, buffeljacht (bizonjacht) centraal ? Omdat dit namelijk het charismatische (Levitisch : KRA) uitbeeldt. Hierin moeten we komen van gave tot loon in een persoonlijke verhouding tot de gnosis, door gerechtigheid en eerlijkheid, en niet meer door 'cheaten' (mercury).


We moeten leren leven door Gad, door het bloed van de vijandelijke prooi, oftewel het slachtmes, Cancer, Krab. Dit is ook de Chereb, als de wijzer van de Levitische tijdschijf.


De Suwitische gnosis kwam om het mes te brengen, de HARBA, de besnijdenis (Chereb, Gad, Cancer, Krab).


Het pinksterfeest is het feest van de voorbereiding op de buffeljacht, het feest van het zaad. De buffeljacht is het charismatische feest, wat verzegeld en verdraaid werd door het kerstfeest, het valse feest van de gaven. De buffeljacht is het feest van het loon, van voortgaande openbaring. Dit is ook wat de runderjacht inhoudt, dat de canon verbroken wordt. De buffeljacht wordt ook gesymboliseerd door Assur.




Hoofdstuk 6. De Zodiak Van Assur


In de materiele wereld is alles omgekeerd. Zo werd de boom van kennis als slecht betiteld, en de boom des levens als goed, terwijl het in de hogere wereld net andersom was. De boom des levens was de boom van liefde, love, om Levi te bespotten en te verdraaien. Levi betekent samengevoegd door de afzondering, door de priesterlijke dienst, oftewel door het bloed van de vijand. Zo ontstaan ware bloedbanden (echo, eva, bloedbanden hebben door heilig bloedvergiet van vijandelijk vee). Door deze ware bloedbanden krijgen wij loon. De boom des levens, de boom van genade, de boom van liefde, ging hier dwars tegenin, om zo te leven door het vergieten van onschuldig bloed. Zo werden families geconstrueerd. Love is een verdraaiing van Levi.


God is een verdraaiing van Gad, als een verdraaiing van het bloed van de vijandelijke prooi, waarin de onschuldigen ineens de vijanden worden, wat ook gebeurt is in het christendom. God is een valse Gad, die verbonden was aan Love, Jove, de naam voor Jupiter, de Romeinse Jezus. Deze zou de oude Saturnus verslaan, zoals werd voorspeld dat één van de kinderen van Saturnus hem zou verslaan. Daarom vrat Saturnus zijn kinderen op. Jezus-Jupiter was de boom des levens, de boom der genade. De boom der kennis was de boom van gnosis en loon. Deze werd gedemoniseerd.


Juist door de boom des levens vielen sommigen van de stammen af, of werden erdoor ontvoerd en gebracht tot de materiele wereld.


Capricorn, de steenbok, was de bokkenjacht, de overgang van het letterlijke tot het symbolische. Dit was het zegel van het rode paard zoals we zagen. Ook dit was een beeld van Gad. Gad heeft dus twee tekens : Krab (Chereb, slachtmes) en Capricorn. Hiertegen werd gOd gesmeed, om de mens te binden tot lOve, tot Jezus-Jupiter (jOve), de boom des levens.


g-O-d en l-O-ve tegen Gad en Levi


Naphtaliy komt Gad en Levi hierin tegemoet, door Pisces, visserij en Aries, het verdraaien, als terugdraaien. Naphtaliy brengt terug naar de primitieve, oorspronkelijke ordes. In Aries is er een poort tot de dieptes van het paradijs, voordat alles omgedraaid werd. In Aries kunnen wij terugkeren tot de oorspronkelijke boom van de gnosis. Dit was een orakel, de Levitische Zodiak, de Nakas, oftewel de tijdschijf van tucht.


Omdat Levi in het Hebreeuws de verbinding betekent is Gemini, de Tweeling, hiervan een beeld. In Gemini, Levi, is er wedergeboorte door de echo, eva, bloedbanden hebben door heilig bloedvergiet van vijandelijk vee. Gemini is het teken van Eva, de grote moeder. Heaven, hemel, was gebaseerd op Hava-On. On was een centrale Egyptische stad van zonne-aanbidding. Hava-On betekent zoiets als 'Eva aanbidt de zon', of 'Eva als slaaf van de zon'. Dit werd gecreeerd om de ware betekenis van Gemini, het teken van Eva, de bloedbanden door heilig bloedvergiet van de vijandelijke prooi, te verbergen. Daarom moet heaven, hemel, weer vervangen worden door Gemini.


Virgo is het andere teken van Eva, van Levi, als zijnde de moeder. Dit was oorspronkelijk de Romeinse godin van de wet, Dike. In de Levitische Zodiak is dit dus niet het sterrenstelsel Virgo, maar een paradijselijke realiteit. Het sterrenstelsel Virgo is iets heel anders. Dit komt namelijk van de Babylonische Zodiak, waarin Virgo de aarde bevroor, verantwoordelijk was voor het materiele ijs en de ijstijden. Virgo heeft nog steeds een grote macht over het weer, en brengt de aarde voor een vierde deel van het jaar in de winter, en voor een ander deel in de herfst, terwijl het in de lente ook nog flink koud kan zijn. Dit soort seizoenen zijn ook weer een vloek van de val, waardoor de mens niet terug kon keren tot de oorspronkelijke wildernis.


Zo hebben dan Levi, Gad en Naphtali een dubbel teken in de Levitische Zodiak :

Levi : Gemini en Virgo

Gad : Cancer, Krab, en Capricorn

Naphtali : Pisces en Aries


Suw, Assur, Taurus, is in het centrum van de Levitische Zodiak als de buffeljacht. Dit teken dooft de zon uit, en verandert het in een buffelvacht. Jezus-Jupiter bevond zich in het midden van de Zodiak, als de grote zon.


De boom des levens is de babylonische zodiak en de boom der kennis is de zodiak van het paradijselijke Assur.







Hoofdstuk 7. Geheimenissen Van Leviticus 5


In het Aramees is zonde 'Chaty', hety. In het Hebreeuws is zonde 'chata'. In beide talen hebben zij een dualistische betekenis. In het Aramees betekent zonde 'kwaad doen', 'schade aanrichten', wat vrij neutraal is. Oorlogsvoering gebeurt door Chaty, hety, zonde, oftewel de vijand bestraffen. In beide talen is het een reinigings-ritueel, en in het Hebreeuws betekent 'chata' ook de weg tot de leegte, en het rondzwerven, wat wijst op het nomadische leven en het cukkah-feest, het feest van de trekkende jagers-tent. 'Chata' is in die zin de bewegings-vrijheid, die de elite trachtte te belemmeren door een zuiver eenzijdige vertaling en visie op 'zonde' te geven.


Hety, zonde in het Aramees, is waar de Hettieten vandaan komen, van Heth. Zij bewaakten in het land Kanaan de leegte, de paradijselijke afgrond. Daarom is heilige zonde de weg tot de leegte.


In Leviticus 5 : 2 komt het woord Hety weer terug aan het einde van het vers in de Aramese grondtekst, in deze dualistische vorm. Dit vers is altijd heel eenzijdig vertaald geweest, zodat eigenlijk de betekenis werd achtergehouden.


'Of als iemand iets onreins aanraakt, NAKAS, tuchtigd, tot zich neemt, gebruikt, toepast :



een onrein stuk vee, NEBELAH, de vacht of iets anders van het dode of neergevallen vee, of van een onrein kruipend dier, en het zal meegenomen worden om tot bezit gemaakt te worden, opgeborgen, opgesloten te worden, dan is hij HETY, gereinigd door de bestraffing van de vijand.'



Verzoening duidt op de bloedband die onstaat door het gezamenlijk vergieten van het bloed van de vijand (echo, eva, levi, gemini). In Leviticus 5 : 10 in het Aramees komt dit neer op de gebeurtenis van de scheiding. De grote moeder scheidt hierdoor van de persoon, zodat de persoon haar zoon wordt, als door een geboorte.



Waar in Leviticus 5 : 2 NAKAS wordt gebruikt in het Hebreeuws, wordt CHEREB, qarab, qereb gebruikt in het Aramees, een woord wat gebruikt wordt in Leviticus voor offeren, maar het betekent ook oorlog voeren en het feest van het heilige maal. Hierdoor verkrijgt men HETY, heilige zonde die de vijand bestraft. Je zondigt dan tegen de vijand, door hem te tuchtigen, oorlog te voeren tegen hem. Daarom is het zo belangrijk de Hettieten te veroveren. Het is ons wapen en jacht-gerei, en leidt ons tot de leegte, de paradijselijke afgrond.



De HETY is dan de verzoening die duidt op de bloedband die ontstaat door het gezamenlijk vergieten van het bloed van de vijand (echo, eva, levi, gemini), resulterende in de heilige scheiding tot geboorte, tot zoonschap onder de grote moeder. Dit is wat ten diepste de buffeljacht inhoudt, en wat ook werd geleerd in Mithraisme dat er geboorte is door het bloed van het rund, wat later weer door Jezus bedekt werd.



In vers 18 in het Aramees moesten de TAMIYM, slaven, hiervoor op oorlogspad en jachtspad. Alles ging door tamiym, slavernij (benjamin, sagittarius). Tamiym betekent ook dat het vee volledig klaargemaakt moest worden door de Nakas, als in een heilige cyclus.



De Hettieten, die HETY bewaakten, hadden Mithras als hun god, de god van runderbloed. Mithras moest veroverd worden, en weer herleid worden tot Suw. Suw en ook het paradijselijke Assur, stond voor de oorspronkelijke buffeljacht. Mithras was hiervan een verdraaiing.



In het Aramees waren zulke heilige scheidingen vuren, als de vuren van heilige zonde. Deze vuren werden gebruikt in de offerdienst en het klaarmaken van het jachtmaal in de grondtekst.



In Leviticus 5 : 9 moet het bloed op het lichaam, Qiyr, besprenkeld of uitgegoten worden. Dit kan zowel het lichaam van de grote moeder of de priester of de stam zijn. Daarna moet het bloed wat er nog over is over de voeten worden uitgestort, in het Aramees, maar dat kan ook met rok vertaald worden, of geslachtsdelen, of billen. In het Hebreeuws wordt dit yecowd genoemd. In het Aramees staat er niet alleen uitgegoten, maar ook opzuigen, in de zin dat het bloed gedronken moet worden. De vijandelijke prooi moest in het Aramees droog-gezogen worden, MSY. Hier kwam ook het woordje messias vandaan, wat gebruikt werd voor priesters en koningen, overwinnaars. Dit betekende dus : zij die leegzuigen. Door het christendom werd dit helemaal verkeerd voorgesteld, alles werd omgedraaid, zodat het vampirisme werd en kannibalisme.



MSY was in het Aramees waardoor geslachtsdelen opzwollen voor vruchtbaarheids-rituelen. Dit gebeurde dus door het bloed van de vijandelijke prooi. Ook de Mozes mythe kwam hier uit voort, MSY als MOSE, MOSHE, MOZES, de valse Messias van het OT, die ook deels voortkwam uit de Ma'at mythe van Egypte, de godin van de wet en het recht. Deze mythe was overgenomen van verschillende Egyptische voorvormen. Dit was om de dieptes van Judah te bedekken. Judah leidde namelijk terug tot het oorspronkelijke paradijselijke geslachtsdeel, YAD, wat ook het wortel woord van Judah is. De Mozes mythe was om Abraham en Sarah te bedekken. In de grondteksten was Abraham onderworpen aan Sarah, wat in de wortel tekst ook matriarchie betekent. Ook was zij de grote moeder in de wortel tekst (sar). Zij hield in de wortel tekst het volk in heilige gevangenschap.



Judah had een verbinding met Naphtaliy, visserij, met Aries, lokaas, valstrik, wat bedekt werd door de Mozes-Aaron verhouding. Judah moest voorbereid worden op de buffeljacht, maar de Mozes mythe kwam er tussenin.



In de grondtekst moest Abraham een fokker worden. De grote moeder maakte een verbond, beriyth, van bara, vetmesten, vetmesting, wat Abraham moest bewaken, gebonden houden, als in een fokkerij waarin boze geesten werden gefokt voor het oordeel. Ook was dit de opdracht voor zijn zaad, de generaties na hem. (Genesis 17 : 9)



Genesis 17



11 gij zult het vlees van uw voorhuid laten besnijden, en dat zal tot een teken van het verbond zijn tussen Mij en u.



ook :



11 gij zult het vee, basar, van uw eerste vruchten, eerstelingen, laten snijden, en dat zal tot een teken, merkteken, van het verbond, beriyth, fokkerij-slavernij, zijn tussen Mij en u.



