OMA GAAT OP STAP.
Op 14 Maart werd het 10-jarig bestaan van de Stichting Pijn/Hoop feestelijk gevierd in het Congrescentrum de Reehorst te Ede. Ik hinkte al dagen op twee gedachten: Gaan?...Niet gaan?... 't Was nog maar goed 2 weken geleden dat Gerard, mijn man, was overleden , vlak na mijn enige broer...Een mens kan wel eens wat té veel tegelijk te verwerken krijgen... 's Morgens bij 't wakker worden (als ik àl geslapen had), dacht ik: "Nee, ik kan 't niet opbrengen!" 's Middags:"Ja, ik wil het niet missen, ik hoor er toch bij!" en 's avonds tussen de bergen papieren, boeken en post, waar ik geen raad mee wist, zag ik 't helemaal niet zitten. Maar mijn wilskracht kreeg de overhand. Ik bagatelliseerde het feit dat ik in geen jaren alléén per trein had gereisd en het laatste jaar zelfs dàt niet, maar vroeg wel hulp om een trein voor me op te zoeken, waarmee ik van Amsterdam-Sloterdijk liefst zonder overstappen op tijd in Ede kwam. Uit die onbegrijpelijke, veel te klein gedrukte, spoorboekjes-code kon ik geen wijs worden. Anja, mijn schoonzus, die nèt een N.S.Voordeel-Urenkaart had aangevraagd, stuurde me haar "voorlopige kaart", die een paar weken geldig was,tot ze haar pasje kreeg. Mijn stamkaart was nog nèt niet verlopen en mijn zoon vouwde beide kaarten zó in elkaar dat er bij vluchtige controle niets te zien was wat niet door de beugel kon, ook al omdat onze namen bijna hetzelfde waren. "Oma, als ze je àl wat vragen, doe je maar heel dom, dat je de kaart gekregen hebt en dat je er niets van snapt en dat is toch ook zo?" zei m'n kleindochter. "Of misschien denken ze wel dat ik dement ben!" vulde ik aan. Maar iedereen vond me flink en moedig en zo ging Oma naar 't Congres, sterk en energiek! 't Eerste probleem deed zich al voor in de hal: moest ik er nou ja of nee een kaartje bij kopen aan het loket?'t Bekeek het gekregen kaartje nog eens goed: f 89.-wel wat duur voor een paar weken, dat ik hier dus gratis op kon reizen was duidelijk, leek me. 'k Werd overigens gedurende de reis niet gecontroleerd, wel zo makkelijk. De reis was afwisselend (al had ik haast de helft geslapen), 'k was hier zò lang niet geweest! In Ede was de Reehorst gemakkelijk te vinden, via bordjes aan bomen en palen. Wat een enorm gebouw! Wat een mensen! Er werden een paar congressen tegelijk gehouden en 'k zou, met vele anderen vandaag nog meerdere keren verdwalen. 't Ochtendprogramma was boeiend, hoewel het 'zitten' me hoe langer hoe moeilijker viel, bovendien verstond ik het achteraan niet best, zeker niet toen de geluidsinstallatie uitviel. De grote zaal was vol en benauwd en de temperatuur slaapverwekkend. (tenminste voor mij) en ik was blij toen het tijd voor de lunch was. 'k Had 's morgens, voor aanvang al een paar bekenden gezien en de hartelijke begroeting van Door, die me prees om m'n moed hier te zijn en me aanbood haar te bellen als ik 't moeilijk had, gaf me een warm gevoel. Het eten was gevarieerd, met lekkere onbekende verrassingen en de overblijvende tijd gebruikte ik om wat in beweging te komen en al het tentoongestelde te bekijken en te lezen. We hadden uit drie mogelijkheden voor het middagprogramme kunnen kiezen, ik had me opgegeven voor de inleiding van Dr.Winter: "Pijn hebben en toch bewegen", in dezelfde zaal waar we ’s morgens hadden gezeten. Er waren nog 2 andere "workshops", die in andere zalen plaats vonden. 't Was nu in onze zaal gelukkig niet meer zó vol, maar nog wel warm. 'k Zocht een plaatsje op een van de voorste rijen.’s Morgens was me veel ontgaan, dat zou me niet wéér gebeuren! 