Dit is dus weer een verwijzing naar het pinksterfeest. De besnijdenis had de betekenis in de wortel tekst van een oogst. Het pinksterfeest was een feest van voorbereiding op de buffeljacht. De mythe van Mozes probeerde hier tussenin te komen. De besnijdenis was dus een teken van vetmesting in de grondtekst, van de vijandelijke prooi in de daartoe aangestelde fokkerij. De eerstelingen van de vijandelijke prooi moest geofferd worden, of gesneden, als een teken daarvan. Ook was dit een beeld van het zwellen van de geslachtsdelen, vetmesting, om dit plaatselijk in het lichaam te vertonen. Dit komt ook weer terug in de indiaanse mythologie, dat de geslachtsdelen of teelballen van de man de verdoemde krijgsgevangenen voorstellen, als een beeld dus van de vijandelijke prooi. De geslachtsdelen waren dus heel erg strategisch om een verhaal uit te beelden. Zo werd de vijand dus in het lichaam verwerkt, want ook het bloed van de vijand moest door het lichaam binnengenomen worden, en daartoe was het geslachtsdeel de pomp, dus die was onmisbaar.



Om deel te hebben in de stam van Abraham moest iedere zakar, dekra, eerste, oorspronkelijke, pre-adamitische man, zijn eerstelingen offeren, snijden, en zelf besneden zijn. Iedere zakar, dekra, had zijn eigen fokkerij met vee (Genesis 17 : 14). Het was dus daadwerkelijk zo dat de boom van kennis de mens had geleid tot het westen van Eden, dieper in het paradijs, in het oudere, pre-adamitische deel.



In Suw, het Taurus teken, werd de buffeljacht gestart.





Hoofdstuk 8. De Val Van Mercurius


Op de derde scheppingsdag, in het Qidmah gebied buiten Eden, ten westen van Eden, dieper in het paradijs, wordt er gesproken in de grondteksten over een gebied van kinderen. Zij hebben als leidster Zara, hun moeder, Sara, Sarah, wat staat voor een matriarchie die over de kinderen is aangesteld. Zara betekent oogst, als loon. Zara is 'dat wat het zaad voortbrengt'. In de Aramese grondtekst deed zij dit door scheiding.


Door de boom van kennis kwam de mens dus daadwerkelijk tot het diepere deel van het paradijs, door de boom des levens te ontwijken. Het verhaal van Sarah en de stammen onderworpen aan haar duidt op een esoterische beschrijving van het komen tot de derde dag, de dag van het zoonschap. Het was een beeld van het komen tot de grote moeder. In haar werden alle stammen geboren.


Alnilam is het centrum van de 'riem van Orion', de middelste planeet. De Alnilamse paradijs teksten noemen heel specifiek dat de mens is voortgekomen uit de beenderen van een rund. Orion was in Griekse mythe geboren uit een met zaad en urine bevuilde runderhuid.


De Alnilamse paradijs teksten tonen dat de mens voortkwam vanuit de buffeljacht, of bizonjacht, en dat de mens daar ook altijd naar zou terugkeren.


De Alnilamse paradijs teksten spreken over drie oerstammen. Ook gaat het over dat de mens leefde door bloed, zaad en urine, wat door het lichaam heenstroomt, en hen in een lichte vorm van dronkenschap houdt. Bloed is hierin dominant over zaad, en zaad is dominant over urine.


  1. bloed

  2. zaad

  3. urine


Peter is eersteling in het Hebreeuws, en is de Engelse naam voor Petrus, Petros in het Grieks. Hij is Mercurius en nogal voor wat dingen verantwoordelijk in het leven van Jezus. In Mithraisme kwam Mithras, de Rooms-Perzische Jezus, vanuit de Petra, de rots, of grot. Na het weggaan van Jezus en na het pinksterfeest zou de kerk gebouwd worden op deze rots. Petrus was de eerste van de pausen. Hij stond dus ook voor het geboorte-verhaal van Jezus, het kerstfeest. Hierin trachtte Mercurius als Petrus de mens terug te brengen tot de eerstelingen, tot de gaven, tot religieus materialisme. Die gaven moesten gekocht worden. Mercurius is de god van de valse handel, de oplichterij, als de god van de dieven.


Petrus wilde de buffeljacht afdekken door deze dingen. Wij moeten Petrus verslaan om van het pinksterfeest te komen tot het charismatische feest (kra, loon). De eerstelingen moeten geofferd worden, als voorbereiding op de buffeljacht, en dan moet de buffeljacht beginnen. Petrus is in de traditie de wachter van de hemelpoort, en die moet verslagen worden. Petrus is de verrader, de oplichter. Het vaticaan werd gebouwd op een oude Mithras tempel, waarin ergens geschreven was dat alleen het bloed van Mithras kon redden. Dit werd dus later overgenomen door Jezus. Mithraisme ging nog over de runderjacht.





Hoofdstuk 9. De Verborgen Jezus


Mercurius-Petrus schreef het NT. Ook was Mercurius-Petrus verantwoordelijk voor het kerstfeest. Het Mercurius-Petrus zegel moet verbroken worden.


Veel van wat Rooms was werd gehaald vanuit het Griekse. Er waren nogal wat Griekse christus-figuren. Zo was Prometheus daar één van. Hij kan ook wel bestempeld worden als de Griekse Lucifer, de Lucifer die zich achter Lucifer schuilhoudt. Die wortels zijn in het Grieks, en hier hebben we te maken met een hogere, verborgen Lucifer, en een hogere, verborgen Jezus. Prometheus kwam in een oorlog met de Griekse goden, want hij had vuur van hen gestolen en aan de mensheid gegeven. Hierdoor werd Prometheus uit de Griekse hemelen geworpen, en onder een eeuwig oordeel geplaatst, eeuwige verdoemenis, wat inhield dat hij aan een rots werd vastgeklonken, en waar hij periodiek door een roofvogel bezocht zou worden die zijn lever, als beeld van de opslagplaats, zou eten, en die dan weer aan zou groeien, zonder dat hij zou sterven.


We zien dan dezelfde dualistiek als in het christendom : Prometheus wordt door de mens gezien als martelaar en God, om de mensheid te redden. Hij was gekruisigd, en stond op van de dood.


Het oordeel over Prometheus, vanwege zijn dieverij, werd uitgevoerd door Zeus, ook een Griekse vorm van Jezus, Jupiter, Lucifer, die de oude Cronos, Saturnus, oftewel Yahweh van de troon had gestoten. Van Zeus kwam ook het Griekse woord Iesous, Jezus. Prometheus had de goden verraden, had de goden uitgedaagd, en stond aan de kant van de mensen, en is te vergelijken met de christelijke Petrus. Prometheus werd in het oordeel aan een rots geklonken, voor eeuwig verbonden aan de rots. Weer zien we Petrus hierin terug, de rots waarop de NT gemeente werd gebouwd, en ook de rots waaruit Mithras voortkwam, of de grot van Jezus. Petrus was een oudere, diepere en grotere Jezus-figuur die verborgen werd achter de inmiddels ingeburgerde christelijke 'Jezus Christus'. Petrus werd verantwoordelijk voor het NT en de leer van de eeuwige verdoemenis. Dit was het werk van Prometheus achter de schermen. Dit is een reusachtige godheid, die zich ook manifesteerd als Mercurius, die de kerk aan banden heeft gelegd.


Hierom bewaakt Petrus de hemelpoort. Petrus maakte het Vaticaan groot. Dit is één van de verborgen goden. Een reusachtig bedrieglijk heilswerk, namelijk dat van Prometheus, werd verborgen gehouden achter het NT en het Vaticaan. De huidige, christelijke Jezus werd gemaakt om de mensheid af te leiden. Er worden dingen verborgen gehouden.


De val van Prometheus was een diepere val dan de klassieke val van Lucifer ooit was geweest. Een reusachtige wereld gaat hierachter verborgen. Petrus wordt als een reusachtige god aanbeden, als Prometheus-Mercurius.


Zoals er bevrijding was voor Jezus in de eeuwige verdoemenis, door de opstanding, zo was er ook een opstanding van Prometheus in sommige mythes. Hij werd namelijk bevrijd door Hercules, een andere Griekse christus-figuur. Hercules was de zoon van een menselijke maagd, Alcmene, werd bevrucht door een god, Zeus. Alcmene is Alma, de maan-vrouw, in het Hebreeuws, die de moeder van heilige koningen in de cult van Jerusalem was, en waaruit de mythe van Maria is voortgekomen. Hercules moest twaalf werken verrichten, en één van deze werken bracht hem naderhand tot de dood. Ook stond hij weer op als 'de verrezene'. Door Hercules kreeg Prometheus de macht over de eeuwige verdoemenis, en bracht dit als een leer in het christendom, om de fragiele ziel van de mens te onderwerpen. Hercules is niets anders dan een andere vorm van Mercurius-Prometheus, oftewel van Petrus, de verborgen valse messias. Het tweede werk van Hercules had hem het bloed van de Hydra gegeven, wat hij als een gif gebruikte in oorlog en jacht. Toen hij de centaur Nessus versloeg die zijn vrouw probeerde te verkrachten gaf Nessus zijn bebloede kleed aan de vrouw van Hercules. Hij zei dat als ze het ooit nodig zou hebben het bloed op het kleed als een liefdes-potion zou zijn. Later neemt zij het in gebruik, en geeft het aan Hercules. Het bloed echter was niet van Nessus, maar het zwaar giftige bloed van de Hydra, de door Hercules overwonnen meerkoppige slang. Het bloed begint Hercules uit te teren wanneer hij het kleed aanneemt, en zijn huid wordt door het gif verscheurd. Zijn botten worden zichtbaar door de scheuren in de huid, en hij sterft. In andere mythes zijn dit koningsklederen die hem worden aangedaan, waarna hij wordt vermoord, weer opstaat, en ten hemel vaart. Hier komen ook de mythes over het spotkleed van Jezus vandaan. De twaalf werken zijn de twaalf discipelen, en het verborgen dertiende werk, de bevrijding van Prometheus, is de basis voor de christelijke Jezus, de dertiende.


Hercules is dus een geheime uitgangspoort uit de eeuwige verdoemenis voor de elite, en ook een sleutel voor hen om de eeeuwige verdoemenis leer met succes uit te oefenen op de leken, de lagere klasse. Hiervoor is Jezus gecreeerd als een fuik, een afleidings-strategie, om de mens van de waarheid over Petrus af te houden. Jezus is als het slot op de eeuwige verdoemenis, als een valse hoop, terwijl de elite hoog en droog zit met hun Prometheus-Hercules afgod. Natuurlijk is dit tijdelijk, en betalen ze hier een hoge prijs voor. Petrus is het verborgen, diepere fundament van het christendom, maar deze pilaar zal ook de vernietiging van het christendom, en de wortels van het christendom, veroorzaken, wanneer deze esoterische geheimenissen worden geopenbaard. In het OT is dit de Simson-pilaar, en de Melchizedek-pilaar, de onbekende god. In Hebreeen wordt Jezus benoemd als een priester in de orde van Melchizedek. In Psalm 110 wordt God zelf een priester in de orde van Melchizedek genoemd. Melchizedek is de verborgen god. Simsons ogen werden uitgestoken om dit geheim te bewaren. Simson en Hercules stonden beiden bekend om hun enorme lichamelijke kracht. Deze kracht stond voor het slaven-implantaat, zodat mensen die deze kracht, dit vuur van Prometheus, zouden ontvangen, afgehouden zouden worden van de gnosis. Velen ontvangen vandaag de dag het vuur van Prometheus en komen onder deze geest terecht. Ook wordt dit vuur veel op de mensheid geforceerd. Dit vuur ontvoerd mensen.


Prometheus verleidt mensen met dit vuur, om ze deel te laten hebben in verdoemenis. Het verblindt hun ogen. Dit is het gif van Mercurius, als de vrucht van de boom des levens, een valse boom, die ons afhoudt van de boom der kennis. De wijnstok was een oudere Syrisch-Babylonische vorm van de boom des levens. In het Grieks was dit Dionysus, en in het Romeins Bacchus. Dionysus was de zot op de ezel, waar ook de Jezus op de ezel mythe vandaan kwam. Dionysus werd de ware wijnstok genoemd. Hij veranderde water in wijn, waar de Jezus te Kana mythe vandaan kwam. Ook zijn lichaam moest gegeten worden, en zijn symbool was IES, waarvan later IESOUS voortkwam in het Grieks, en IESUS in het Latijns, waar ook het Engelse Jesus uit voortkomt. IES-SUS betekent in het Latijn 'varken van Bacchus', of 'varken van Dionysus' is dan de Griekse vorm. I-ES betekent het ene licht of vuur, en als I-ES-SUS 'het ene licht of vuur van het varken van Bacchus, van Dionysus'. Dionysus of Bacchus is een andere vorm van Mercurius-Prometheus. De mensen werden zo verbonden aan gekte en dronkenschap, wat de betekenis is van Dionysus-Bacchus. Dit moest zodat de medische markt kon floreren. Ook dit is dus een bestanddeel van Petrus. Hij is de gek, en de gekkenjager. Hier werd ook de enigmatische medische branche van de psychiatrie op gebouwd. De medische markt had als doel de mens te vergiftigen, om zo de mens onder Hercules te brengen. Dit gebeurde door het bloed van de Hydra, door Dionysus-Bacchus, de giftige wijn. De elite-uitverkorenen van Herculus konden wedergeboren worden, en werden zogenaamd verlost van de eeuwige verdoemenis van Prometheus. Die wedergeboorte ging door de moeder van Prometheus, Alma-Alcmene, de maangodin. Zij werden de maan-kinderen genoemd.