'k Had papier en balpen, met het plan aantekeningen te maken, dat moest en zou me alert en wakker houden. Naast me zat een, zo te zien, aardige jongeman, hij kwam me bekend voor, maar dat kwam, denk ik, omdat hij het midden hield tussen mijn zoon en m'n fysiotherapeut, zodat ik me prettig en op m'n gemak voelde. Hij zat hele vellen vol te schrijven, animeerde me hierdoor stilzwijgend m'n aandacht "bij de les" te houden en ook eens wat te noteren. "Pijn leidt tot abnormaal bewegen, maar abnormaal bewegen veroor-zaakt ook pijn...” Nu en dan drong een bekende kreet of advies tot me door. Ik had dan ook het boek van dr Winter "de Pijn de Baas" zelf. Krampachtig probeerde ik te luisteren en in me op te nemen wat hij zei, maar inmiddels was ik me er wanhopig van bewust, dat ik het niet kon volgen. Hij sprak snel, of hij haast had het binnen het gestelde uur af te krijgen. 't Zweet brak me uit en de pijn kwam in alle hevigheid opzetten. 'k Zou even willen staan, lopen, 't liefst zelfs liggen... 'k Nam een pijnstiller uit m'n tas en of 't snoepjes waren nòg maar een. M'n buurman was nog steeds aan 't pennen, ik keek af en toe wat jaloers opzij. 'k Kon m'n ogen niet open houden, gaf uiteindelijk het gevecht op en werd met een gevoel van schaamte en zelfverwijt wakker van applaus. Gelukkig! 'k Mocht overeind! Zou de spreker het gemerkt hebben? Was ik de hele tijd rechtop blijven zitten? M'n buurman keek me ietwat bevreemd aan en ik voelde me geroepen me te verontschuldigen dat ik zo moe was en beter thuis had kunnen blijven. 't Was te veel geweest, 'k had te hoog gegrepen. Mijn man was nog maar net overleden ... We praatten wat, dronken samen een kopje thee en keken wat rond, er lagen veel folders en reclame voor de Pijncursus van Teleac, die dezer dagen zou beginnen. Daarna nam ik een kopje mee naar het toilet en loste er een Brufen 600 in op, op alles voorbereid had ik ook die meegenomen. Met alles wat ik aan pijnstillers vandaag al op had, moest het me toch wel lukken straks thuis te komen. 'k Zocht m'n jas in de vestiaire en verdween, de frisse buitenlucht in, 'k zou wel slapend kunnen lopen. Hoe nu? Links af? Rechts af? 'k Had geen idee en klom de trap weer op om aan de balie te vragen waar het station was, te gaan zoeken kostte me te veel energie. ‘k Zag mijn buurman van vanmiddag die ook naar 't station moest en de weg wèl wist en laat hij nou óók naar Amsterdam moeten!. De trein kwam al gauw en was vrij vol, maar we konden beiden nog ergens een zitplaats vinden. In Utrecht gingen er veel mensen uit en konden we naast elkaar zitten. Maar voor we nog maar één woord hadden kunnen wisselen ('k had zo graag willen weten of ik veel gemist had). klonk een vrouwenstem: "Mag ik Uw kaartje alstu- blieft?" O lieve help, een conductrice! 'k Had helemaal niet meer aan m'n kaartje gedacht, hoe was 't ook maar weer? Als ze nu maar vluchtig keek! 'k Zocht in m'n tas en heel geduldig bleef ze staan wachten. Ze nam het aan, vroeg iets, haar gezicht één vraagteken en tot mijn schrik liep een "echte" oudere, mannelijke conducteur achter haar aan, ze werkte onder toezicht, moest het nog leren! Nu ging het mis, dat zou je zien! Met z'n beiden beke-ken ze m'n in elkaar gevouwen kaartjes-verzameling. "Hebt U dit zo gekocht?" vroeg ze, de kaartjes voor m'n neus. Ja, weet ik veel? Wat moest ik zeggen? "Me dom houden" had m'n kleindochter gezegd... "Wat is er niet goed?" vroeg ik voorzichtig. "Ik heb dit zo gekregen". "Aan het loket?" "Nee, daar ben ik helemaal niet ge-weest, ik dacht dat het zo goed was". "Ja, U zult wel moeten betalen, waar bent U in gestapt?" "In Amsterdam vanmorgen en nu ga ik terug". Ik voelde een por van m'n buurman in m'n zij en 'k zag nieuwsgierig gniffelende blikken van andere passagiers om me heen. "U had dus een retour moeten nemen, dat zou f 21.- geweest zijn" 't Leek me raadzaam maar niets te zeggen: met wat voor excuus ik ook zou komen, 'k maakte het er alleen maar erger mee. 'k Scheen een nogal stupide uitstraling te hebben, na wat overleg tussen de conducteur en z'n stagiaire, kwam ze me vertellen dat ze voor deze keer maar zou geloven dat ik 't echt niet wist, want anders had ze me een behoorlijke boete moeten laten betalen. Nu kwam ik eraf met f 21.