Het monster Mercurius kan zich ook manifesteren als Krishna, Shiva, Vishnu, Indra en Buddha.



Hoofdstuk 10. Het Noodlot Van Mercurius


In het verborgene moet men het bloed van Petrus ontvangen, het bloed van Dionysus. Dionysus is een achterliggende macht boven Jezus, die zich min of meer verborgen houdt. Dit is de god die oorspronkelijk water in wijn veranderde. Dit is de 'ware wijnstok', de god van dronkenschap en gekte, oftewel Bacchus in het Romeins. Hij werd genoemd IES, het ene vuur. Dit vuur stal Prometheus van de goden, en gaf het aan de mensen. De mensen moesten het varken van IES volgen, IESUS, IES-SUS, om een goede, hebzuchtige consument te worden van het Romeinse rijk.


Dionysus was de oorspronkelijke god die alles in bloed zou veranderen. Deze god werd verborgen gehouden in Petrus. Petrus was in het geheim een veel grotere messias dan Jezus. Ook is dit vuur de leer van de eeuwige verdoemenis. Dit is het zeer giftige bloed van de hydra dat Heracles doodde. In sommige mythes was dit een vuur. Hierdoor stond Heracles ook op, maar de doem was al bezegeld. Dit zeer giftige bloed misleidt, geeft illusies, en leidt naar de vernietiging. Dit is gewoon een andere expressie-vorm van de boze geest Hercules. Prometheus koos ervoor dit tot de mensheid te brengen, en betaalde een hoge prijs. Dit is de prijs voor hen die azen op onschuldig bloed. Zij drinken het giftige bloed van de Hydra, de slang van de macht achter de boom des levens, de ware wijnstok, Dionysus-Bacchus. Dit is een groot oordeel. Dit zijn dus allemaal manifestaties en vormen van het monster Mercurius met zijn uiteindelijke noodlot.


Zij die leven van onschuldig bloed, dus ook het bloed van afgoden gebruiken, zullen hierdoor ook vergiftigd worden.







Hoofdstuk 11. Het Johannes-Gif


De vrouw van Hercules is een beeld van de bruid van de christus, de kerk. Hercules is een hogere, achterliggende, verborgen Christus, met zijn twaalf werken, twaalf mysterieen, twaalf zodiak-tekens, twaalf discipelen. Het bebloede kleed van Nessus de centaur werd door de vrouw van Hercules, het beeld van de elitaire kerk, gezien als een liefdes potion, maar het was het bloed van de Hydra, de slang die ooit door Hercules was verslagen, in het tweede werk. Deze slang had meerdere koppen, die gewoon weer nieuwen produceerden als ze werden afgeslagen. Hercules sloeg daarom de koppen af en stak zijn zwaard in de koppen om zijn zwaard te bedekken met het giftige, brandende bloed, om zo de nekken dicht te branden. In andere versies hielp iemand anders hem om de nekken dicht te maken, zodat de koppen niet konden groeien, een familielid, Iolaos. Na deze overwinning gebruikte hij het bloed van de Hydra als gif om zijn vijanden te doden. Ditzelfde bloed werd later dus zijn noodlot, door de list van de centaur Nessus. De kerk ziet het bloed van Christus als een liefdes potion, terwijl het het bloed van de Hydra is, om hen te vergiftigen. Dit is het noodlot van de kerk.


Mithras werd ook de rots genoemd, de Peter, en had een dubbel gezicht. Dit werd later in Petrus veranderd om de messiaanse kwaliteiten van Petrus af te dekken. Dit moest namelijk verborgen worden door Jezus. De elite wilden Petrus voor zichzelf hebben, als de sleutel tot de hekserijen van de leer van de eeuwige verdoemenis. Zo konden ze het volk in verlammende angsten houden en hen maken tot slaven.


Hydra ging schuil achter de hogere vorm van de boom des levens, als de bewaker van de ware wijnstok, Dionysus. Hierdoor viel de mensheid. Hydra creeerde het christendom door het giftige bloed, door Mercurius. Alle christelijke afgoden vielen om de nek van de mensheid die gevallen was door de hogere boom des levens, door de ware wijnstok. Zij waren dronken geworden. Het christendom was een goede afleiding om de hogere goden verborgen te houden, en te verdraaien.


Door het giftige bloed van Hydra werd Hercules opnieuw gecreeerd, als een wedergeboorte. Hydra werd zo de moeder van Hercules, als de macht die achter Maria schuilt. Dit kan allemaal weer herleid worden tot 'bomen achter de bomen', oftewel de oudere, hogere bomen. Er was een dubbele laag in het bloed van Christus, want er was ook een laag van Petrus, het giftige bloed van de Hydra, wat zijn werk moest doen in de gelovige. Het christendom is ten dode opgeschreven, als verdoemd. Deze stroom komt vanuit hogere bomen des levens, om de mens op te roepen in een schijn-wereld.


Hydra is de hogere, verborgen Maria, ook wel Proserpina, de Romeinse godin van het leven, de dood en de wedergeboorte, en Juno, de Romeinse moederschoot. In haar vele vormen gebruikt zij het Mercurius-gif. Zij is de bewaker van de hogere bomen des levens, en de bewaker van de paden tot de diepere bloedlijnen van deze bomen. In de zogenaamde esoterische Naka mythes wordt in de lagere zones de bomen nog door slangen bewaakt, maar in de hogere zones door honden en hyenas. Cerberes is één van deze honden, die in Griekse mythe de wachter van de hel is. In diepte is hij een oude boom. Hij bewaakt niet alleen maar oudere bomen des levens, maar is zelf ook zo'n boom. In Griekse mythe heeft hij drie of meerdere hoofden, oplopend tot vijftig of honderd. Dat hij in de esoterie ook aan een hyena wordt verbonden is vanwege de naam 'hellehond', en vanwege zijn lust voor levend vlees. In de esoterie staat deze hond of hyena voor de uitverkiezing. Cerberes bepaalt dus wie er wel of niet naar de hel gaat. Hij heeft vurige ogen die de doden verblindt. Zij moeten afgehouden worden van de gnosis, zodat zij onder de macht van Cerberes staan. In het twaalfde werk van Heracles vangt hij de hond.


Cerberus is de uitverkiezing. Zij werken allemaal met elkaar samen. Alles valt te herleiden tot een oude boomgod. Dit had te maken met een wijnstok, als de diepere wortels van Dionysus. Cerberus was een bloedgod. Hij leidde de mens tot een plaats van uitverkiezing, waar de mens geplaagd werd door angsten. Hier werd het christendom op de mens geforceerd.


In het christendom manifesteerd Cerberus zichzelf als Johannes, de wachter van de christelijke hel. De Openbaring van Johannes heeft de leer van de hel en de apocalypse groot gemaakt. Johannes is een oude boomgod, die deze geheimen moest bewaren. De boom houdt de gnosis verborgen.


Johannes schiep de talen, het Woord, om de gnosis verborgen te houden. In Perzie is hij Zoroaster, het vleesgeworden Woord, geboren uit een maagd. Zoroaster was de bewaker van de Perzische hel en ook van de hemel. Hij onderwees hierover, en over vele andere mysterien. Ook hij had een heilige beker, en een eucharistie. De geest van Johannes manifesteert zich veel in de boeken van Lorber, en deels in de Oahspe, als de geest van veroudering.







Hoofdstuk 12. De Serapis Cultus


Jezus is het merkteken van het beest, het wachtwoord wat iedereen moest gebruiken, op bevel van de Niceaanse Concilie, anders zouden ze niet worden gered, niet in staat om "te kopen en te verkopen". Het niet gebruiken van dit wachtwoord, het niet het hebben van dit merkteken, zou gevangenis, marteling en dood betekenen. Jezus werd gelegaliseerd in deze vorm door Nicea. Alleen Niceaans christendom werd toegestaan door de wet. Voor Jezus was er Serapis Christus, wiens volgelingen 'christenen' genoemd. Ze moesten een beeld van Serapis Christus maken om te aanbidden.


Een van de hoofden van het beest was dodelijk gewond, en werd genezen. De hele wereld ging toen het beest in verbazin achterna, om te aanbidden de draak en het beest, zeggende : Wie kan oorlog tegen hem voeren ? Natuurlijk gaat dit over Jezus, zijn kruisiging en opstanding.


Serapis Christus was de baas over Cerberes, die aan zijn voeten lag. Onder Theodosius I werd het grootste deel van de cultus uitgeroeid. Serapis was een mengeling tussen Osiris en Apis, de rund-god van Egypte. Serapis was een offer-rund, zoals Jezus een offer-lam was. Omdat de rund teveel stond voor de mannelijke suprematie kon dit een gevaar vormen voor de elite, als dit als een offerdier zou worden bestempeld. De rund moest juist verborgen worden, en wel door een lam, Jezus. Serapis Christus werd veranderd in Jezus Christus, en rund werd veranderd in lam. Een lam is een kind, en zo kon de eredienst aan Moloch voortgezet worden. Jezus Christus is een kinderoffer cultus. Dit is waar het slachtlam voor staat.


Serapis was een oorspronkelijke cult van de eerste christenen. Dit werd geleidelijk helemaal door Jezus overgenomen. Zoals Mithras, de slachtrund, verborgen moest worden, zo moest ook Serapis, de slachtrund, verborgen worden. Dit mocht namelijk niet meer het centrum zijn van de zodiak. Jezus Christus, het lam, het zonnekind, moest dit centrum worden, om zo de buffeljacht verborgen te houden. Taurus ging vrijuit, en de staat kreeg andere prioriteiten. Men moest het lam volgen tot het varken, sus, als het varken van licht, iesus, om zo de Romeinse markt in zielen te laten zegevieren. Jezus Christus moest de hogere wegen verborgen houden. De mensheid moest afgeleid worden, zodat zij de geheimen van de illuminati niet zouden zien. Serapis kon zo veilig regeren achter de schermen.


Ook in het Romeinse rijk werd de cultus van Serapis zeer groot, en had monotheistische eigenschappen. Serapis werd gelijkgesteld met Jupiter, en met Sabaoth, die in de gnostiek de zoon van Yaldabaoth is, van de Demiurg, de valse schepper van de gevallen aarde buiten het paradijs. Sabaoth rees naar de zevende hemel, en stootte zijn vader van de troon, zoals de Romeinse Jupiter zijn vader Saturnus van de troon stootte. Serapis werd gelijkgesteld met Sabaoth als de god van licht. Hij werd het Licht genoemd, en het daglicht. Ook werd hij de aarde genoemd. Dit was gevonden in oude invocaties. Ook waren er inscripties op talismannen : 'Er is maar één God, en dat is Serapis,' en 'de enige levende God'. In het Grieks werd Serapis gelijkgesteld met Zeus, de Griekse vorm van Jupiter, die op zijn beurt zijn vader Cronos van de troon stootte. 'Eén Zeus, één Serapis.'


Ook werd hij gelijk gesteld met Helios en Mithras, en zo was Serapis een composiet van samengestelde zonnegoden tot zonne-monotheisme. Hij kon ook verschijnen in dromen. Serapis verscheen aan Alexander de Grote in een droom om hem de verovering van de wereld te verschaffen. De hele wereld kwam zo onder een grote vloek, die uiteindelijk leidde tot de komst van Jezus Christus, het merkteken van het beest, om de mensheid van deze geheimen af te houden. Zo kon de mens zijn vijand niet zien, en bleef in slavernij.



Hoofdstuk 13. Orionse Geheimenissen In Leviticus 27 En De Noach Pilaar Van De Bijbel


Leviticus 27 : 2 – Wanneer een man, een 'iysh' in het Hebreeuws, oftewel een slaaf, een gelofte doet, een eed, door een offer,


In het Aramees wordt voor de mannelijke slaaf het woord 'gabara' gebruikt, wat Orionse vechtslaaf betekent, en ook een Aramese naam voor Orion is, als de jager. De gabara is de bewapende.


De Levieten moesten een eed of gelofte bekrachtigen door een offer. Om dit in werking te stellen moest er een boze geest verslagen worden. Zo werden de Levieten gebonden aan een plicht, aan de Amazone die over hen was gesteld. Dit was de manier waarop zij de heilige gebondenheid en de heilige slavernij ontvingen, door af te rekenen met de boze geesten die hen in vrijheid lieten leven. Daarom waren zulke offers zo belangrijk.


In Yirmeyah komt de gabara, ganbara, om in ballingschap te drijven. Ze zijn bewapend met pijlen en bogen, en komen om honger en verwoesting te brengen (Yirmeyah 5). Zij komen om slaven te maken, die zij leiden tot de Amazones. De vijand wordt dus door de Gabara uitgehongerd. Dit is een belangrijke oorlogs-strategie, om de reserves van de vijand uit te putten. Als de vijand overvoed wordt, dan kan dat in sommige gevallen een gevaar zijn. In Yirmeyah 5 wordt het vijandelijke vee uitgehongerd in plaats van vetgemest. Dit was een opdracht van de Amazones, waartoe ze uiteindelijk geleid werden.


Verder in Yirmeyah 5 zien we dat zij van een verborgen plaats in de onderwereld komen, als een jagersvolk, naakt of halfnaakt. Zij komen in de grondteksten vanuit de heupen van de onderwereld, van de plaats waar het wapen is, van een zachte plaats of schacht, YAREK. Dit woord wordt ook gebruikt waar Yaakob kreupel geslagen werd, de heupen. De gabara ging ook door deze verbrokenheid. Yirmeyah beschreef hen als een ver volk.


Zij waren dus bedreven in het uithongeren van vijandelijk vee. Dit was waarom de Noach mythe werd opgezet, om dit tegen te gaan. In het Aramees werd namelijk juist de Gabara aangepakt door de zondvloed. De mythe van Noach was bedoeld om de Gabara op te sluiten, tegen te houden. Deze mythe was overgenomen van voorgaande culturen. De elite vreesde het uithongeren, want dan zou de mannelijke suprematie zijn kracht verliezen. De elite vreesde daarom ook de gabara en de geheimen van Orion. Noach werd opgeroepen om dit tegen te houden, door de zondvloed. Zo werd er een heleboel kennis van de Gabara geblokkeerd en ging verloren. De 'Iysh' is dus de Israelitische Gabara. Zowel Yaakob als Suw waren hier deel van. Noach was dus gericht tegen Yaakob en Suw, om de dieptes hiervan te bedekken. Yaakob werd in Genesis 32 beschreven als hebbende een lege yarek nadat hij was geslagen, wat ook duidt op een lege buik, oftewel hij was de uitgehongerde, door de Amazone die met hem vocht. Iedere gabara ging hier doorheen, als een ritueel van ascetisme, om zo tot de leegte te komen, tot de Orionse afgrond. De elite vreesde dit, omdat Yaakob hierdoor de stammen zou voortbrengen, onder wie Levi.


In het Aramees was de zondvloed bedoelt om 'te versluieren, te verbergen' (Genesis 7 : 4). God zou in het Aramees 'Mitra' tot de aarde sturen die deze zondvloed zou bewerkstelligen. Mitra is in het Aramees ook regen. Dan gaat Noach met zijn zonen en NHT, ANA-ITA, die in Perzische mythe de maagdelijke moeder van Mithra is, de ark binnen. Dit binnengaan betekent in het Aramees : geinitieerd worden in mysterieen. En dan staat er 'qadam', 'qidmah', 'voor het tijdperk van de mayim, het zaad'. De ark staat voor een tijdperk ouder dan de tweede scheppingsdag, de dag van mayim.


Qadam, Gad-Adam, als Adam komende tot Gad, tot het bloed van de vijandelijke prooi. In de diepte van de Gad-Adam, van de Qidmah, is de Dukka, de rituele slachtplaats (Leviticus 1 : 16, Aramees). De Nakas kan hier uiteindelijk naartoe leiden, maar dat is niet altijd noodzakelijk. De Nakas is een wachter van de Dukka die ervoor zorgt dat niets onnodig of voortijdig in de Dukka terecht komt. Dit had te maken met de fokkerij van de Levieten. De Nakas bewaakte die regels. De Nakas is de wet van tucht, die ervoor zorgt dat boze geesten niet voortijdig of boven de maat worden bestrafd. Noach probeerde dit na te bootsen. Hij moest de dieren verzamelen, en zou daarna het bevel krijgen dieren te offeren.


Genesis 7


11 In Noachs zeshonderdste levensjaar, in de tweede maand, op de zeventiende dag der maand, op die dag braken alle kolken der grote waterdiepten open en werden de sluizen des hemels geopend.


In de Aramese grondtekst betekent openbreken gepierced worden, overwonnen worden, verwond worden, uitgegoten worden en zinken. De kolken zijn een rituele drank, als een beker die wordt opengebroken. De grote waterdiepten zijn in het Hebreeuws de The'owm, de paradijselijke afgrond, die ook in Genesis 1 voorkomt. In het Aramees staat er 'oudere' Thom, Thoma, oftewel een zelfs oudere paradijselijke, Orionse afgrond. Er zijn dus meerdere Thehowmen. Noach ging hier binnen via de ark. Ook is dit de vloed zelf in het Aramees. In het Aramees kwam Noach tot de chief van de Theomen. Dit is de plaats waar de ogen en oren geopend worden.


In vers 12 staat er dan dat MITRA voor veertig dagen en nachten op de aarde, in de onderwereld was. Dit werd vertaald in regen, om Mitra, Mithras, de god van bloed-geloftes en bloed-offers, verborgen te houden. Noach riep deze macht op in de grondtekst. Noach zorgde ervoor dat al die bloedoffer-cultussen ontstonden. Hij kwam tot de beker van onschuldig bloedvergiet, en opende die. SERAPIS heeft deze beker op zijn hoofd in oude afbeeldingen en standbeelden van hem. MITRA was de zondvloed door Noach opgewekt. Veertig is in het Hebreeuws Arba'iym, van Arba, de reus van Hebron, vader van de Enakieten, wat fokkerij betekent. MITRA kwam om een fokkerij op te zetten. Noach bracht de vloed door met de godin Anahita, die in de Aramese grondtekst zijn vrouw is, MITRA voort te brengen. Het binnengaan van de ark is in de Aramese grondtekst nauw verbonden met sexuele relaties hebben. In vers 15 in het Aramees wordt duidelijk dat alleen zij die 'gered' zijn de ark kunnen binnengaan, wat ook weer op reddings-theologie duidt. Ook moesten zij 'de geest' hebben ontvangen (hyyn is behoudenis, gered zijn, leven). Zij werden als fokvee ingewijd in de mysterieen, zoals Noach. In vers 16 wordt het woord PQD gebruikt, wat testament betekent, aan hen nagelaten. Ook betekent het een installatie. Toen al werd het NT in hen geinstalleerd. Dit was ook nauwverbonden aan een waarschuwing, als een alarm van de fokkerij, als schokdraad voor het vee. Toen sloot God de deur, wat ook het sluiten van een boek betekent in het Aramees. Er werd een canon gecreeerd.


17 En de vloed was veertig dagen over de aarde en de wateren wiesen en hieven de ark op, zodat zij oprees boven de aarde.


In het Aramees kwam Mitra om voor veertig dagen het merkteken te brengen. Opheffen betekent ook gevangen nemen. De ark was in het Aramees een ouder paradijselijk tijdperk, nog voor de mayim. Een Amazone werd gevangen genomen, een deel van de grote moeder. In vers 18 wordt de vloed, Mitra, sterk gemaakt, en zwaar. In vers 19 wordt hierdoor de Towra (wet, heuvel, velden) bedekt. Ook haar luide stemmen werden bedekt. De wilde, woeste, naakte Towra wordt aangekleed, staat er letterlijk. Zij wordt ontvoerd naar de stad. Zij werd uit de wildernis gerukt.


20 Vijftien el daarboven stegen de wateren, en de bergen werden overdekt.


In het Aramees : vijftien penissen lieten de vloed stijgen. Ook zijn dit vijftien afgesloten nederzettingen die MITRA groot maakten.


21 En al wat leeft, dat zich op de aarde roert, het gevogelte, het vee en het wild gedierte en alle wemelend gedierte, dat op de aarde wemelt, benevens alle mensen, kwamen om.


In het Aramees : Al het vlees, alle penissen, werden vervuld.


22 Alles, in welks neus de adem van de levensgeest was, alles wat op het droge was, stierf.


In het Aramees : werden van elkaar gescheiden.


23 Zo verdelgde Hij alles wat bestond, wat op de aardbodem was, mensen zowel als vee en kruipend gedierte en het gevogelte des hemels, zodat zij verdelgd werden van de aarde; Noach alleen bleef over en wat met hem in de ark was.


In het Aramees is verdelgen ook verzoenen, bedekken. Weer gaat dit over de verzoenings-theologie. Dit was dus een oorlogs-strategie. Ook worden zij in de Aramese grondtekst gehouden voor hun melk.


Genesis 8


1 Toen gedacht God Noach en al het wild gedierte en al het vee, dat met hem in de ark was, en God deed een wind, ruwach, de geest, over de aarde strijken, zodat de wateren daalden.


Strijken is in het Aramees ook :


vergeven

tot bekering brengen

transporteren

tot de markt brengen (als product)


Dit is wat de Geest doet. Het is een fokkerij, vee-transportatie en een vee-markt.


2 De kolken der waterdiepte en de sluizen des hemels werden toegesloten en MITRA uit de hemel hield op.


'Hield op' is in het Aramees 'werd verboden'. Dit gebeurde door de Niceaanse concilie. Alles werd verborgen en verboden in Jezus. De Noach mythe was de agenda van de elite.


Noach zend dan een raaf uit. De raaf is de eerste graad van de geheime Mithraistische mysterieen. Dit was meer en meer voor de elite, voor de illuminati, oftewel ondergronds als een secret society.


Dan zend Noach een duif uit, het beeld van de Heilige Geest, en het christendom, en dit was voor de leken, de massa's bovengronds. De duif was gemaakt als een afleider, zodat de elite ongestoord verder kon gaan met hun agenda.


De discipel Thomas is voor de elite de switch om van Jezus te gaan tot Mithras, en zo tot de hogere Jezussen zoals Serapis. Dit gaat door het ongeloof van Thomas in Jezus, als een vorm van verraad. De elite gebruikt Jezus als een afleidings-strategie, maar zij hebben omgang met veel hogere geesten. Thoma is afgrond en ook vloed in het Aramees, als deel van de Noach mythe. Noach is Serapis en ook Thomas. Dit is een grote illuminati switch en zegel.



Hoofdstuk 14. De Grote Ontsnapping – De Map Van Betelgeuse

Orion heeft een groot potentieel. De alpha ster van Orion heeft een diameter van vele honderden malen groter dan de zon, dus we hebben met een reusachtige leidende ster te maken. Betelgeuze kan je dan ook weer onderverdelen in gebieden. In het gebied 'Tork' was er lang geleden een skelet-demoon als patriarchische leider. Zijn naam was SEPTUS, de Heilige Geest, en hij werd uiteindelijk verdreven, maar kreeg een gigantisch grote autoriteit in andere delen van Betelgeuse, Orion en de rest van het universum. Vandaar dat het gebied Tork een belangrijk gebied is om los te komen van SEPTUS.

Betelgeuse is een reusachtig Orions centrum, met een reusachtig archief van de paradijsteksten van Betelgeuse. Het paradijs van Betelgeuse werd verborgen gehouden onder de scheppings-mythes van het christelijke geloof.

Genesis 2

4 Dit is de geschiedenis van de hemel en de aarde, toen zij geschapen werden. Ten tijde, dat de HERE God aarde en hemel maakte, 5 – er was nog geen enkel veldgewas op de aarde, en er was nog geen enkel kruid des velds uitgesproten, want de HERE God had het niet op de aarde doen regenen, en er was geen mens om de aardbodem te bewerken;

In het Aramees : 'want MITRA was nog niet gezonden door NHT, aNaHiTa, zijn moeder. NHT is neerregenen. NHT komt voor in Genesis 7 : 4 in de Noach mythe, ook als de vrouw van Noach, Ana-Itah, NTH, om Mitra voort te brengen. In de Noach mythe is Noach de vader van Mitra, de man van de godin Ana-Itah, Anahita.

6 maar een damp steeg op uit de aarde en bevochtigde de gehele aardbodem.

In het Aramees : 'maar een rituele drank' steeg op uit de aarde en 'werd te drinken gegeven'.