- de gereduceerde prijs voor een retour, Nadat ik betaald had, liepen ze door, waarna m'n buurman me uitlegde , dat ze me niets meer berekend hadden dan de gewone prijs,want dat had hij 's morgens in Amsterdam aan het loket ook betaald. Mijn verklaring wat we gedaan hadden kwam niet goed over geloof ik, 'k begreep het trouwens zelf ook nog niet en hij scheen me niet erg snugger te vinden. 't Was wél duidelijk dat ik geen "Bereisde Roel" was en beter naar het loket had kunnen gaan in plaats van me zo in het avontuur te storten. We waren inmiddels in Duivendrecht, ik had het alleen nog maar van horen zeggen, maar nou zag ik toch waarachtig hier een echt station!! Ik was blij met m'n metgezel, hij had inmiddels al heel wat met me mee gemaakt, nu had ik 'm nodig om al die nieuwe ontdekkingen op af te reageren! De conversatie bleef dan ook op het niveau van: "Oh, wat is dat?" en "Oh. hier stond vroeger..." , zei hij eigenlijk zelf wel wat of reageerde hij alleen maar op mijn opmerkingen. Op het Centraal Station moest m'n metgezel eruit,dit was toch te waanzinnig, ik kende z'n naam niet eens!! En ik vroeg:" mag ik,voor je uitstapt, misschien even weten, met wie heb ik gereisd, wie heeft mij voor nòg grotere rampen behoed?" Hij zocht in z'n tas en gaf me een kaartje, we gaven elkaar een hand en dat was dat! De trein vertrok inmiddels voor m'n laatste stukje naar Sloterdijk. En opeens realiseerde ik me met stomme verbazing: Ik voelde geen pijn meer!! 't Was over!! Finaal weg!! Wat Pijn/Hoop ons zo vaak voorhoudt,'zoek afleiding', was voor de zoveelste keer bewaarheid! 'k Had dan ook heel wat afleiding gehad vanmiddag, 'k had het niet eens gezocht, 't was vanzelf op me afgekomen! Op Sloterdijk tracteerde ik me op een kopje koffie, vond dat ik dat wel verdiend had! Wat een dag! Nauwelijks thuis en de deur achter me dicht, ging de telefoon al. Eén van de kinderen. "Hoi mam, ben je al thuis? Hoe was het?" 'k Vertelde van de terugreis, van de dag zelf nog maar niet, dat was nou niet zo om over te pochen, misschien later wel eens.'k Was veel te blij dat ze belden! "Ha, ha, wat een avontuur! Had je nou geen moment bedacht, dat je betalen moest?" "Nee, maar dat hadden jullie toch ook niet gezegd?" En m'n kleindochter veroverde de telefoon en zei, schaterend van 't lachen:"Oma, dit is een mooi onderwerp voor je volgende column voor Pijn/Hoop! En de titel weet ik ook al:'Oma gaat op stap!' " Toen we de verbinding verbraken, was ik me ervan bewust dat de dag een heel ander verloop gekregen zou hebben,als ik m'n metge-zel niet getroffen had. 'k Keek de folder die hij me gegeven had nog eens door en be-sloot impulsief: ik schrijf! 'k Heb z'n naam, z'n adres, zelfs z'n beroep: therapeut, veelzijdig georiënteerd, zo te lezen.ook op gebied van pijn; En impulsief is bij mij: 'meteen!' ..........Prettig dat je me die folder gaf, nóg leuker dat je adres enz. erin stond. 't Moest kennelijk zo zijn, dat je m'n pad kruiste. ...... Ik was zó ontzettend moe, had me van die lezing van dr Winter zoveel voorgesteld en ging daar uitgeput zitten slapen!! ..... 'k Had naar één excuus, 'k had de laatste maanden veel te weinig nachtrust gehad. Verdrietig over de afloop, zag ik er tegenop weer naar m'n nu lege huis te gaan, hier meteen weer in de niet uit te zoeken bende te komen, waar ik me geen raad mee wist. ..... Dat je me gezelschap hield, of anders gezegd: dat ik met je mee mocht reizen, heeft me oneindig goed gedaan. Ik had het gevoel dat je ongemerkt op me paste en me steunde. ...En daarom ben ik blij dat ik je dat vertellen en je bedanken kan, dank zij je folder. Bert, alle goeds en succes gewenst in je practijk door je onbekende (?) 'gezelschapsdame'.
CLAZIEN Faddegon
|