De rituele drank werd gedragen door de god Serapis op zijn hoofd, een andere vorm van Noach. In de Noach mythe komt Noach zelfs tot oudere vormen van paradijselijke afgronden, tot Thoma, de discipel Thomas, een andere vorm van hem. De Noach mythe is daardoor een zelfs diepere scheppings-mythe. Omdat Mitra verbonden was met de runderjacht, moest dit afgesloten worden voor het gewone volk. Mitra werd meer en meer een god voor de elite, in het verborgene. Daarom werd de Mitra cultus later verboden, en ging de elite door met het aanbidden van Mitra in de secret society, ondergronds. In de paradijsteksten van Betelgeuse is de buffeljacht, de bizonjacht en de runderjacht ook een centraal thema waar alles omheendraait en naartoewerkt, als de bron van de schepping. Alles was in runderbloed, omdat zo de mannelijke suprematie de macht niet kon grijpen. De matriarchie was alleen veilig in runderbloed. Het reusachtige archief van paradijsteksten van Betelgeuse gaat diep in op de verschillende vormen van Orions vee, en hoe het vee behandeld moet worden. De scheppingsmythes van het christelijk geloof wilde dit ondersneeuwen. Juist in het Aramees zijn er zoveel tekens en heenwijzingen naar de paradijsteksten van Betelgeuse, dus daarom moest daar een Hebreeuwse laag overheenkomen, en toen een Griekse laag, door de Septuagint, en toen moest de Westerse vertaling alles nog meer afdekken. Het was een groot complot.

De scheppingsdagen zijn een werk van grote onzin om de ware schepping verborgen te houden. Laag voor laag werd dit bedekt. Alles had zijn oorsprong in Betelgeuse. Zelfs de aarde bestaat alleen door Betelgeuse. De aarde is een creatie van en in Betelgeuse, die de illusie geeft dat het buiten Betelgeuse is. Het is belangrijk om onze orientatie terug te krijgen, en te reizen tot Tork. In Tork was Septus onttroont, maar er heerst nog wel een andere skelet-demoon als patriarchisch leider, PARIN. PARIN is de Betelgeusische naam voor Noach-Serapis-Thomas. PARIN staat voor de Noach-mythe. Deze moet verslagen worden.

Nu is de vraag ? Hoe komen wij in Tork ? Allereerst moeten we weten waar we zijn. Onze zielen werden opgesloten in het continent 'Ree' in Betelgeuse. Hier kregen we de aarde illusie geinstalleerd waardoor we onszelf nu op aarde wanen. De ontsnappings-route is als volgt : Eerst moeten we door andere continenten heen om tot Tork te komen :

1. Ree

2. Sceer

3. Fluensis

4. Tamil

5. Tolle

6. Gyptis

7. Melk

8. Behamma

9. Tork

Behamma is al een zeer paradijselijk gebied, maar nog steeds in handen van SEPTUS, want hier werd SEPTUS na zijn val in TORK naartoe gedreven. SEPTUS en PARIN waren in een grote oorlog, die gewonnen werd door PARIN. SEPTUS is niet meer toegestaan in TORK, maar heeft nog grote macht in Behamma. SEPTUS is min of meer een slaaf en een krijgsgevangene van Parin, en staat onder een tuchtraad. SEPTUS wordt gevangen gehouden in Behamma, maar heeft ook nog veel macht in de voorgaande continenten. In Ree heeft Septus de grootste macht. Daarom moeten wij onze reis naar Tork voortzetten.

Voordat Septus regeerde in Behamma regeerde Mudroch II in Behamma, die werd onttroont en werd verbannen naar Melk, een buitenparadijselijk continent van Betelgeuse, waar Mudroch II de macht kreeg. Hij moest ervoor zorgen dat de grondteksten van de Bijbel geheel ondergesneeuwd werden door latere vertalingen. Hij moest ervoor zorgen dat de rijkdommen van de grondteksten (Orions, Aramees, Hebreeuws en Grieks) afgekapt werden, zodat de levendmakende sappen ons niet zouden kunnen bereiken.

Parin, de Orionse Noach, regeert dus in Tork. Tork bestaat uit elf grote gebieden. Twee daarvan zijn de hoofd-gebieden : Goriph en Gorit. In Goriph troont Parin over Tork. Ook heeft hij een alien aangesteld als hoofdman van Goriph zelf. Deze staat net onder hem, Cerberes-Johannes. In Gorit, het tweede hoofdgebied, heeft Hydra de macht. In de negen lagere gebieden heeft Petrus-Mercurius-Prometheus (Hercules) de macht. Deze gebieden zijn genaamd : Aphar, Gallaph, Zephet, Tabir, Tabin, Tarut, Karph, Toph en Kemp.

Door Behemma komen we tot Tork. In Behemma zijn er een paar strategische gebieden, namelijk Golak en Golar. Hier zijn vroeger verschrikkelijke dingen gebeurt die fundamenteel waren voor de opkomst van het christendom. Daarna zijn deze twee grote gebieden veroverd door de matriarchen en werden hun nederzettingen. Golak en Golar liggen tegen de grens aan van Tork. Voordat we Tork binnengaan is het belangrijk Golak en Golar binnen te gaan, als eerste stap in het overwinnen van SEPTUS, die dus een alien is, de heerser van Behemma, een continent van Betelgeuse in Orion.

Beloch is de matriarch die Golak veroverd heeft. Beloch is in het Orions de rode steen, de sardius, de steen van bloed, GAD, ADAM, de odem, loon in het Aramees. Behamma zelf betekent in het Orions de witte steen van slavernij. Vuch is de matriarch van Golar. De geschiedenis van Golar is fundamenteel voor het christendom. De achtentwintigste monarch, Katar, ontwierp het boek van UL, wat je kunt vergelijken met het OT. De negenentwintigste monarch, Benzeem, stelde het boek IFTER samen, wat je kunt vergelijken met het NT. De dertigste vorst, Sopatus, voegde deze twee boeken samen tot de TAKHOT, wat je kunt vergelijken met de bijbel. Als je de TAKHOT niet aanbad, werd je opgesloten, gemarteld en gedood. De eenendertigste vorst, Siphis, bracht de kinderoffers terug op basis van dit boek. De tweeendertigste vorst, Niphis, bouwde een plaats genaamd de eeuwigdurende hel, op basis van de TAKHOT, waar je gewoon doorleefde als je er werd ingeworpen, zonder hoop op bevrijding. Deze Orionse hel werd genoemd de STOPHER. De drieendertigste vorst genaamd Optus werd de wachter van deze hel, in de zin dat hij bepaalde wie er wel en niet naartoe gingen. In die tijd was er een grote slavenopstand, die aangevoerd werd door Lakata, een jonge gladiator. Hij versloeg Optus met een groot slavenleger. Hierdoor kwam Vuch aan de macht in Golar. SEPTUS had min of meer de macht volledig in Golak en Golar verloren, zodat zij een belangrijke brugfunctie vormden in de reis van Behemma naar Tork.

Na Tork is er een tiende plaats, een tiende continent, BELIM. Hier troont een matriarch, Beneph.



Hoofdstuk 15. De Acht Scheppings-dagen


Belim staat voor het vergieten van runderbloed, als het ware een dieper deel van Gad. Belim is de Orionse naam voor Assur, als de runderjacht (ook : bizonjacht, buffeljacht). Dit is dus het centrale Taurus teken in de Levitische Zodiak van Orion. Dit is ook het teken van Suw. Door Tork komen wij tot Belim. In de paradijs teksten van Betelgeuse zijn alle dingen geworden door de buffeljacht en buffelbloed. De zeven scheppings-dagen van het christelijke geloof zijn grote onzin, en zijn een zegel hierop. Daarom moeten wij strijden tegen deze zeven scheppingsdagen.


Noach bestuurde deze scheppings-machine. Eerst werd er licht gemaakt om de mens te verblinden, zodat de mens van elkaar gescheiden kon worden op de tweede dag, zodat ze tegen elkaar opgezet werden, en op de derde dag, de dag van de vrucht, van de kinderen, kon er wedergeboorte zijn. Men wordt wedergeboren door oorlog, om zo onder heersers gezet te worden op de vierde dag. Zo kon men zelf ook kinderen produceren op de vijfde dag, en op de zesde dag kon men zelf heersen. Op de zevende dag kon men zo tot rust komen van deze verschrikking.


Kennis en bewustzijn werd toen gedemoniseerd, en het leven werd van de mens afgehouden. Adam, als de paradijselijke Gad, de speer en de dronkenschap door het bloed van de vijand, werd gedemoniseerd min of meer, als de gevallene betiteld, omdat hij kennis wilde vergaren. Met Eva gebeurde hetzelfde, omdat zij de bloedband was door het vergieten van het bloed van de vijand. Adam en Eva werkten hierin samen, en de elite vreesde dit.


Ze mochten de boom des levens zo niet opbrengen, dus was het vals.


Orion was in Griekse mythe voortgekomen vanuit een met urine en zaad vervuilde runderhuid. Urine bakent in de natuur terreinen af, als teken van overwinning en bezit. In de paradijsteksten van Betelgeuse moesten de huiden die voor tenten en voorhangsels, ook als genitale voorhangsels, werden gebruikt vaak bevuild worden met zaad, urine en vee-bloed voor die reden, om boze geesten weg te houden. Ook werd dit gedaan om de jacht te doen slagen. De gnosis over boze geesten en hoe die te bestrijden ging diep. Er waren geen wazige rituelen, maar alles had een duidelijke reden. Zij die aan zulke rituelen deelnamen zonder de betekenis ervan te weten, zonder ingewijd te zijn, zouden er krankzinnig door worden. Gnosis was een belangrijk element en ging vaak oraal, en werd opgeslagen in symbolen. Het was niet zo dat men veel aandacht aan studie gaf. De gnosis kwam door de jacht, door het doen. Studie was zelfs een gevaarlijk iets. Ze waren voortdurend bezig met de jacht en de visserij, en kregen daardoor hun gnosis. Ook school was dus gevaarlijk, want dat kon gemakkelijk uitlopen tot een cheat program. Kennis kwam door overwinning over de vijand. Zo ontstonden ook de ware bloedbanden.


De tweede dag bracht dus scheiding door het licht, door overbelichting, verblinding, wat resulteerde in de derde dag, de wedergeboorte door onschuldig bloed. Dit is waar de hele christus-cultus voor staat, en de dagen erna was om de kerk op te richten. De zeven dagen zijn het valse evangelie in een notedop. Noach zat in deze scheppings-machine, als in een tijdmachine. Noach is Serapis Christus, oftewel Thomas. In het Orions is hij genaamd Parin die in Betelgeuse het gewest Tork beheerst. Tork is onder een vloek van hekserij. In het achterliggende continent Belim heerst Parin niet meer. Dit gebied is in de handen van BENEV (Beneph), een matriarch. Wij moeten Parin verslaan om tot dit gebied te komen.


De ark stond voor een tijdperk ouder dan het tijdperk van de mayim, ouder dan de tweede scheppingsdag. De ark is de eerste scheppingsdag, de dag van het licht. Zo ging men tot de arena, de tweede scheppingsdag. De derde dag is de dag van het kruis en de wedergeboorte door het vergieten van onschuldig bloed, waardoor valse families ontstonden. Dit is de dag van Christus. De vierde dag werd men onder een heerser gezet, een gids, oftewel de Heilige Geest, SEPTUS. Op de vijfde dag krijgen ze het scheppings-bevel waardoor ze zelf moeten gaan scheppen : 'Wordt vruchtbaar en vermenigvuldigt uzelf.' Dit is de dag van de geestelijke genade-gaven, het kerstfeest, het valse charismatische feest. Op de zesde dag krijgen ze de heerschappij over de aarde in eigen handen. Dit is het onderwerpings-bevel, dat de mens alles onder zijn voeten moest brengen, tot slaaf aan de mens. De kerk was geboren. Deze kerk werd gebouwd op Petrus, de rots. De kerk kwam in de hemel, waar het de macht en de heerschappij kreeg. Dit is de dag van de hemelvaart, de dag van PETRUS en het Mercurius-gif. De zevende dag is de rustdag, maar ook de dag van vernietiging, van verdoemenis, eeuwige verdoemenis, de dag van Hydra, de dag van 'het leven en de dood'. Hercules had schijnbaar de Hydra verslagen, maar het bloed van de Hydra wist hem te vinden, en bracht hem naar de ondergang. De achtste dag is de dag van de bomen, van Johannes de boomgod, de wachter van de hel, oftewel Cerberes, de uitverkiezing. De twee paradijsbomen bepaalden wie wel en niet uitverkoren waren.







Hoofdstuk 16. De Verbreking Van Het Wederkomst-Zegel


Pater wordt door de westerse vertalingen als 'vader' vertaald. Jezus zegt : 'Niemand komt tot de PATER dan door mij.' Peter, Petra, de rots, is de vader van de kerk, waar ook het woordje paus vandaan komt. Paus betekent vader. Jezus leidde de mens tot PATER, Petrus, de verborgen god Mercurius. Dit is een medisch gif. Achter de schermen lag Jezus aan de voeten van Petrus, als een slaaf. Petrus wijst op de rots, de kerk, het lichaam van Jezus. Door Petrus wordt dit lichaam bepaalt. De Petrus geest kan een mens aanwijzen en zeggen : 'Dit is het lichaam van Jezus. Deze persoon is een deel van dit lichaam.' En dan storten alle boze geesten zich op zo'n persoon om van dit lichaam te eten en te drinken. Dat is wat het christendom is. Het is een kannibalen-restaurant.


Zo worden mensen geheel in een vacuum gezogen, door Jezus. Peter is eersteling in het Hebreeuws. In PATER worden mensen voorbereid tot offerdieren.


In de oude profeten valt veel gnosis te vinden, maar zij waren slaven van Yah, en min of meer mythisch. Zij hebben een diepe macht in de hoofden van christenen. Zij waren verbonden aan Yah, en dat is ook vaak in hun naam : Jeremi-yah, Zachari-yah, Jesa-yah, Ezechi-el, Hose-yah, Jo-el, Dani-el, Obad-yah, zijn daar voorbeelden van. Wij mogen de satanische structuur hierin niet onderschatten. Er is veel gnosis in de grondteksten te vinden, maar dat wil niet zeggen dat het puur is. De gnosis werd geroofd, en deze oordeels-profeten moesten het rijk van Yah beschermen. In het christendom worden ze min of meer aanbeden. Dit zijn allemaal zegels die we moeten verbreken, en we moeten de gnosis terugroven en ordenen. Zij hebben het christendom opgeblazen gemaakt, en staan voor verdoemenis over hen die het christendom verwerpen.


Dit zijn clowns die veel te populair zijn geworden, en die behoorden tot het plan van de vijand om de aarde in te nemen. Natuurlijk lijkt het alsof ze juist tegen het christendom prediken, maar dat is ook het verraderlijke ervan.


Als we in Belim zijn aangekomen, moeten we doorreizen in Belim tot het gebied 'Zerk', waarin zich het gebied 'Petevard' bevindt. Dit is een jachtsgebied met jachtvelden. Hier werd de naam Peter, Pater, Petrus van gemaakt, als roof en verdraaing, juist om dit jachtgebied gesloten en verborgen te houden. De vijand vreest dit gebied. De sleutel tot dit gebied is het verslaan van de oude profeten. Deze profeten werden opgericht om Levi verborgen te houden, en de Levitische gnosis. Laag voor laag werd er op Levi gelegd om het te verdraaien. Iedereen werd onderworpen aan de PATER, Petrus, de bedrieger en de verrader. De oude profeten werden tot afgoden.


Dit zijn zegels over Levi, de oorspronkelijke oude bedieningen. Ook waren er vijandelijke stammen rondom Levi. Levi was verbonden met Judah, Benjamin, Naphtaliy, Aser, Gad, Ruben en nog wat andere stammen. De stam DAN, DN, eDeN, overgeluid, was geplaatst door de vijand. Deze stam plunderde ASER, en maakte hier het boek Yirmeyah van, en daarna I Korinthe en II Korinthe. Zij plunderden de jachttrofeeen van Aser, en maakten dit tot gaven voor de kerk. Deze jachttrofeeen zaten boordevol met gnosis, en dat werd allemaal aangepast en verdraaid, verscheurd, en onder boze geesten verdeeld. Wij moeten het zegel van Yirmeyah verbreken om te komen tot Aser.


Aser staat voor de tucht, en voor de jacht. In Aser werd men getuchtigd en klaargemaakt om te tuchtigen. De gesel en de boog zijn symbolen van Aser. Aser is een volk van heersers.


Alhoewel profetie een wezenlijk element van de gnosis is, zijn profeten geen wezenlijke bediening in de gnosis. Het is te ver verwijderd van de jacht, van de warriors, en de slavernij. Profeten hadden een grote macht. I Korinthe geeft hen grotere macht dan de geest. De geest is de slaaf van de profeet. Profeten waren door de stam Dan, DN, eDeN, aangesteld als heersers. Profeten legden teveel de nadruk op de logos, op woorden, en waren gewoon ingebouwd in het belijdenis-evangelie.


Zacharia 13



1 Te dien dage zal er een bron ontsloten zijn voor het huis van David en voor de inwoners van Jeruzalem ter ontzondiging en reiniging. 2 En Ik zal te dien dage, luidt het woord van de HERE der heerscharen, de namen van de afgoden uit het land uitroeien, zodat niet meer aan hen gedacht zal worden; ook de profeten en de onreine geest zal Ik uit het land wegdoen. 3 Wanneer dan nog iemand als profeet optreedt, zullen zijn vader en zijn moeder, die hem verwekt hebben, tot hem zeggen: Gij zult niet blijven leven, omdat gij leugens gesproken hebt in de naam des HEREN; ja, zijn vader en zijn moeder, die hem verwekt hebben, zullen hem doorsteken, wanneer hij als profeet optreedt. 4 Te dien dage zullen de profeten beschaamd staan, ieder om wat hij schouwt, wanneer hij als profeet optreedt, en zij zullen geen haren mantel aantrekken om leugens te vertellen. 5 Maar ieder zal zeggen: Ik ben geen profeet, ik ben een man die de akker bebouwt, want iemand heeft mij gekocht in mijn jeugd. 6 En als men tot hem zegt: Wat zijn dat voor wonden tussen uw armen? dan zal hij zeggen: Daarmee ben ik geslagen in het huis van mijn vrienden.



Letterlijk staat er : 'Ik ben geen profeet, maar een iysh, een slaaf, om vee te houden, sinds Adam mij gekocht heeft als jonge slaaf, na'ar, om de adamah, paradijselijke grond, te dienen.' Ook wordt het woord qanah gebruikt, wat in sommige vormen 'het bezitten van de gnosis van Eva' betekent.



7 Zwaard, waak op tegen mijn herder, tegen de man die mijn metgezel is, luidt het woord van de HERE der heerscharen; sla die herder, zodat de schapen verstrooid worden; en Ik zal mijn hand keren tegen de kleinen.

8 In het gehele land, luidt het woord des HEREN, zullen twee derden uitgeroeid worden en de geest geven, maar een derde zal daarin overblijven.

9 Dat derde deel zal Ik in het vuur brengen, en Ik zal hen smelten, zoals men zilver smelt, ja hen louteren, zoals men goud loutert. Zij zullen mijn naam aanroepen en Ik zal hen verhoren. Ik zeg: Dat is mijn volk; en zij zullen zeggen: De HERE is mijn God.



Ook herders zijn geen wezenlijke bediening in de gnosis, maar wel vee-houders. Evangelie is een wezenlijk deel in de gnosis. Evangelie, euaggelion, betekent loon. In de wortels betekent het 'mooie tijdingen van het feest der runderen', wat duidt op een feest van een geslaagde jachtsbuit in de runderjacht, buffeljacht, juist ook omdat in de wortel tekst de runderen geleid worden tot het gerecht, het brengen van de rund, de buffel, tot zijn eindbestemming, en is daarom een beeld van de Levitische zodiak die als centrum de buffeljacht heeft. In de gnosis bestaan geen 'evangelisten'. Ook bestaan er geen schoolse onderwijzers, leraren, en ook geen apostelen. Deze waren door de Dan stam aangesteld als heersers.



De hele Jezus Christus cultus wilde de schuld dus afdekken, zodat de Levieten hun weg tot het westen niet zouden kunnen vinden. In het Sranan Tongo, één van de talen van het Amazone gebied, wat ook veel in Suriname wordt gesproken, wordt de Leviet ook wel PIAIMAN of PIAI genoemd. PAIMAN staat voor schuld, betaling en beloning. Een man op zichzelf wordt ook wel NENGRE genoemd, wat ook op een jongen kan slaan. PAI staat voor offer.


In het Orions een priester is een Sioux, een Su of Suw, wat ook Aramees is voor Esau. Esau, Suw, betekent ook priester in de wortels, ASAH. Suw was een priester van de Meownah, de duistere priester-tent van de Amazonen, een plaats en hol van wilde dieren, zoals ook Iyowb dat was. Esau, Suw, had Hettitische vrouwen, wat een beeld is van dat hij de berg van de moeder God was opgegaan voor de ossenjacht, buffeljacht, om de rund te overwinnen, oftewel om te komen van het afgeslotene tot het voortgaande.


De vesting van Edom is in de wortels : ontoegankelijke geheimen. Ook is het de opwinding, prikkeling van doem, IYR. De doem wordt in de Psalmen besproken als de CHECED, die eeuwig is, OWLAM, en die voor hen is die de grote moeder gnosis vrezen, als de eeuwige kastijding die hen veilig houdt tegen roofdieren.


SUW is dus het teken wat de zon overwint. SUW leidt dieper tot de duisternissen van het paradijs en de eeuwigheden, CHECED. SUW is het donkere harige vel van een varken, als de varkensvacht, en is dus een teken van overwinning over de hebzucht en het ingaan van de honger, het vasten wat tot glorie leidt.


SUW had zich onderworpen aan de OHOLIYBAMAH – de nomadische tent in de wildernis van de hoge plaats, berg, oftewel tent van de berg van de moeder schoot, wat in de wortels ook oorlogsveld, arena betekent, en aanbiddingsplaats van een cultus. SUW was het pad tot het westelijke paradijs.


Het was de grote moeder gnosis tegen de buffel van mannelijke suprematie. In de feestdag van de voorbereiding op de buffeljacht moesten zij komen tot de Aramese QUDSA, wat betekent zij moesten verschillende offers doen. Er moest dus geofferd worden voordat de buffeljacht van start kon. Dit was allemaal een deel van de voorbereiding.


In de Aanitische geschriften van Orion zien we ditzelfde feest waarin boze geesten in varkensvorm geofferd moesten worden, als het beeld van hebzucht. De jagers moesten zichzelf uithongeren in dit feest, in deze periode van voorbereiding. Hun kracht zouden ze niet krijgen van voedsel, maar van rituelen die de gnosis uitbeelden. Zij moesten zich insmeren met varkensbloed, als teken van de overwinning over hebzucht. Dit was ook ter bescherming tegen de buffelgeesten. Varkensoffers betekenen in de gnosis : van hebzucht tot honger gaan. In het Karaibs, een andere taal in het Amazone gebied, en wat ook in Suriname wordt gesproken door de Karaibeische indianen, heet dit PINAMA of JOMITO. Het werk van de gabara was ook om honger te brengen tot het vee. De vijand moet uitgehongerd worden, wat dus ook veel afzondering betekent. Door de oude bedieningen wordt de vijand nog gevoed. Dit geeft hen kracht en macht. De bedieningen protsen overal rond, en doen niet aan afzonderen. Zij willen gezien worden en een naam hebben. De vijand leeft hierdoor, en heeft dit systeem zelf opgezet. De bedieningen willen pronken met hun veren, die overigens van henzelf zijn, als een deel van hun lichaam, terwijl de Levieten en bijbehorende stammen de veren van de vijand hebben geroofd. De bedieningen willen vliegen, als luchtgeesten, om groter te lijken dan anderen.


De Suw is een Orions priesterschap.


Dit priesterschap is niet losgekoppeld van de jacht. Zij die niet jagen kunnen geen priesters worden. Dit is ook niet losgekoppeld van de heilige slavernij. Zij die niet tot de heilige gebondenheid en de heilige slavernij zijn gekomen kunnen geen priesters worden. Daarom is priester geen accuraat woord. Priesters die zich afzonderen om zich helemaal op de offerdienst te richten zijn niet in Suw als ze niet jagen. Het gaat om jachtpriesterschap. Zo zijn er ook veehouders en slagers, maar die moeten ook verbonden zijn aan de jacht. Het volk was een jachtsvolk. Er waren bepaalde elementen die iedereen moest hebben.


Toen Dan Issaschar plunderde kwam het boek Amos, en daarna Mattheus. De stammen moesten Dan, eDeN, overwinnen. Ook plunderde Dan Naphtaliy, en maakte er de boeken Ezechi-el en Efeze van. Dan komt van het wortelwoord 'Adown', wat meester betekent, echtgenoot, en heer, hetzelfde als Baal, en wat ook verbonden is aan Adonai. Dit staat allemaal voor mannelijke suprematie.


In de gnosis moet men komen tot de bedieningen van de jacht.


Jeremiah was door de illuminati opgezet om de stam Aser af te dekken. Hij is een hogere macht van het kerstfeest, van de gaven en de profetische gaven. Jeremiah is de held en het grote voorbeeld van veel christelijke oordeels-profeten en zelfs voorspoeds-profeten. Alhoewel het pad door het boek Yirmeyah heengaat, als de verloren gnosis, moet dit toch verder ontmaskerd en vertaald worden. Dit boek heeft grote macht, ook in regeringshuizen, en de illuminati-aliens gebruiken het gewoon. Het is populair, geroofde gnosis die dan ook weer juist de diepere gnosis afdekt en verborgen houdt. Jeremiah is in hogere levels van de gnosis een grote vorst die verslagen moet worden. De vorst van het kerstfeest, een draak, en ook is het een lumus, een Orionse vis ongeveer vijftig keer groter dan een walvis, in de Orionse zeeen. De lumus is bekend om zijn vele borstvinnen waarmee hij zich door het water beweegt. Dit zijn grote zijvinnen van zijn nek tot zijn staart.


Het boek in de Tenach, Nevi'im, is het boek van de profeten. Ook hierin wordt een afleidings-strategie gebruikt, want het christendom staart zich blind op de drie grote profeten : Ezechiel, Jesaja en Jeremia, terwijl de kleintjes veel erger zijn. De grote profeten werden als een afleider gebruikt. Jesaja is een paas-geest, en Ezechiel een pinkster-geest, en zij houden de dieptes verborgen van de kleinere profeten.


In het christendom staart men zich blind op het woordje 'komst'. De Heilige Geest, de boze Griekse geest van de lucht in het christendom, was volgens hen in het OT nog niet uitgestort. Dat gebeurde pas in het NT, en dat terwijl het OT veel dichter bij het paradijs lag. In die zin klopt het dan ook dat het in het NT erger werd. Ze staren zich blind op de gave, en vergeten zo dat er een oorlog en een jacht gevoerd moet worden, om een buit te vergaren. De gave verblind en verlamd. De gnosis zet aan het werk. Dat is het grote verschil. Er is dus geen 'komst'. Wij moeten in de jacht 'buitmaken'. Dat is het grote verschil. Wij moeten afrekenen met de verlamming van de 'komst'.


Dan, eDeN, plunderde de stam Issaschar, die voor de paradijselijke leegtes staat, en voor het piercen. Dit is het Scorpio teken, de kippenjacht. De kippenjacht is een voorbereidende jacht. Dieper in Scorpio, in de paradijselijke leegtes, komen we tot de bokkenjacht, op bokken en renbokken, oftewel : 'van het letterlijke komen tot het symbolische', wat overgaat in Gad. Ook betekent het 'van komst tot buit'. Dat wat geplunderd was van de Issaschar stam werd gemaakt tot het boek Amos, en daarna Matteus. Amos is een grote vijand die verslagen moet worden. Het is een jachttrofee. Amos behoort tot de wederkomst goden die de jacht moesten afdekken.


Amos is een priesterlijke geest, een koopman en een reiziger. Hij is op reis naar Joel, een god van licht, als een planeet van licht. Amos aanbidt Joel.


Dan, eDeN, plunderde ook de stam Ruben, en maakte er het boek Joel van. Joel is ook een god van de wederkomst, en de komst van de Heilige Geest. Ruben is het Aquarius teken, het teken van de zaadman, wat ook voor Johannes de Doper en Yaakob staat.


Hosea is een kip die aanbeden wordt. Ook Daniel is een god van de wederkomst, en de wedergeboorte in de wederkomst, die kinderen tot slaaf maakt. Hij slaat ze in houten nekklemmen. Zij moeten roeien op zijn schip. Zij zijn galeislaven. Daniel is een hond met een geroofd stuk vlees in zijn bek. Hij zal langzaam in een rund veranderen. In gevechten met deze hond kan hij veranderen in een leeuw en een hert met een groot gewei.


Daniel wordt 'de baas van het zieden' genoemd, en brengt honger tot kind en vrouw, en mest de man vet. Zijn schuilplaats is omgeven met weelderige doornenstruiken, die overal heenkronkelen, en die ook in draken kunnen veranderen. Daniel is een baas van velen.


Zacharia is een monster dat vrouwen kooit, en die kooien bewegen heen en weer. De tralies van die kooien kunnen scherp zijn en allesverwoestend. Habakuk werkt nauw met deze geest samen, als een geest van verkrachting die de vrouwen moet bevruchten in hun gevangenschap. Door een soort gif draait hij hun verstand om. Habakuk is één van de grootste pilaren van het christendom, verantwoordelijk voor brainwashing.


Maleachi is een zwaard waar twee slangen omheen kronkelen, een zwaard wat door een hart is heengegaan. Dit zwaard wordt gevoed door doodskoppen waaruit gif druipt.


Micha is een varken die in een reusachtige haai kan veranderen, wel twee tot driemaal zo groot als een lumus, dat wil zeggen honderd tot honderdvijftig keer groter dan een walvis. Micha is een grote god van de wederkomst, van de zwarte Jezus, als een valse oordeelsprofeet.


Nahum is een zeedraak, die ook in een wat kleinere slang kan veranderen, en die een zwaard van licht aanbidt. Obadja is een riddershelm van licht met daarboven een zwaard van licht.


Zefanja is een ridder die al deze wapens gebruikt. Haggai is het paard van Zefanja, wat ook in een reptiel kan veranderen.


Dan maakte het boek Zefanja door de stam Isaac te plunderen. Daarom is er niet veel bekend over de stam Isaac.






Hoofdstuk 17. De Verbreking Van Het Zegel Der Richteren


Hannah in het OT verkocht (nathan) haar zoon Samuel aan een mara, een slavenbezitster, waardoor Samuel een na'ar werd, een jonge slaaf. Hiervoor moest er een rund geslacht worden. Hannah kwam met drie runderen in I Samuel 1. In de grondtekst kan het ook gewoon betekenen dat de rund werd geslagen, en niet geslacht. De rund is een teken van mannelijke suprematie, en de geest van mannelijke suprematie moest eerst geslagen worden voordat Samuel aan de slavenbezitster verkocht kon worden. Hannah moest hiermee wachten totdat Samuel de juiste leeftijd had bereikt.


Toen hij aan de mara werd verkocht moest Samuel voor haar neerbuigen. Dit gebeurde in de Qidmah, het diepere, westelijke deel van het paradijs, ouder dan eDeN. Hannah betekent in de grondtekst 'uithongering', 'omsingelen', tent en kamp. Hannah is een oorlogs-strategie en een jachts-strategie.


Het woordje 'priester' komt van pater, petrus, de vader-rots. Aries, het lam, is eraan verbonden, als P-ries-ter, P-aries-ter, wat betekent 'Petrus het Lam'. Jezus leidt tot de pater, tot Petrus, de priester, het lam. Dit is een groot zegel wat verbroken moet worden. Levieten zijn tent-slaven die ook verbonden zijn aan de jacht. Hierin moet alles overgaan. Ook het zegel van de ark moet verbroken worden. Dit zijn traditionele items die van cultuur tot cultuur werden overgedragen als politieke control devices, om de hersenen van de mens in de greep te houden. De ark kwam al voor in het Oude Egypte. Oorspronkelijk waren het doodskisten, en had het te maken met doden-aanbidding. De ark was één van de grootste afgoden van het gevallen volk.


Ook het altaar is een traditioneel item wat als een zegel verbroken moet worden. In hogere levels van de gnosis zijn dit andere dingen. Zo hield het traditionele kruis de Levitische paal verborgen. Het altaar is een protserig manier om het veel simpelere spit verborgen te houden. Het spit gaat dwars, horizontaal, en de paal is vertikaal. Het spit wordt ondersteund door twee vertikale palen. Daaronder is een vuur.


Het altaar wordt dus vervangen door het spit, en het kruis wordt vervangen door de Levitische paal. Dit heeft allemaal met hele diepe symboliek te maken. Ook de ark wordt dus verbannen. Het altaar en de ark waren bedoeld voor het vergieten van onschuldig bloed, en voor doden-aanbidding. De ark was ook een geldkist. Het altaar was een soort kooi waarop het dier geslacht werd. Hiermee werd er dus eigenlijk gezegd : 'Wij hebben lak aan alle fokprocessen. De kooi is er voor de slacht.' Terwijl dit helemaal niet waar is. De kooi is voor het fokproces. Boze geesten vrezen het Levitische fokproces, en daarom maakten zij het altaar, de slacht-kooi. Dit heeft dus te maken met een stuk overmoed.


Ook de Levitische fokkooien werden dus door het altaar verborgen gehouden en verkeerd voorgesteld. Kooien zijn belangrijk voor het toetsen. Het altaar is niet belangrijk voor het toetsen.


Het altaar is niet belangrijk voor het toetsen in de hogere levels. De kooien zijn belangrijk. In Korinte moet alles tot krijgsgevangene gemaakt worden in het toetsen. Korinte behoort tot de stam Aser. In het toetsen brengen wij dus alles eerst tot de kooien. In hogere levels dus niet meer tot de altaren. Het is tijd dat het altaar zegel verbroken wordt, als een traditie waar nu afgerekend mee moet worden.


Rechter, Re-Ch-Ter, oftewel Ra-Christus-Thor, is in het Engels 'judge'. Ra was de macht achter Yahweh, als een deel van de ATEN, de Egyptische zonneschijf, en Thor, oftewel Horus, was de macht achter Jezus. Judge, oftewel Jud-Ge, betekent het aardse Judah, of de aardse Yad, als een aardse toetser, een aards geslachtsdeel, als de sex-industrie en de juridische industrie. Ge is het Griekse woord voor aarde. Alle rechtspraak en het toetsen is verbonden aan de warriors en de jagers, aan de veehouders, de veefokkers, en tentslaven, maar de rechterlijke bediening is in hogere levels niet meer te vinden. Er wordt afgerekend met de rechter. Belangrijk is het ook dat wanneer er oorlog wordt gevoerd terwijl er juist jacht moest worden gevoerd, dan kunnen de vee-geesten zich weer transformeren in menselijke gedaantes.


Geesten willen weer materialiseren in mensen-gedaanten. Hiervoor hebben ze een heleboel afleidings-taktieken om jagers te verwarren. Zij kunnen je in de jacht misleiden tot het strijden tegen mens-demonen, door zulke beelden in je op te roepen van demonen met mensengezichten. Zo proberen ze het gif van de ADAMAM-pijlen, de TIKI-pijlen en de SARX-pijlen te doven, zodat ze terug kunnen keren tot hun oude demonenvorm. Laat je daarom niet afleiden. Er zijn geesten van mensenwraak uitgezonden om de jacht te doven. Zij kunnen woorden gebruiken die mensen ooit over je hebben uitgesproken, die jouw woede en irritatie dan weer oproepen om tegen die demonen te strijden, zodat je jachtprooi kan ontsnappen. Dit zijn dus schijn-demonen die worden opgeroepen door jachtprooi om je te verleiden tot valse oorlogsvoering. Dus dan niet tegen zulke schijnmensen strijden, maar jacht voeren op de geesten van mensenwraak. Die kunnen komen in alle vormen van vee : grote runderen, varkens, kippen, lammeren, bizons, buffels, bokken, enzovoorts. Dus altijd zoeken naar de bron. MENSENWRAAK is daarom een afleidende geest die ons wil voeren tot nutteloze gevechten tegen mensenschimmen, om ons af te leiden van de jacht. MENSENWRAAK zelf is een prooi-dier waarop wij moeten jagen.


Gebruik pijlen van de ADAMAM, de verstommende pijlen, om hen in slaap-toestand te brengen, waar vee meer en meer degradeert tot schadeloos vee. TIKI-pijlen zijn pijlen waardoor ze niet terug kunnen veranderen in roofdieren. Deze pijlen brengen hen in een lager bewustzijn. SARX-pijlen zijn de pijlen van gevangenschap. Gebruik ook pijlen waardoor ze niet meer kunnen terug veranderen in mensen. De rechters-geest is een geest die mensen oorlog laat voeren, terwijl ze eigenlijk jacht moesten voeren, met als resultaat dat boze geesten weer een mensengedaante krijgen. Dit uit zich ook in demoon-mensen die op aarde geboren worden. De rechterlijke bediening, oorspronkelijk opgezet door de illuminati, houdt dit systeem in stand. Daarom moet het zegel van de rechterlijke bediening verbroken worden.


Het boek Richteren is een gevaarlijk boek, want het dreef het volk weg van de jacht.




Hoofdstuk 18. De Zevende Zoon


De richteren, de rechters, waren dus door de illuminati opgezet om de demonen menselijk te maken en menselijk te houden. Dit was dus een verraderlijk systeem. Wij moeten afrekenen met de rechter. De jachtbuit zal verspreid worden over de Levitische bedieningen. Men begint als Leviet, als een tentslaaf, die leert jagen. Ook voert de Leviet oorlog wanneer dit nodig is, en wordt de Leviet in arena's gezet. De Leviet is deels een vechtslaaf, een gladiator. Ook fokt de Leviet vee, en is een veehouder. Dit zijn demonen in gevangenschap.


De vijfvoudige bediening was dus opgezet door de illuminati, en wij moeten terugkeren tot de Levitische bedieningen. Ook de OT richterlijke bediening was opgezet door de illuminati. In de hogere levels wordt daarmee afgerekend.


De rechters-geest is een geest die mensen oorlog laat voeren, terwijl ze eigenlijk jacht moesten voeren, met als resultaat dat boze geesten weer een mensengedaante krijgen. Dit uit zich ook in demoon-mensen die op aarde geboren worden. De rechterlijke bediening, oorspronkelijk opgezet door de illuminati, houdt dit systeem in stand. Daarom moet het zegel van de rechterlijke bediening verbroken worden.


In het Hebreeuws wordt het woordje 'shaphat' vertaald als rechter, maar het betekent slager en tormentor, als de brenger van het oordeel. Het is de brenger van straf en tucht. De slager is een hele hoge Levitische bediening. De slager heeft de rechterlijke illuminati bediening overwonnen.


Profeten waren uitvindingen van de illuminati om de mens blind te laten staren op het woord. 'In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is.' Door de logos, door het belijdenis-evangelie, konden boze geesten zichzelf transformeren tot roofdieren, terwijl ze eigenlijk vee waren. Zo konden ze ook hoornen ontwikkelen, slagtanden en andere kracht-items, om uiteindelijk te worden tot roofdier. Profeten bewerkstelligden die overgang, door de macht van het woord, de logos, door het volk van het bloed en de jacht af te leiden. Het woord bond de mens in licht en geluid, in de hof van eDeN, onder de stam DaN. Het woord bracht de mens onder oDiN.


De apostel was de kerkstichter, de sociale factor van de illuminati. De apostel maakte de mensgeworden demoon groot, tot een reus.


Het woord had niet de macht om het volk te veranderen, maar de jacht had dat.


Aries, de Ram, het Lam, de Arren, als het lamsvacht, is een ander beeld van Naphtaliy, van de visserij. De Ram staat voor de misleiding, het verdraaien, de valstrik (ayil, uwl, ool, verdraaien in het Hebreeuws). Dit heeft te maken met de gedraaide horens van de ram. Het lam is de Ovis Aries, ook een vorm van Aries, het lamsvacht, en de basis van visserij. Naphtaliy is bewapend met valstrikken, Aries, voor de jacht. Hij is bewapend met lasso's en touwen om te vangen en te binden.


In het Aramees moest Samuel de Filistijnen verslaan door Aries op te wekken, en door in Aries ingewijd te worden. Samuel moest leren werken met het lokaas, met valstrikken, in jacht en visserij. Zo werden de Filistijnen verslagen (I Samuel 7). Samuel was een shaphat, een slager, en woonde in Ramah, wat opvoedplaats van kinderen betekent.


Het slachtmes, GAD, is in de handen van de ademloze, de NEKROS. GAD, als de rode steen, de bloedsteen, oftewel het rode paard, is in handen van Ruben. Ruben is de ademloze. De stam Ruben is de halsketen, de APH, het hart van het paradijs. Dit is de tweede schaal, de ademloze.


Openbaring 16


3 En de tweede goot zijn schaal uit in de zee, en zij werd AIMA, slachtmes, GAD, van een ademloze, NEKROS, en alle levende wezens, die in de zee waren, stierven.


4 En de derde goot zijn schaal uit in de rivieren en in de waterbronnen, en het water werd bloed van vee, AIMA, GAD.

De derde schaal is Gad zelf. Deze schaal is de stam GAD, de bloedsteen.

tweede schaal – RUBEN – de ademloze

derde schaal – GAD – het slachtmes, de bloedsteen

Naphtali wordt zowel in het OT als het Eeuwig evangelie besproken als een ree.


In Hooglied het ree is tussen de borsten van de Amazone. Dit is dus de stam Naphtaliy. Naphtaliy is degene die valstrikken zet. Het ree is in de diepte van de grondtekst het zwellen door honger (TSEBIYA-TSABAH).


Richteren 5


18 Maar Zebulon is een volk, dat zijn NEPHESH, bloed, prooi, innam, plukte, tot de honger, ook Naftali, in het hooggelegen land.



Ree heeft te maken met het uithongeren van de prooi, maar ook met de zelf-uithongering, oftewel het heilige vasten. Hierin is dus weer de verbinding te zien tussen JUDAH, honger, en NAPHTALIY.



De gevangene van de Amazone komt in het Hooglied tussen haar borsten, als het beeld van NAPHTALIY, als een bundel vol met bloed. Er wordt in de grondtekst gesproken over een gevangene die gebonden is in een belegering, als in een uithongering, als een oorlogs-strategie om de vijand te verzwakken (TSEROWR, TSARAR). Dit is een situatie van stress en onderdrukking. NAPHTALIY ontvangt hier de bloedsteen, GAD. Hij ontvangt hier het slachtmes. Dit is het zegel van het rode paard.



Ook Iyowb werd hier naartoe geleid, tot het bittere bloed van de vijand als een prooi. De reis van Iyowb was een reis tot de stam NAPHTALIY, om zo het slachtmes, GAD te ontvangen. GAD wordt in het EE beschreven als een vlam in de nacht. Dit slaat allemaal op de tongen, op de mond. IYOWB ontving dus door dit alles heen een nieuwe mond.



NAPHTALIY is een machtige poort tot het paradijs. NAPHTALI betekent in diepte ook visserij. Vis betekent vruchtbaarheid en vermenigvuldiging, verwijzende naar het goddelijke zaad. NAPHTALI is dat wat het goddelijke zaad aantrekt. Het is de poort tot het zesde zegel, het zegel van MAYIM, het zaad, het kind, oftewel het zesde zegel, RUBEN, de eigenlijke houder van de bloedsteen, van GAD.



NAPHTALI-RUBEN-GAD



Het paradijs kent geen adem. Zij die in het paradijs leven zijn de ademlozen. Zij leven door bloed, GAD, en goddelijk zaad. De tweede schaal brengt terug tot het ademloze paradijs, als door een poort. Dit is een jacht. Over de zee wordt oordeel uitgegoten. De tweede schaal brengt visserij. De NEKROS, de ademloze paradijselijke die de heilige halsketen heeft ontvangen komt met het slachtmes, met het zegel van het rode paard, om een slachting aan te richten in de zee. Dit slachtmes is de stam GAD. Dit is de jagers-stam en slagers-stam. Zij vormen het rode paard, de rode steen.

2 En de eerste ging heen en goot zijn schaal uit op de aarde, en er kwam een boos en kwaadaardige wond van de vissershaak, HELKOS, aan de mensen, die het merkteken van het beest hadden en die zijn beeld aanbaden.

Ook de eerste schaal brengt visserij. HELKOS komt van HELKO, optrekken, wat terugwijst naar HAIREO en AIRO, het optrekken van een vis. HELKOS is de wond van de vissershaak, wat gebruikt wordt om de vissen te leiden, op te trekken. Visserij is een vorm van misleiding, wat ook de betekenis is van de Naphtaliy stam. Dit is de vissers stam. NAPHTALIY is de eerste schaal.

eerste schaal – NAPHTALY – misleiding, visserij

tweede schaal – RUBEN – de ademloze

derde schaal – GAD – het slachtmes, de bloedsteen

Het boek Yechezqel was geroofd van de stam Naphtaliy, en is dus het boek Naphtaliy. In 3 : 14 komt PNEUMA-JUDAH, duisternis, honger, over NAPHTALIY en hij ging de BITTERHEID (bloed, GAD) binnen, en de CHEMAH, de koorts. Het vruchtbare deel, in het Aramees : rinkelende bellen, kwam in werking in hem, werd onder druk gezet (CHAZAQ). De tweede schaal, RUBEN, werd in werking gezet.

ASER + JUDAH = goddelijke tongen, GAD, het slachtmes



Handelingen is het boek GAD. Hier gaat het over het ontvangen van de besnijdenis. De tongen kwamen op de hoofden, als beeld van het mes. Zij werden gescalpeerd, ook als beeld van de besnijdenis in Aramees-Hebreeuwse context. GAD is een slachter. Zij ontvingen de tongen, het mes. Zij ontvingen GAD, de slachter, het slachtmes, om zo de eerstelingen te offeren. Dat is wat het pinksterfeest in diepte is. Dit bracht hen in dronkenschap. Zij waren dronken van het bloed en het vet van de vijandelijke prooi.


In de oude teksten is dit beschreven als het binnengaan van BASHAN, de velden van overvloedig vee.


NAPHTALI beweegt door de onderwereld door GAD. Israelieten, Levieten en Iyowbieten bewegen zich door het bloed van de vijandelijke prooi, door GAD. Wij moeten leren leven vanuit GAD, het eeuwige bloed van de vijandelijke prooi. Wij moeten komen tot deze bloedlijnen in Orion.


Zacharia 11


1 Open uw deuren, o LABANN, opdat het vuur, urim, JUDAH, uw ceders vertere (slachten) ! 2 Jammer, gij cypres, omdat de ceder gevallen is, en de geweldige bomen verwoest zijn; jammert, gij eiken van Basan, omdat het ondoordringbare, omheinde woud is neergestort. 3 Hoor, het gejammer der herders, omdat hun heerlijkheid verwoest is; hoor, het gebrul der jonge leeuwen, omdat de pronk van de Jordaan verwoest is.



Het land van Laban, als een beeld van Nuwd, was vol met geinfiltreerden. Ook hier waren de herder cultussen binnengedrongen. JUDAH was het vuur wat hiermee af moest rekenen.

JUDAH wordt aangesteld als een slager. JUDAH kwam tot GAD.

GAD is de slager, waardoor anderen tot slager worden geinitieerd. Daarom maakte de illuminati het woordje 'GoD', als een spotlied tegen GAD, zoals LoVe een illuminati spotlied was tegen LEVI. GAD is de gevreesde 'zevende zoon' van Yaakob. Het zegel van Samuel wordt verbroken, zodat wij GAD kunnen binnengaan. Ook het zegel van de shaphat, de valse slager, oftewel de richter of rechter die door de illuminati was opgezet. Alle paden leiden tot GAD, die achter deze zegels verborgen word gehouden.

Ook het zegel van Abraham en Sarah moet verbroken worden. SaRa was ook gecreeerd als de valse SR, om aSeR verborgen te houden.






Hoofdstuk 19. De Strijd Tegen LAZAR


Daar waar er gesproken wordt over 'het slachten van een lam', wordt in de Aramese grondtekst gesproken over 'ingewijd worden in Aries', wat dus heel anders is, namelijk het ingewijd worden in visserij, wat juist gaat over tot de diepte komen van heilige slavernij. De Mozes mythe was het tegenovergestelde. Het was de uittocht uit slavernij, maar men kwam tot een nieuwe slavernij : de slavernij tot de Mozes mythe.


Aries is het teken van Naphtaliy, als het lamsvacht, het fundament van de visserij. Men werd dus ingewijd in de Naphtaliy stam.


Vissen staan voor vruchtbaarheid en vermenigvuldiging, wat betekent van de heilige gebondenheid komen tot de heilige slavernij. Dit is wat het eeuwige zaad doet. Het verbindt ons aan de bron, en laat de bron door ons heenwerken, ons aansturen.


Het eeuwige zaad kan dus niet losgekoppeld worden van de eeuwige slavernij.


Iyowb 23


: 3 – Iyowb is zoekende naar de plaats van de jachtmaaltijd in het Aramees.


: 4 – Deze plaats is de plaats waar hij wordt klaar gemaakt voor de oorlog en de jacht, voor het oprichten van de wet en het recht. Het is de plaats waar zijn mond wordt gevuld met bestraffing en kastijding.


: 5 – Op deze plaats zou Iyowb in staat zijn de woorden van de Amazones te horen en gehoorzamen, waaruit profetische liederen zouden voortkomen (chants) – NY in het Aramees. En hij zou hun instructies begrijpen.


Deze plaats is Issaschar, de leegte – het piercen, waar gegeten wordt van het jachtmaal. Dit is waartoe GAD moet leiden. Dit is ook wat de 'tafel van de toonbroden' in de grondtekst betekent, namelijk 'de plaats van het jachtmaal waar het vlees ligt'. In het Aramees is dit de Peter, Pater, Patura, ptwr, als Petrus. Petrus, Mercurius, is het fundament voor de kannibalistische eredienst tot Jezus Christus, waar de afgod verslonden word. Dit is de skeletentafel van Moab.


Judah-Issaschar is de verhouding honger-jachtmaal. Issaschar is nodig om daadwerkelijk tot overwinning te komen over de vijand.


Spieren zijn zo gecodeerd dat een mens niet tot de leegte kan komen, en dat de gnosis telkens afgekapt word. Spieren worden in stand gehouden door zuurstof, worden bestuurd door zuurstof, en dit vind zijn diepte en bron in het bloed van Jezus, in LAZAR. De strijd tegen LAZAR is ten einde gekomen. Laat een ieder waken over dit boek, en komen tot de dieptes van dit boek, tot verdere overwinning over dit gedrocht. Zalig zijn zij die dit boek begrijpen, en vervloekt zijn zij die dit boek verachten.